Met de vierde overwinning van Boonen in Roubaix nog rauw op het netvlies, komt er een soort trots naar boven. Nee, ik ben geen Boonen fan maar als er op die manier gekoerst wordt en dat op meer dan vijftig kilometer van de aankomst, dan moet je daar je hoed voor afdoen.
Zelfs al ben je een Cancellara fan.
Dus toch trots, op een Kempenaar, op een man van vlees en bloed die uit een nuchtere streek komt.
Daar zijn ze dan, de Kempenvrienden die allemaal meer eer verdienen dan ze krijgen en daar gewoon tevreden mee zijn. Neem nu souldiva Natalia die als het erop aan komt zich steeds weer vastklampt aan haar vertrouwde Kempentaaltje, die zich van niks of niemand iets aantrekt als het erom draait om haar eigen weg te gaan.
Mijnheer regisseur Stany Crets met in zijn kielzog topacteur Koen De Bouw waarvan het hemd nog nader is dan de broek.
Moet ik het gevoel uitleggen? Wel dat kan ik niet!
Een poging wagen, dat wel, en dan nog.
Uit de zelfde zandgrond gegroeid dan de mensen die ik hierboven vernoem, is niks menselijk me vreemd. Ik herken de onopvallende trekken in hun karakter. Hou het simpel, staat bij ons van bij de geboorte op ons voorhoofd gedrukt. Vergeet dat aswoensdagkruisje en vervang het door deze tekst want de katholieke dwangbuis hebben we gelukkig een tijdje geleden van ons afgegooid. We zijn harde werkers, als het erop aankomt. Als we ons een doel gezet hebben, als we een droom willen verwezenlijken. Maar vraag ons niet om de wereld te gaan redden want daar voelen we ons veel te klein voor. Laat ons maar doen op onze geboortegrond en ook misschien nog een stukje daarbuiten, net over de grens. Laat ons maar doen wat we het beste kunnen. In alle nuchterheid en eenvoud een prestatie neerzetten en daarover niet te veel meulekes maken
En wat betreft die gepikte soazie
Forget it!
|