Het Paasweekend ben ik met 11 medestudenten naar Lake Titicaca geweest. Vrijdag 6 uur non'stop met de bus naar Puno, een stad die aan het meer ligt, gebouwd op de heuvels. De stad lijkt niet af, omdat het ijzer van het gewapend beton nog uit de muren steekt. De eerste avond gezellig met z´n allen in een leuk restaurant gegeten, maar we werden overvallen door de regen, en moesten lang natafelen om nog een beetje droog naar het hotel te kunnen.
In Peru eet men op goede vrijdag 12 gerechten ter nagedachtenis aan het laatste avondmaal. Nu hiervan helaas niet genoten. In Cusco was het Santa Semana (heilige week), en maandag ben ik naar een optocht van een Christusbeeld wezen kijken op het centrale plein in de stad. Dit ter nagedachtenis dat er in 1650 een aardbeving was. Het beeld verbrandde door alle kaarsen in de kerk, Toen men het beeld buiten rond droeg, hielden de aardschokken op. Er waren verschikkelijk veel mensen het het Plaza des Armes, en een hele deinende massa die later het plein weer verliet.
Op Paaszaterdag zijn we met een boot het meer op gegaan, naar de Islas Flotantes (drijvende eilanden), die gemaakt zijn van riet, en waar men rieten hutjes op heeft gebouwd. Het was wel heel toeristisch, maar toch wel interessant om te kijken hoe men deze eilanden maakt, en hoe men er op woont! Daarna 3 uur doorgevaren naar Isla Amantani, waar we bij de lokale bevolking gingen overnachten. We hadden een redelijke slaapkamer in adobe huizen (aarde met riet), gewone bedden, en 4 dekens, die vreselijk zwaar waren, en een toilet buiten. Eerst gingen we nog de berg "Vader Aarde" beklimmen, in totaal meer dan 4000 meter! Veel gepuf en gehijg, want je merkt wel dat je minder zuurstof hebt (en natuurlijk niet zo jong meer als de rest). Hoewel ik de langzaamste was, ben ik er toch gekomen! Daar genoten van het prachtige uitzicht op de omgeving bij zonsondergang. De vrouw had een heerlijke maaltje voor ons gekookt zowel de lunch als het avondeten op butagas! Maar er was geen electriciteit, en met een zaklantaarn klommen we halverwege de berg af, en ´s avonds was er ook nog een fiesta, waarbij wij werden aangekleed in lokale kledij, en dansten met de lokale bevolking met muzikale begeleiding van een drum, fluit en gitaar.
De volgende dag zijn we in een uur naar het volgende eiland gevaren, Isla Taquile, daar weer een berg op, en later met 535 treden eraf. De lokale bevolking was al vroeg naar de Paasmis geweest, zodat ze zich aan de toeristen konden wijden, zodra die op het eiland kwamen. Veel kinderen die armbandjes verkochten! Voor de lunch lekker forel uit het meer gegeten! Daarna weer de boottocht terug naar Puno. We moesten ons goed insmeren met sunblock (25) omdat je anders flink verbrandde. Ik heb alleen een oor verbrand! De busreis naar huis was minder vlot als de heenweg, we deden er 7,5 uur over omdat we om de 1-1,5 uur stopten. Veel mensen in de bus, warm en weinig frisse lucht. In de regen weer terug in Cusco!
|