Algemeen reglement VRIJ SPEL, 31 artikels revisie juni 2008
B I L J A R T K A M P I O E N S C H A P van B U R C H T
Algemeen reglement VRIJ SPEL 31 artikels revisie : juni 2008
Art 1 Enkel personen, aangesloten bij een Zwijndrechtse of Burchtse biljartclub mogen deelnemen.
Art 2 Het minimum te spelen punten is 25; het maximum werd bepaald op 150. Eventuele uitzonderingen
Worden op de voorbereidende vergadering besproken.
Art 3 de spelers spelen naar de punten waarop zij in hun club gekwoteerd staan. Zij mogen evenwel niet
lager uitkomen dan 10 % onder het handicapcijfer van het vorige jaar.
Art 4 Personen welke in meerdere Zwijndrechtse of Burchtse clubs aangesloten zijn spelen naar het hoogste
getal waarop zij genoteerd staan.
Art 5 Een speler dient minimaal 10 reglementaire matchen in zijn club gespeeld te hebben.
Art 6 De clubs bezorgen op voorhand een recente handicaplijst van hun deelnemende leden aan de
inrichtende club.
Art 7 De afgevaardigden van de deelnemende clubs bespreken, in de loop van de maand mei,
de organisatie van het komende Kampioenschap van Burcht. Deze vergadering wordt samengeroepen
door de inrichtende club van het lopende jaar.
Op de agenda staan volgende punten :
1. Toezegging van deelname van de verschillende clubs.
2. De praktische regelingen met bepaling van :
- Aanstelling van de inrichtende club.
- De volgorde van de organisatie voor de volgende jaren.
- Nazicht of wijzigingen aan het reglement.
- Doorgeven van de organisatie regelingen aan de gemeentelijke sportdienst.
- De organisatie van de pietjesbak.
- Plaats datum en uur van het spelen der voorronden, halve finales en finales.
- De prijs en wijze van inschrijving voor de deelnemers.
- Allerlei.
3. In de loop van de maand augustus of begin september roept de inrichtende club de vergadering
terug samen om de laatste stand van zaken te overlopen en de lotingen uit te voeren.
· (op aandringen van verschillende Burchtse verenigingen heeft schepen W. De Wulf toegezegd
dat vanaf 1998, de gemeentelijke prijsuitreiking steeds zal plaatsvinden op de derde zondag
van september.)
Art 8 De ingeschreven spelers worden in 2 groepen verdeeld, een hoge reeks en een lage reeks. Het aantal
spelers in beide reeksen dient zo dicht als mogelijk aan elkaar gelijk te zijn. Het splitsingsgetal
tussen beide groepen wordt in functie hiervan gekozen. Het richtgetal is 50.
Art 9 In de eerste ronde kan er een slaper zijn. (dit is een speler welke als laatste in de trekking bleef en
hierdoor geen onmiddellijke tegenstrever toegewezen kreeg; deze speler gaat automatisch naar de
volgende ronde)
Art 10 Op het inschrijvingsformulier kunnen de deelnemers opgeven welke dagen van de kwalificatieronde
zij NIET kunnen spelen . De inrichters zullen een andere speeldag bepalen.
Tevens kunnen spelers opgeven of zij al dan niet tijdig of slechts later ter plaatse kunnen zijn.
De inrichter zal hen dan in de eerste of laatste match van de avond opstellen.
Art 11 De winnaar is de speler welke het eerst zijn handicapcijfer bereikt, ongeacht zijn aantal gespeelde
beurten. De winnaar gaat naar de volgende ronde, de verliezer valt af.
Art 12 Er kan slechts 1 speler overgaan naar de volgende ronde. Er kan geen gelijk spel ontstaan.
Hiertoe zullen beide spelers voor aanvang van de match een keuzestoot maken.
Art 13 Bij bovenvermelde keuzestoot worden de beide speelballen op de onder-acquitlijn gelegd. De beide
spelers spelen gelijktijdig over de lengte van de biljart naar de bovenband. De speelbal mag slechts
1 maal de bovenband en eventueel de onderband raken. Indien een speler tijdens de opstoot de rode bal of de bal van de tegenstrever raakt verliest hij de keuzestoot. Het raken van de lange band heeft
geen gevolg. De speler waarvan de speelbal het dichtst bij de onderband ligt krijgt de keuze om al
dan niet op te gaan.
Art 14 De speler welke eerst zijn handicappunten behaalt is gewonnen. Er is geen nabeurt meer.
Art 15 De opgaande speler moet beginnen met de acquitstoot . Deze is verplicht van rood te spelen !
Art 16 Bij plakkende ballen, mag de speler de keuze maken : ofwel mag hij van de plakkende bal
wegspelen en vervolgens beide ballen raken om te scoren, ofwel mag hij met een acquitstoot het spel
hervatten, dwz dat er naar rood moet gespeeld worden.
Art 17 Bij een uitspringende bal is een eventueel gemaakte carambole ongeldig en gaat de beurt verloren.
Het spel wordt hervat met de speelballen in de beginpositie, maar de hernemende speler hoeft niet
naar rood te spelen.
Art 18Vanaf de tweede ronde wordt er steeds gespeeld met een vast bepaald aantal spelers volgens de
rekenkundige reeks : 2 4 8 16 32.
Hiertoe worden er uit de kwalificatieronde zoveel beste verliezers opgevist als nodig, om in de
volgende ronde verder te gaan met een aantal spelers volgens de bovenstaande rekenkundige reeks.
De beste verliezers hebben de hoogste score volgens volgende berekening :
(gespeelde punten x 2500) / (gespeelde beurten x te spelen punten)
De opgeviste spelers mogen in de volgende ronde niet tegen dezelfde tegenstander spelen. Daarom
worden zij tegen elkaar uitgeloot. Indien bij de loting toch een beste verliezer tegen dezelfde speler
zou uitgeloot worden, volgt er een annulatie en wordt een andere tegenstander geloot.
Art 19 Er wordt gespeeld tot er een winnaar van de lage reeks én een winnaar van de hoge reeks gekend is.
Beiden ontvangen een plaket van de gemeente Zwijndrecht en een gelijke geldprijs van de inrichting.
Art 20 Beide winnaars komen tegen elkaar uit in een superfinale met als inzet de titel :
KAMPIOEN van BURCHT 20 . .
Art 21 Deze beker wordt geschonken door de inrichtende club.
Art 22 Voor de eerst match van elke ronde levert de club van het betreffende lokaal een scheidsrechter en
een schrijver. De volgende matchen worden gearbitreerd en geschreven door de spelers van de vorige match.
Art 23 Spelers welke zonder geldige reden forfait geven, of de wedstrijd vroegtijdig afbreken verliezen alle
recht op een prijs. Bovendien worden zij uitgesloten voor deelname aan het kampioenschap van het
volgende jaar. De afgevaardigden van de inrichtende clubs moeten hieromtrent een uitspraak doen.
De andere speler gaat automatisch over naar de volgende ronde.
Art 24 De laatste match per avond mag ten laatste om 24.00 uur aanvangen. Indien de spelreeks dan, om
welke reden ook, nog niet afgewerkt is, dient de organiserende club een reservedatum in te lassen.
Art 25 Een afgevaardigde per clublokaal bezorgt de uitslagen van de gespeelde matchen zo snel mogelijk
aan de organiserende club.
Art 26 De inrichtende club maakt een verslag van het tornooi. Dit omvat de lijst van de deelnemers met
hun handicapcijfer, de namen en de redenen voor forfait van spelers en een samenvatting van alle
relevante feiten. Dit verslag wordt in kopie aan alle deelnemende clubs overgemaakt.
Art 27 De organiserende clubs volgen een beurtrol. De organiserende club sluit terug achter aan de lijst aan.
indien een nieuwe club zich aanmeldt, neemt zij de voorlaatste plaats in, gevolgd door de laatst
organiserende club.
Art 28 De geldprijzen worden gelijk tussen de lage en de hoge reeks verdeeld door de organiserende club.
Er zijn prijzen vanaf de derde ronde.
Art 29 De geldprijzen dienen persoonlijk afgehaald te worden. Zonder geldige reden gaat de geldprijs in de
Kas van de inrichtende club. De afgevaardigden van de clubs doen hieromtrent uitspraak.
Art 30 De geldprijzen worden voorgeschoten en verdeeld door de inrichtende club. De deelnemende clubs
Overhandigen het sponsorgeld van de gemeente aan de inrichtende club. Zowel het inschrijvingsgeld
Als het sponsorgeld worden integraal als prijzengeld verdeeld.
Art 31 De inrichtende club zorgt voor 2 eetwarenbons voor de pietjesbak. Elke club legt een gelijkmatig deel
Bij in de onkosten.
Tijdens de speelrondes organiseert elke club op vrijwillige basis een pietjesbak wedstrijd.
De ontvangsten blijven bij de verschillende clubs.
( De lage worpen 3-4-5, en de hoge worpen 16-17-18 kampen voor de superfinale voor de 2
Eetwarenbons.
Opgesteld te Burcht, 1993.
Aanpassingen : 1998, 2003, 2004, 2006 en 2007; Deze versie : juni 2008
In aanwezigheid van afgevaardigden van :
- K.B.C. WIJ WILLEN BETER (F. Vermeiren)
- K.B.C. OEFENING BAART KUNST (J . Van Havenbergh, W. De Vleeschauwer)