Woensdag ben ik weer laat ontwaakt, samen met mijn vriendin,
die tegen de middag vertrok om te werken. Vervolgens werd ik zoals verwacht
gevraagd door mijn ouders om samen te gaan eten. Altijd leuk om even bij te
kletsen. Ik moest wel een oogje houden op het uur, omdat ik die namiddag nog
even moest werken thuis. Ik ontving een man die blijkbaar een eigenaardige link
met mijn familie heeft. Hij kende mijn moeder en was heel close met mijn tante.
Hoe close precies is mij onduidelijk. Ik was ook niet in de positie om te gaan uitweiden
op dergelijke details. Meestal tast ik af waar mensen over wensen te praten en
in welke mate, om vervolgens als een aangename gesprekspartner over te komen.
In elk geval waren hij en mijn tante in een ver verleden geliefden. Om welke
reden ook zijn ze uiteen gegaan en is hij daar nooit overheen geraakt.
Uiteindelijk is hij opnieuw in contact gekomen met haar zon dikke 30 jaar
later en is hij aan haar blijven plakken. Figuurlijk, neem ik aan zei ik
terloops, waarop hij onmiddellijk reageerde letterlijk. Directer kan niet,
geloof ik. Het valt hier op te merken dat haar man sinds enkele jaren Alzheimer
patiënt is, wat maakt dat hij al jaren niet dezelfde is. Dit plaatst een
tamelijk grote emotionele druk op mijn nichten, die blijkbaar weet hebben van
de escapades van mijn tante. Sindsdien stel ik mij al steeds de vraag; wat moet
ik hiervan denken? Is dit wreed tegenover mijn (aangetrouwde) nonkel? Geen
twijfel. Is het verkeerd? Enige twijfel. We zijn het in zekere mate aan onszelf
verplicht om geluk na te streven, om af te gaan op ons eigen intuïtie, wat niet
altijd hoeft te stroken met allerlei mogelijk regeltjes. We moeten ons slechts
afvragen of we zodoende niets of niemand schade berokkenen. Maar in welke mate
kunnen we dergelijke zaken verzwijgen? Gelukkig is het mijn taak niet om
hierover te oordelen. Zolang iedereen gelukkig is, denk ik dan maar.
Gisteren ben ik terug begonnen met interim werk. Hiermee kan
ik spreken van geluk, aangezien zelfs sommige vaste werkers in het bedrijf niet
genoeg werk hadden en op andere afdelingen moesten helpen, en bijgevolg heel
weinig interim werkers werden opgeroepen. In de namiddag hadden ik en mijn
vriendin ons voorgenomen om het nog eens te proberen met de GPS koers te zetten
naar het zwemparadijs. Ik kwam kwart na 2 thuis toe, om verwelkomd te worden
door mijn vriendin, nog steeds gekleed in pyjama. Grappig aan mijn vriendin is
dat ze zon kinderlijke trekjes heeft, zoals het dragen van een pyjama tot een
gat in de dag. Slapen tot een gat in de dag. Kampen met een verslaving aan
snoep. Zich onttrekken aan huishoudelijke taken. Geen tijdsbesef hebben. De
lijst loopt eindeloos door. Tegen 3 uur konden we vertrekken. We pikten eerst
de GPS op en ik voerde meteen het adres is. De GPS was deze maal opgeladen en
startte op. Zodra het adres was ingevoerd, begaf het ding het helaas weer. Gelukkig
waren we deze keer nog niet zo ver geraakt, en we wisten ditmaal beter dan op
onze intuïtie zon traject te proberen afleggen. Op de weg terug naar huis kon
ik het echter niet verdragen dat mijn vriendin daar zat met een pruillipje,
getroffen door teleurstelling. Daarom besloot ik er nog een gezellig
winkeldagje van te maken, nu de koopjes toch begonnen zijn. Bij deze gedachte
klaarde haar gezicht al meteen op. Na deze urenlange kwelling (waarom reageerde
ik ook zo impulsief op dat pruillipje) maakten we het gezellig in huis, met de
film Poltergeist. Weinig horror films slagen er in om niet zwak te eindigen.
Poltergeist, hoewel een tamelijk oude film, slaagt daar wel in. De inhoud van
de film is een andere zaak, maar het hoeft niet altijd geloofwaardig en
minutieus uitgewerkt te zijn. Zeker niet met de toestand van slaperigheid
waarin ik me na 8 uur telkens bevind.
Vandaag was opnieuw een flink werkdagje. Van 6 tot 2 alles
geven, dan even uitbollen thuis en s avonds nog wat werken in de praktijk. Nu
ga ik nog even een brief naar een collega posten, dan misschien nog een
filmpje, en dan recht naar bed!
De avond van 1 januari heb ik thuis gespendeerd, in alle
rust, zoals ik het graag heb. Badje genomen, enkele afleveringen van dexter
gezien en op een niet al te laat uur heb ik me teruggetrokken in bed. Ik geniet
deze week en mogelijks ook de volgende van wat vrijaf, aangezien het rustig is
in het bedrijf waar ik werk. Inmiddels bouwt de drukte in mn ander beroep zich
gestaag op, wat een heel goeie zaak is. Eergisteren was weinig noemenswaardig,
maar als geheugen test voel ik me verplicht hem te vermelden; we zijn na het
opstaan meteen naar de winkel gegaan. Vervolgens nog wat opgeruimd in het huis,
en s avonds gasten ontvangen voor een etentje. Hoewel nogal ongepast, kwam het
wel van pas dat 1 gast, die kok is, het koken overnam. Iedereen geeft wel eens
blijk van beroepsmisvorming zeker? Gisteren heb ik het jaar goed ingezet door
absoluut niks te doen. Gewoon wat thuisblijven, lezen, pc games spelen; de
dingen waar ik anders weinig tijd voor heb. In de namiddag/avond zou ik naar
een subtropisch zwemparadijs gegaan zijn. Maar omdat het nogal veraf lag,
gingen ik en mn vriendin om iemands GPS om vervolgens de weg verder te zetten.
Onderweg bleek echter dat de batterij van de GPS leeg was. En ookal werd hij
minstens 3 kwartier opgeladen in de auto, nog wilde het ding niet opstarten. We
reden dus wat op goed geluk, hopend om de juiste aanduidingen te vinden,
vertrouwend in ons intuïtie. Maar het heeft niet mogen baten, ons intuïtie
heeft ons slechts correct de weg terug getoond. Het mocht niet zijn. Onderweg
terug hebben we wel nog een maaltijd genoten, en ik ben weer wat rijervaring
rijker. Bovendien kan een lange rit best gezellig zijn, mits het juiste
gezelschap, een aantal CDs en een goede verwarming. Ik ben niet de persoon om
te tobben over dit soort mislukkingen. Alles heeft wel een positieve kant.
Zelfs het diesel verbruik, dat mij dwingt om de komende week toch wat vaker de
fiets te gaan gebruiken. Autos zijn overgewaardeerd.
Vandaag hoop ik opnieuw wat succes te boeken in mn werk. Ik
voer een zelfstandig beroep uit, met een eigen praktijk. Om toestemming
hiervoor te krijgen moest ik van de belastingsdienst helaas verhuizen naar de
plek waar ik werk. Op zich is dit niet slecht, het huis is vlakbij het centrum,
maar ook vlakbij een groot bos. Het werk is fantastisch. Wat wel nogal knaagt is dat ik dit niet voor
ogen had tijdens de studies. Ook in die periode woonde ik thuis. Maar vlak na mijn
studies, beëindigd op een relatief prille leeftijd, moest ik dus meteen vaarwel
zeggen aan het ouderlijk huis. Voor mezelf betekent dit enerzijds een hoop
vrijheid en mogelijkheid tot zelfontplooïing, maar anderzijds ook de
verplichting om nog heel wat te moeten bijverdienen in een andere sector. Het
meest van al treft dit mijn ouders, die ook gisteren de kans niet onbenut
lieten om hun lekkerste dessertjes boven te halen. En denk maar niet aan
weigeren, eenmaal uitgehaald moeten ze wel opgegeten worden! Zo ziet mijn 2012 er dus tot nu toe uit: heel weinig actie, heel veel eten. Nice.