Hallo iedereen, Met zo'n titel kan ik alle kanten uit. Gisteren was de grootste lottopot ooit te winnen in Oz maar laat het duidelijk zijn dat dit enkel voor "happy few" is en aangezien ik niet bepaald onder de gunstigste sterren geboren ben, heb ik wijselijk besloten om geen gok te wagen. Dat is wat mij onderscheid van de Aussies, want gisteren stonden er ongelofelijk lange rijen hoopvolle mensen geduldig aan te schuiven. Ze kunnen hun Britse achtergrond niet ontkennen : queuing up , is een kunst die de bevolking volledig beheerst.
Gisteren heb ik mijn grenzen verlegd: letterlijk dan. Tot nu toe had ik enkel het noordelijk deel van Canberra verkend, maar daar is nu verandering in gekomen. Doel van mijn missie: de Royal Australian Mint (een mondvol, hoewel in de geval, de vlag de lading niet eens volledig dekt) in het zuidelijk stadsgedeelte. Voor Australians, just around the corner: dat wordt vertaald in een busrit van een uur (en ik zweer bij God dat de buschauffeurs hier een vrijgeleide hebben, sommigen van hen hebben ongetwijfeld een verleden als race piloot, bijna schreef ik " a license to kill" maar zo erg is gelukkig nog net niet). De eerste rit is ondertussen al een "piece of cake" voor me; hoe het verder moest, dat zou ik wel uitzoeken. En hier vermoed ik dat er wat Duitse invloed moet zijn in de locale maatschappij , of bestaat er ook zoiets als Aussie Gründlichkeit? Feit is dat het helemaal geen uitdaging is om je weg te vinden omdat alles heel duidelijk wordt aangegeven. Hop op, de bus richting "bruidstaart". Dat is het koosnaampje voor het parlement en eigenlijk is het nog niet eens zo gek. Ik vermoed dat de architect eens iets anders wou dan de klassieke koepel om het gebouw een zekere status te geven. In plaats daarvan rijzen 4 enorme stalen balken naar de wolken om elkaar hoog boven het gebouw te vinden en daar de basis van de vlaggenmast te worden. De vlag die daar wappert geeft de stars en stripes in de Verenigde Staten het nakijken: minder sterren dat wel, maar meer vierkante meter, zeker weten!
Eens aangekomen in de mint, was ik net op tijd om aan te sluiten bij een gidsbeurt. Daar leer ik dan dat de oudste munten hier van een gezonken Nederlands schip komen, dat ik de 17de eeuw schipbreuk geleden had voor de kust van Westelijk Australië. In geuren en kleuren werd ons uitgelegd hoe het proces verloopt om van een ontwerp naar een munt te komen. De ster van het geheel is een enorme robot, die de vaten met "blank coins"(gekocht in Korea) feilloos uitkiepert in een andere automaat. Tot voor kort was dit de grootste robot wereldwijd al is het niet zozeer de grootte die zo indrukwekkend is, maar veeleer de precisie en de "elegantie" (al lijkt dit geen woord om een machine te omschrijven) van deze Kuka Titan. In feite is het ganse proces helemaal geautomatiseerd, in die mate dat zelfs, de clark onbemand rondrijdt en vaten aan en af voert. In deze afdeling is de bijdrage van de mens gereduceerd tot poetsen en toezicht houden.
Een Mint slaat munten, maar in het verleden hebben ze daar ook medailles gemaakt: een heel beperkt aantal WO I medailles en zelfs sommige Olympische medailles. Heel plezant om naar de kijken waar de "missers". Wat te denken van een munt met 2 gelijke zijden? of van munten met de grootte van 1 dollar maar de waarde van 10 cent. Het is des mensens : fouten maken.
Ondertussen wordt het meer en meer duidelijk dat het nieuws de ronde doet: er is een Belgische in het land die lezingen geeft over WO I. Ik krijg nu mails en zelfs telefoontjes van mensen die ik helemaal niet ken. De mond aan mond reclame van mijn vorige lezingen begint vruchten af te werpen. Soms moet ik mezelf wel even knijpen: gebeurt dit wel echt? Droom ik niet? Zelfs al weet ik niet waar dit alles toe zal leiden: één ding is zeker, niemand neemt dit nog van me af.
Vandaag hou ik het rustig want morgen heb ik een lezing van twee uur voor een heel hoogstaand publiek. De vrouwelijke kant van me (of zou het de koppige aard in me zijn? ) wil niet onderdoen voor de uitstekende meneer van verleden week. Ik zal deze namiddag mijn messen scherpen, klaar voor de strijd morgen. Vanavond wel nog even mijn cultuur bijschaven want we gaan naar een toneelvoorstelling. De zoon des huizes heeft meegeschreven aan dit verhaal: benieuwd wat een 16 jarige kan bereiken hiermee want deze jongeman zou graag een carrière maken als toneelschrijver.
Genoeg gekletst voor nu : werken geblazen want ik wil die Vlaamse kleuren echt wel hoog houden down under! groetjes Charlotte
Hallo iedereen, Frustratie alom vandaag. Er komt nog net geen stoom uit mijn oren al heb ik het kookpunt toch bijna bereikt. En de reden van dat alles? Mijn Engelstalige blog... Gisteren heb ik mijn Engelstalige vrienden op de hoogte gebracht van mijn doen en laten maar telkens weer verschijnen er van die rare tekens in mijn tekst. Wat ik ook doe, het helpt geen moer. Op het moment dat ik mijn tekst typ is er geen enkel probleem, o nee, de duivel komt pas uit het technologie doosje wanneer ik alles netjes op mijn blog plaats. Ik heb me in het verleden al heel vaak gelukkig geprezen met mijn taalgericht brein. Vandaag zou ik dat zonder zweem van twijfel inruilen voor een hoopje grijze massa die de logica van computertaal begrijpt. Dat zou dan wel kunnen inhouden dat jullie moeten vrede nemen met taalfouten in mijn blog!
Deze morgen heb ik mijn eerste kennismaking met een Australische school gehad. Je kunt er niet omheen kijken natuurlijk : alle leerlingen netjes in uniform met das en al! Best wel grappig om die 7 jarige jongentjes met een das te zien rondlopen op de speelplaats. Maar niet alleen de das, deed me de wenkbrauwen fronzen. Wat denk je van een groep jolende kinderen met een hoed op? Het leek wel of ik in de jaren 20 werd gekatapulteerd. Op mijn vraag waarom een hoed deel uitmaakt van het uniform (ik zie onze Vlaamse jeugd al gaan met een hoofddeksel op? Gegarandeerd succes voor een opstand tegen het gezag!) bleek dit vooral als bescherming tegen de zon te zijn. Laat me er aan toevoegen dat vandaag de eerste dag is dat ik GEEN zon gezien heb... maar wel veel hoeden! Een aantal jaren terug heeft een ouderpaar de school vervolgd omdat hun kind verbrand was door de zon ( niet direct een probleem met de kwaliteit van onze Belgische zomers natuurlijk). Dit verhaal deed me onmiddellijk denken aan die keer dat één van mijn kinderen thuis kwam met een hitteslag omdat de schoolbus veel te warm was. Geen haar op ons hoofd, dat er toen aan dacht om de school te vervolgen. Er is nog toekomst voor advocaten in Belgenland... eens de Belgen de mentaliteit van de Engelstalige wereld overnemen, zullen ze werk moeten weigeren...
De school waar ik naartoe moest lag op 5 km hiervandaan (en dichter kan echt niet in dit land). Omdat ik ondertussen een door de wol geverfde toerist ben, voor wie het openbaar vervoer geen geheimen meer heeft, was ik van plan om op een democratische manier de verplaatsing te maken. Dat was buiten de leerkracht gerekend, die erop stond dat ik een taxi belde. De school zou me die kosten wel vergoeden. Trouwens de kostprijs zou toch maar een paar dollars zijn. Mis poes, voor de 5 km (nauwelijks) werd ik 14 dollar aangerekend. Zelfs de leerkracht had zoveel niet verwacht natuurlijk. Hij bleek een Ier te zijn (met een meer dan sterk accent... ik begin te geloven dat ik tegen het einde van mijn reis om het even welke taal, die een beetje gelijkenis met Engels vertoont, zal kunnen begrijpen. Feit is dat "Engels" een mantel is, die een hele grote lading dekt). Hij wist me te vertellen dat het leven in Australië behoorlijk duur is. Eigenaardig genoeg had ik net het tegenovergestelde gevoel: het valt hier allemaal heel goed mee qua prijs vind ik. Wat me de vraag doet rijzen of Ierland dan zo spotgoedkoop is???
Mijn lezing was voor een groep van 100 leerlingen gedurende een uur. Daar waar het eerste geen enkel probleem stelt, is dat wel even anders met de tijdslimiet. Hoewel, ik was in goede doen vandaag en heb me netjes aan de opgegeven tijd gehouden (maar heb dan ook maar de helft van mijn verhaal gedaan, mirakels laten gebeuren ligt nog net buiten mijn kunnen). Ik zal dit alvast noteren, het moet zowat de eerste keer zijn dat ik OP tijd kan stoppen. Toch wel aangenaam om de leraar nadien te horen zeggen dat hij, had hij geweten hoe ik de aandacht kon "pakken", me voor 2 uur zou geboekt hebben. Ik heb een groep met honger naar meer achter me gelaten...
Eens terug thuis bleek het te laat te zijn om nog naar Canberra te trekken, dus besloot ik om te testen in welke mate ik nog met een dweil overweg kan. Mijn gastgezin heeft een heel druk leven en aan Stacey is geen huisvrouw verloren gegaan. Ik wou dus graag mijn dankbaarheid uiten door een handje toe te steken. Een dweil is een onbekend voorwerp hier: in plaats daarvan werken ze met een soort mop, ideaal in de Amerikaanse tv reclame, maar neem het van me aan : niet half zo efficiënt als een ouderwetse dweil. Nooit had ik gedacht dat ik nog een dag zou genieten van kuisen (het spreekwoord wordt hiermee nogmaals bevestigd : zeg nooit nooit). Met Billy Fury op de achtergrond (heerlijke 1960 muziek) ben ik gezwind door gans het huis gegaan. Afgezien van de kat en de hond, die een dergelijke wervelwind duidelijk niet gewoon zijn, zal iedereen tevreden zijn. Het ziet er spic en span uit!
En ondertussen is dag alweer bijna vervlogen: de tijd glipt me hier gewoon door de vingers. Het grote verschil is dat ik nu met handenvol mooie herinneringen zit...
Hallo iedereen,
Een dag van stilte gisteren, niet zozeer omdat er niets te vertellen viel maar
veeleer omdat er te veel te beleven was. En omdat ik niet draai op duracell
batterijen, ben ik er gisteren niet in geslaagd om een nachtelijk verhaal te schrijven.
Terug in de tijd dus, meer bepaald naar gisteren morgen. Om 10 krijg ik een
telefoon van een brigadier-generaal, die ik 2 keer ontmoet heb in Varlet Farm Of ik al een en
ander van Canberra gezien had? Niet genoeg volgens hem : ik werd op staande
voet uitgenodigd voor een rondrit in de stad met hem als privé gids. Sommige
kansen zijn " to nice to refuse" natuurlijk, en voor ik het goed en
wel wist werd ik "thuis" opgehaald. Geloof het of niet maar Chris,
die hier dus al jaren woont, wist zelfs niet af van het bestaan van deze
voorstad. Canberra deint uit aan een ongelofelijk tempo. Even verder in de
straat, schiet nog een hele nieuwe wijk uit de grond. Daar waar de
"oude" stad ( het label "oud" heeft hier wel een andere
betekenis) uitgetekend werd door een architect op vraag van de regering, worden de recentere
voorsteden ontworpen door projectontwikkelaars. De omgekeerde wereld van Europa
: oude steden met smalle straten en nieuwe wijken met ruimere straten. De
Australische versie is: een oude stad met brede straten en nieuwe wijken met
smallere straten. Eén regel is universeel :bouwpromotoren willen maximaal
rendement halen.
Eerste halte werd het nieuwe Parliament House. Nieuw is het in ieder geval want
pas in gebruik sedert 1988. Indien dit gebouw werd gebouwd om duidelijk te
maken dat Australië een land in volle groei is, dan is de architect daar
wonderwel in
geslaagd. De eerste indruk is gewoon overweldigend : je komt
binnen in een enorme zaal waar de pilaren met roze marmer bekleed zijn om de gumtrees,
met hun zachtroze tinten, te symboliseren. En alhoewel het een heel modern
gebouw betreft, met heel veel wit en heel veel licht, laat het toch een warme
indruk na. Heel even bedenk ik dat de architect de Aussie
sfeer hier gevangen heeft, binnen de muren van deze zaal. De volgende ruimte is
een enorme hal met een houten vloer, die zo uitnodigt om te gaan dansen. De
glans is adembenemend... Deze zaal wordt gedomineerd door een modern wandtapijt
(20m X 9m)
gebaseerd op een schilderij van Arthur Boyd. De Vlaamse wandtapijten verliezen
hier op slag hun status van " groot", dit is adembenemend.
Een land van verschillende culturen, maar vooral een land van intense kleuren:
dat is wat mij hier zo overvalt. Blauw heeft hier een andere dimensie, rood is
bijlange niet zo hard maar voelt bijna breekbaar aan terwijl geel zo fel is dat
je haast een zonnebril dient op te zetten (van zonnebrillen gesproken : die zie
je hier dag en nacht, ik denk dat een Aussie geboren is met een bril op zijn
neus of op zijn hoofd). De kleuren spetteren dan ook van dit wandtapijt,
bruisend als het land zelf.
De senaat en de kamer van volksvertegenwoordiging zien er heel Europees uit,
ware het niet dat het groen en het rood wat zachter zijn. Ik heb er een
behoorlijke les Australische politiek gekregen, waarvan ik hoofdzakelijk onthoud
dat politiekers allemaal uit hetzelfde hout gesneden zijn, ongeacht welke
nationaliteit op hun paspoort staat. De gemiddelde Aussie heeft net als zijn
tegenvoeters geen al te hoge dunk van de heren en dames, die deze zitjes
bemannen. En ook hier blijken coalities van wisselende aard te zijn: het is een
kwestie van je eieren in de juiste mand te droppen.
En dat politiekers een en ander te bespreken hebben, wat de buitenwereld best
niet hoort, heeft mede het ontwerp van het gebouw bepaald. In de ruimte waar de
heren gezagdragers een gemoedelijke babbel hebben, werd er centraal een fontein
geïnstalleerd met als enige bedoeling te verhinderen dat gesprekken kunnen
worden afgeluisterd (watergate... remember...)
Na al dat politiek geweld was het tijd voor een lunch, in het oude
stadsgedeelte. Eten is mijn ding niet en dus wil ik daar niet te veel tijd aan
verspillen: hou het simpel aub. Een broodje is de perfecte oplossing: we zitten
in een gezellig restaurant waar heren in maatpak en das, laveren tussen mensen
in jogging en sneakers. Opnieuw die gezellige mix. Het is me trouwens al
opgevallen dat je hier qua kledij niet kan zondigen : jong geweld in shorts en
laag uitgesneden topjes, dagdagelijkse stadskledij en warm ingeduffelde mensen
met mantel en muts... wel, je ziet het hier allemaal lopen in dezelfde straat. Het
is duidelijk dat de bevolking met zijn wijdverspreide achtergronden, andere
thermostaten heeft: wat koud is voor de ene is zomerweer voor de andere. Moet
kunnen en hier kan het wel degelijk allemaal.
Wat doet een legeraanvoerder wanneer hij een stad wil innemen? Hij gaat naar
hoger gelegen grond om een overzicht te krijgen. Geen intenties om de stad te
veroveren,( tenzij als gretig toerist), leidde ons naar Mount Ainslie, wel de
bedoeling om van het weidse zicht over Canberra te genieten. Wij netjes met de
wagen naar boven (een goede 800
meter boven de zeespiegel, Canberra ligt op een goede 600 m hoogte) om boven
aangekomen een bekende van Chris aan te treffen, helemaal buiten adem. De
dappere man had de berg opgelopen (hij wil zijn conditie op punt houden) en
alsof dat nog niet voldoende geseling was, voegde hij er onmiddellijk nog een
aantal push-ups aan toe. In de ogen van de brigadier -generaal wil je toch niet
afgaan???
In de namiddag werd ik door het kwartier van de ambassades gegidst. De
bedoeling is dat iedere ambassade de geest van hun land in hun gebouw laat
weerspiegelen. Toen ik dat hoorde, begon ik al te panikeren: hoe kan ons land
zich presenteren in een gebouw? Het antwoord moet ik schuldig blijven want de
Belgische ambassade blijkt een goed verscholen geheim te zijn, wij hebben ze in
ieder geval niet gevonden. Bepaalde landen hebben de opdracht feilloos
volbracht (India, Thailand bv) terwijl anderen helemaal de mist zijn ingegaan. Onze
buurlanden halen met stip die lijst : Frankrijk en Duitsland... geen enkel
Fransman of Duitser zou zijn eigen ambassade herkennen!
Genoeg beton en bakstenen, op naar de fauna en flora. Echte liefhebbers zullen
al weten dat de herfst niet het ideale seizoen is om de bloemen te bewonderen,
maar zelfs zonder bloemenpracht is de botanische tuin zeker de moeite waard. Vraag
me geen namen van al dat natuurschoon: mijn harde schijf zit nu al proppensvol.
Wat ik wel weet is dat het hier ook krioelt van de Galahs: een soort parkiet,
netjes oversized, in grijs en roze tinten.
Ondertussen had mijn gids achterhaald dat er nog altijd een leemte was in mijn
kennismaking met dit land. Waar zijn jullie kangoeroes naartoe??? Ik had opeens
een gids met een missie :ik zou een kangoeroe zien en nog wel op die dag. En ja
hoor de aanhouder wint, na een korte rit en een al even korte wandeling, stond
ik oog in oog met hun huppelend nationaal symbool. Dat beest keek mij met net zoveel
verwondering aan. Eigenlijk zijn het grappige creaturen :klein kopje, oren die
in alle richtingen draaien, en een ruggengraat die van voorovergebogen naar
pijlrechtop gaat in een fractie van een seconde. Hoe meer ik keek, hoe meer er
waren, in alle slag en grootte. Ongelofelijk dat, op nauwelijks 3 minuten van
het Australian War Memorial, wildlife zo rustig rondhuppelt. De bush capital,
wordt Canberra ook wel genoemd: ik heb het levend bewijs gezien.
Galant als mijn gids was, werd ik netjes tot aan de voordeur begeleid met de
belofte dat er nog meer te verkennen viel en dat hij maar al te graag nog eens
als gids wou fungeren. Mij hoor je niet klagen hoor!
Daarna was het tijd om van outfit te veranderen want 's avonds was ik
uitgenodigd door een majoor en zijn vrouw, voor een avondmaal tezamen met nog
wat vrienden. Wat zou een Australisch gezin aanbieden als avondmaal, dat vroeg
ik me af. Het begon in ieder geval heel Spaans want we werden verwelkomd met
sangria. Het voorgerecht (ik ben er nog altijd niet uit of dit nu een soep dan
wel een voorgerecht was... (op aanblik schipperde het tussen beide in) was vis
met ???? De eerste hap
zette heel mijn mond in vuur en vlam (en niet van het kletsen!) Blussen,
blussen... dat is het eerste waar ik aan dacht. Witte wijn heeft die taak
vervuld maar dan... Ja, dan sta je daar met een maaltijd die naar mijn
Belgische normen niet te eten is. Ik heb beleefdheidshalve een 2de poging
ondernomen maar heb het daar dan bij gehouden. Gelukkig heb ik nog altijd het
excuus dat mijn pancreas "spicy " eten niet aankan (en dat geen
leugen) maar ergens voelde ik me wel verveeld met de situatie. Op naar het
volgend gerecht : (tegen dan zit ik al te bidden dat dit gerecht het kruidvat
niet zien langskomen heeft). Het bleek rundvlees ( een poging tot stoofvlees,
maar dan wel een poging die geen potten zal breken), rijst en een soort
aardappelmix met groenten. De gastvrouw, had mijn vorige ervaring nog heel fris
in het geheugen, en was zo lief om te verwittigen dat de aardappelschotel misschien
ietsje te sterk gekruid zou kunnen zijn. Voldoende sein voor mij om er
mijlenver vandaan te blijven. Safe the best voor last, is ongetwijfeld haar
motto want het dessert (een soort crème met limoen) was hemels : wat een
heerlijke smaak, ik heb nog nooit iets dergelijks geproefd.
En dan is het opeens middernacht voor we het goed en wel beseffen. Tijd om
onder de wol te gaan.
Een lome start deze morgen, maar dat is heel snel veranderd. Om 10 een
telefoontje van Chris om te vragen of ik plannen had? Niet bepaald, dus werd ik
meteen een nieuwe rondleiding aangeboden. Vandaag zou dat eentje worden in een flitsende
sportwagen want mevrouw had de stadsauto mee voor een lange rit, dus moest
meneer het maar doen met haar duur machien. Niets kan er mij nu verrassen,
laat dat duidelijk zijn. We zijn aan een behoorlijke snelheid (nauwelijks te
verwonderen want dat wagentje heeft een meer dan gevoelig gaspedaal: bij de
minste aanraking gaat de motor er met volle kracht tegenaan), naar het
platteland gereden. Gisteren heb ik de levende versie van skippy gezien,
vandaag de minder fortuinlijke soortgenoten: hier en daar lag er een aangereden
kangoeroe langs de baan.
Dat Australië een uitgestrekt land is, heb ik ondertussen al begrepen. De weidse
zichten over het glooiende landschap, dat hier trouwens veel groener is dan in
Adelaide, zullen me altijd bijblijven. De zo typische gumtrees, die dit land
zijn specifieke gezicht geven, staan als stille wachters in de verte, klaar om
een van de schaarse runderen een schaduwplaats te bieden. Om de zoveel
kilometer, vind je een heel afgelegen hoeve: ik vraag me af wie er hier kan
overleven. Geen enkele Australische boer zal mij ooit kunnen bekoren, daar durf
ik alles op verwedden!
Of ze mij Aussie Charlotte willen maken is me niet duidelijk maar er wordt in
ieder geval heel hard geprobeerd om me zoveel mogelijk "taste" van
het land mee te geven. Geen chocolade, maar bier, dat was de volgende stap. Ik
werd vakkundig naar een locale pub geloodst om daar tussen een hele boel echte
Aussies te belanden. Grote schermen gooiden gelijktijdig de paardenrennen en de
rugby match in de ruimte. Gokken zit de inwoners van dit land blijkbaar in het
bloed en paardenrennen zijn natuurlijk een klassieker voor gokkers. Rugby zit
hen hier ook in het bloed al is het wel zo dat er 3 verschillende soorten zijn.
Ik vrees dat één van mijn volgende uitstappen wel eens een verplichte les rugby
zou kunnen worden.
Of ik de lokale markt al gezien had? Neen? Richting markt was de volgende
opdracht. Verwacht hier niets Europees: een markt hier is , raar maar waar, een
gebouw dat ik U vorm werd opgetrokken met aan de binnenkant van de U talloze
winkels, die zowat alles wat eetbaar is aan de man brengen. Het rijke aanbod
aan groenten en fruit valt onmiddellijk op, zonder enige twijfel is de keuze
hier veel ruimer. De mix van zo vele culturen ligt hier hoogstwaarschijnlijk
mee aan de oorzaak van : een winkel met enkel kruiden of met enkel noten zou in
ons kleine landje geen lang leven beschoren zijn denk ik. In een land waar de
zon meer uren schijnt dan je voor mogelijk houdt, had ik echt wel verwacht dat
de markt in openlucht zou plaats vinden Die Aussies, ze blijven me verrassen!
En om de dag met een noot cultuur af te ronden, werd ik naar de National
Gallery gebracht. De meest indrukwekkende verzameling van kunstwerken uit een
brede regio worden hier tentoongesteld. Sommige van die werken slagen er direct
in om me te overtuigen dat ik mijn roeping gemist heb (en laat het duidelijk
zijn dat ik over niet één artistiek gen in mijn lichaam beschik) want een leeg
kader ophangen, zou ik best ook wel kunnen. Chris had heel snel door dat
moderne kunst me niet omver zou blazen... we schoven dus door naar de zalen met
impressionisme. John Glover,
een naam om te onthouden voor mij. Met nog een vleugje Aboriginal kunst en wat
kunstwerken uit India (vooral prachtige geweven tapijten) werd ons bezoek
afgerond.
Heerlijk is dat om de sfeer van een land op zo'n gouden dienblad aangeboden te
krijgen. Gastvrijheid is duidelijk geen holle term down under: meer bewijzen
hoef ik echt niet meer te zien.
Hallo iedereen, Ik ben min of meer bekomen van de schok van gisteren: het is nog niet uit mijn systeem... Nog een paar dagen verteren en dan zal ik weer klaar zien (tenminste dat hoop ik toch).
Misschien kan ik het als de gevolgen van een na-schok omschrijven (lijkt wel of ik een aardbeving overleefd heb), maar deze morgen stond mijn energie meter op "tanken". Ik had helemaal geen zin om uit bed te komen, en nog minder zin om iets te doen. Luiheid is een slechte raadgever natuurlijk, want uiteindelijk zit je dan alleen maar meer te tobben. Dus: actie meid...dat is een remedie die altijd werkt.
Wat doe je als je in actie wil schieten in iemand anders huis??? Zoeken achter werk is het logische antwoord daarop. En dus viel mijn oog op een wasmand, die in niet mis te vertane termen duidelijk maakte dat de maat vol was ( in dit geval: de wasmand). Stacey had me gezegd dat ik altijd hun machine mocht gebruiken, indien ik was te doen had maar mijn lieve gastvrouw , voor wie technologie een verworven kennis is (en die ervan uitgaat, dat dit voor iedereen geldt!), had natuurlijk nagelaten om me enige informatie over de werking van hun wasmachine te geven. Ja , de deur openen en de machine vullen, dat lukt nog wel... maar dan??? Zelfs de kat, die normaal van geen liefde moet weten, kwam heel nieuwsgierig kijken: alsof ze voor zich al het drama zag dat zich mogelijk kon afspelen...het laatste wat ik wou bereiken: dat de was op halve grootte aan de wasdraad zou hangen. Mijn zelfvertrouwen (wanneer het erop aan komt om met knopjes aan een machine te werken tenminste) heeft een enorme boost gekregen. Net als met de bussen, heb ik nu het gevoel dat ik alle situaties onder controle heb: vertaald heet dat dan dat ik zowel zijde, wol als katoen aankan. Herfst in Canberra: er zijn ergere seizoenen op aarde. De zon doet flink haar best, een zuchtje wind en droge lucht : de ideale formule voor snel drogen en dat doet het hier dus ook.
Net voor de middag werd ik opgehaald door een zekere Tony, die me naar de universiteit voor de derde leeftijd zou brengen ( niet dat ik enige intentie heb om me daar in te schrijven). Onderweg pikte hij nog 2 mensen op, die zeker aan het label "derde leeftijd" beantwoorden: een 87- jarige en een 90-jarige: kwieke gasten, die nog willen bijleren. Ik voelde me op slag terug een tiener! Vooral Bill, de ouderdomsdeken, bleek een heel interessante gesprekspartner te zijn. Bij het uitbreken van de oorlog, had hij zich als onversaagde jongere aangemeld om "zijn plicht" te doen (als vrijwilliger wel te verstaan). Hij had al heel snel door dat het leger niet echt zijn ding was en schoof dus door naar de luchtmacht. Zoals iedere jonge man, had hij de droom voor ogen om een Tom Cruise carrière als top gun achterna te gaan. (of beter gezegd : voor te gaan want ik spreek van de vroege jaren 40). Velen voelen zich geroepen maar weinigen zijn uitverkoren: dat heeft Bill aan de lijve ondervonden. Niet de snelle gevechtsvliegtuigen zouden zijn wereld worden, maar de veel loggere bommenwerpers. Hij heeft na een intensieve training van 2 jaar de titel van piloot gekregen en mocht dus zijn deel van de lading boven Duitsland gaan droppen. Op mijn vraag hoeveel vluchten hij had uitgevoerd, wist hij alleen maar te zeggen ontelbaar veel. Toen hij hoorde dat ik uit België kwam, zei hij me: ik heb vaak boven je gevlogen. Correctie aub : boven mijn moeder ja, maar ik was nog niet in productie toen!
Op een van de vluchten was er een bom blijven hangen in het systeem wat een reeël gevaar opleverde bij de landing. Op de terugvlucht naar Engeland, ondernam hij verwoede pogingen om het onding los te schudden en volgens zijn zeggen, lukte dat net op het vliegtuig van Glen Miller (ja ja dat zeggen ze allemaal, die piloten van de lancaster bommenwerpers). Na de oorlog heeft hij jarenlang gezondheidsproblemen gehad totdat uiteindelijk de juiste diagnose werd gesteld : TBC. Daardoor heeft hij alle kansen verloren om het als lijnpiloot te maken. Een goed alternatief voor hem was... boekhouder: als koersverandering in je leven kan dit tellen.
Deze namiddag was voor mij enkel een introductie om me toe te laten te zien wat er volgende week van me verwacht wordt. Dank je wel, het heeft mijn zelfvertrouwen (dat in de voormiddag nog naar omhoog gekrikt was) geen deugd gedaan: de voordrachtgever van vandaag (Barry... weet ik veel) was iemand die uit de mediawereld kwam en die jaren terug alle speeches voor de toenmalige eerste minister geschreven had. Iemand die het klappen van de zweep kent dus en die dat, met een als vanzelfssprekend gemak, ook demonstreerde. Barry bleek een heel boeiende spreker te zijn, die een stereo aan een dove zou kunnen verkopen... zoveel overtuigingskracht ging er van hem uit. Een vlot samengestelde lezing, met een indrukwekkende powerpoint (met alle mogelijke snufjes erin verwerkt) . De enige conclusie is dat ik zal zweten volgende week. Na zijn lezing (2 delen van een uur, die beiden het label "uitstekend" verdienden) werd ik helemaal onverwacht gevraagd om mijn mening over "de Anzac feeling " en "Anzac Day" te geven. Hersenen op "stand 2" en antwoorden maar... Iets wat ik zelf heb meegemaakt : daar kan ik wel degelijk over meespreken. Achteraf zei Bill tegen me : chapeau voor de manier waarop je de groep, totaal onvoorbereid, hebt toegesproken. In antwoord heb ik gezegd dat ik maar 2 kansen had :ofwel onder mijn stoel duiken en me verstoppen, ofwel antwoorden. En aangezien ik een bleke lange broek droeg, en ik de was net gedaan had, was de keuze snel gemaakt!
Terug thuis (want zo voelt het hier wel) ben ik de strijk aangevallen (hoe praktisch Australische huizen ook zijn : één groot tekort is er wel. Indien de opdracht zou zijn om 10 punten te vinden in gans het huis waar je een stekker kwijt kan... wel dan pas ik op voorhand. Koper moet hier ongemeen duur zijn, ofwel strijken ze hier niet!),hebben we tezamen een pizza verorberd en dan... ja, nog wat bloggen zeker.
Ik hoop alvast dat jullie er even veel van genieten als ik doe,terwijl ik mijn impressies neertokkel... groetjes, Charlotte
Hallo iedereen, De titel geeft niet veel goeds aan... en jammer genoeg zegt die titel het allemaal. Ik ben net tot de vaststelling gekomen dat mijn gmail account gehackt is en dat alle mails verdwenen zijn (en dat gaat over honderden mailtjes). Mag ik iedereen vragen, die me in de afgelopen 2 weken een mail gestuurd heeft naar het volgende adres charlottevarletfarm@gmail.com om die mail opnieuw te sturen naar charlotteatthefarm@gmail.com?
Geen vrolijke noot vandaag, alleen diepe ontgoocheling in de mensheid. charlotte
Dat is waar sommige
mensen naartoe trekken om met zichzelf geconfronteerd te worden. Mijn
pelgrimstocht brengt me naar de andere kant van de wereld, allicht deels
omwille van het feit dat ik de smaak van het land geproefd heb via mijn vele
gasten van down under.
Met mijn smaakpapillen is
alles duidelijk in orde want mijn verwachtingen van Oz worden hier niet alleen
ingelost maar zelfs overtroffen. Moeilijk te omschrijven met woorden : ik voel
me precies thuis komen. In een vreemd land, duizenden km verwijderd van de
plaats die ik jarenlang als thuis omschreven heb, overvalt de innerlijke rust
me. Thuis, dat vind ik nu in mezelf, niet in een omhulsel van bakstenen. Thuis
komen betekent nu : geluk ervaren wanneer ik heel alleen wandel en de omgeving
in me opneem. Thuis voelen : dat is het zelfvertrouwen dat in me opborrelt als
een pas ontsproten bron.
De omgeving waarin ik nu
mag bewegen, heeft natuurlijk alles om een mens in verwondering te laten
opkijken. De vele gumtrees, die met hun witte stam soms naar het zachtroze of
zelfs lichtgrijs- majestueus de vele lanen afbakenen: het is een beeld dat me
altijd zal bijblijven. Ik heb me laten
vertellen dat er 300 verschillende soorten gumtrees zijn: de hemel op aarde
voor koalas ware
het niet dat de kieskeurige beestjes enkel één bepaalde gumtree op hun menu
willen plaatsen.
Schreeuwerige kaketoes,
die heel flamboyant hun kam opzetten, wanneer je ze benaderd : ze vliegen hier
in grote getale. Mooie vogels dat wel, al betwijfel ik of ze erg geliefd zijn:
hun opdringerigheid doet me denken aan de meeuwen, die toeristen nog net niet
aanvallen. In hun diepe vlucht naar beneden, lijkt het wel of ze willen
paraderen met de gele kleur op de onderkant van hun vleugels, netjes in lijn
met hun felgele kam.
Groot land, grote vogels
: een doodgewone ekster is hier een flink uit de kluiten gewassen exemplaar. Misschien
zijn ze wel onder de indruk van de kaketoes, want ze staan duidelijk een trapje
lager : de witte schreeuwer haalt de bovenhand boven zijn zwart-witte collega. Eksters
zien er hier trouwens een stuk aantrekkelijker uit want hun ganse rug is wit.
Mijn tocht van vandaag
heeft me naar het Canberra Museum and Gallery geleid. Deel één wist ik zeker te
smaken, deel twee (de galerij) was een heel stuk minder. Kunst is niet echt
mijn ding, zeker niet als het over moderne kunst gaat. Best wel boeiend om te
zien hoe een wijds landschap in een periode van nog geen 100 jaar (pas volgend
jaar haalt Canberra die kaap), in zon bloeiende stad veranderd is. Geen
middeleeuwse architectuur dus, maar een stad met charme, iets waar de vele
groene open ruimtes zeker toe bijdragen.
En dat de Aussies qua
denkwereld, veel dichter bij Europa liggen (figuurlijk dan toch) dan
de vorige landen, die ik heb aangedaan,
vertaalt zich ook in het aantal fietsers. Geen Amsterdam natuurlijk, verre van,
maar je ziet er toch behoorlijk wat vrolijk tussen het verkeer laveren. Geen
fietspaden maar wel helmen. Wij Belgen, doen het net andersom en dat vinden de
Aussies, die ons land aan doen al even gek.
Het is ondertussen bijna
1 uur s nachts : geen nachtuil die de stilte verstoord (wel een kleine
Maltezer, die zijn tijd nu netjes tussen zijn baasje en mezelf verdeeld), maar
deze nachtuil zou best aan slapen denken. Het zou anders wel eens een heel
rommelige lezing kunnen worden morgen.
Een dag als andere : dat
was het tenminste voor mijn gastgezin, want beiden moesten ze terug aan de slag
vandaag. Het lijkt voor mij een eeuwigheid geleden te zijn, dat ik die druk nog
ervaren heb. Jammer dat , wat een eeuwigheid lijkt, geen eeuwigheid duurt
Deze morgen ben ik dus
opgestaan in een huis dat helemaal verlaten was, op de hond en de kat na. De
hond heeft wijselijk besloten dat er nog menselijk leven in de gastenkamer was
(o ja, sedert de jongste zoon terug is van een paar dagen kamp, ben ik op
staande voet in rangorde gezakt : Skippy slaapt met zijn baasje) en dat die
persoon in kwestie dus wel als back up kon dienen. Even dacht ik dat het hier
spookte, toen ik mijn kamerdeur (die als gevolg van een waterlek wat verwrongen
is en dus niet helemaal dicht kan) heel stilletjes aan opende dat kleine,
lieve mormel kon ik vanuit mijn bed niet zien: zijn voeding heeft hem duidelijk
meer inde breedte dan
in de hoogte laten gedijen. Pas toen 2 harige pootjes op de rand van het bed
verschenen, wist ik met zekerheid dat ik geen spokenverhaal zou schrijven deze
avond.
Eens mijn boterhammetjes
verorberd (en dat moet ik toegeven: het Australische brood is lekker), kon ik
er weer tegenaan. Het leven kan zo simpel zijn maar is dat natuurlijk niet
altijd. Nauwelijks stond ik buiten, of ik kwam tot de conclusie dat ik de
voordeur niet kon sluiten. O ja, ik had de sleutel maar wat ontbrak was de
handleiding :welke draai ik ook
probeerde (in de VS moet je de sleutel weg van het slot draaien om te sluiten,
echt waar) het enige resultaat dat ik boekte, was dat de voordeur gezwind
openging. Dan maar plan B : ieder huis heeft hier een hor (zelfs de voordeur)
en geloof het of niet : die heeft ook een slot. Waar de logica daarvan te vinden
is, zal mijn gastheer eens uit de doeken moeten doen. Eerlijkheidshalve moet ik
eraan toevoegen dat de hor van de voordeur ook een metalen raster heeft (waar
enkel een smurf doorheen kan), maar dan nog wie sluit er nu een vliegendeur???
Misschien is die ontworpen voor Belgen, die het gewone deurslot niet
begrijpen???
Op naar de bushalte:
vandaag had ik een speedy gonzales ervaring, de rapid red (whats in een name) gaat echt wel rapid
en de chauffeur was van plan om de naam van de bus alle eer aan te doen en gaf
dus flink door op het gaspedaal. Ik twijfel er geen moment aan dat er een
record gesneuveld is vandaag. Van de politie moet je hier niet veel schrik
hebben want net als de kangoeroes blijken die onvindbaar te zijn. Ongetwijfeld
het grootste verschil met Washington : hier geen blauw op straat en raar maar
waar : ook bijna geen criminaliteit.
Gans Canberra straalt
rijkdom uit: afgezien van een paar straten waar het duidelijk is dat er minder
geld voorhanden is, heb je hier overal het gevoel dat de financiën het laatste
van alle zorgen is. Australië is natuurlijk een groot land, maar het verschil
tussen Adelaide en Canberra kan ook niet groter zijn. Hier zie je blitse Audis
en Mercedessen op straat waar het in Adelaide meer afgeleefde wagens waren (je
mag hier je leven lang blijven rijden met een auto, geen keuring zoals in
België): draait de motor, dan kan je vertrekken Zou dat de reden zijn waarom ik
haast nog geen garages gezien heb?
De meest geproduceerde
wagen hier is een Holden. Omdat ik er maar niet in slaagde om hun nationale
trots op 4 wielen te bespotten in het verkeer, gaf Hugh ( mijn gastheer in
Adelaide) me aanwijzingen. Ja, hallo, hun Holdens zijn gewoon opel wagens met
een ander embleem op! Wanneer je het wagenpark bekijkt, wordt het verschil met
de VS al heel snel duidelijk : geen grote monovolume of jeeps hier, maar heel
Europees uitziende wagens.
Eens in Canberra
aangekomen, ben ik op een andere bus gesprongen (als een echte habitué) om naar
het Australian War Memorial te gaan (aangezien ik echt niet veel eet, hoef ik
geen extra wandeling om de kilos weg te werken). Ik wou de zaal over WO I eens
in detail gaan bekijken. Het is gewoon een fascinerende wereld.
Omdat ik heel graag wil
horen hoe verschillend het verhaal van de gidsen klinkt, ben ik nog maar eens
aan gesloten bij een groep. Al direct prijs bij de eerste groep, want er was 1
persoon, die de gids vroeg of ze iets kon vertellen over Hill 60. Zij heeft
heel eerlijk geantwoord dat ze er niets van wist en zei lachend tegen de groep
: zou er iemand zijn die er WEL iets van weet? Zon kans laat ik niet liggen
het resultaat is dat ik de ganse zaal over WO I gegidst heb. Zonder overdrijven
kan ik stellen dat ik het publiek gerust daar had kunnen houden voor de rest van
de tijd.
In de namiddag ben ik aan
de klets gegaan met iemand, die aan het kijken was om die zaal te herschikken
(de regering heeft een enorme som geld vrijgemaakt om de ganse afdeling te
vernieuwen) : voor mij het sein om duidelijk te maken, dat de rol die de
Diggers in de Salient gespeeld hebben, hier onvoldoende aan bod komt. Negentig
procent is de Somme, een schaarse tien procent komt de Salient toe. Tot
vervelens toe blijf ik herhalen dat de slag van Broodseinde het grootste succes
was in de slag van Passendale : een Anzac gegeven dat hier zelfs niet aan bod
komt.
En dat je met praten
vooruit kan komen in het leven, heb ik al meer dan eens bewezen. Vandaag was
dat niet anders; binnen de kortste keren werd ik meegenomen naar de catacomben
om te worden voorgesteld aan het hoofd van alle gidsen. De bush telegraaf (bij
ons heet dat roddelmachine) had al zijn werk gedaan, want meneer wist al dat er
een Vlaamse gids, zijn bezoekers bekoord had. Feit is dat ik woensdag morgen word verwacht
om de gidsen duidelijk te maken wat ze over de Ieperboog zouden moeten weten
Zou ik niet best solliciteren bij de Nationale Dienst voor Toerisme in
Brussel??? Mijn actie hier zal de streek geen windeieren leggen, laat dat
duidelijk zijn.
Normaal gezien had ik
vanavond een afspraak met een majoor en zijn vrouw:het is me al duidelijk dan Australische
afspraken een andere dimensie hebben, dan Vlaamse. Vanavond niet schat want ik
heb hem niet meer gehoord. Zal voor een andere keer zijn , vermoed ik.
De bus op de terugweg was
zijn snelheid helemaal verloren : o ja, nog zon aardigheidje : bij alle
bushaltes hangt er een bordje dat de opgegeven tijden bij benadering zijn :
m.a.w. timing op zijn Australisch. Bijna had ik mijn weg in de duisternis
moeten zoeken : geen kerncentrales in dit land betekent ook geen straatverlichting zoals wij die kennen. Zie me al lopen met mijn klein zaklampje:
enkel het bordje verdwaalde Belg zou het plaatje compleet kunnen maken.
Aangezien mijn afspraak
in het water gevallen is (tomorrow is another day, zei Scarlett OHara(en dit is voor de fans van Gone with the
wind)) ben ik vanavond heel actief geweest op een ander gebied. Mijn gastgezin
is heel nauw betrokken in het opstarten van een nieuwe vzw die gewonde
soldaten(die grote groep die de
statistieken niet haalt en die geleidelijk aan vergeten wordt) helpt met de
revalidatie. Een nobel doel, al vind ik dit eigenlijk het werk van de
legerleiding. Dat gezegd zijnde, doen die ook wel iets maar er is heel veel
bureaucratie bij betrokken (waarom klinkt dat me zo vertrouwd in de oren???)
waardoor een aantal slachtoffers gewoon nooit aan hulp geraken. De ganse avond
lang hebben we armbandjes in omslagen gestopt want de bestellingen lopen heel
erg vlot binnen. Het lijkt wel of mijn lot ergens verbonden moet zijn met
oorlog : jammer genoeg is het in dit geval met een veel recentere. Waar is de
tijd dat er naar Wereld Oorlog I werd verwezen als The war to end all wars .
Marco Borsato, heeft het antwoord hierop : dromen zijn bedrog
Wat niet wegneemt dat het
nu voor mij tijd is om naar dromenland te gaan
Als jullie denken dat de
titel bevestigt, dat ik mijn hart aan dit land verloren heb, dan is dat nog
maar een halve waarheid
Deze morgen vond ik dat
het stilletjes aan tijd werd om op eigen benen die grote wereld te gaan verkennen,
en dan wel bij middel van het openbaar vervoer. Om te beginnen is er één beeld
dat jullie uit de geest moeten bannen : vergeet Neighbours ( de Australische
soap die jaren razend populair was ) want het is een fabeltje dat iedere Aussie
een halve hectare grond rond zijn huis heeft. Mijn grootvader zou gezegd hebben
: dat is maar televisie, daar is niks van waar!En gelijk had hij als je dat beeld vergelijkt met de werkelijkheid in
Canberra. Tot mijn stomme verbazing wonen de Aussies (die wellicht nog niet aan
1 inwoner per km² geraken) echt heel bescheiden en dicht op elkaar geplakt. Een
bewuste keuze van de regering om Canberra dat bush gevoelte laten behouden: veel open ruimte tussen de
woonwijken maar weinig in de wijken zelf. Ik kan de voor- en nadelen van dit
systeem zien : er is inderdaad een zee aan ruimte tussen de voorsteden en
Canberra( en daar huppelen de
kangoeroes nog altijd vrolijk rond, zij het niet wanneer ik in de buurt kom
want ik heb er nog niet 1 kunnen spotten!) wat de stad een heerlijk gevoel van
(ruimtelijke) vrijheid geeft.
Ik vraag me af of de
grondlegger van Canberra, de mosterd in Washington gaan halen is, want de
verbinding tussen het Australian War Memorial en het parlement, lijkt verdacht
veel op die groene long in Washington. Wanneer ik dat hier aanhaal, krijg ik
direct op mijn brood dat het de bedoeling was om de politiekers een les te
leren (even dacht ik dat ze te voet op pelgrimstocht naar het AWM zouden moeten
trekken): zij die de keuze maken om hun land in een oorlog te betrekken, kunnen
door het raam van hun bureau zien, wat die beslissingen tot gevolg hebben. Het
AWM brengt een meer dan geslaagde vredesboodschap.
Om 11 uur was ik er klaar
voor ( geen vroege ochtenden voor mij hier, maar wel late (schrijf) avonden) :
wachten op de lokale bus. Les nummer 1: je moet wel weten welke richting de
stad ligt (en op de zon hoef je hier niet te vertrouwen want die hangt ook in
de verkeerde hoek!), les nummer 2 : dan mag je niet vergeten dat ze hier aan de
onverwachte kant van de weg rijden en les nummer 3: verwacht niet dat een
buschauffeur zomaar stopt. Zwaaien alsof je aan het gokken bent bij Two up
(zie25 april), is de boodschap. Probeer
dan maar eens als boerenmeisje van het achterland, op de juiste bus te geraken!
Gelukkig heb ik hersenen, die in geval van een rampenplan, heel snel in actie
schieten en ja hoor: ik ben vrouwelijk, kan dus multi-tasken.Een sprint naar de
andere kant van de straat (hou er rekening mee dat dit hier Belgische snelwegen
zijn) waarvan zelfs Usain Bolt versteld zou van staan en hop op de juiste bus.
Ik heb al heel vaak
toegegeven dat timing niet mijn sterkste kant is: meer en meer vermoed ik dat
ik Australisch bloed in de aderen heb. Een kwartiertje rijden en je bent in het
centrum, dat was de boodschap die Stacey me meegaf: een klein halfuur was een
stuk dichter bij de werkelijkheid (nog maar eens het bewijs dat een km hier
echt wel een andere afstand is dan eentje in het vaderland). Zonder files (dan
kennen ze hier niet) in het centrum van de stad aangekomen (vergeet het
marktplein maar want dat kennen ze hier ook niet) en dan op verkenning. Eerste
uitdaging: waar vind ik een stadsplan, want het is niet mijn bedoeling om
tussen de kangoeroes te eindigen (die beestjes hebben hier trouwens geen al te
lieve reputatie : ze kunnen heel gemeen trappen). Op zon moment valt het
direct op dat het zicht niet verstoord wordt door honderden wegwijzers mooi,
zou je zeggen ware het niet dat het andere extreem (nauwelijks een wegwijzer te
bespeuren) niet bepaald hoopgevend is voor een verloren gelopen Belg. Na een
paar pogingen in alle windrichtingen (en de vriendelijke hulp van een Aziatisch
studente) kon ik het waardevolle document bemachtigen : een stadsplan met alle
bezienswaardigheden. Van Aziatische studenten gesproken: het ziet hier geel van
de Japanners. Een diploma van een Australische universiteit lijkt heel erg
gegeerd te zijn. Nodeloos te zeggen dat de uniefs graag de yens zien
binnenstromen.
Met vlotte pas op stap,
op zoek naar een kerk, die als toeristische bezienswaardigheid werd
aangeprezen. Ik ben meteen voor de eerste keer geconfronteerd geworden met het
feit dat niet alles hier groot is : wat aangeprezen werd als een kerk, zou bij
ons met moeite de norm kapel halen. Wat niet wegneemt dat het me een paar km
wandelen heeft gekost om dat kleinood te vinden. Vandaar verder naar het
parlement ( mijn kuitspieren zullen het geweten hebben), maar op het laatste
moment, heb ik me bedacht en ben ik toch maar richting AWM geweest. Niet om het
museum te bezoeken maar wel om alle monumenten langs de (behoorlijk lange) weg
naar het museum te bekijken.Vandaar
terug naar het centrum: ik moet vandaag niet naar de fitness gaan, want ik heb
genoeg oefening gehad!
Even de shopping mall
doorlopen (dit aspect kan je net zo goed de indruk laten dat je in Canada of de
VS bent) en dan op zoek naar een terras. Kom ik daar toch wel langs een soort
speakers corner zeker. Daar staat een jonge kerel, vol vuur en vlam, uit te
bazuinen dat Jesus het woord bracht voor degene die het horen wilden. Ja, ja,
dat woord was vooral eentje van hel en verdoemenis maar wat me boeide was, dat
ik dit soort religieus gekwebbel hier nooit verwacht had. Het werd helemaal
mooi toen een (behoorlijk aangeschoten ook dat vind je dus overal) vrouw,
luidkeels weerwerk begon te geven. Dan heb je gelijk een speakers corner in
het kwadraat.Na enkele minuten trok ik
verder, toen er een jong koppel naar me toe kwam. En dan kan ik gelijk naar de
titel van mijn blog verwijzen: bijna helemaal bekeerd! Nooit heb ik de ambitie
gehad om in het klooster te gaan maar niettegenstaande dat, lijk ik wel een
magneet voor missionarissen te zijn: evangelische kerk in Tampa, gevolgd door
Mormonen; een of andere variant van katholiek in Washington om nu voor het
echte werk te gaan in Canberra. Anderhalf uur lang (totdat ik verdorie bijna
mijn bus miste) heeft die jongeman geprobeerd me te overtuigen. Ik verwacht dat
de volgende een poging zal doen om een boeddhist van me te maken!
Vanavond lekker uit gaan
eten met het gastgezin en kennissen van hen: naar een typische Australische
oude herberg. Onderweg werd me vooral duidelijk gemaakt dat het een oud
gebouw betrof dat nog heel authentiek bewaard was gebleven. Na 60 km (ze vonden niets dichters
zeker????) kwamen we aan in een . gloednieuw restaurant. Weg oude romantiek,
nu is het zo modern als het maar kan zijn. Ik heb het niet aan mijn hart laten
komen
Bij thuiskomst bleek dat
er nog iemand, het niet aan zijn hart had laten komen. De harige bol angora,
Skippy ( en dat is een hond, geen kangoeroe) heeft zijn eenzaamheid
gecompenseerd met de tablet chocolade die ik deze namiddag gekocht had : een
witte Maltezer die opeens van een ander ras bleek te zijn (behoorlijk bruin) en
een slaapkamer die kunstig bedekt was met een berg papier : dat was de
afsluiter van een boeiende dag
Een off-day hebben
terwijl je op reis bent:zou dat
mogelijk zijn? Wel het antwoord is volmondig : ja! Niet dat Canberra of de
Aussies me tegenvallen: dat zeker niet. De uitermate rustige kijk op het leven,
is iets waar ik met de dag meer van geniet. Wat me lelijk dwars zit is de moderne technologie.
Waar is de tijd dat alles
nog met pen en papier moest neer geschreven worden. Wat een enorme stap vooruit
betekende de typemachine en het werd natuurlijk helemaal mooi eens de computers
onze wereld begonnen te bepalen Eigenlijk zou ik hier al moeten stoppen want
dat mooie van die laatste stap, zie ik nu voor even niet meer zitten.
In plaats van de wijde
wereld in te trekken, had ik besloten om me vandaag vol overgave te wijden aan
het opstarten van een Engelstalige blog. Geef toe, nu ik die
Nederlandstalige blog 4 dagen geleden
opgestart heb , vind ik dat ik eigenlijk al de status van ervaren mag
hanteren. Tot daar het goede nieuws. In vergelijking met de overlevingskracht van
mijn nieuwste Engelstalige creatie, lijkt 4 dagen een eeuwigheid, want mijn
laatste spruit heeft het na 4 uur al opgegeven. En dan bedoel ikletterlijk dat mijn Engelstalige blog na 4
uur on-linete zijn geweest niet meer
toegankelijk was. Ik had met heel veel enthousiasme besloten mijn adresboek
(dat echt wel groter is dan
de dat van de doorsnee
persoon) te laten weten dat mijn Engelse hersenspinsels eindelijk klaar waren
om te worden gelezen en gekeurd. Wat is het resultaat : een eindeloze stroom
van berichtjes om me te laten weten dat de link niet werkt! Feit is dat er één
persoon blij zal zijn met deze gang van zaken : een Australische kapper zal
mijn grijze haren, verworven uit pure frustratie ( dus niet als gevolg van mijn
leeftijd want ik voel me met de dag jonger!), vakkundig moeten wegwerken!
Een en ander heeft als
gevolg gehad dat ik verwoed op zoek gegaan ben naar een oplossing voor mijn
probleem. Je kan me net zo goed vragen om pi, tot 15 cijfers na de komma te
berekenen, met mijn gebrek aan pc kennis, was het een haast onmogelijke
opdracht. En wat kan je als vrouw het best in de strijd gooien wanneer je geen oplossing
ziet ja, charme (niet dat ik als eerste in de rij stond, toen die werd
uitgedeeld) . Dus op het forum een boodschap van ongeloof en wanhoop
achterlaten, bleek voor mij de beste tactiek. Ik kreeg al snel een reactie dat
mijn blog werd geblokkeerd omdat het Engelstalig was en dus als spam werd
aanzien. Ja, hallo, wil er iemand de moeite doen om een halve pagina te lezen
aub? Dan wordt het al gauw duidelijk dat ik die spam sticker nergens verdiend
heb. Nu zit ik met nog wat meer grijze haren, tandenknarsend af te wachten of
die ban zal opgeheven worden.
Dat was gisteren (ik was
zo uit mijn lood, dat ik de fut niet had om dit op de Nederlandse versie op te
laden).
De regel zegt dat er na een down ,
onvermijdelijk een opgaande beweging volgt. Ja hoor : ik heb een heerlijke dag
gehad. Deze morgen zijn we (lees:
Stacey en mezelf , plus Desiree en Jeff) naar het War
Memorial gereden. Om het even wie, die me naar een museum over WO I brengt,
weet al dat hij mijn dag gemaakt heeft. Wanneer dat museum dan nog eens van
topklasse blijkt te zijn, kan het helemaal niet meer stuk. Wat een heerlijke
plaats om te ontdekken! Netjes in verhouding met het land en dat betekent :
groot. Maar dan moet ik er wel aan toevoegen dat het groot is op een andere
manier dan bv het Amerikaanse Kansas City WW I museum.Ergens zijn de Aussies er uitstekend in
geslaagd om dit museum, ondanks zijn afmetingen, toch nog een intiem karakter
te geven. En, geheel naar Australische geest, wordt de Australische
betrokkenheid in veldslagen, nergens opgeblazen tot het heldendom. Hier zijn ze
groot in nederigheid.
Om het half uur zijn er
gidsbeurten: een perfecte kans om collegas van down under aan het werk te horen. Nu al kan ik
zeggen dat ze mij hier nooit zouden te werk stellen. De opdracht is : werk
alle oorlogen tussen de late 1800 en vandaag af, in 90 minuten. Ik moet me in
alle bochten wringen om 1 oorlog in die tijd uitgelegd te krijgen! Onze gids kan zonder twijfel morgen deelnemen
aan een marathon: nooit tevoren ben ik op een snellere draf door een museum
gegaan dan vandaag. Hiermee wil ik absoluut geen afbreuk doen aan haar
kwaliteiten als gids, integendeel : ze slaagt erin het onmogelijke te bereiken.
Waar het op WO I aankomt,
kon ik hier en daar toch wel wat ( laat het me omschrijven als)
bijwerken.Beweren dat de leeuwen die
in hun memorial staan van de huidige Menenpoort werden meegebracht Oeps, even
vergeten dat de Menenpoort pas gebouwd werd vanaf 1923? Of de eerste
gasaanvallen in Pozières plaatsen in 1916 ho maar ,nooit van de gasaanvallen
tussen Sint-Jan en Steenstraete gehoord een jaartje vroeger???Ik moet zeggen dat de bewuste dame, heel erg
geïnteresseerd was om bij te leren. Toen ik haar vertelde dat ik lezingen geef
over WO I, heeft ze me zelfs uitgenodigd om een lezing te geven voor alle
gidsen van het AWM! Dat wordt dan nummer
2 in
hetzelfde gebouw Feit is dat ik zeker verschillende dagen zal doorbrengen in
dit gebouw. Ik kan er haast nu al donder op zeggen dat de gidsen me allemaal
zullen kennen voor ik Canberra verlaat!
Onderwijs in een ander
land is voor mij altijd een onderwerp van gesprek. Het is ongelofelijk hoe
verschillend andere landen met hun jeugd omgaan. Het systeem hier is, net zoals
in Groot-Brittannië, gebaseerd op het creëren van vele mogelijkheden voor de
jongeren: lees: ze krijgen hier de mogelijkheid om van alles te leren: zang,
drama, muziek zit in het vaste programma van een middelbare school. Discipline
dat blijkt een ander paar mouwen te zijn. Nu ja, de diggers, die naar de
slagvelden van het Westelijk Front werden gestuurd, blonken ook niet bepaald
uit door hun discipline
De zoon des huizes, 16
jaar heeft een job in een fastfood restaurant (o ja, Mc Donald en Kentucky
Fried Chicken zijn hier ook alom tegenwoordig) om wat zakgeld te verdienen.Wanneer ik vertel dat studenten in België maar een bepaald aantal dagen op een jaar mogen werken, vallen ze hier stijl achterover. Hier is de regel dat je zo veel mag werken als je wil. Er blijkt een tekort aan werkkrachten te zijn voor jobs op het lager niveau. Het mooie is dat iedere jongere, die zich wil inzetten, een aardige stuiver kan verdienen. Tax free!
Blijkbaar is het nu zo, dat jongeren 2 jaar moeten werken voor ze aan de
universiteit mogen beginnen. Ze moeten een zeker kapitaal achter zich hebben om
te kunnen voorzien in hun onderhoud. En of studeren hier duur is??? Wel de
prijs voor een kot komt op 180 Euro per week! Geen wonder dat de jongeren
moeten meehelpen om hun studies te betalen. Vadertje staat geeft wel de kans om
een studentenlening aan te gaan. Het resultaat daarvan is dat heel veel jong
afgestudeerden een schuld van duizenden (gaat tot 20000) Australische dollars
hebben. Vanaf het ogenblik dat ze een zeker inkomen halen in hun beroepsleven,
mogen ze beginnen dokken. Leg dat maar eens uit aan onze verwende jongeren
wedden dat het aantal bissers drastisch zou dalen????
Wat er morgen op het
programma staat, weet ik nog niet. Ik ben nu wel klaar om de wijde wereld in te
trekken want, driemaal hoera, er is hier een goed werkend openbaar vervoer.
Bussen komen om het kwartier deze madam zal dus op eigen houtje op zoek gaan
naar die eerste kangoeroe en wie weet wat nog meer!
Groetjes uit Canberra
waar het zonnetje vandaag een heerlijk zomers gevoel creëerde. Mooie liedjes
duren niet lang :het is nu 6 uur en pikdonker, weg zomer gevoel.. laat maar
komen die herfst
Vreemd hoe een menselijk
brein moderne technologie te snel af kan zijn. Ik had natuurlijk voor alle
zekerheid mijn alarm ingesteld op mijn gsm, want zeg nu zelf : om 4 uur opstaan
is ongemeen vroeg. Dat was buiten mijn grijze massa gerekend (ik voel me weer
wat jonger, nu ik bemerk dat die kleine cellen me niet in de steek laten, zelfs
nu niet ik officieel op vakantie ben) want om 3.55 uur, was ik klaarwakker nog
voor mijn gsm zijn vervelend geluid de wereld in kon sturen.
Met gezwinde pas uit
bed,kort bezoek aan de badkamer om dan
te wetten van het kleden in laagjes uit te testen: in de herfst bestaat de kunst erin om zoveel
mogelijk verschillende lagen over elkaar aan te trekken: dat geeft de
flexibiliteit om dan op elke weersomstandigheid te kunnen inspelen. Tot zover
de theorie de praktijk leert al heel snel dat, die lange broek die normaal
heel vlot past, niet ontworpen is om daar 3 extra T shirts in te wringen!De wetenschap dat je om 4.30 uur s morgens
voor een paar uur onder de (overigens adembenemend mooie) sterrenhemel zal
staan, resulteert al gauw in het feit dat die broek moet toegeven omdat ik niet
van plan ben om die tijd rillend door te brengen. Ik mag dus vanaf nu beweren
dat ik ervaring heb met het kleden naar alle omstandigheden.
Indien jullie denken dat
Belgen warm kunnen lopen voor een event (en dan denk ik vooral aan een of
andere wielerronde) , wel dan moet ik deemoedig ontkennen dat wij, nuchtere
Belgen, niet dezelfde gedrevenheid hebben als de Australiërs wanneer het op HUN
Anzac Day aankomt. Nog voor het krieken van de dag, beweegt half Canberra, plus
nog een horde bezoekers, zich naar het Australian War Memorial. Ok, ik wist wel
dat ze een beetje Anzac Day gek waren maar dit nee, dat houdt niemand voor
mogelijk.Aussies mogen dan wel de
reputatie hebben om laid back te zijn (lees: een houding van geen paniek, we
komen er wel) wanneer het erop aankomt om hun grote dag te organiseren, kennen
ze duidelijk het klappen van de zweep. Die enorme mensenmassa, die maar bleef
aanzwellen, werd zonder noemenswaardige problemen naar een zit- of staanplaats
geloodst. Geloof het of niet, maar een mens voelt zich opeens heel nietig: in
de duisternis, met enkel een flikkerende sterrenhemel, tussen duizenden mensen
ik werd er stil van ( en heus niet omdat het vroeg dag was).
De plechtigheid verliep
als een goed geoliede machine, zonder veel bombastisch gepraat, al ving ik
later op van een kapitein dat hij de religieuze inslag te sterk vond. Deze dag
houden ze vooral voor de militairen : politiekers of religieuzen houden zich
best gedeisd.
Om 7.30 uur trokken we
met ons select gezelschap naar het Australian War Memorial voor een meer dan
uitgebreid ontbijt. Een selectie van de Aussie keuken (die ik best wel kan
smaken) verorberen onder de vleugels van een enorme bommenwerper : het is eens
wat anders. Mijn uitbundige gastvrouw stond erop dat ik een lezing gaf na het
ontbijt, zomaar voor de vuist weg. Toen ik protesteerde dat de andere aanwezigen
daar waren om te genieten van het ontbijt, werd dat argument kordaat van tafel
geveegd: Stacey zou Stacey niet zijn, indien ze haar zin niet kreeg. Zonder
verwijlen is zij van de ene tafel naar de andere getrokken met de melding dat
de gasten, als extra toemaatje bij hun ontbijt, nog een authentiek verhaal van
de slagvelden van WO I zouden horen. Ja, dan sta ik daar mooi voor aap
natuurlijk : geen ontkomen meer aan op zon momenten ben ik de
hemel dankbaar dat ik als vlotter prater door het leven mag gaan. Dat praten
niet echt mijn probleem is, weten jullie allemaal wel maar toch vond ik dit wel
een behoorlijke uitdaging. Gelukkig komt dat kleine duiveltje in me naar
boven(of zou ik moeten schrijven : de
kleine Vlaming) : ze zullen me niet temmen (die Vlaamse leeuw). Op terugblik,
moet ik bekennen dat ik genoten heb van deze unieke ervaring en dat geldt ook
voor mijn publiek want bij het buitengaan werd ik door verschillende mensen
aangesproken om me te bedanken. Een opsteker van formaat.
Volgende stop: het huis
van Australië s best
verkopendeauteur : Bruce Courtenay. Wat
een charmante man. Bijna 80, maar met een geest die menig 20- jarige zou
benijden. Hij vertelde me dat mensen hun droom moeten volgen want dat is
precies wat hij ook gedaan heeft. Van zijn afkomst zei hij : er was geen trap
meer lager dan die waar ik geboren ben, het voordeel is dat je vanaf je
geboorte eigenlijk alleen maar vooruit kan gaan. En of hij vooruit gegaan is!
Professioneel is Bryce een grote meneer, privé is hij dat zo mogelijk nog meer.
Zelden iemand ontmoet die zo open minded naar andere mensen kijkt. Een
prachtmens!
Volgende stop : terug
naar het Australian War Memorial om de parade bij te wonen van alles wat maar
van ver of dichtbij met de militaire wereld te maken heeft. Een staaltje hoe presenteer
je een grote groep militairen een vlekkeloze parade? werd hier tentoongesteld:
zeemacht, leger en luchtmacht, ja wadde: ze kennen er hier wat van! Na
ontelbare groepen van oud-strijders, cadetten, en noem maar op, werd de
plechtigheid afgesloten door net zoveel ontelbare officiële dignitarissen, die
zo nodig allemaal een krans dienden te leggen. Geef mij maar de gewone soldaat
: zelfs al lieten sommige eenheden, die voorbij marcheerden, ons de indruk dat
hun armen meer een golfbeweging nabootsten (zon type mexican wave, al was dat
hier dus NIET de bedoeling) dan een gelijkmatige armslag. De luchtmacht bleek
het nogal luchtig te zien op dat gebied wat mijn buurvrouw de commentaar
ontlokte: ah, we zullen ze maar vergeven zeker, want op hun vliegtuigen kunnen
ze hun dril niet goed oefenen. Wat ze daar tekort schoten, werd met een
indrukwekkende lage vlucht van 3 straaljagers, vlak boven onze hoofden en boven
het memorial, met overdonderend geraas, netjes rechtgezet. Ze kunnen trots zijn
: die jongens in hun lichtblauwe uniformen!
Kon mijn dag toen al lang
niet meer stuk : het sluitstuk was er eentje in crescendo, voor zover dat nog
mogelijk was natuurlijk.Ik werd naar
een bar, annex plein gebracht waar de Aussies two up spelen. Een dag in het
jaar is gokken legaal in dit land en dat zal ik geweten hebben.Er wordt een vierkant gevormd met in het
midden een aantal, ik zou ze haast omschrijven als, ceremoniemeesters. Al mag
je absoluut niet denken aan een ceremonie hoor! Verre van. Het principe is dat
iedereen zwaait met een briefje van 5, 10, 20 of zelfs meer en om ter luidst
roept : 5 op kop of 10 op munt. Echt, ik verzeker je, dit is iets dat geen
woorden kunnen omschrijven, je moet dit meegemaakt hebben. De mannen in het midden
van de cirkel nemen het geld aan, en lopen rond om een tegenspeler te vinden,
die dezelfde waarde wil inzetten op het tegenovergestelde. Zeg ik 5 op munt,
dan zoeken zij iemand die 5 op kop , zegt. Het geld wordt aan de tegenspeler
overhandigd, die gewoon oogcontact met je maakt. Vervolgens worden er 3
muntstukken op een houten plankje gelegd, en wordt een omstaander uitgenodigd
om die muntstukken letterlijk in de lucht te gooien. Nodeloos te zeggen dat de
mannen in het midden heel goed de kunst verstaan om het publiek op te zwepen.
De volgende fase is dat er heel expliciet wordt aangegeven wie er wint (2
handen op het zitvlak is munt) en dan wordt het geld overhandigd aan de
winnaar. Gans het systeem is gebaseerd op eerlijkheid van de spelers en geloof het
of niet, zelfs met een behoorlijk aantal biertjes in de kleren, blijken die
Aussies nog doodeerlijk te zijn.En ja,
ik heb mijn geluk gewaagd : binnen de kortste keren, riep ik al net zo hard als
alle anderen Ik kan bevestigen dat spreekwoorden heel wat waarheid bevatten :
gelukkig in het spel, ongelukkig in de liefde wel, ik heb 250 % winst
gemaakt!
Ik kijk terug op een dag
die ik niet snel meer zal vergeten : het ingetogen Australië s morgens
vroeg,het levendige Australië tijdens
de plechtigheid om 10 uur en het warme, overweldigende, uitbundige Australië
voor de rest van de dag!Bijna ben ik geneigd om
mezelf een reis naar down under te boeken voor Anzac Day next year! (verdorie,
ik moest wat langer gegokt hebben, dan had ik misschien mijn vliegtuigreis
kunnen betalen )
oorlog, zei je? luisteren naar de stem van de soldaat...
Hallo iedereen,
Dinsdagmiddag bijna 4 uur
Wat een gezellige drukte
heerst er in mijn gastgezin: de vrouw des huizes die op kousenvoeten haar wederhelft
roept om diens hulp te claimen, teneinde die koppige rits toch maar dicht te
krijgen. In haar typische last minute stijl , is ze deze morgen nog gaan
shoppen om een nieuwe jurk voor de receptie van vanavond.En ik moet zeggen, het is een rit geweest die
de moeite waard was, want ze ziet er echt wel oogverblindend uit.
We zijn dus volop de
laatste hand aan het leggen aan de make-up, om een weerbarstige lok en die
draaiende panty, nog allemaal naar de normen van het fatsoen te brengen. Wie
heeft er ooit gezegd dat het een voorrecht is om vrouw te zijn?Ik wil die persoon wel eens uitleggen dat de
stress om piekfijn voor de dag te komen, die er op onze frêle schouders rust,
verre van een voorrecht is! Maar wees gehoed: wij dames, zijn klaar voor de
confrontatie dinsdagavond 11 uur
En of het eenaangename confrontatie geweest is! Wat een
avond: Ok, het weer vanBelgische
makelij, we zijn dus door een behoorlijke regenvlaag naar de samenkomst
gereden, maar al de rest was very Australian. Alhoewel champagne kan alleen
maar van Frankrijk komen toch? Speelt geen rol, het liep zoet binnen net als de
hapjes, die niet alleen mooi om aan te zien waren, maar daar bovenop qua smaak
zonder probleem de persoon op het strengste dieet tot zondigen zou aansporen!
De avond betrof een
officiële lancering van een vzw die zich zal inzetten voor gewonde soldaten. Het
woord werd gevoerd door een luitenant- generaal , een journalist en een
soldaat, die de gruwelen van de oorlog aan de lijve ondervonden had. Zonder
enige twijfel was de laatste toespraak de meest beklijvende. Niet alleen had hij een
heel beladen verhaal over zijn eigen herstel, maar daar boven op zat hij met een
bijtend schuldgevoel omdat hij zijn patrouille in die hinderlaag had laten
lopen waarbij één van zijn mannen om het leven was gekomen. In onze Westhoek
spreken we over een oorlog die lang voorbij is , hier hoor ik het verhaal van
de ruwe werkelijkheid. Een verhaal, dat zich onder mijn huid heeft genesteld en
me tot nadenken stemt misschien wordt het tijd dat ik mijn blik op het meer
nabije verleden richt? Na zijn speech, ben ik die man persoonlijk gaan
bedanken. Heel wat van wat hij verteld heeft, was zo enorm herkenbaar. Ik ben
natuurlijk geen soldaat en heb ook geen fysieke pijn geleden maar emotionele
pijn kan net zo scherp zijn, indien niet scherper zelfs. Hij geeft mensen een
levensles, die bijlange niet alleen geldt voor soldaten, zoveel is me
ondertussen duidelijk geworden.
En dan was er Tim Page (zie : http://en.wikipedia.org/wiki/Tim_Page_(photographer)
): zelden heb ik iemand met meer persoonlijkheid ontmoet dan deze man. Ik heb
letterlijk meer dan een uur met hem staan praten;een gesprek dat me voor altijd zal
bijblijven. Hier in Oz is hij een levende legende maar ijdelheid is hem vreemd.
Down to earth, lijkt trouwens het motto van de ganse natie te zijn.
Dit is wat reizen zo mooi
maakt : een luidruchtige hotelkamer hier of daar, een overvolle vlucht, een
kind dat je ribbenkast doet daveren in die krappe zetel op het vliegtuig
ontnemen je soms even dat overweldigende gevoel, dat je krijgt wanneer je
mensen ontmoet. En dan bedoel ik niet elkaar even gedag zeggen voor je weer
verder gaat. Iemand ontmoeten betekent
voor mij: binnenkijken in de ziel en
persoonlijkheid van je gesprekspartner en tegelijk je eigen kleine ik, openstellen
voor de
tegenpartij. De uitwisseling die er op zon momenten plaats
vindt, kan in geen enkel beeld beschreven worden, maar geeft beide partijen
meer energie en in zekere mate de wijsheid, om na die ontmoeting verder te gaan
op de weg, met dat stukje extra bagage, die je een rijker mens maakt.
Om te eindigen met een
vrolijke noot: ik werk hard aan het ervaren van culinair genot (al zal ik nooit
het niveau van een echte Bourgondiër halen) . Omdat eten voor mij nu eenmaal
een zaak is van opnemen van voldoende calorieën om dit lichaam draaiende te
houden, concentreer ik mij op drinken. Wel, ik moet zeggen dat ze hier
verdraaid goede wijn weten te produceren. Normaal gezien is rode wijn niet mijn
ding ik vrees echter dat ik nog voor het einde van mijn reis door dit land,
mijn mening over deze godendrank grondig zal herzien hebben. Zonder ambities om het als sommelier te maken,
ben ik toch van plan om het rijke palet dat ze hier te bieden hebben, nader te
gaan bestuderen, m.a.w. : laat maar komen die flessen rode wijn!
Het zal een korte nacht
worden :morgen zal ik mijn allereerste
dawn service bijwonen en dat houdt in dat mijn gsm (die hier trouwens halsstarrig
alle dienst weigert), me om 4 uur uit mijn bed zal jagen. O ja, reizen kan zo
mooi zijn al zal ik daar binnen 5 uur misschien heel even een andere mening op
nahouden.
Dit is nu wat ik niet
verwacht had : regen in Australië en problemen met mijn notebook waardoor ik
niet meer op het internet kan. Terwijl het eerste een zegen is (althans voor de
bevolking hier) is het tweede gegeven een echte nachtmerrie. Uit pure
frustratie begin ik maar met het typen van mijn reisverslag in een word
document, hopend op een klein mirakel waardoor mijn pc-tje me weer met de
buitenwereld zal willen verbinden.
Ik ben nu een kleine 3tal
dagen in Oz en begin geleidelijk aan mijn draai te vinden in het dag- en
nachtritme. Jetlag heet dat dan, wel ik kan nu reeds een hoofdstuk van een boek
aan de gevolgen van die befaamde jetlag wijden: de fameuze klop van de hamer
wanneer je het absoluut niet verwacht om dan rond 3 uur s nachts, fris als een
hoentje, in je bed te liggen woelen terwijl de grijze massa zich afvraagt of er
echt niets beters te doen is Het goede nieuws is dat jetlag bijna als
liefdesverdriet is : het wordt beter met de tijd, bij de ene als wat sneller dan
de andere, maar je komt er sowieso
overheen.
Ik kan er nog altijd niet
goed bij hoe ontzettend droog het landschap hier is : gisteren was er iemand
gras (dat is hoe die dorre bruine begroeiing hier omschreven wordt!) aan het
maaien : een geluk dat ik in het gezelschap van mijn gastvrouw was , anders was
ik ervan overtuigd geweest dat er een lokale zandstorm op komst was! In zon
omstandigheden wordt het al rap duidelijk dat regen hier echt een godsgeschenk
is (tussen haakjes : wat hier als regen wordt omschreven, haalt bij ons
nauwelijks de norm van motregen). Anderzijds is het geen goed nieuws voor mijn
gastheer, die er 2 zaken op na houdt: enerzijds is hij elektricien, anderzijds
levert hij hier water (vergeet de brandweer maar in dat geval). Met andere
woorden, hij is dagelijks onderweg met een grote tanker, die hij op meer dan
een uur rijden hiervandaan moet gaan vullen, om zijn kostbare vracht dan te
gaan leveren. Nochtans zie ik hier grote pijpleidingen langs de baan, die het
water kilometers ver brengen, maar dan nog moet er met tankers worden
bijgehaald. Voor een Belg, die de regen meer dan eens vervloekt heeft, wordt
het duidelijk dat een mens niet altijd apprecieert wat echt belangrijk is.
Tot nog toe heb ik de
meest populaire bewoner van down under nog niet gezien maar
hoogstwaarschijnlijk zullen we morgen naar een soort opvangcentrum van
kangoeroes gaan. Maar dat er hier wildlife is, staat buiten kijf. Gisteren
was Hugh (mijn gastheer) zijn tanker aan het vullen en omdat ongeveer een uur
in beslag neemt, was hij een kleine wandeling aan het maken. Bij terugkomst
bemerkte hij dat er een vuile hond in de cabine van zijn vrachtwagen zat,
die zich nota bene tegoed had gedaan aan zijn lunch pakket. Bij nader toezien
bleek die vuile hond een koala te zijn. Waar iedere Europeaan die kleine
teddybeertjes met de grootste vertedering bekijkt, is dat hier wel even anders.
Blijkbaar stinken die lievertjes als de pest. Daarenboven probeer je ze best
niet te grijpen (in snelheid zijn ze natuurlijk makkelijk te verslaan) omdat ze
ongemeen scherpe klauwen hebben. Mooi om naar te kijken maar afblijven is de
boodschap!
Ik heb mijn eerste lezing
in een toast masters club gegeven, eergisteren avond. Het minste wat ik daarvan
kan zeggen is dat het een totaal ander publiek is : voor een keer geen mensen
met een interesse in wereld oorlog I maar een groep, die de kunst van spreken
in het publiek onder de knie probeert te krijgen. En of ze dat ernstig menen?
Wel, dat kon ik al heel snel ervaren. Niet alleen wordt er verwacht dat je over
om het even welk onderwerp kan spreken, maar daar bovenop wordt je geacht om je
aan een opgegeven tijdslimiet te houden. Het voordeel als gastspreker is dat je
de normen wat losser gehanteerd worden en dat is maar goed ook want ik ken mijn
zwaktes en timing is daar zeker eentje van! Al met al werd het een boeiende
avond waarop ik nog vaak zal terugblikken.
Gisteren werd ik voor een
heel ander type publiek geplaatst : terug naar de wereld van de militairen en
upper class : een lezing in een officierenclub. Waar ik door de jaren heen
geleerd heb om me aan te passen aan om het even welke omgeving, kan dat jammer
genoeg niet gezegd worden van mijn gastgezin. Een maatpak is iets dat mijn
gastheer liefst niet in zijn kleerkast heeft, laat staan dat hij zich op zijn
gemak voelt wanneer hij het noodgedwongen moet aantrekken. Ik kwam aan de
eretafel terecht tussen een advocate die het duidelijk gemaakt heeft in het
leven (mevrouw had voor het internationale gerecht in Den Haag gewerkt) en een
officier, die heel gemoedelijk over kwam. De maaltijd die werd geserveerd (zalm
) was wat mij betreft van het beste dat mijn smaakpapillen mochten ervaren, sedert
ik de Belgische keuken achter me heb gelaten.
Ondertussen zijn we weer
een dag verder (zondagavond) en zit ik hoog in de lucht op weg naar Canberra.
Mijn laatste dag in Adelaide werd er eentje van een heel ander kaliber dan
vrijdag. Hugh en Rita zijn beiden heel actief in een museum met WO II
voertuigen. Tezamen met een relatief klein bestuur (sommige zaken zijn overal
ter wereld gelijk :in een vereniging zijn het altijd dezelfde mensen, die de
handen uit de mouwen steken. De ganse dag lang ben ik actief geweest met het dekken van
tafels, helpen in de keuken (straks kan ik nog een internationaal restaurant
uit de grond stampen want ondertussen heb ik al in de VS, Canada en Australië
achter het fornuis gestaan, al moet ik er onmiddellijk aan toevoegen dat mijn
bijdrages enkel als ondersteunend kunnen omschreven worden), aanbrengen van
audio materiaal en noem maar op. Daar waar een groep van een 50 tal mensen werd
verwacht, zijn er echter slechts een 30 tal effectief gekomen wat toch wel een
enorme teleurstelling betekende voor mijn gastgezin. Was de groep niet
indrukwekkend is grootte, aan aandacht was er geen gebrek Mijn spreekbeurt is
er in 3 delen gekomen (bijna schreef ik: tussen de soep en de patatten in, maar
dat moet zijn tussen het voor- , hoofdgerecht en dessert in) en dat betekent
dat mijn grijze massa tijd had om creatief te denken: ik sta op een nieuw
record van iets meer dan 2 uur vertellen. Mooie avond, ontspannen sfeer:
Australië ten voeten uit!
En dat dit een
reisverslag in kleine stapjes is, wordt duidelijk wanneer ik laat weten dat het
inmiddels maandagmorgen 6.50 uur is. Ik zit nog in bed, ergens in Canberra. De komende
maand verblijf ik bij een militair gastgezin : Chuck and Stacey. Beiden zijn
heel extrovert, al spant Stacey ongetwijfeld de kroon. Ik had heel warme
herinneringen aan deze dame, die met een vriendengroepje bij ons verbleven
heeft. Ergens zou zij het label van aanstookster moeten krijgen, want het was
Stacey, die me verleden jaar zei dat ze me met Anzac Day (25 april) in Canberra
wilde zien OK, hier ben ik dan. De lieve dame heeft al heel wat gepland voor
me: veel tijd om stil te zitten zal er niet zijn.
Vijf dagen down under en
nog geen enkele kangoeroe gezien Wel, daar zal in de eerstvolgende dagen
verandering in komen want blijkbaar zijn die huppelende zoogdieren hier vaste
bewoners van de hoofdstad (waarvan ik gisteren een klein stukje by night
gezien heb). Ik werd al vakkundig voorbereid op het feit dat er heel regelmatig
slachtoffers langs de weg liggen. Het lot van de konijntjes in Europa, is hier
weggelegd voor een aantal van deze dieren. Zou dat de reden zijn waarom er hier
zoveel jeeps met een bull bar rondrijden????
Het wordt zo stilletjes
aan tijd om mijn nieuwe thuis voor een maand te gaan verkennen.Ik heb er alvast een vriend bij want Fluffy
, een wandelende bol angora wol , vond mij afgelopen nacht de ideale
bedpartner. Even schrikken (al was ik verwittigd geweest) toen er een natte
neus tegen mijn wang werd gedrukt. Ondertussen weet die kleine viervoeter dat
ik hem genegen ben en ben is mijn veiligheid gegarandeerd :ik heb nu immers mijn eigen bodyguard!
In de wetenschap dat er
heel wat te vertellen zal zijn de komende maand, stuur ik alvast dit verhaal
naar jullie door. Nog heel even meegeven dat jullie niet jaloers moeten zijn
wat het weer betreft : de 28°C
van Adelaide ben ik voor lange tijd kwijt; hier zal ik met een 11 °C al dik tevreden mogen
zijn.
Toch heel warme groetjes
van iemand, die iedere dag vol verwondering aan een nieuwe dag begint
Adelaide, mijn eerste ervaring bij onze tegenvoeters...
Ik ben weer boven water
gekomen. Eindelijk...zou ik zeggen want het was een lange en vermoeiende tocht
om hier te geraken. Plastische chirurgie heeft zijn oorsprong in WO I, maar
zonder enige twijfel zijn alle passagiers na zo'n lange vlucht, potentiële
kandidaten: de spiegel in de toiletten maakt ongemeen hard duidelijk dat de
jaren, waarin ik nog deftig kon overleven zonder slaap, al even ander me aan
liggen.
Ergens had ik gedacht dat
ik het allemaal wel gezien had, wat verkeerd kan gaan met een vliegtuigreis
maar ondertussen weet ik weer beter. De vlucht van Kansas naar San Francisco is
vlekkeloos verlopen net zoals de eeuwig durende vlucht (ietsje minder dan 15
uur vliegen) naar Sydney. Eens in Sydney werd het een ander verhaal : om te
beginnen viel de rolband die de bagage moest brengen na 10 minuten stil en werd
er ons gemeld dat er een technisch probleem was, dat even zou kunnenduren. Dat even bleek een uur lang wachten te
worden. Het grote vraag was ik of ik nog tijdig door de douane zou geraken om
mijn vlucht naar Adelaide te halen. Daar heeft het geluk me een handje geholpen
want in plaats van te moeten aanschuiven aan ellenlange rijen van wachtende
passagiers, werd ik naar een aparte rij met sniffeldogs verwezen. Behalve
mezelf was er slechts 1 andere persoon, die naar die poort werd doorverwezen.
We moesten onze bagage op de grond leggen en een paar stappen achteruit nemen.
Border control, zoals ik dat op tv al een paar keer gezien had, ten voete
uit!Een viervoetige vriend deed zijn
werk in een fractie van een seconde : gesnuffeld en goedgekeurd, ik kon dus
weer verder. De bus op naar een andere terminal om buiten adem nog net het
volgende vliegtuig te halen. Eens alle passagiers goed en wel gezeten, liet de
kapitein weten dat er een passagier niet was opgedaagd maar dat haar koffer wel
werd ingecheckt (door haar echtgenoot). Om veiligheidsredenen moest die koffer terug
van het vliegtuig gehaald worden. Ik kan je verzekeren dat die meneer zich niet
sympathiek gemaakt heeft want we konden pas met 3 kwartier vertraging
opstijgen. Tot overmaat van ramp zat er een jonge vrouw met 2 kleine kinderen
vlak achter me. Zonder enige twijfel staat een van die kleuters een carrière
als operazangeres te wachten: het ganse uur lang hebben die kleine longen de
hoogst mogelijke noten geproduceerd. Ik was toen al een goede 30 uur onderweg
en kon dit missen als kiespijn. Om het helemaal compleet te maken, besloot dat
jonge grut om de zang te versterken met trappen tegen te leuning van ... je
raadt het al : mijn stoel. Heel even denk je dan: waar ben ik godsnaam aan
begonnen????
Eens in Adelaide
aangekomen, kon ik mijn gastheer nergens bespeuren, werkte de WIFI van de
luchthaven niet, weigerde mijn telefoon alle dienst en hadden mijn hersenen ook
besloten dat "trop teveel is".De spreekwoordelijke vriendelijkheid van de Aussies werd hard onderuit
gehaald door de eerste dame die ik aansprak met de vraag om de naam van mijn
gastheer om te roepen. Mevrouw wou van geen liefde weten; haar lichaamstaal
maakte me onmiddellijk duidelijk dag ZIJ geen probleem had en dat ze zeker niet
geïnteresseerd was om dat van iemand anders op te lossen. Dan maar naar de desk
van Quantas (per slot van rekening ben ik één van hun klanten). Meer geluk,
want er werd me onmiddellijk een telefoon aangeboden en minuten laterwist mijn gastheer waar me te vinden.
De rit naar hun huis ging
over 40 km
al betwijfel ik heel sterk of Australische km niet dubbel zo lang zijn als
Europese. Een wijds landschap, heel dor en bruin, met hier en daar een
verdwaalde gumtree en een paar, nog meer verdwaalde, schapen, blakend onder de
zon. Het was hier een stuk in de 30
°C gisteren en dat heet dan herfst te zijn!
We reden weg van Adelaide
naar de heuvels toe, waar het per definitie ietsje koeler is, al vrees ik dat
het woord koel hier een totaal andere betekenis heeft. Het huis van mijn
gastheer ligt dus in de heuvels en is omgeven door zo'n 3 hectare waar er
ontelbare wrakken van legervoertuigen staan. Je houdt het niet voor mogelijk
wat er hier allemaal rondstaat en -slingert.Is netheid niet hun grootste troef, vriendelijkheid krijg ik hier wel in
het kwadraat.
Die vriendelijkheid had
ik ergens niet verwacht omdat mijn gastheer op maandag zijn enige zoon begraven
heeft (gestorven op 22 jarige leeftijd in een verkeersongeluk). Toen ik dat
vernomen had, had ik voorgesteld om in een hotel te overnachten en hen de tijd
te geven hun verdriet te verwerken. Er was geen praten aan : hij wilde dat ik
bij hen verbleef. Misschien zien ze mijn bezoek als een welgekomen afleiding
van alle kopzorgen die ze de laatste dagen gehad hebben.
Dat Australiërs grosso
modo mensen zijn die met beide voeten stevig op de grond staan en die het
algemeen gezien niet begrepen hebben op veel toeters en bellen, heb ik gisteren
ook mogen ervaren. Mijn gastheer woont tezamen met zijn 2de vrouw maar heeft
nog een heel nauwe vriendschapsband met zijn eerste vrouw en haar 2de man.Gisterenavond werd er bij zijn eerste vrouw
een barbecue georganiseerd met heel wat jongeren uit Robbie's (de verongelukte
zoon) jonge jaren en uit zijn studentenleven. Het is een uitermate vrolijke
avond geworden met veel gelach, gepraat en behoorlijk wat drank want de
jongeren hebben Robbies flessen alcohol, die hij voor zijn verjaardag had
gekregen, soldaat gemaakt. Ik vond het een surrealistische bedoening :
gescheiden ouders, die vrienden zijn geworden van elkaar, die met jongeren in
een bijna feeststemming afscheid nemen van hun zoon... Misschien kunnen wij,
als ernstige Belgen, hier nog een les aan leren?
En dat ik hier veel zal
leren staat nu al vast.: Hugh heeft een passie voor geschiedenis en deelt zijn
kennis maar al te graag. Ik heb al heel wat opgestoken over hoe de regering
hier omgaat met het opleiden van Aboriginal kinderen. Het grote probleem blijkt
bij de ouders te liggen, die de noodzaak van onderwijs voor hun kroost, niet
willen erkennen. Ten einde die kinderen een kans te geven , zijn er scholen
opgericht, speciaal voor hen waar er niet alleen les wordt gegeven maar
daarbovenop worden er 3 maaltijden aangeboden. Bovendien zijn die scholen ook
op zondag open met de bedoeling om die kinderen een zekere regelmaat te geven
en hen op die manier aan te sporen tot verder onderwijs (wat jammer genoeg niet
goed blijkt te werken). Net omdat de aboriginals niet erg te vinden zijn voor
onderwijs, wordt er heel veel in sport geïnvesteerd. Dit relaas deed me denken
aan de Romeinen: geef het volk eten en spelen en je houdt hen in de ban...
Kangoeroes heb ik nog
niet gezien maar wel heel prachtige kleurrijke vogels. Het houten huis waar ik
verblijf is een aardigheidje op zich : je kunt zo tussen de balken door naar
buiten kijken. Het wordt al heel snel duidelijk dat ze hier geen koude winters
kennen. Bovendien zijn de ramen zo gebouwd dat ze zelfs niet dicht kunnen. Wat
er wel hard nodig is, zijn horren want de muggenverkiezen blijkbaar ook de koelte van het
huis boven de zwoele avonden buiten.
Omdat mijn bodyclock nog
danig verstoord is, werd ik midden in de nacht wakker (zal ook wel te maken
hebben met het feit dat ik 4 uur geslapen heb in de namiddag) om heel wat
vreemde geluiden te horen. Dat bleken possums te zijn, die ravotten in de bomen
. Heel af en toe valt er dan eentje met een bons op het platen dak... goodbye
nachtrust... Vreemde kreten van nachtvogels verstoren de immense stilte ook af
en toe. Echt, dit is een andere wereld.
Het zuidelijke halfrond
houdt ook in dat je hier een andere sterrenhemel ziet en jongens wat voor één!
Duizenden heldere sterren (geen wolken weet je wel) kleuren het firmament.
Adembenemend mooi ... meteen geeft het ook een gevoel van nietigheid in dit
weidse landschap.
Al met al ben ik heel blij
dat ik hier een 3tal maanden zal verblijven: veel tijd om de toerist te spelen,
heb ik hier echter niet want de komende 3 dagen, heb ik telkens lezingen te
geven voor een heel gevarieerd publiek gaande van de locale leefgemeenschap tot
een "posh" military club. Benieuwd of Australische officieren even
stijf in hun hemd zitten als hun Canadese collega's.... Wordt vervolgd...
Mijn Amerikaans avontuur zit
er bijna op, ik kan het nauwelijks geloven. Toen ik in Brussel op het vliegtuig
stapte, had ik natuurlijk heel wat verwachtingen van mijn bezoek aan het land met
onbegrensde mogelijkheden. Een dikke maand later, kan ik terugblikken op een verblijf in een land waar de
American Dream werkelijkheid wordt voor de happy few maar niet voor de grote
massa. Net zoals in Europa, is dit een land, waar mensen moeten werken om in
hun bestaan te voorzien. De Donald Trumps of Paris Hiltons zijn dun gezaaid :
het merendeel werkt hier verdraaid hard. Als Europeaan wordt het al heel snel
duidelijk dat werken hier op eenander
ritme gebeurd : er worden meer uren geklopt, er zijn minder rechten en vakantie
is al helemaal ondermaats naar onze normen.
Het is me vooral opgevallen
dat de gemeenschap hier een enorme mengelmoes van rassen en kleuren is. Dat
gezegd zijnde, is het overduidelijk dat de alle jobs onderaan de ladder ingevuld
worden door latinos, zwarten of Aziaten. Op een of andere manier is er een
heel scherp onderscheid tussen hoog en laag al betwijfel ik sterk dat Amerikanen
dat openlijk zullen toegeven. De VS willen zich toch profileren als een plaats
waar degene die het verdienen, kansen krijgen. M.a.w. kijk niet naar vadertje
staat indien je kopje onder dreigt te gaan: de fout ligt enkel bij jezelf. Toch
wel even slikken voor een Europeaan, die het begrip sociale zekerheid met de
paplepel werd ingegeven.
Dat prijs niet altijd in verhouding
staat met kwaliteit is bij deze ook zonneklaar. Mijn avontuur in het prestigieuze
Westin Crown Center hotel bleek al heel snel eentje te zijn van veel toeters en
bellen met weinig muziek. Na een nacht hield ik het daar voorbekeken, dus ben
ik verkast naar een bescheiden Days Inn hotel dicht bij de luchthaven. Ok, de
oppervlakte van de kamer is meer bescheiden van aard en de leverancier van
marmer heeft hier geen zaken gedaan Daartegenover staat : deprijs van de kamer
is ongeveer een vierde van gisteren, hun internet werkt wel(en is in de prijs
inbegrepen), hun tv haalt de gasten niet uit hun slaap, hunontbijt is (opnieuw
in de prijs inbegrepen) sober maar biedt alles wat een mens verwacht. Geen
deftig opgetutte ober (heb ik niet eens gemist) , geen tafelwaar je moet zitten
op hun advies. Hier gaan ze voor basic maar goed: dit hotel biedt de beste
prijs kwaliteit verhouding van alle plaatsen die ik hebaangedaan. En de
vriendelijkheid krijg je er gratis bovenop!
Een hoofdstuk in mijn reis
wordt dus afgesloten : een hoofdstuk, dat me in contact gebracht heeft met boeiende
mensen, indrukwekkende musea, het dagelijkse leven Een hoofdstuk dat ook voor
mezelf als mens heel wat betekent. Ik ben voor de eerste keer alleen op stap
voor langere tijd, leer leven met het onverwachte, leer omgaan met eenzaamheid,
die je onvermijdelijk ook ervaart wanneer je alleen reist, leer in feite mezelf
beter kennen Dit wordt een rugzak vol bagage, die me als mensin een beter evenwicht zal brengen. Had ik
deze reis niet beter 20 jaar geleden gepland?No time for regrets , een mens is nooit te oud om te leren.
Ik ben met
openverwachtingen gekomen en vertrek met een bredere kijk op de wereld. Indien
ik ooit nog de kans krijg om te reizen (en dat hoop ik alvast) dan kom ik hier zeker
terug. Dit was enkel een proevertje, het smaakt naar meer
Een paar uur later : hoog
in het luchtruim op weg naar San Francisco (met het populaire deuntje If youre
going to San Francisco in het achterhoofd) vraag ik me af, wat erverder op mijn weg ligt. A trip of a
lifetime, dat is deze reis nu al voor me, hopelijk wordt dat gevoel alleen maar
versterkt tijdens het vervolg van mijn tocht
En ondertussen ben ik
veilig en wel geland in San Francisco , bijna klaar om in te schepen voor een
vlucht van 15 uur. Wish me luck!
Groetjes en tot een
volgendverslag van down under!
Een reis kan onmogelijk
een durende opwaartse beweging zijn: eens komt er een moment waarop de ervaring
een stapje minder is. Gek dat dit moment dan komt in wat , tot nu toe, het voor
mij meest prestigieuze adres van mijn verblijf is geweest.
Bij mijn aankomst gisteren was ik direct onder
de indruk van de imposante lobby, waar duidelijk niet op een meter marmer meer
of minder ( dit is is bijna een tongbreker!) werd gekeken. Om het helemaal af
te maken werd er zowaar een soort tropische binnentuin met een waterval, die
over 2 verdiepingen gaat, bijgevoegd. Geef toe, een mens zou van minder onder
de indruk zijn. So far so good dus...jammer dat het vervolg betekende dat ik de
top bereikt had en dat de weg die voor me lag, onvermijdelijk naar beneden
ging... Of neen, er was nog een moment van verbazing : de lift die me naar het
17de verdiep (en bij ons is dat het 16de, nog zo'n aardigheidje van de VS: het
gelijkvloers is voor hen het 1ste VERDIEP... probeer daar de logica maar eens
van in te zien).bracht, zoefde als een
apollo raket de hoogte in. Met een open raam op Kansas city draagt dit
gegarandeerd toe tot een "waw" gevoel. Zelfs de eerste indruk van de
kamer hield dat gevoel nog even in stand.. Tot daar het positieve nieuws, wat
volgt is wat de Amerikanen zouden omschrijven als "constructive
feedback".Ik wou dus eerst nog wat
aan mijn pc werken (het weer was niet van dien aard om me naar buiten te
lokken, er werd een zware storm afgekondigd en de lucht zat zwanger van
dreigende wolken) dus heb ik WIFI van doen.Dit hotel, dat zichzelf wil profileren als het neusje van de zalm, is
het eerste dat een extra vergoeding aanrekent voor internet. Met 10 $ ben je OK
om te surfen voor een dag: tot daar de theorie. De praktijk
zegt dat je met die vergoeding toegang verkrijgt tot een wireless systeem dat
niet alleen heel zwak is, maar daar bovenop nog eens constant uitvalt.
Omdat ik nu eenmaal moet
roeien met de riemen die ik heb, zit er niets anders op dan geduldig telkens
weer opnieuw te verbinden. Terwijl ik hier zat te typen aan mijn, o zo groot
bureau, voelde ik een constante wind rond me draaien. Waar om de duivel kon dat
vandaan komen? Een inspectieronde gaf al heel snel aan dat een deel van het
raamkozijn gewoon verdwenen was... het gevolg is dat ik hier zat te typen met
Ingeborgs liedje in het achterhoofd:" Door de wind... (gelukkig niet door
de regen, want die bleef netjes buiten)". Tegen dan had ik het al serieus
op mijn heupen... wat zou er nog verkeerd gaan? Wel dat wist ik een paar uur
later. Omdat ik een vroege start had gehad, was ik van plan om vroeg onder de
lakens te gaan (amai, Egyptisch katoen... dat zou nu eens goed slapen !). Dus
een snelle hap beneden (lees: wat yoghurt en een banaan) en dan naar bed. Eerst
nog even tv opzetten om te weten welke politicus gisteren over de schreef
gelopen had. Verloren moeite hoor: de tv bleef me halsstarrig betaalfilms
aanprijzen en deed dat dan ook liefst zo luid mogelijk. Geloof het of niet maar
het volume liep automatisch op tot het maximum (en dat is hier level 55, zelfs
daar gaan de Amerikanen voor groot!). Ik kan je verzekeren dat de ganse gang
hier, willen of niet, dan kan "meegenieten" van de film, die ik
eventueel zou kiezen. Geduld is nooit mijn grootste gave geweest, daar beken ik
openlijk schuld... dus met gezwinde pas naar beneden (zoef, zoef, even snel als
naar boven... op een gegeven moment dacht ik dat een parachute in zo'n lift
toch wel een handig hebbeding kon zijn) om daar in beleefde, maar
"firm"manier duidelijk te
maken dat ik absoluut niet onder de indruk was. Ongeacht hoe hoog hun waterval
is, hoeveel marmer ze beneden hebben uitgestrooid : dit kon niet. Heel wat
apologies verder, werd me beloofd om een technicus naar boven te sturen.
Belofte maakt schuld, en die werd gelukkig ingelost. Het was geen Richard Gere
die zich kwam aanmelden maar een vriendelijke man, die zowat onmiddellijk
verklaarde dat hij hier nooit zou komen overnachten omdat het hotel de laatste
tijd zienderogen achteruit gaat. Fijn, dat weet ik dan ook weer. Ze zijn
momenteel bezig met hun technologie te verbeteren (hm, ik wens hun alle succes
toe want er is nog meer dan een berg werk te doen!) vandaar dat de tv's soms
rare kuren hebben. "Meneer vriendelijk" heeft het probleem netjes
opgelost, dus ik mijn pyjama in en tussen dat Egyptisch katoen (Cleopatra
achterna... alleen heb ik geen Marcus Antonius) goed van plan om nog even na te
genieten van de dag. Dat is me een half uurtje lang gelukt, en dan besloot het
toestel dat maximum volume toch wel beter is met andere woorden: het spelletje
begon opnieuw. OK, ik geef me gewonnen en besluit het toestel uit te schakelen.
Mis poes, na een half uur schiet dat ding vanzelf weer in actie en je raadt het
al : op maximum kracht. Ik kan iedereen verzekeren dat mijn geduld tegen dan
helemaal verdwenen is. Indien die tv van plan is om me wakker te houden, dan kent hij deze madam nog
niet. Kabel uitgetrokken en finito.
Het ontbijt deze morgen
is ook zo'n verhaal van willen en niet kunnen. Je wordt naar je tafel begeleid
( een brave burger wacht hier totdat iemand je met zachte dwang komt zeggen
waar je mag zitten, zoveel voor vrije keuze!) en dan heb je de keuze uit een
ontbijtbuffet of een menu. Een buffet aan 18$ (plus 10% taks en nog eens 15%
dienst) vind ik van het goede teveel, dus kies ik maar voor het continental
breakfast dat heel mooi wordt aangeprezen als : pastries, conservatives,
yoghurt and freshly sliced fruit. Ofwel denken de Amerikanen dat Europeanen
niet eten (en daar kan ik de logica wel van inzien wanneer je weet dat wij geen
mensen van hun formaat hebben) ofwel is er nog nooit een Amerikaan in Europa
geweest! Dat continental breakfast is om te lachen. Veel geblaat en weinig wol.
De ober heeft snel geleerd dat een Europeaan, zelfs met de helft van het
gemiddelde lichaamsgewicht hier, toch wel wat meer verwacht dan een koekje dat
je in één adem uit je bord kan blazen! Ik heb hem beleefd duidelijk gemaakt dat
ik brood wou. Zegt meneer : 2 slices? Antwoord: No, make that 3 please. En dan
krijg je zo'n blik van: die weet niet hoe groot Amerikaanse sneetjes zijn
zeker?Kan mij niet schelen, ik heb
smakelijk gegeten.
Nog een ritje naar de
receptie om hen duidelijk te maken dat mijn algemene indruk van dit hotel
absoluut niet positief is. De vriendelijke juffrouw (en dat wil ik wel meegeven
:iedereen is heel erg vriendelijk) vertelde me dat ze nota zou nemen van de
problemen en dat er zou aan gewerkt worden.
Blijkbaar is het voor hen
een zaak om feedback op te volgen want nauwelijks een kwartier later, stond er
weer een technicus aan mijn deur. Of hij het raam probleem eens mocht bekijken?
Zeker dat, geen George Clooney, maar vriendelijkheid troef. Probeert die pipo
me niet wijs te maken dat dit een opening van de airco is zeker! Wel ik ben dan
misschien vrouwelijk maar niet blond hé. Ik heb onmiddellijk gezegd dat ik niet
wist dat airco in Kansas in rechtstreekse verbinding stond met de wind buiten!
Meneer was even van zijn stuk (oei, die heeft hersens en een tong, wat is fase 2 in het rampenplan?) en
besloot toen om zich wijselijk terug te trekken met de belofte om de opening te
dichten. Het zal mij worst wezen, hier kom ik niet meer terug.
Bijna zijn we aan het
einde van een bewogen verblijf. Om het helemaal compleet te maken had ik nog
een telefoon oproep gemist terwijl ik naar de lobby gegaan was. Mijn
telefoontoestel(dat bijna verloren
loopt op dit enorme bureau) stond verwoed te flikkeren om mijn aandacht te
eisen. Het achtergelaten bericht bleek een zwoele mannenstem te zijn, die me
wou spreken maar omdat zijn toestel niet werkte (????) vroeg hij me om hem
terug te bellen. Is dit een klucht in de VS? Niemand weet waar ik verblijf en
toch krijg ik oproepen??? Of is de helft van de mannelijke bevolking op die
manier op jacht naar vrouwelijk schoon? (niet dat ik mezelf in de laatste
categorie plaats hoor).
Ik heb in het verleden al
heel vaak toeristen horen klagen over het lawaai van de klokken in Ieper. Hier
hebben ze geen kathedralen maar, wees gerust, er is een goed alternatief om
"lawaai" te maken. Net onder mijn raam bevindt zich een groot
vierkant dat opgedeeld is als een schaakbord. Iedere hoek tussen de ruiten
heeft een fonteintje, echt mooi ware het niet dat iemand het nodig geacht heeft
om deze fontein om het uur een dans te laten uitvoeren. Gisteren middag kwam er
een melodietje van Strauss uit de luidsprekers geschald en begonnen die
tientallen fonteintjes te dansen. Best indrukwekkend bij een eerste optreden...
best vervelend wanneer dat om het uur gebeurd. Vandaag werd er een andere plaat
opgelegd ... maar dan nog, ik heb genoeg water zien spuiten voor de rest van
mijn trip!
Het nadert 12 uur, tijd
om afscheid te nemen want binnen een uurtje vertrek ik naar het museum om mijn
lezing te geven.... Back to reality dus.
Zaterdag 14 maart, de
start van een nieuwe stap in mijn avontuur.
Dit wordt een onderweg
verslag, heel letterlijk dan want ik zit in het vliegtuig naar Kansas , op weg
naar weer een ander verhaal.
Indien je wil weten wat
er in een week kan gebeuren, dan nodig ik jullie uit om verder te lezen
Op dinsdag ben ik aan
mijn ontdekkingstocht begonnen.Een ding
is zeker.. deze stad heeft de toerist wel wat te bieden. Eerst ben ik in het
capitool geweest (veel Amerikaanser dan dit kan niet : groot, groter, grootst!).
Er worden daar zo'n 8 à 9000 bezoekers per dag doorheen geloodst. Onze gids
deed verwoede pogingen om grappig te zijn al kon ik zijn povere humor niet
smaken. Maar toch was dit een bezoek dat de moeite waard was. Daarna ben ik
naar een botanische tuin geweest en vervolgens naar het luchtvaartmuseum:hetzelfde verhaal hier... het is ontzettend
groot. Je kunt makkelijk een dag in dat museum alleen doorbrengen. Heel veel
over de ruimtevaart en zelfs een zaal over de luchtvaart in WO I. In die zaal
was er een (povere) reconstructie van een loopgraaf waar ik een Amerikaan even
heb ingelicht over de fouten in de opstelling (dat kon ik echt niet laten en
bovendien was het zalig om tegen iemand te kunnen praten). Op een of andere
manier is deze stad minder open op menselijk gebied. Misschien heeft het te
maken met de vele toeristen die hier rondlopen;
Terug in het hotel, is
het tijd om wat te mailen ,tv te kijken en te slapen natuurlijk. Al ben ik
niet echt een tv fan, ook dat heeft hier zijn charmes, ware het maar om de
American view op de wereld te horen. Het nieuws moet hier vooral flitsend zijn
(een goede politieachtervolging lijkt een vast ingrediënt), zonder duidelijk te
maken dat de wereld groter is dan
de VS alleen. Heel af toe sijpelt er wel wat buitenlands
nieuws door maar dat wordt dan echt compact weergegeven: je hoort over het
tsunami gevaar in Indonesië tussen een moord in Florida, het groeiend probleem
van obesitas ( 37,5 % van de volwassen bevolking aub!) en een proces tegen een
voormalig politicus die het aangedurfd heeft om een relatie te hebben met een
medewerkster! Komaan, Amerika, wake up, zou ik zeggen. Er is echt wel nieuws
van groter belang dan wie het met wie gedaan heeft. Waar ik in Tampa het gevoel
kreeg dat dit een land in recessie is, wordt die indruk teniet gedaan in Washington.
Het nieuws is echter niet zo rooskleurig. Het lijkt wel of de hele wereld in
crisis gaat. De down jones heeft vandaag de grootste terugval gehad sedert meer
dan een jaar. De brandstofprijzen gaan hier sterk de hoogte in, voedsel is hier
heel duur (in verhouding met de kwaliteit) en de mensen met wie ik praat, zijn
niet echt optimistisch over de toekomst.
Schreef ik slapen
ergens aan het begin van de alinea? Wel dat geldt dus niet voor iedere nacht.
Op maandag sliep ik als een roos (zelfs met 4 spoorlijnen direct naast het
hotel), op dinsdag werd dat meer een distel! In de kamer naast me
waren jongelui gehuisvest en dat heb ik geweten. : lachen, gieren, brullen,
schreeuwen en nog meer van dat moois. Een en ander hield in dat ik geen oog kon
dicht doen en uiteindelijk de receptie heb opgebeld (het was al na middernacht
toen) om te vragen de buren tot wat stilte aan te sporen. Met succes, want
wonder o wonder, het werd stil. Althans voor een paar uur want om 3 uur werd ik
gewekt door een van de meisjesstemmen die aan de telefoon was! Komaan zeg, wie
belt er nu om 3 uur s nachts???
Het antwoord op die vraag
werd me duidelijk de volgende nacht maar laten we eerst naar dinsdag gaan.Goed ontbijt (of beter gezegd :ontbijt zonder charme maar met voldoende
calorieën om me door de dag te loodsen.
Ik had gezien dat er een
Holocaust museum was en aangezien er hier zo goed als niets te ontdekken is
aangaande WWI , moet ik mijn honger maar stillen met WWII. Met de shuttle naar
het centrum (ik ben nu al ervaren en weet mijn weg te vinden ) en dan op stap
naar het museum.Wanneer je wandelt
ontmoet je mensen natuurlijk en dat is hier niet anders. In het park, zag ik
iemand eekhoorntjes voederen (ze worden hier als een pest omschreven en dat
valt makkelijk te begrijpen: laat me zeggen dat ze zich goed voortplanten).
Reden genoeg om een babbeltje te slaan. Het bleek een Canadees te zijn, die op
doortocht was. Uiteindelijk zijn we samen naar het museum gewandeld (een uurtje
flink stappen was dat) en in dat uur heeft hij me zijn verhaal verteld. Geboren
en getogen in Ottawa, nu 31 jaar oud, diploma gehaald, aan de slag gegaan maar
dan met de verkeerde vrienden opgetrokken en alles verloren. Al zei het me niet
met zoveel woorden, ik vermoed dat hij in drugs betrokken is geweest. Nu is hij
homeless (het is me nog altijd een wonder hoe hij erin slaagt om zo net voor de
dag te komen dan) en weet eigenlijk niet goed waar naar toe. Ik vroeg hem of
hij werk zocht en kreeg te horen dat hij toch geen kans maakt op de arbeidsmarkt
omwille van zijn verleden. Wel zon houding gaat er bij mij niet in : hij heeft
dan misschien wel fouten gemaakt, maar wil dat zeggen dat hij helemaal
afgeschreven is? Ik heb duidelijkgemaakt dat mijn kansen op de arbeidsmarkt een stuk lager waren (geen
diploma, geen werkervaring en 22 jaar ouder) en dat ik er toch in geslaagd ben om werk
te vinden. Indien je iemand anders wil overtuigen dat je een bepaalde job kan
dan moet je in eerste instantie bij jezelf beginnen : geloof in jezelf, dat is
de boodschap die ik die jonge man heb meegegeven en vecht voor een toekomst,
was advies nummer 2
Eens aangekomen in het
Holocaust museum bleek dat het volboekt was tot 4 uur in de namiddag. Met alle
Chinezen maar niet met den dezen he. Een vriendelijk praatje en een extra Belg
kon er opeens wel nog bij.Een tong van
lintjes heet men dat in Vlaanderen zeker?
Het museum is meer dan de moeite waard: het
is een geschiedenis les die onder je huid kruipt, eentje om niet meer te
vergeten. Ik heb er 6 uur in rondgelopen en ben buiten gekomen met het gevoel
dat de mensheid nog heel wat te leren heeft.
Na deze ervaring was het
tijd om terug naar mijn hotel te trekken met de shuttle voor een hopelijk
rustige avond. Wel dat is even anders gelopen. De avond, ja viel mee maar om 2
uur s nachts werd ik wakker gebeld. Half slaapdronken nam ik de telefoon aan
en een mannenstem zei me : ik heb met je gesproken vandaag, je moet me
helpen. Natuurlijk dacht ik onmiddellijk aan die Canadees maar ik had toch
geen gegevens gegeven behalve mijn voornaam? Hoe zou hij kunnen weten waar ik
verbleef, laat staan in welke kamer. Ik probeer dus duidelijk te maken dat ik
om 2 uur s nachts niemand kan helpen en krijg weer iets te horen wat ik niet
begreep. Toen ikwablief zei, kreeg ik
de meest vulgaire taal te horen die je voor mogelijk acht. OK, dat is het voor
mij. Telefoon op de haak en receptie bellen om te vragen of ze een inkomende
telefoon naar mijn kamer hadden doorverwezen. Hun naam was haas, zij wisten van
niets. Ik heb gevraagd dat de security een ronde deed want dit was duidelijk
een gestoorde geest. Terug slapen dan maar niet lang : om 4 uur zelfde verhaal.
Ik was dan wel zo wijs om gewoon af te duwen en niets te zeggen. Een mens reist
om te leren toch?
Het verhaal van de
telefoontjes heeft nog een staartje gekregen. Toen ik s morgens naar de lobby
ging om een halve dagrondrit te boeken, stonden er nog 2 koppels te praten voor
de balie. Eentje verblijft hier reeds en eentje stond op het punt om in te
checken maar was niet tevreden met wat ze zagen.Wij zijn beginnen babbelen en ik heb hen
verteld dat ik best tevreden ben met mijn kamer maar zeker niet met de
nachtelijke telefoontjes. En weet je wat: dat ene koppel heeft ook 2 telefoontjes
gekregen. Ik had de indruk dat de manager zich niet te veel wil aantrekken van
de zaak: zij kunnen er niets aan doen. Komaan zeg, zelfs al bestaat er
inderdaad een mogelijkheid om direct naar de kamers te bellen, zoals zij
beweren, dan nog kunnen ze de telefoonmaatschappij inschakelen om uit te vissen
waar die telefoons vandaan komen. Toen ik s avond terug naar beneden ging,
stond er nog een man te wachten om iets te vragen en... geloof het of niet...
ook hij en zijn vrouw en de kamer naast hen had 2 telefoontjes gekregen
verleden nacht. Er is hier dus een ferm gestoorde geest aan het werk. Hij zei
me dat zijn vrouw de ganse nacht niet meer geslapen had en dat ze, indien het
vannacht weer zou gebeuren een "refund" zouden vragen. Die Amerikanen
toch: ik heb hem de raad gegeven om de telefoon van de haak te leggen, dan is
het probleem zo opgelost.
Op vrijdag, was ik van
plan omniet meer naar downtown te gaan.
Ik had trouwens te veel tijd gespendeerd om te mailen zodat ik de laatste
shuttle niet meer kon halen. Maar het koppel beneden bood me aan om met hen mee
te gaan en dus ben ik toch nog maar eens naar het centrum geweest. Ik ben er
een unieke tentoonstelling van Japanse schilderkunst op zijde gaan bekijken
(eerste keer dat die werken buiten Japan kwamen) en dan iets gaan eten , want
wonder o wonder, ik had een restaurant gevonden. Geen Michelin hoor, dat zou
pas een mirakel zijn, maar een soort opgewaardeerde pub waar eten wordt
geserveerd. Omdat een steak hier niet blijkt te bestaan zonder super pikant te
zijn (wat ik absoluut niet lust) heb ik maar voor ribbetjes gekozen... mis dus,
want ik had een volledig glas water nodig om mijn mond te blussen! Smaak in
kleding is Amerikanen vreemd maar smaak in eten is dat nog veel meer. Indien je
niet kan koken, gooi er dan een goede portie pikante kruiden tegen aan en er
zal geen haan naar kraaien(of misschien
net wel, zij het dan om het vuur in zijn keel te blussen!). Dit restaurant
krijgt van mij met stip een vermelding als slechtste eten dat ik ooit gekregen
gegeten heb (en met de dienst was het al niet veel beter gesteld!).
Daarna ben ik even de
luiaard gaan uithangen en heb me met een taxifiets naar het Witte huis laten
brengen. Het voordeel is natuurlijk dat dit een ideale gelegenheid is om met
iemand, die de buurt door en door kent, te kunnen praten. Het bleek een jonge
man te zijn, die gediend had in het Marine Corps maar die daar de brui had
aangegeven om zijn passie, fietsen dus, te kunnen volgen. Wel, hij kan zich
hier ruimschoots uitleven want hij fietst gemiddeld 120 km per dag met normaal
gezien 2 volwassenen achter zich aan. Ik vraag me af of het Marine Corps de
kuiten van hun soldaten speciaal traint :)
Van het Witte Huis ben ik
de hele weg teruggewandeld en heb onderweg kennis gemaakt met een diplomaat van
buitenlandse zaken en met een jonge kerel die in het Ministerie voor veteranen
werkt. Hij heeft mijn e-mail adres gekregen want dat zou nog tot iets kunnen
leiden: een lezing bedoel ik dan wel he...
Daarna met de shuttle
terug naar het hotel: dat was een rit die in een film van Louis de Funès niet zou
misstaan hebben : met 21 in
een klein volkswagenbusje! En nog haalden we het record niet want dat staat op
23! Van een gek land gesproken! Als je dan weet dat ik de slankste (met stip)
van de groep was, moet ik er geen tekening bij maken zeker. De superbrede bips
van een zwarte madam, duwde me in een schaarse ruimte tussen de zetel en de
deur. Maar we hebben lol gehad zenne : comfortabel was het niet, plezant des te
meer. Ik heb de chauffeur wel verwittigd dat hij me moest vangen wanneer hij de
deur zou openen want ik zal zo geprest dat er druk op de deur zat zelfs!
Eens in heb ik gebeld
naar het hotel waar ik morgen verblijf om te vragen of zij een shuttle runnen
naar de luchthaven. Het is voor mij financieel goedkoper om eerst met de
shuttledienst van de luchthaven naar daar te gaan en me dan (gratis te laten
afhalen door de shuttledienst van het holiday inn hotel). Geloof het of niet
maar die mevrouw verzekerde me dat er geen Charlotte Descamps
was ingeboekt (terwijl ik hier een bevestiging van die boeking in mijn handen
had). Er is heel wat Engels aan verloren gegaan om die bediende duidelijk te
maken dat ik dus WEL een boeking bij hen had. Uiteindelijk kwam de fout naar
boven. Ik sta niet geboekt als Descamps Charlotte maar als Mrs (en dat is dan mijn
familienaam) Charlotte! Amai was me dat een pak van mijn hart. Shuttle geboekt,
hotel geboekt, op dat moment wistik dus
dat ik niet dakloos zou zijn de volgende dag!
En dan kom ik tot
vrijdag, laatste dag in
Washington.De toer
die ik geboekt had zouom 8.30 uur komen
ophalen. Tenminste dat was de planning. En aangezien ik ook uitcheckte uit dat
hotel (niet tot mijn spijt), moesten mijn valiezen ook klaar zijn voor die
tijd. Om 7 uur ben ik opgestaan, wat mail gelezen, douche genomen en naar het
ontbijt gegaan. Tegen de tijd dat ik dat achter de kiezen had, was het tijd om
mijn valiezen naar beneden te brengen en te wachten op de tourmaatschappij. En
maar wachten... die kwamen dus niet af. Dan maar naar de balie gaan vragen wat
er zou gebeuren. Ze waren onderweg, het was alleen kwestie van wachten (dat had
ik toen al door!).
Een kleine minibus kwam
de gasten ophalen om ons naar een verzamelpunt voor grote bussen te brengen. En
vandaar vertrok de gidsbeurt: een ervaring op zich, zij het dan een heel erg
Amerikaanse ervaring. Dat hoort te lezen als: snel en met meer pogingen tot
humor dan pogingen tot het verschaffen van informatie. De gidsen die ik hier
gehoord heb zouden het in België maken als komiek maar zeker niet als gids.
Waarmee ik tussen de regels aangeef dat de grijze massa van de gemiddelde
Amerikaan omgekeerd evenredig is met zijn figuur...
We werden echter op een
boeiende tocht doorheen Washington geloodst (tussen zowat 300 andere bussen
in!). Het is me nu al duidelijk dat ik heel veel gezien heb maar eigenlijk nog
meer gemist heb. Dit is een stad waar je makkelijk 2 weken de toerist kan
spelen zonder een moment van verveling te kennen. Het witte huis, het pentagon,
het Jeffersons memorial, het Martin Luther King Memorial en nog een eindeloze
reeks meer. Een en ander maakt duidelijk dat er hier heel zwaar geïnvesteerd is
in monumenten en gebouwen. Dit is voor mij de eerste stad, die erin geslaagd is
om een gezellige sfeer te creëren. Het feit dat geen enkel gebouw hoger mag
zijn dan het capitool and het Washington memorial (dat trouwens door een
aardbeving danig dooreengeschud werd een paar jaar terug, waardoor je het niet
meer kan bezoeken) heeft Washington een mooie skyline gegeven. Voeg daar aan
toe dat alle belangrijke plaatsen (capitool, Washington museum, Lincoln
memorial en WW II memorial op een rechte lijn liggen en je krijgt een lange,
groene long in het centrum van de stad. Er moet natuurlijk voldoende ruimte
zijn tussen het ene en het andere monument en dat het hebben ze hier op hun
manier gezien: er staat er eentje ter hoogte van Tyne Cot, het volgende ter
hoogte van Varlet Farm
en dan stap je maar naar Poelkapelle dorp voor nummer 3.. m.a.w. er is
voldoende ruimte tussen zodat ze niet in elkaars schaduw staan. Ik ben echt
onder de indruk van de vele gebouwen in stijl van Griekse tempels : een zuil
meer of minder, daar spreken we niet over. Laten we vooral zorgen dat er genoeg
staan!
Na mijn rondleiding werd
ik geacht om rond 1 uur terug in het hotel te zijn waar ik de shuttle naar de
luchthaven geboekt had om 2 uur. Er werd naar mijn vlucht nummer gevraagd omdat
de shuttle (veel goedkoper dan taxi's) alleen maar luchthaven vervoer mag doen.
Dat heb ik opgelost door te zeggen dat ik vrienden ging ophalen en dat we samen
1 nacht in een hotel bij de luchthaven zouden verblijven om 's anderendaags dan
naar Kansas te vliegen. Het loont om creatief te denken want ik had gratis
vervoer van de luchthaven naar het hotel.
Nu ik kan terugblikken op
mijn tijd in Washington, ben ik heel blij dat ik deze stad op mijn lijst
geplaatst heb. Indien ik ooit nog deze kant van de wereld bezoek (en dat acht
ik nu heel erg waarschijnlijk) dan kom ik hier zeker terug. Gisteren heb ik een
busrondleiding geboekt om de verst uitgelegen monumenten te bezoeken : ik mag
dan wel een goed getraind stel benen hebben, er komt een moment waarop je
beseft dat het niet haalbaar is om alles te voet te doen
Ondertussen is mijn
vliegtuig goed en wel geland en zit ik op de 17 de verdieping van
een poepchique hotel. Morgen geef ik een lezing in het grootste WWI museum in
de VS . Gezien ik accommodatie vraag voor mijn werk, hebben ze me hier onderdak
gegeven. Waw, indien hun verwachting over mijn spreekbeurt recht evenredig is
met het niveau van dit hotel, dan zal ik morgen best alle hens aan dek zetten.
De verwachtingen zullen hoog gespannen zijn. Aanvankelijk was ik van plan om
mijn 2de nacht in hetzelfde hotel door te brengen maar met een prijskaartje van
278 $ per nacht, leek me dat geen zon goed idee. Ik zak morgen terug af naar
de wereld van de gewone mens : m.a.w. een Holiday inn hotel op de luchthaven
want maandag vertrek ik naar Australië. Mijn volgend verslag zal er dus geen
worden over eekhoorntjes maar over kangoeroes!Tot de volgende sessie dus!
Groetjes
charlotte
PS: graag wil ik nog
meegeven dat het me altijd plezier doet om van jullie te horen al kan ik niet
iedereen persoonlijk van antwoord dienen (of ik moet nog 6 maanden reizen!)
Washington, here I come! Dat is wat
ik op maandagmorgen dacht.
Het werd me al heel snel
duidelijk dat ik het gemoedelijke, warme (zij het niet in temperaturen) Canada
achter me had gelaten, om aan de volgende stap van mijn avontuur te beginnen.
En dat alles in de VS net dat ietsje groter is dan verwacht, wist ik natuurlijk
al, maar toch word je daar iedere keer opnieuw mee geconfronteerd.Het goede nieuws was dat dit de eerste vlucht
zonder problemen was (in Tampa aangekomen, had ik geen bagage; bij mijn vertrek
naar Toronto, miste mijn gastvrouw een afrit toen ze me naar de luchthaven
bracht en miste ik net niet mijn vlucht; bij mijn vertrek uit Toronto, wist men
me doodleuk te vertellen dat er geen plaats was voor mij omdat de vlucht
overboekt was... wat Vlaamse onschuld en charme hebben daar de situatie
gered).Een klein misverstand bij de
term "een van Washingtons luchthavens" want Dulles ligt zo'n 41 km van het centrum
verwijderd! Geen nood, er is een shuttle dienst die je gezwind (met een korrel
zout, of zeg maar met een emmer zout...) naar je hotel brengt.En dat hotel blijkt dan weer 7 km van het toeristische
centrum te liggen. Ook daar is er een oplossing voor natuurlijk : een andere
shuttle ( = busjes die constant op en af rijden).
Ik heb het groene Canada
achter me gelaten voor het blauwe Amerika, en dan heb ik het niet over
politiek. Nooit in mijn leven heb ik meer politieagenten gezien dan hier. Op
het vliegtuig heb ik een Duitser ontmoet die meer dan een jaar in Washington
gewoond heeft en die wist me te vertellen dat deze stad de hoogste
misdaadcijfers heeft van de VS... en dat mijn hotel in een behoorlijk ruwe
buurt ligt. Leuk gevoel geeft dat nog voor je landt... En dat er hier een
probleem is met moorden wordt pijnlijk duidelijk wanneer je het nieuws volgt :
dit jaar (in 3 maanden tijd) zijn er in Chicago alleen al 480 moorden gepleegd
... en Washington doet nog beter. Wel, ik hou me hier 's avonds lekker gedeisd,
zoveel is zeker
Al dat blauw in de
straat, zou je een veilig gevoel moeten geven, vermoed ik. Mij ergert het
alleen maar want ik vraag me af, of die mannen ook daadwerkelijk iets doen. Van
de duivel gesproken, er komt hier net weer een politiewagen met loeiende
sirenes voorbij. Je hoeft enkel maar eens door het raam te kijken om te weten
dat Hollywood soms wel de echte wereld naar voren brengt : een politiewagen in
actie trekt zijn collega's aan als een magneet. Je ziet(en hoort ze vooral!) in kolom voorbij
rijden. De moderne ridders tegen het kwaad.
Op dinsdag heb ik de
toerist van het zuiverste ras uitgehangen in die zin dat ik het capitool ben
gaan bezoeken. Groot, groter , grootst.. ook hier is de Amerikaanse spirit te
vinden. Wat een enorm gebouwen wat een
enorme politiemacht. Die gasten zijn tot de tanden toe gewapend met een
volautomatisch machinegeweer a.u.b.. Ik zou daar niet graag een dag lang de stoere kerel
willen uithangen: het speelgoedje alleen moet op de duur heel zwaar gaan
wegen.
Zien ze het gebouw groot,
dan moet ik eraan toevoegen dat het kanaliseren van de toeristenstroom ook
groots gezien wordt. Er komen daar dagelijks tussen de 8000 en 9000 mensen
langs en toch loopt alles gesmeerd. De massa wordt netjes gescand (nog strikter
dan in een luchthaven) en opgedeeld in groepen die met ontvangers worden
uitgerust. En dan krijg je een gids toebedeeld, die ongetwijfeld niet de eerste
prijs voor kennis gewonnen heeft maar die verwoede pogingen doet om dat met
humor te maskeren. Hij heeft te lang naar president Bush gekeken denk ik : zijn
grappen haalden geen hoger niveau. Toch kan ik bevestigen dat het de moeite
loont om het capitool te bezoeken al was het maar om onder de indruk te komen
van de omvang van het geheel (waarvan je trouwens maar een flard te zien
krijgt).
Vandaar naar het museum
van lucht - en ruimtevaart. Oehoe, wat is me dat een groot gebouw! Een heel
boeiend museum met de nadruk op het Amerikaans succesverhaal in de ruimte, een
sectie burgerluchtvaart, wat militaire luchtvaart en .... geloof het of niet: zelfs een afdeling, die luchtvaart in de
eerste wereldoorlog heette. Het eerste wat ik te zien kreeg was een
reconstructie van een loopgraaf maar dan wel gezien door Amerikaanse bril. De eerste de beste
Amerikaan die me daar kwam vervoegen, heeft het geweten hoor : ik kon de
verleiding niet weerstaan om duidelijk te maken dat er meer fout dan juist is
aan hun reconstructie.
Daarna ben ik nog naar
een kasteel (een reconstructie van een Roemeens kasteel dat steen per steen
naar hier werd gebracht) geweest om daar de grootste mikmak van kunst, bestek,
opgevulde dieren en weet ik nog wat meer te zien. Geen enkele logica in het
verhaal maar ook dat is me ondertussen al zonneklaar : logica is niet de
grootste zorg van de inwoners hier.
Vandaag heb ik een heel
sobere ervaring gehad : ik ben 6 uur lang in Holocaust museum gebleven. Bij
mijn weten heb ik nog nooit tevoren een beter uitgewerkt museum gezien. Je kan
gewoonweg niet anders dan onder de indruk zijn van de vele verhalen, die je
hier te horen krijgt.
Mijn wandeling naar dit
museum (een flinke kuitenbijter van 6 km) is meteen ook een levensles geworden.
Jullie kennen me :ik wil mensen ontmoeten. Toen ik door het park liep, zat er
een man zijn broodje te eten met een resem eekhoorntjes om hem heen. Ik sprak
hem daarover aan en het volgende was dat hij met me mee wandelde naar het
museum. Hij wist me te vertellen dat hij 31 jaar was, in het bezit van een
diploma, had een aantal jaar gewerkt tot hij de verkeerde vrienden trof. Een en
ander resulteerde in het feit dat zijn ouders hem uit de ouderlijke woning
hebben laten zetten. Alhoewel hij het niet gezegd heeft, vermoed ik dat hij met
drugs te maken heeft gehad. Daarna is hij op de dool geraakt en is nu een
dakloze geworden. Toen ik hem vroeg of hij actief op zoek was naar werk (want
hij zag er heel verzorgd uit, ik zou hem zeker niet als een dakloze aanzien
hebben) reageerde hij dat hij toch geen kansen meer zou krijgen omwille van
zijn verleden. Ik heb hem duidelijk gemaakt dat ik , zonder diplomaen meer dan 20 jaar ouder, ook werk heb
moeten zoeken en dat me dat wel gelukt is. Ik kan alleen maar hopen dat deze
kerel me begrepen heeft toen ik hem duidelijk maakte dat kansen niet naar je
komen maar dat je die zelf moet creëren. Die jonge man heeft de hoop opgegeven,
iets wat je eigenlijk nooit mag doen, wil je vooruit komen in het leven.
Ik heb hier één probleem
en dat is : eten vinden. Geloof het of niet maar ik heb nog niet 1 deftig
restaurant gezien. Indien je geen McDonald of konsoorten lust, dan ga je hier
voor een gratis dieet. Er is gewoon niets deftigs te vinden! Het is me nog
altijd een raadsel hoe die Amerikanen zo enorm dik kunnen worden.Het antwoord zal net bij McDonald liggen zeker???
Een andere reden zal het
gebrek aan lichaamsbeweging zijn. Ik moest vanavond 10 minuten wachten op de
shuttle bus: in die 10 minuten heb ik niet minder dan 40 taxi's geteld die
gasten oppikten aan het station. Het is een nooit aflatende stroom van taxi's
in alle kleuren, met alle mogelijke namen maar met één gemeenschappelijke
factor : alle chauffeurs zijn zwarten van boven de 50. Dat gezegd zijnde lijkt
er toch een segment van de zwarte bevolking te zijn, die het wel gemaakt heeft.
Ik heb al een aantalzwarte, blitse
dames gezien in het mooiste type sportwagen dat Mercedes of BMW kan produceren.
Het leven is aan de durvers zeker? Of is het aan de doorzetters???
Morgen heb ik nog een dag
om de toerist uit te hangen. Vrijdag wordt het weer wat plannen en zoeken want
dan verhuis in naar een hotel dichtbij de luchthaven omdat ik op zaterdag een
vroege vlucht heb. Al met al, ben ik zeker blij dat ik naar hier ben afgezakt
al is een verblijf in een hotel voor mij absoluut geen zegen. Ik mis het
menselijke contact.Daar zal van
volgende week geen nood meer aan zijn want van dan af aan zal ik constant bij
gasten verblijven;
Voila, iedereen weet weer
waar ik aan toe ben. Wees gerust, er komt nog heel wat meer...
We reizen om te leren,
zegt het spreekwoord. En zoals vaak, zit er een grote dosis waarheid in dit
spreekwoord. Nooit had ik gedacht dat een trip van a naar b, me zoveel
impressies zou bijbrengen. Ik ontmoet iedere dag nieuwe mensen, hoor nieuwe
verhalen, leer meer van de geschiedenis van dit land, verken iets van de locale cultuur: het
is alsof ik losgelaten ben in een snoepwinkel en van het ene snoepje naar het
andere ga.
Ik verblijf momenteel in
Halifax, Nova Scotia, helemaal in het oosten van Canada. Dit is Canada ten
voeten uit: groen, uitgestrekt, wijds... maar bovenal onbeschrijvelijk
vriendelijk. Ik krijg constant het gevoel dat mensen hier niet genoeg kunnen
doen voor me. De laatste paar dagen werd ik van het ene naar het andere gevoerd
: alle bezienswaardigheden moet ik gezien hebben. Normaal gezien zou ik hier 2
lezingen gegeven hebben maar omwille van het paasweekend werden die afgelast.
Ik heb dus 5 dagen zonder dat ik iets hoef te doen. Dat gezegd zijnde :het
gastgezin hier wil zeker zijn dat ik me niet verveel.
Gisteren hebben we hier
een maaltijd klaar gemaakt voor de buren. Voor we aan tafel gingen, moesten we
eerst in teams van 2 paaseieren gaan zoeken in de buurt (de juiste kleurcode).
Best wel een aangename manier om het ijs te breken. In België zou je vrienden
uitnodigen voor een avond, hier doen ze dat op een zaterdagnamiddag : vanaf 3
uur kwamen de gasten aan, de zoektocht duurde van 4.30 tot 6 uuren dan werd gegeten. Er was hier genoeg
voedsel om een leger te voeden, zoveel is zeker. Het vreemde is dat iedereen
vertrok om 9 uur, wat ik ongemeen vroeg vond. We hebben de boel opgekuist en
tegen 10.30 uur kon je al niet meer zeggen dat er feestje had plaatsgevonden een
paar uur voordien.
Geloof het of niet maar
ik heb gisteren aardappelpuree gemaakt voor 16 mensen! Ik kan zelfs niet bij
benadering zeggen hoelang het geleden was dat ik gekookt had voor zo'n groep.
En omdat ik eieren en mosterd toevoeg aan mijn puree, smaakt het anders dan wat
ze hier doen. Een smaak die blijkbaar werd geapprecieerd want alle puree was
verdwenen. Ik heb ook een appeltaart gemaakt maar dat was niet direct een
succes : om te beginnen gebruiken ze hier bakpoeder in plaats van zelfrijzende
bloem, de appels zijn van een ander soort, de bakvorm is verschillend en de
oven werkt anders ook. Al met al was het geen complete ramp maar de taart was
zeker niet zo mooi als die van thuis.
Kun je mijn verrassing
voorstellen deze morgen: toen ik uit bed kwam hadden we ongeveer 15 cm sneeuw!Gisteren was het koud maar dit had ik zeker
niet verwacht. Het is nu middag en het sneeuwt nog steeds maar niet meer zo
erg. Aan den andere kant is de zon ook van de partij: wat een vreemd land is
dit wanneer het op het weer aankomt.
Een en ander houdt in dat
we vandaag niet op uitstap zullen gaan. Niet zozeer een probleem voor mij, want
ik kan best wel genieten van een rustige dag. Ik zal een beetje tijd hebben om
mijn e-mails bij te werken.
Morgen heb ik een vroege
vlucht naar Washington, waar ik 5 dagen lang de toerist zal
uithangen. In principe was dit de enige stad waar ik geen lezingen zal geven.
Ik heb wel het geluk dat ik er 2 dagen zal rond gegidst worden door mensen die
er wonen : een officier van de Marine Corps en een zakenman . Een en ander
houdt in dat ik om 6.30 uur in de luchthaven zal moeten zijn ( 45 minuten
rijden) , dat wordt dus een korte nacht.
Dat is het voor nu.
Geniet van een prettige paasdag en ... tot wederhoren.
Terwijl de lente nu
wellicht al duidelijk haar intrede in de Ieperboog heeft gedaan, is het hier
nog altijd behoorlijk kil naar Vlaamse normen. En hier betekent dan Toronto
Canada want ondertussen ben ik naar het noorden gevlogen. Gisteren zag ik zelfs
nog een auto met wat sneeuw op en waar ik morgen naartoe vertrek (Halifax) zijn
er nu zware hagelstormen.
Ik ben dus nog altijd in
de streek van Toronto waar ik ondertussen een hele reeks lezingen heb
afgewerkt. Nog eentje te gaan morgen en dan is het avontuur hier voorbij. Ik
kan nu al haast met zekerheid zeggen dat dit een land is waar ik nog terug zal
komen : de hartelijkheid die ik hier ervaar, hou je gewoon niet voor
mogelijk.
Nadat ik laat in de nacht
geland was op 26 maart (en naar een verkeerd hotel gespoord was) ben ik op de
morgen van 27 maart opgehaald geweest door een luitenant -kolonel die me naar
zijn huis heeft gebracht. De lezing in een school, die voor die namiddag
gepland was, werd geannuleerd door slechte communicatie: iets wat me, eerlijk
gezegd goed uitkwam want ik had best wel een lange dag gehad de dag voordien.
Die militair woont, geloof het of niet, op 5 km van de Niagara Watervallen. Het zou dus
ondenkbaar zijn indien ik dat natuurgeweld niet zou aanschouwen. Het vreemde
voor mij was te weten dat Renaat daar 4 dagen eerder geweest was want hij werd
naar Port Perry gestuurd om hier te werken. De Canadezen verwijzen hier heel
gemakkelijk naar : "just around the corner " (juist achter de hoek)
maar naar Vlaamse normen ligt die hoek meestal ver weg. Ik ben hier van de ene
lezing naar de andere gegaan met 3 uur rijden ertussen en dat aanzien zij hier
nog altijd als dichtbij. De afstanden zijn hier enorm maar gelukkig zijn de
straten dat ook:heel veel afstand wordt
overbrugd op 4 vakswegen (4 vakken in 1 richting wel te verstaan) en het
verkeer, hoewel druk, loopt hier eigenlijk heel vlot.
Na de Niagara watervallen
was het tijd om iets te gaan eten met zijn vrouw erbij (een heel charmante
madam waarmee ik tot laat in de nacht gebabbeld heb) en daarna was het shopping
time. Zijn vrouw is zowat verslaafd aan shoppen, ik duidelijk niet maar ja, wat
doe je in zo'n situatie : je gaat mee in het verhaal en je eindigt met de
aankoop van een nieuw kleedje (dat is nu het 2de Canadees kleedje in mijn
kleerkast, of beter gezegd: in mijn valies want ik had er verleden jaar ook
eentje gekocht). Kleding is hier trouwens een stuk goedkoper al zit er een
addertje onder het gras : de prijs die je in de winkel ziet is niet wat je
betaalt want er komt nog een taks (een soort BTW ) bovenop. Probleem is dat je
als buitenlander geen benul hebt welk percentage dat dit is en dat dit percentage
bovendien schommelt van provincie naar provincie. Ok, winkelen achter de rug,
tijd om te eten dus. De lt-kol woont in een historisch huis: dat betekent hier
1812 want ouder dan dat vind je niet. Eigenlijk niet slecht voor een jong land,
per slot van rekening is er in ons gebied geen enkel gebouw ouder dan 1922.
Zijn vrouw heeft daar het beste maal voorgeschoteld op een servies dat je
gerust voor de koning zou kunnen gebruiken. Een andere wereld: eentje waarin ik
niet bepaald zou verkiezen om dagelijks te leven maar wel een ontdekkingstocht
waard als bezoeker.
De volgende dag een
lezing in een poepchique golfclub : dames en heren die met hun kleding alleen
alduidelijk maken dat ze geslaagd zijn
in het leven. Een groep van 35 mensen, die nu niet bepaald laaiend enthousiast
waren bij de aanvang maar , oho, wel bij de afloop van mijn verhaal. Ze hebben
me nu al gevraagd om terug te komen.
Na die lezing was het
tijd om naar de volgende stop te gaan, " around the corner" drie uur
rijden. Daar kwam ik terecht in het gezin van een bankmanager (op pensioen) die
nu een historische organisatie leidt. Hij heeft het zeker gemaakt in het leven
want zijn huis was niet bepaald wat je zou omschrijven als een bescheiden
woning. Zijn bank had het 4de grootste aantal betaalterminals in Canada en hij
was degene die het systeem had uitgevonden. Feit was dat Frank en Bobbi (zijn
vrouw) heel blij waren om me te ontvangen. En omdat Canadezen nu eenmaal meer
dan hartelijk zijn, werd ik natuurlijk geacht te sterven van de honger, en dus
naar een restaurant meegenomen. We zouden daar met een groep van 10 gaan eten
maar heel onverwacht kwam daar een 11 (ongenode) gast bij. Dat bleek een 90
jarige man uit Torhout te zijn : een leraar van de oude stempel met een air van
"ik weet het hier allemaal". De conversatie verliep bepaald scherp
want op een bepaald aantal onderwerpen was ik absoluut niet van plan om me te
laten doen door dat onvriendelijk heerschap. Er waren momenten dat ik beschaamd
was dat de ongenode gast een Belg was. De gastheer was zeker verveeld met de
situatie, zoveel was duidelijk. Vandaar ging het naar een ruimte voor een
interview met de krant waarna ik naar de zaal voor de lezing gebracht werd.
Volgens de organisator verwachtten ze tussen de 70 en 100 mensen. Groot was hun
verbazing toen dat er uiteindelijk 190 bleken te zijn. De zaal barstte zowat
uit haar voegen. Het is voor mij een heel aparte avond geweest : in deze streek
zijn 25000 Belgen ingeweken, die allemaal graag Vlaams willen praten. Binnen de
kortste keren was ik omringd door mensen die hun Vlaams wilden oefenen. Geloof
het of niet maar het Vlaams dat men hier spreekt is Vlaams dat ik in geen 30
jaar gehoord heb. Wanneer je de taal hier hoort, besef je pas hoe sterk de
invloed van het Nederlands is op het Vlaamse dialect. Al met al is het een
heerlijke avond geworden, met een heel aandachtig en dankbaar publiek. Maar nog
was de dag niet voorbij want om 11.30's
nachts zijn we naar een radiostudio getrokken voor een radio interview.
Het verhaal met de
ongenode Belgische gast heeft nog een staartje gekregen ook: zoals ik al zei,
was de gastheer heel onaangenaam verrast door dit onaangekondigd bezoek. Iets
waar ik me ten volle kon in vinden want ik heb nog nooit metzo'n onbeschofte persoon te maken gehad. De
bankier is gaan spitten in het verleden van die man en... is te weten gekomen
dat hij een SS colaborateur was tijdens de 2dewereldoorlog. Hij werd op
staande voet verbannen uit de Belgische gemeenschap.Of hoe het bezoek van een Belg gevolgen kan
hebben voor iemand hier (eigen schuld dikke bult want hij was het die zonodig
agressief uit de hoek moest komen).
Na deze succesvolle avond
was het tijd voor de volgende fase: Het Royal Canadian Military Institute, een
hele mondvol ... Dit is een instelling voor officieren van het Canadese leger :
meestal heren die al jaren gepensioneerd zijn en die, als je hen mag geloven
(en dat doe ik niet) bijna ce oorlog alleen gewonnen hebben. Opnieuw een heel
andere wereld: heel veel toeters en bellen, een maaltijd met grand chique
maar... wat mij betreft geen warme atmosfeer. Ik had het niet zo begrepen op
sommige van het gezelschap die met de air van " ik weet het hier
allemaal" eens zouden vertellen hoe het in de Salient is. Ik mag dan wel
geen officier zijn, toch heb ik de heren kordaat weerwerk gegeven. Wanneer ze
op mijn terrein komen, zal ik niet over me heel laten wandelen. Toen ik mijn
lezing moest beginnen, besloot mijn notebook om me in de steek te laten.
Great... van alle plaatsen waar ik lezingen moet geven, moet het uitgerekend in
het hoogste militaire instituut gebeuren. Een reserve laptop heeft uitkomst
geboden en ik kon, ertegen aan. Het is een vlotte lezing geworden met een
publiek dat te deftig was om enige interesse te tonen denk ik. Of waren ze
gewoon te vastgeroest in hun gewoonten?
Na mijn lezing werd ik
afgehaald door nog maar eens iemand anders: een voorzitter van een Western
Front Association.Vrijdag is een
ontspannen dag geworden met een aantal bezoeken aan andere WW I geinteresseerden
om er dan zaterdag volop tegenaan te gaan op een seminarie waar ik de enige
spreker was. Ik ben zowat 3 uren aan het woord geweest met een groep die heel
erg gefascineerd was en die ontelbare vragen gesteld heeft. Een ervaring om bij
te houden.
's Avonds terug naar een
ander adres : ditmaal bij een brigadier-generaal waar ik verleden jaar ook al
overnacht had. Het werd een heel hartelijk weerzien met Marg en Greg. Een
rustige zondag om bij te praten en dan vandaag terug naar de WFA voorzitter.
Morgen staan er 2 lezingen op het programma in een lokale middelbare school. Op
woensdag trek ik verder naar Halifax waar ik lezingen op een militaire basis
zal geven.
Ik ben nu dik 2 weken
onderweg en geniet van ieder moment. Het is gewoon niet te beschrijven wat voor
een gevoel het geeft met nieuwe mensen in contact te komen. Op mijn tocht kom in bij de doorsnee
Canadees terecht maar ook bij de top: het is een les psychologie eerste klas,
zonder twijfel. Wat ik gehad heb, kan niemand me afnemen, wat er nog komt, dat
weet ik niet. Feit is dat het een ontdekkingstocht is die een blijvende invloed
op mijn verdere leven zal hebben.
Dat is het voor nu. Na
het lezen van deze krant zijn jullie weer helemaal mee met mijn wedervaren. Tot
hoors
23 april 2012 : Ondanks de beste
intenties ben ik er nog steeds niet toe gekomen om eenblog op te starten. De enige manier om
mensen op de hoogte te houden van mijnreilen en zeilen is dus de goede vertrouwde e-mail... maar omdat dit gewoon niet vol te houden is, heb ik besloten om toch maar met die (Nederlands talige) blog te beginnen. Omdat ik inmiddels al een aantal weken onderweg ben, zal ik in eerste instantie de reisverslagen, die ik eerder getypt heb, op deze pagina zetten. Het wordt dus heel wat leeswerk om mee te zijn met mijn verhaal maar ik hoop dat ik voldoende boeiend kan schrijven om jullie aandacht vast te pinnen. Het is alvast mijn bedoeling om vanaf nu heel regelmatig mijn wedervaren hier neer te schrijven. Veel leesgenot..
Op 2 februari ben ik België
naar Engeland vertrokken om daarverschillende lezingen te geven. Financieel gezien zal ik daar nooit
rijk vanworden, maar wat voldoening
betreft zal het moeilijk zijn om nog eenevenwaardig initiatief te vinden. Het is gewoon zo heel plezant, boeiend
energens ook wel grensverleggend om
iedere keer opnieuw een publiek proberen"inte pakken". Al met al heb ik er een
heerlijke tijd gehad en die heeft meeigenlijk nog meer gesterkt in mijn plan om naar Engeland te verhuizen.
Datgezegd zijnde, sta ik open voor
alles wat op mijn weg komt: vind ik eeninteressante job in één van de landen die ik aandoe, dan is er niets dat
mezal beletten om een tijdlang te blijven
"plakken".
Terug in België op 23
februari ben ik op 26 februari opnieuw vertrokken,dit keer met het vliegtuig naar Bratislava.
Gezien ik de lotto nooit
gewonnenheb, zal ik nog moeten werken
voor de kost (zelfs al ben ik tevreden metgewoon brood), dus heb ik op het einde van het jaar gesolliciteerd omalsprogram director (PD) te werken op een cruise schip op de rivieren,Donau, Main en Rijn. Na een selectiedag in
Brussel in januari, werd ikuitgenodigd
omeen 2 weken durende opleiding te
volgen op hetcruiseschip , tijdens
dewelke ons zou worden duidelijk gemaakt wat de jobinhield. Het is een heerlijke ervaring
geweest : eerst 3 dagen aan boord inBratislava tezamen met ervaren PD's die al een aantal jaren werken voor
GCL (=Grand Circle Lines) om daarna te
beginnen varen en gaandeweg de lessen op tenemen. Eén ding staat vast : die Amerikanen winden er geen doekjes om :
voldoeje niet, dan word je bij de
volgende stopplaats gewoon van boord gezet. Brutepech voor jou natuurlijk maar niet hun
probleem. Van de 31 kandidaten zijn eruiteindelijk 19 van boord gezet, dus zo'n goeie 30% ! Ik was 20 jaar
ouder dande groep maar niet van
plan om me te laten inpakken door dat jong geweld.Indien ze dat voor ogen hadden, dan kennen
ze deze keikop nog niet. En ik bengeslaagd in mijn opzet want 5 dagen voor het einde van de opleiding was
ik de1ste die wist dat ze een job had.
De Amerikaanse vertegenwoordigster van hethoofdbureau in Boston, heeft me apart genomen en me met heel veel
aandranggevraagd om de week nadien te
beginnen werken voor hen. Toen ik reageerde datik pas in september kon beginnen (iets wat
ik in Brussel al gezegd had), zeize
gewoon : "Well, quit the job you currently have and come working for
us!".Het is pas toen ik zei dat
het een lange reis was die me verhinderde om tekomen, dat ze begreep dat ze zullen moeten
wachten. Het goede nieuws isnatuurlijk dat ik toen al zekerheid had, dat ik aan de slag zou kunnen.
Ik ben welgeteld 1 dag in
het land geweest na het beëindigen van mijnopleiding, net genoeg om mijn valies opnieuw te pakken want nu zit ik
inTampa, Florida. Twee dagen geleden
heb ik hier een lezing gegeven op eenseminarie waar ik omringd werd door 8 professoren : het kon niet
meeracademisch zijn dat dit.
Aanvankelijk dacht ik dat dit een ramp zou wordenvoor me maar uiteindelijk was mijn lezing de
frisse wind door de zaal dieiedereen
weer wakker schudde. Slecht kan het in ieder geval niet geweest zijnwant ik heb al een uitnodiging voor januari
volgend jaar op zak. Ik zal hiernog
een 5 tal dagen verblijven en dan trek ik naar Toronto, Halifax,Washington, Kansas ... en dan down under.
Wanneer ik nu achterom
kijk naar het parcours dat ik tot nu toe hebafgelegd, dan lijkt het bijna surrealistisch. Een boerendochter,
zonderdiploma, die lezingen in het
buitenland geeft. Ik kan enkel zeggen dat hethet voor mij een verademing is om echt te leven, om uitdagingen te
zoekenen die uitdagingen dan ook waar
te maken. En wanneer dat tegen het verwachttepatroon in loopt, waardoor heel wat mensen me voor goed gek verklaren,
dandenk ik dat die mensen een groter
probleem hebben dan ikzelf. Natuurlijk zalik mijn roots niet vergeten en hoop ik dat er een dag komt waarop ik
weergewoon kan praten met degene die
ik heb achtergelaten. Dat zal grotendeels vanhen afhangen want hoe ik het ook draai of keer, wat mij betreft : ik
wensiedereen geluk toe. Het leven is
te kort om het te slijten in een keurslijfdat je uiteindelijk helemaal verstikt...
De lente hangt ook in
Belgenland in de lucht maar hier zijn ze een stapjevoor hoor: met temperaturen die vlot tot aan
de 30 °C
gaan 's middags ishet hier echt warm.
Maar Amerika zou Amerika niet zijn, indien ze dat nietzouden aankunnen : waar je ook gaat is er
airconditioning die ze dan liefst zodanig hard zetten dat je echt een dikke trui moet aantrekken om niet
tevervriezen binnen. Energie besparen
is een begrip dat ze hier niet kennenhoor. En de cliché's zijn er natuurlijk om bevestigd te worden : een
bevolkingdie zich letterlijk dood
vreet (het in ongelovelijk om het aantal mensen metovergewicht, en dan bedoel ik niet "een
beetje mollig" maar serieusovergewicht) te zien. Niet verwonderlijk want wanneer je gaat eten,krijg
jeeen bord voorgeschoteld dat je voor
3 dagen kan zoet houden.
Hoe vriendelijk
Amerikanen ook zijn, de stad hier mist "soul". Allestraten liggen in een grid-systeem, met op
zijn minst 4vaks banen , diebezwijken
onder het verkeer. Wanneer ik hier vertel dat ik graag ergensnaartoe wandel, dan krijg ik meestal een
meewarige blik als antwoord.Wandelen???? wat voor dat is iets??? Dat doet toch niemand... waarom
dient eenauto dan??? Ik denk niet dat er
één maatschappij is ter wereld die meer auto -georiënteerd is dan deze. En om het plaatje compleet te maken moet alles
grootzijn of liever nog : grootst! Ik ben naar een plaats
gewandeld die iemand ophet vliegtuig
me aanbevolen had omwille van de natuur. Toen ik eraan kwam,bleek het een soort Bellewaerde te zijn,
maar dan wel op zijn Amerikaans endat
betekent een pretpark met tussen de 40000 en 50000 bezoekers per dag!
Wat ik wel als heel erg
positief ervaar is de openheid van de Amerikanen: waar ik ook kom, iedereen is bereid om je
te helpen, uitleg te geven, vragente
beantwoorden. Vriendelijkheid is een woord dat hier echt nog een betekenisheeft. Het is hardverwarmend te zien dat in
een maatschappij, waar hetmateriële
zo'n grote rol speelt, de mensen niet vergeten zijn dat menselijkewaarden al de rest overtroeven. Al zie ik
mezelf hier niet direct wonen, hetis
een maatschappij waarvan ik weet dat ik er welkom zou zijn...
Laat het duidelijk zijn, dat ik hier nog in de kinderschoenen van mijn blog carrière stond. Er komt nog heel wat meer en, al zeg ik het zelf, mijn schrijfstijl gaat er geleidelijk aan op vooruit ook vriendelijke groetjes charlotte