Eindelijk waren we vertrokken uit Rivendell, maar al gauw begon de reis weer een slechte wending te nemen. Het begon namelijk steeds maar slechter weer te worden. En ook waren er zwarte kraaien die ons volgden overal we naartoe gingen. Op een avond was het weer zelfs zo slecht dat we zowat ingesneeuwd zaten. De enige oplossing was om via Moria te gaan. Moria is een plek met heel wat Dwergen-ruïnes.
Eenmaal aangekomen in Moria ging het weer de foute kant op. Deze keer waren het niet kraaien of geesten die op ons jaagden. Neen, deze keer waren het de orcs die ons aanvielen. Ik had nog nooit eerder orcs gezien, dus dit was wel een grote verassing. Gelukkig konden we op het nippertje ontkomen en konden we wegvluchten. Maar spijtig genoeg waren we nog niet gered. Er zat namelijk een Balrog op onze hielen. Een Balrog is een grote vuurdemoon. Gelukkig was Gandalf daar om ons wat meer tijd te geven om te vluchten, daarvoor moest hij wel achterblijven en het monster bevechten. Eerlijk gezegd, liever hij dan ik.
We konden uiteindelijk verblijven in Lothorien, een bos waar elven een nederzetting hadden. Galadriel, een elfenheks, gaf ons onderdak.vandaag zit ik nog altijd met mijn vrienden in Lothorien. Morgen zetten we onze reis verder, maar ik zal blijven posten op deze blog om mijn volgende avonturen te vertellen. Tot de volgende keer!
De foto is Gandalf die heldhaftig wat tijd rekt zodat we konden vluchten.
Voor ik het wist lag ik in het ziekenhuis van Rivendell, wanneer ik daar wakker kwam zag ik een paar oude bekenden terug. Bilbo, mijn adoptievader, was er en ik was aangenaam verrast hem te zien. Ook zag ik Gandalf daar terug. Een nog aangenamere verassing was de ontmoeting met de elfenkoning, het was een grote eer. Hoeveel keer kan je een koning ontmoeten?
Even later was er een vergadering gepland, dit was mijn eerste echte vergadering. Ik kreeg de opdracht om samen met Sam de ring te smelten in de lava van Mount Doom. Na al onze tegenslagen op onze weg naar Rivendell, kregen we een paar reisgenoten mee. De eerste reisgenoot is Legolas, de prins van de elven en een uitstekend boogschutter en krijger. De tweede kwam Gimli, een knorrige kleine dwerg met veel moed en loyaliteit. Als derde voegde Aragon zich bij het gezelschap. Aragon is erfgenaam van Ilsidur, een mensenrijk, en werkte eerst als beschermer van de Shire. Hij was de leider als Gandalf weg was. Als laatste kwam ook Boromir mee. Hij wou liever de ring voor zichzelf gebruiken maar moest toch mee op de reis.
Vlak voordat ik en mijn nieuwe vrienden vertrokken, gaf Bilbo me een tweede geschenk. Het was een elven malienkolder die gemaakt was van speciaal zilver die me moest beschermen tijdens de reis naar Mount Doom. Na het afscheid vertrokken we op ons groots advontuur.
Op de foto staat mijn vader met de malienkolder die hij me gaf.
We waren weer op pad. Dit keer moesten we door een bos, we hoopten dat er geen vreemde wezens ons deze keer zouden achtervolgen. Maar dat is spijtig genoeg niet zo. We gingen door het woud met kleine hartjes. Wat we niet wisten is da de bomen daar moordzuchtig waren. De bomen verassten ons en namen Pippin en Merry beet en aten ze bijna op. Gelukkig werden we gered door Tom Bombadil. Hij vertelde ons dat hij een soort magische boswachter was die het bos veilig moest houden. Hij gaf ons onderdak en eten voor 2 dagen, daar waren we hem zeer dankbaar voor.
Na ons verblijf bij hem gingen we verder op pad naar Mount Doom. Maar we worden verrast door een geest en worden opnieuw gered door Tom, Godzijdank was hij daar op tijd. We besloten naar "the prancing pony" te gaan waar we even veilig zouden zijn. De reis naar de herberg verliep redelijk vlot, maar toen we daar aankwamen en eerst nog een glaasje gingen drinken met het volk, zat een man ons constant te begluren. Merry begint te praten over de mysterieuze verdwijning van Bilbo. Om de mensen daarvan af te leiden begon ik maar wat te zingen en dansen maar de ring schoof per ongeluk over mijn vinger en ik verdween. De man die ons zat te begluren bleek gelukkig een vriend van Gandalf.
Eindelijk waren we vertrokken, alle zaakjes in mijn stadje waren geregeld en ik en mijn vrienden konden vertrekken. Al snel werd de reis al niet meer leuk, niet dat het een plezierreisje moest worden, maar wat meer aangename wegen of mensen zouden veel leuker geweest zijn. Maar dan spreek ik nog niet van onze onaangename ontmoeting. We wisten totaal niet wat er gebeurde. Er was een donkere gestalte die ons achtervolgde, Zou het met die ring kunnen te maken hebben, waarschijnlijk wel.
We renden weg van de donkere gestalte maar hij was veel te snel. Gelukkig kregen we onderdak.
We kregen onderdak van elfen, het waren nog redelijk vriendelijke en behulpzame mensen. De elfen zeiden ons beter binnen te blijven en te wachten tot Gandalf komt om dit op te lossen. Maar wij moesten echt door met de reis. De volgende dag gingen we verder en ja daar was hij weer. Hij achtervolgde ons tot we hem kwijt raakten in een boerderij die van Maggot was. Maggot is een vriend van Pippin, hij verschafte ons onderdak en eten, echt nog een vriendelijke kerel. Maggot vertelde ons ook dat er een black rider op zoek was naar ons, dat was dus het ding dat ons achtervolgde. We moesten wel snel weg, we gingen namelijk naar het huis die ik kocht. Van daar gingen we weer verder met de reis.
Mijn reis begon niet als de gewoonlijke reizen, ik kocht niet gewoon een vliegende arend om naar mijn lievelingsland te reizen. Neen mijn reis is meer mijn lotsbestemming. Hier is waar het begon. Op mijn vaders 111ste verjaardag gaf hij me een ring. Cadeau's geven aan je gasten op je verjaardag is deel van onze cultuur hier in de Shire. Maar wat wel ongebruikelijk was, is dat hij me een ring gaf. Wat moet ik nu in godsnaam met een ring? Ik accepteerde het cadeau en vroeg niet verder naar de betekenis van deze ring of waarom hij me die gaf.
Pas veel later kwam ik te weten over de echte betekenis van de ring. Gandalf, een grote grijze tovenaar, kwam me opzoeken om me te vertellen over de ring en zijn gevaren. Hij vertelde me over de vele krachten van de ring zoals onzichtbaar worden en minder snel verouderen. Ik dacht dat dit het coolste cadeau ooit was maar mijn mond viel open van verbijstering toen ik de donkere zijde van de ring te horen kreeg. De ring was blijkbaar van een duistere heer en had veel macht op de gebruiker van de ring, hoe meer je het aandoet hoe meer de "verslaving" verergerde. Ik wou de ring zo ver mogelijk van me weghouden en het aan Gandalf meegeven. Maar hij zei dat het mijn taak was het te vernietigen in de enige plek op Middel-Aarde waar dit kon, namelijk Mount Doom. Toepasselijke naam voor de plek met de meest duistere dingen vindt je niet? Sam, mijn tuinman, stond ons af te luisteren en werd zo met me meegestuurd op mijn reis.
Ik was wel wat zenuwachtig want ik heb nog niet zoveel gereisd buiten mijn stadje. Met een kleine groep vertrok ik naar Mount Doom. Deze reis moest wel geheim blijven dus nam ik enkel nog Pippin en Merry mee en zei tegen de rest dat ik terug naar mijn ouderlijk huis ging gaan.