Culturele Methodiek
Categorieën
  • 0. Inleidende teksten (8)
  • 1. De culturele functie (2)
  • 2. Participatie (3)
  • 3. Waarde van cultuur (1)
  • 4. Kunsteducatie (4)
  • Inhoud blog
  • Participatie: mijn cultureel kapitaal en drempels
  • Participatie: "In Vredesnaam"
  • Participatie: "Met ons 10'en"
  • De culturele functie: "Ik Jij Wij"
  • De culturele functie: "Make Brussels"
    Zoeken in blog

    31-03-2016
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Welkom

    Hallo,


    Deze blog kwam tot stand binnen het kader van mijn opleiding Bachelor in het Sociaal Werk (Afstandsonderwijs).

    De cursus van het vak Culturele methodiek bestond uit 8 teksten. Op basis van die inleidende teksten kregen we een aantal verwerkingsopdrachten.


    De samenvattingen van de 8 inleidende teksten zijn te vinden onder 'inleidende teksten' in het linker tabblad.

    Onder iedere samenvatting is een link naar de integrale tekst te vinden.

    Dit zijn de 8 teksten:

    - Kunst in de wereld - Participatiestrategieën

    - Visietekst participatie

    - Ons gedacht! Sociaal-cultureel volwassenenwerk en de culturele functie

    - De waarde van cultuur

    - Skip de gids, neem een kind (over kunsteducatie uit Rekto Verso)

    - Kunsteducatie: het dubbele van de helft (Rekto Verso)

    - Het raadsel rond de intrinsieke waarde

    - Cultuurparticipatie: kwestie van kunnen kiezen

      

    De verwerkingsopdrachten zijn per thema terug te vinden in het linker tabblad.

    De verwerkingsopdrachten omvatten de volgende thema's:

    - de culturele functie

    - participatie

    - waarde van cultuur

    - kunsteducatie


    Veel leesplezier!


    Jimmy Debal



    15-04-2016
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Participatie: mijn cultureel kapitaal en drempels

    Wat met jouw cultureel kapitaal? Wat kreeg je mee van thuis? Via school? Via vrienden?

    Aan welke vormen van cultuur participeer je? Aan welke niet? Hoe komt dit? Welke drempels spelen er voor jou?

     

    Als ik eerlijk ben, moet ik mijn cultureel kapitaal als behoorlijk beperkt omschrijven. Zeker op jongere leeftijd nam ik zo goed als nooit deel aan kunst of cultuur. Van thuis uit werden we hierin heel vrij gelaten en zeker niet aangezet of gedwongen. Als kind of puber klinkt ‘kunst’ helemaal niet stoer of interessant. Ik voelde me dan ook helemaal niet aangetrokken tot kunst of cultuur.

     

    Het is pas wanneer we met school naar de bibliotheek gingen, een toneelstuk gingen bekijken of een museum bezochten dat ik voor een eerste keer op een noemenswaardige manier in aanraking kwam met kunst. Ik heb nooit met tegenzin aan die activiteiten deelgenomen. Eenmaal ik daar was, kon wat ik zag of hoorde mij wel bekoren. Toch zat ik toen nog in een periode waarin sport het overgrote deel van mijn vrije tijd in beslag nam, waardoor ik zelf niet verder op zoek ging naar kunstige of culturele activiteiten. Ik maakte er met andere woorden zelf geen tijd voor, ook al begon ik toen al te beseffen dat het wel iets voor mij was.

     

    Het is pas sinds ik de leeftijd heb om zelfstandig op reis te gaan en auto te rijden, dat ik ook uit mezelf op zoek ga naar dergelijke activiteiten. Wanneer ik op reis ben, ga ik musea en andere culturele activiteiten zeker niet uit de weg.

     

    Toch is mijn deelname aan kunst en cultuur nog steeds beperkt en vooral eentonig. Als ik op reis ben, kies ik voor de toeristische trekpleisters. Dit doe ik dan meer om de ‘naam’ zoals Het Louvre dan om wat ik daar onder ogen zal krijgen. Tijdens de rest van het jaar ga ik bijna uitsluitend naar toneelstukken kijken. Mijn nonkel regisseert en speelt zelf mee in het jaarlijkse toneel van zijn parochie. Daar ga ik ieder jaar naartoe. Daarnaast heb ik samen met mijn vriendin ook een abonnement bij het cultureel centrum van Moorslede. Uit hun aanbod kiezen we jaarlijks een aantal toneelstukken die we gaan bijwonen. Dit kunnen doen met mijn vriendin vormt een extra stimulans om dit op regelmatige basis te organiseren.

     

    Zoals het ondertussen wel duidelijk geworden is en ik reeds aangegeven heb, is mijn cultureel kapitaal dus heel beperkt. Toch merk ik de laatste jaren hier een positieve evolutie in. Ondertussen ben ik ook steeds meer boeken beginnen lezen en ga ik ieder jaar naar meer toneelstukken kijken. Ik sta ook meer open voor andere vormen van kunst dan vroeger.

     

    Ik was bijvoorbeeld heel aangenaam verrast door mijn persoonlijke ervaringen bij de twee kunsteducatieve activiteiten die we moesten bezoeken in het kader van dit opleidingsonderdeel. Ik ontdekte eens iets anders dan een toneelstuk en het viel enorm goed mee. De sfeer was veel serieuzer en minder luchtig dan bij een toneelstuk, maar toch hield ik er een positief en goed gevoel aan over. Ik vond de combinatie van oorlogsgeschiedenis en kunst bijvoorbeeld enorm fascinerend. Ook de meer interactieve en filosofische vorming rond ‘stilte’ is voorbij gevlogen. Na die vorming bleek niet alleen ‘stilte’ iets krachtigs te zijn, maar ook kunst op zich. Deze twee kunsteducatieve activiteiten smaakten naar meer en ik denk dat ik nu tot het volledig besef gekomen ben dat ik mijn participatie aan kunst en cultuur mag verbreden.

     

    Als laatste wil ik nog even stilstaan bij welke drempels ik allemaal ondervond of nog steeds ondervind. Informatiedrempels speelden vroeger misschien een rol, maar kan ik al meerdere jaren niet meer inroepen als excuus. Fysieke, financiële, sociale of geografische drempels zijn er nooit geweest voor mij. Ik denk dat tijdsgebrek en motivatie de belangrijkste factoren zijn. De motivatie was er in mijn kinderjaren gewoon niet. Toen ik voor het eerst in aanraking kwam met kunst en cultuur via school, speelde het tijdsgebrek volgens mij een grote rol. Mijn motivatie voor en interesse in sport was groter dan die voor kunst en naast sport en school had ik nog weinig vrije tijd over. Na verloop van tijd raakte ik wel gemotiveerd om theaterstukken bij te wonen. Tijd voor andere disciplines van kunst had (of maakte?) ik echter niet, behalve dan als ik op reis was en er uiteraard wel tijd voor had. Op die manier kon ik ook de smaak niet te pakken krijgen voor andere kunstdisciplines. Achteraf bekeken is het best wel jammer dat ik schooluitstappen en opdrachten zoals deze nodig heb om interesse te krijgen in dergelijke activiteiten. Maar anderzijds is dat ook de rol van school en opleiding om ons te laten kennismaken met kunst en cultuur. Ik denk dat ik naar de toekomst toe steeds meer tijd zal maken en zal kunnen genieten van een kunstige of culturele uitstap. Het is ook iets dat ik later wil meegeven met mijn kinderen. Ik zou het hen zeker niet opleggen, maar hen er wel mee laten kennismaken zodat ze weet hebben van het bestaan ervan.



    Categorie:2. Participatie
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Participatie: "In Vredesnaam"

     ‘In Vredesnaam’ is een initiatief dat georganiseerd wordt in het Kasteelklooster Sint-Jansberg. De bedoeling is dat er door kinderen en volwassenen een gigantisch groot fresco getekend en ingekleurd wordt, met als thema ‘een vredevolle wereld’. De focus wordt gelegd op de vrede via het herdenken van de oorlog. Het initiatief is zowel voor kinderen als voor volwassenen bedoeld, waardoor er een ruimte gecreëerd wordt waarbij jong en oud samen creatief zijn. De deelnemers worden begeleid door Rafaël Timmermans met hulp van enkele vrijwilligers van Kasteelklooster Sint-Jansberg. In de wereld zoals we die kennen, worden kleurboeken gemaakt door volwassenen, maar ingekleurd door kinderen. Bij ‘In Vredesnaam’ worden de rollen echter omgedraaid. De kinderen tekenen het fresco, die ingekleurd wordt door volwassenen. Er wordt op deze manier enerzijds geluisterd naar de boodschap van de kinderen.  Anderzijds ervaren de volwassenen tijdens het inkleuren een moment van rust en eenvoud. Iedereen is er welkom van mei tot en met september en dit elke eerste en derde zondag van de maand tussen 14u en 17u.

     

    (bron: www.sintjansberg.be)


    Dit project vind ik een mooi voorbeeld van het verschoven participatieparadigma. Iedereen mag aan dit project deelnemen. Je hoeft geen kunstenaar te zijn, het maakt niet uit of je jong of oud bent. Ook de traditionele rollen (volwassenen tekenen, kinderen kleuren in) worden omgedraaid. Iedereen mag deelnemen en een zo groot mogelijke fresco, en dus een zo groot mogelijk aantal bezoekers, is een van de doelstellingen.



    Categorie:2. Participatie
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Participatie: "Met ons 10'en"

    ‘Met ons 10’en’ is een kunst- en participatieproject in de stad Tienen waarbij verschillende groepen aan het werk gingen. Onder die groepen behoren mensen die vaak minder kansen kregen, alsook mensen die nog maar pas nieuw in de stad zijn. De groepen werden door kunstenaars begeleid, wat leidde tot acht kunstwerken. De deelnemers zoomden in op plekken in de stad die voor hen belangrijk zijn en verbeeldden wat voor hen belangrijk is en waar ze van dromen. Theater Tievo maakte een kortfilm over hun voorstelling “Mag ik even alsjeblieft”. Achter ’t Polderke in Grimde tekenen buurtbewoners een abstracte skyline van hun wijk, gevuld met hun rijke geschiedenis. Steven Massart maakte met een 30-tal kinderen een fotoreportage in de omgeving van het Kapucijnen- en Torsinplein. Tijdens de Kweikersparade beeldde Vissenaken in tafereel 3 haar gedroomde ‘fiets-o-strade’ uit: een veilige fietsverbinding tussen dorp en stad. Ook het kunstwerk van De Tiense Wereldvrouwen werd al voorgesteld: verschillende gezelschapspelen waarmee de vrouwen een beter contact willen maken met de autochtone Tienenaars.


    (bron: www.demos.be)

     

    Dit vind ik misschien wel het mooiste voorbeeld van een kunst- en participatieproject die ik gevonden heb. Binnen een stad worden eens de kansarmere groepen aangesproken om deel te nemen aan kunst en cultuur. Via kunst wordt er naar hun mening en opvattingen gepeild. Verschillende thema’s zoals contact met autochtonen, veiligheid voor de fietsers en dergelijke worden aangekaart aan de hand van de voorgestelde creaties. Zowel volwassenen als kinderen en de kansarmere groepen van de stad komen aan bod.



    Categorie:2. Participatie
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.De culturele functie: "Ik Jij Wij"

    ‘Ik Jij Wij’ is één van de tentoonstellingen van Rasa. Rasa maakt onder andere tentoonstellingen met hedendaagse kunst. Het gaat met andere woorden om kunst die gemaakt is door de mensen van nu, die leven in de wereld van nu. Rasa spitst zich dan ook toe op de kinderen van nu. Zo reist Rasa onder andere naar bibliotheken waar zij kinderen uitnodigen en leren wat kunst is. Rasa beschikt zowel over tentoonstellingen voor kleine kinderen (vier tot negen jaar) als voor de al iets grotere kinderen (vanaf tien jaar).

     

    ‘Ik Jij Wij’ is een tentoonstelling en forum over de identiteit en de interactie met de ander. Het is bedoeld voor kinderen vanaf 10 jaar. Met ‘Ik’ wordt er bedoeld dat er op zoek gegaan wordt naar wat van jou is. De ‘Jij’ heeft betrekking op het ontwikkelen van je identiteit in interactie met de ander. ‘Wij’ spitst zich dan weer toe op het zich verbonden voelen met anderen, een groep vormen, je erbij voelen. De kunstwerken, de beelden en de video’s in deze interactieve tentoonstelling vertellen een verhaal over mensen.

     

    (bron: www.rasa.be)

     

    Volgens mij wordt cultuur hier smal benaderd. Het gaat om een tentoonstelling voor een afgebakende doelgroep met een afgebakend onderwerp. Er zijn ook een beperkt aantal kunstenaars die tentoongesteld worden.

    De aandacht gaat volgens mij heel duidelijk naar het proces. Het gaat om een interactieve tentoonstelling, wat al wijst op het belang van het proces. Het is ook de bedoeling dat de kinderen, aan de hand van de kunstwerken, op zoek gaan naar hun eigen identiteit. Ze maken dus als het ware een proces door tijdens deze tentoonstelling.

    De functie die voor mij het duidelijkst te herkennen valt is cultuuroverdracht. Het gaat hierbij om het begeleiden van processen zoals hier bijvoorbeeld het zoeken naar de eigen identiteit. In mindere mate komen volgens mij ook de functies van cultuurbeleving en cultuurspreiding aan bod.

    De interventiestrategie  die het meest op de voorgrond komt is volgens mij cultuurconsumptie. Men tracht kinderen te bereiken en hen te laten kennismaken met kunst, dit alles op een kindvriendelijke manier.



    Categorie:1. De culturele functie
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.De culturele functie: "Make Brussels"

    Het Gewestelijk handelsagentschap is met een nieuw initiatief op de proppen gekomen, namelijk ‘Make Brussels’. Dit project is bedoeld voor burgers met een bepaald creatief en/of cultureel talent, waaronder koks, architecten, designers en schilders. De bedoeling is het centrum van Brussel te betoveren waardoor de stad een grotere aantrekkelijkheidsfactor krijgt. De tien Brusselse wijken die deelnemen zijn Dansaert, Nieuwstraat, Sint-Katelijne, Sint-Jacob, Zavel, Kunstberg, Marollen, Onze-Lieve-Vrouw-ter-Sneeuw, Grote Markt en Zuid-Lemonnier. Een mogelijk idee kan bijvoorbeeld het organiseren van een modeshow in de Dansaertstraat zijn. De bedenkers van de tien ideeën die de meeste stemmen hebben gekregen, kunnen elk tot 30.000 euro winnen.

     

    (bron: www.kunstwerkt.be)

     

     

    Volgens mij wordt cultuur hier breed benaderd. Ik denk dit omdat het project bedoeld is voor creatief en/of cultureel talent, zonder verdere specificatie van een bepaalde kunst. Zowel koks, architecten, designers en schilders worden als voorbeeld aangehaald en kunnen aan deze wedstrijd deelnemen.

    De aandacht gaat volgens mij voornamelijk naar het product, aangezien het om een wedstrijd gaat waarbij de deelnemers zoveel mogelijk stemmen moeten trachten te verzamelen. Er wordt dus gestemd op het product en de bedoeling is om de stad aantrekkelijker te maken. Het uitzicht of het product is dus van belang.

    De twee functies die ik het meest herken binnen dit kunstproject zijn cultuurschepping en cultuurbeleving. Cultuurschepping komt volgens mij het duidelijkst naar voren aangezien er aan potentiële deelnemers gevraagd wordt om zelf iets creatiefs te maken of te organiseren (= schepping). Daarnaast denk ik aan cultuurbeleving omdat de 10 gekozen ideeën tentoongesteld zullen worden in de 10 deelnemende Brusselse wijken en dus ook ‘beleeft’ kunnen worden door alle mensen die daar passeren.

    De interventiestrategie die het meest op de voorgrond komt is volgens mij cultuurproductie. Aan de hand van deze wedstrijd worden mensen met een creatief en/of cultureel talent aangemoedigd om bij te dragen tot cultuur.



    Categorie:1. De culturele functie
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Kunsteducatie: een stelling

    “Veranderingen binnen het kunstenlandschap beginnen bij de makers, de kunstenaars. Een schouwburg vervult enkel de rol van presentatieplek.” Wat vinden jullie van deze stelling? Onderbouw je mening grondig.

     

    Dat de makers, de kunstenaars, het kunstenlandschap beïnvloeden lijkt me duidelijk en moet volgens mij in beperkte mate kunnen. Iets creëren levert het beste resultaat op als je je creativiteit de vrije loop mag geven. Dat de makers dus enige vrijheid krijgen, komt volgens mij de kwaliteit van kunst ten goede. Toch ben ik niet akkoord met de stelling dat alles bij hen begint en dat een schouwburg enkel de rol van presentatieplek vervult. De bedoeling moet nog steeds zijn om zoveel mogelijk mensen te bereiken en te laten participeren aan kunst en cultuur. Hun mening en interesses zijn dan ook van essentieel belang om je aanbod hierop af te stemmen. Volgens mij kan een schouwburg hierbij een belangrijke, centrale rol vervullen als klankbord tussen de makers en hun publiek. Een schouwburg moet volgens mij gaan luisteren bij haar toeschouwers wat die verwachten en die informatie dan doorspelen aan haar makers.



    Categorie:4. Kunsteducatie
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Kunsteducatie: inhoudelijke accenten

    Stel je voor dat je morgen aangeworven wordt binnen de kunsteducatieve werking van een museum. Welke inhoudelijke accenten zou jij dan naar voor schuiven? Hoe zou je deze inhoudelijke accenten vertalen in concrete acties binnen het museum?

     

    Eerst en vooral vind ik het belangrijk dat zoveel mogelijk mensen bereikt worden met het aanbod in een museum. Ik zou dus heel uiteenlopende thema’s en verschillende vormen van kunsteducatie aanbieden doorheen het jaar. Zowel groot en klein, arm en rijk, stadburgers en plattelandsmensen, mannen en vrouwen, Belgen en vreemdelingen … moeten zich aangesproken voelen door het aanbod.

    Ik denk dus dat het belangrijk is om voldoende interactie te hebben met je publiek, zodat je te weten komt wat die mensen boeit en hoe je die mensen het best bereikt. Daarnaast lijkt het mij vanzelfsprekend dat de wijze waarop je aan kunsteducatie heel verschillend is bij de verschillende doelgroepen. Kinderen moet je bijvoorbeeld op een andere manier (kortere duur, speelser, meer ervaringsgericht) benaderen dan volwassenen.

     

    Zelf doen en experimenten vind ik zelf heel belangrijk. Volgens mij is experimenteel leren een manier van leren waarbij de bewustwording en aandacht het grootst zijn. De dingen die je dan leert, blijven je meestal ook lang bij. Zeker bij kinderen zou dit een grote rol spelen binnen de kunsteducatieve werking van mijn museum, maar ook bij volwassenen is dit volgens mij een krachtige methode.

     

    Samen kunnen reflecteren en de eigen ervaringen delen zou een ander belangrijk aspect zijn binnen mijn kunsteducatieve werking. Ik denk hierbij aan de kunsteducatieve activiteit die ik bijgewoond heb rond het thema ‘stilte’. Er was veel interactie tijdens deze vorming en dat zette ons allen aan tot nadenken, bezinnen, het delen van ervaringen … Dat gaf een meer diepzinnige dimensie aan die vorming en gaf mij een goed en aangenaam gevoel. Dat gevoel zou ik ook willen creëren bij de bezoekers.

     

    Voor het kiezen van de thema’s zou ik voornamelijk luisteren naar mijn publiek. Ik zou trachten alle mogelijke doelgroepen te bereiken en te weten te komen voor welke thema’s ze de stap naar het museum zouden zetten. Dit lijkt me geen evidente manier van werken, maar volgens mij wel de meest effectieve om een zo breed mogelijk publiek te kunnen bereiken.

     

    Ik zou dus met een breed aanbod aan uiteenlopende thema’s werken. Kringgesprekken, samen reflecteren, samen uitproberen en experimenteren zouden centraal staan binnen onze kunsteducatieve werking. Er zou ook zeker een aangepast aanbod zijn voor kinderen en jongeren.



    Categorie:4. Kunsteducatie
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Kunsteducatie: mijn persoonlijke uitdagingen

    Kunsteducatie begeleiden vergt expertise in het begeleiden van leerprocessen én expertise in de kunsten. Waar liggen jouw uitdagingen? Motiveer je antwoord.

     

    Als ik de opsplitsing maak tussen het begeleiden van leerprocessen en expertise in de kunsten, lijkt het mij duidelijk dat ik vooral over dat tweede aspect nog veel te leren heb. Ik heb geen enkele ervaring in het begeleiden van kunsteducatie, maar denk dat ik met mijn theoretische achtergrond over de nodige vaardigheden beschik om leerprocessen te begeleiden. Uiteraard zou ik aanvankelijk de nodige ervaring missen en zou ik hier gaandeweg in groeien, maar dit zou me zeker haalbaar lijken. Daarvoor zou ik echter eerst zelf meer met kunst moeten omgaan. Ik denk dat je eerst zelf die leerprocessen moet doorlopen hebben, vooraleer je die op gepaste wijze kan begeleiden.

    Wat mijn expertise in de kunsten betreft, is er volgens mij veel meer werk aan de winkel. Mijn interesse in kunst en cultuur is de laatste jaren gegroeid, maar blijft nog steeds heel beperkt. Behalve toneelvoorstellingen bijwonen, doe ik niet veel dat met kunst te maken heeft. Mijn kennis rond kunststromingen en –technieken beperkt zich dan ook tot wat ik me nog herinner van op school. Mijn participatie aan kunst beperkt zich ook tot toneelvoorstellingen. Ook hieraan zou ik dus moeten werken om mijn kennis te verbreden.



    Categorie:4. Kunsteducatie
    14-04-2016
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Twee zelf bijgewoonde kunsteducatieve activiteiten

    Op maandag 25 januari 2016 heb ik de kunsteducatieve vorming ‘Geraakt door de oorlog – Oorlog en kunst’ bijgewoond bij VormingPlus Brugge. Deze activiteit stond onder begeleiding van Philippe Hinnekint. ‘Kunst als aanklacht tegen de oorlog’ vormde de rode draad tijdens deze vorming. Het begon met een filmfragment uit Goya’s ghosts als inleiding op de oorlogsschilderijen van Goya. Vanaf het begin was ik verrast door de extra dimensie die schilderijen krijgen wanneer je het verhaal erachter hoort. De combinatie van oorlog en kunst vond ik heel fascinerend. Op een interactieve en meeslepende wijze kreeg ik meer inzicht in de inquisitie, het Spaans koningshuis, het etsen, … Daarna werd ‘Guernica’ van Picasso besproken en de historische achtergrond ervan toegelicht. Ook hier vond ik de wisselwerking tussen kunst en geschiedenis heel boeiend. De schilderijen maakten het oorlogsverhaal interessanter en omgekeerd maakten de verhalen het schilderij aantrekkelijker. Daarna werd verder ingezoomd op de Spaanse burgeroorlog en de fotojournalist Robert Capa. Opnieuw heel boeiende onderwerpen die aan de hand van kunst een meer levendige dimensie kregen. Als afsluiter kregen we het begin van de film Saving private Ryan (Spielberg) te zien. Daarin zijn zowel beelden van Capa, het beeld van the falling soldier (Picasso) als van 3 mei 1808 (Goya) terug te vinden. Dit laatste wordt bijvoorbeeld uitgebeeld door 17 minuten lang geen gezicht van een Duitse soldaat te laten zien.

     

    Ik had deze activiteit gekozen omdat het onderwerp ‘oorlog’ mij sowieso aanspreekt. Toch was ik aangenaam verrast door hoe ik deze vorming beleefd heb. Het culturele, kunstige aspect van deze vorming heeft mij geen seconde gestoord en heb ik zelfs als een enorme meerwaarde ervaren. Het was mijn eerste kennismaking met de combinatie van kunst en oorlog en het was zeker een meevaller. Eén plus één was in dit geval drie.

     

    Op maandag 15 februari heb ik mijn tweede educatieve activiteit bijgewoond. Het ging om ‘Stilte en kunst: een interactieve verkenning’, onder begeleiding van Virginie Platteau (onder meer redacteur van Rekto:Verso). Deze vorming vond plaats bij VormingPlus Kortrijk. Ik had voor dit onderwerp gekozen omdat ik vind dat ‘stilte’ een interessant onderwerp is om over na te denken. Dat deze educatieve activiteit sterk reflectief en soms zelfs filosofisch getint was, beantwoordde dus volledig aan mijn verwachtingen. Er passeerden enorm veel kunstenaars de revue (Morandi, Hans Op de Beeck, Masao Yamamoto, Jan Van Riet, Vermeer, Marina Abramovic, Awoinska van der Molen en nog vele anderen). Hun werken werden gebruikt als aanknopingspunten om het te hebben over ‘stilte’. Tijdens deze vorming vielen er heel wat interessante quotes om over na te denken. Ik denk bijvoorbeeld aan “there will never be silence” (John Cage), “stilte ontstaat enkel als mensen er aandacht voor willen geven” en “stilte heeft een enorme kracht” (Virginie Platteau). Ook de verschillende manieren van kunstenaars om stilte in beeld te brengen, zetten aan tot nadenken. Deze vorming leverde meer vragen op dan antwoorden, maar dat was ook de bedoeling. Het heeft mij aangezet tot nadenken, ik heb boeiende, filosofische woorden gehoord; ik heb heel uiteenlopende betekenisgevingen en beeldvormingen gezien voor stilte.

     

    Tijdens de vorming rond kunst en oorlog stonden beide onderwerpen centraal en versterkten die mekaar. Tijdens deze interactieve verkenning diende kunst volgens mij eerder als instrument om tot taal te komen. Kunst hielp om het onderwerp aan te snijden en om zaken te vertellen die niet ‘ver-woord’ kunnen worden. Beide vormingen en beide manieren om kunst aan te grijpen om iets te vertellen, vond ik heel fascinerend. Het heeft mijn eerder geringe interesse in kunst vergroot en mij het besef gegeven dat kunst een krachtig instrument kan zijn. Daardoor ben ik kunst op zichzelf ook meer beginnen te appreciëren, omdat ik nu meer op zoek ga naar het verhaal of de beeldspraak die erachter zit.


    Bijlagen:
    Attest 1.docx (252.4 KB)   
    Attest 2.pdf (219.6 KB)   


    Categorie:4. Kunsteducatie
    E-mail mij

    Druk op onderstaande knop om mij te e-mailen.


    Gastenboek

    Druk op onderstaande knop om een berichtje achter te laten in mijn gastenboek



    Blog tegen de wet? Klik hier.
    Gratis blog op https://www.bloggen.be - Meer blogs