Onlangs had ik een discussie met H en C. Over voorbestemdheid.
H (die geplaagd werd door een jetlag die ze genereus met ons deelde) had het over duizenden parameters die onze keuzes beïnvloeden. Ze noemde genetische bagage, opvoeding, maatschappelijke verwachtingen, enzovoort. Volgens H was het perfect mogelijk om iemands keuze op voorhand te voorspellen, als je maar al deze parameters in kaart kon brengen. Ons lot ligt al van bij onze eerste oogopslag vast, zei ze verbeten, maar we zijn te beperkt om dit zelf te beseffen.
Het stemde me tot nadenken. In hoeverre maken we zelf onze eigen keuzes?
Ik ben 18 en sluit de laatste volledige meisjeslichting op school af. Ik voel me echter plompverloren en sukkel van economie in vertaler-tolk, en beland tenslotte tussen de filologen. Vrij gekozen en goedgekeurd! Alleen had vader N een jaar ervoor al georakeld dat ik Germaanse zou volgen.
Een tweede voorbeeld?
H, C en ik plannen een reisje naar Milaan. Er komt vanalles tussen waardoor H en C waarschijnlijk zullen afhaken. Ik kan natuurlijk alleen gaan. Maar. Hoe kan ik daar nou plezier aan beleven? Ik durf geeneens alleen een café binnen. Ik durf geeneens alleen met D een café binnen vol vrienden van D die ik niet ken, waarop D me zeker na een toiletsmoes alleen zal laten in een café vol vrienden van D die ik niet ken. Het zit in mijn genen, ik kan er niet onderuit, ze zijn niet om de tuin te leiden. Ik ben wie ik ben.
En toch. Heel graag zou ik die verdomde genen en parameters eens in het ootje willen nemen. Verwarring zaaien in mijn lotsbestemming. Mijn stoute schoenen aantrekken en alles en iedereen het nakijken geven.
Dus gooi ik het op een akkoordje met mezelf. Deze week zal ik 1 iets doen dat niet in de lijn der verwachtingen ligt. Ik zal 1 onverwachte, exuberante daad stellen.
Alleen, hopen dan maar dat dit kleine anarchistische trekje al niet op voorhand voorbestemd was.