Na de Notre Dame vernielde ook een brand een klooster in Heule.

Wat is dat toch met Onze Lieve Heer?

Het ware maar de Mechelaars die hun St. Romboutstoren in de fik zagen gaan en dan bleek het maar manneke maan te zijn die voor een gezichtsbedrog zorgde maar de Mechelaars de bijnaam van Maneblussers opleverde.

Het is wel zo dat lang na de toekenning van de titel aan de Mechelaars hun toren wel eens effectief in brand stond maar vlug kon worden geblust onder de hilariteit van de vele kijklustigen op de markt van Mechelen. De horeca noteerde tijdens die brand een mooie surplus aan inkomsten…

Een zeldzaamheid is het niet dat het huis van Christus in brand staat.

Westkapelle maakte het ook mee. De herstelling van de Notre Dame in Parijs zal nog jaren duren.

In Heule stond om nog onbekende reden de zolder in brand. Of het moeder Overste was die stiekem een sigaartje ging roken op zolder en het ‘stompke’ slecht uitdoofde zal het onderzoek misschien aan het licht brengen. Sedert moeder overste van de Arme Claren weten we dat er nonnekes zijn die best een Corps Diplomatique weten te smaken.. Het is in ieder geval een zusterke die in de morgenstond de klusjesman verwittigde dat haar scheerapparaat of de Senseo niet werkte omdat er geen heilige geest was. De steeds klaar staande klusjesman schakelde de verliesschakelaar aan maar had gelukkig naast zijn vakmanschap een goede neus.

Zoals ik ook zou doen volgde hij zijn neus en bij het openen van de zolderdeur zag hij dat het volledige dak al in brand stond…

Koelbloedig belde hij de brandweer en liet een zuster alle andere zusterkes uit hun bedje rammelen. Gezien die zusters in nachtgewaad (al dan niet doorschijnend) toch niet toonbaar waren voor de snel toegekomen brandweerlui zorgde de klusjesman ervoor dat de nonnenkes in de wasplaats een veilig onderkomen hadden tot ze zich konden fatsoeneren. Ze werden dan overgebracht naar een naburig klooster om de doorstane emoties te verwerken. . Gelukkig betrof het zusterkes die in het verre Afrika al het één en ander meemaakten. Geen enkel zusterke vreesde voor haar leven of dat van de mede-zusters. Veel belangrijker en erger dan het menselijke voorkomen drama is dat hun bidkapel niet kon worden gered.

Zijn zusterkes dan ook materialistisch?