Direct naar artikelinhoud
recensie

Cd's op vrijdag: Nas rapt militanter dan ooit, en Beethoven klinkt geestig

Cd's op vrijdag: Nas rapt militanter dan ooit, en Beethoven klinkt geestig

Elke keer dat de muziekredactie deze week de schitterende uitvoering van Beethoven door het Van Baerle Trio opzette, groeide de bewondering. Een stuk sceptischer zijn we over de albums die Kanye West deze maand op ons afvuurt, deze week met Kid Cudi en Nas. De jonge indiezangeres Snail Mail is veelbelovend, maar behoeft nog wat meer noten op haar zang. Verder: een prachtuitvoering van Bruch door  violist Joshua Bell, en de jazz van het Jonas Cambien Trio dwingt tot ademloos luisteren. 

Eensgezind Van Baerle Trio schittert 

KLASSIEK

Van Baerle Trio
Beethoven, Vol. 2
(Challenge Classics)
★★★★★

Dit is een cd die elke keer dat je ernaar luistert, meer bewondering oproept. Wat is het Van Baerle Trio goed geworden sinds violiste Maria Milstein, cellist Gideon den Herder en pianist Hannes Minnaar zich in 2004 op het conservatorium verenigden. Dit is het tweede deel van de Beethovencyclus, waarin ze alle trio’s van Beethoven opnemen. Vanaf de allereerste maten van opus 1, nr.2 klinkt hun zelfverzekerde visie: Beethoven krijgt van hen een gezonde drive, klinkt energiek en geestig.

In de bewerking van de tweede symfonie voor pianotrio, die Beethoven zelf maakte, roepen ze met z’n drieën met hun rijkgeschakeerde spel gemakkelijk een heel orkest op. Hun samenspel is perfect en evenwichtig: lijnen lopen soepel door, trillers klinken gelijk en met dezelfde intensiteit. In het langzame, lyrisch gespeelde deel valt hun eensgezindheid nog meer op: de wisselende solostem wordt steeds gedragen door de twee anderen, de zangerigheid van Den Herder of Milstein krijgt feilloos antwoord van Minnaar. De heldere opname laat allerlei doordachte details horen.

Na de symfonie, die eindigt met twee pittige delen met sterk aangezette accenten en schokeffecten, komt als verrassing een ontspannen ontknoping: een los allegretto dat Beethoven in zijn jeugd schreef. Ook voor de programmering van de cd verdient het trio vijf sterren. (Sandra Kooke

Het grote Kanye-feestje wordt leuker, maar levert nog geen vuurwerk

HIPHOP

Nas
NASIR (Def Jam)
★★★☆☆

Kids See Ghosts
Kids See Ghosts (G.O.O.D. Music)
★★★★☆

Hij beloofde ons vijf albums in vijf weken, van elk zeven nummers lang. Kanye West houdt tot nog toe woord, we hebben er nog maar eentje van hem te goed. Alleen leverde het grote Kanye-feestje nog niet het spektakel dat de watertandende fans vooraf hadden verwacht van de vooruitstrevende productiepionier.

Ondanks een sterk begin, met Pusha T’s messcherpe ‘Daytona’, stelde West met zijn eigen plaat ‘Ye’ danig teleur. De daaropvolgende twee, een samenwerking met Kid Cudi onder de noemer ‘Kids See Ghosts’ en de terugkeer van rapgrootheid Nas, zijn beter – maar ook hier ontbreekt vuurwerk. 

HIPHOP

Allereerst ‘Nasir’, het elfde album van Nas, de rapper die zich sinds zijn debuut in 1994 heeft ontworsteld uit de achterbuurten van Queensbridge, maar zijn bescheiden afkomst nooit is vergeten. De sociaal bewuste rapper staat bekend om zijn soms ellenlange teksten vol pseudo-intellectuele verwijzingen. Ook hier komen Shakespeare, de Bijbel en vrijmetselarij voorbij. 

In zijn teksten toont Nas zich militanter dan ooit tevoren, alleen gaat de rapper zich op opener ‘Not For Radio’ meteen te buiten aan vergezochte samenzweringstheorieën die zijn overtuigingskracht ondergraven. Ook wringt zijn engagement zodra het over politiegeweld en racisme gaat, met hoe hij denkt over zijn ex-vrouwen, die hem alleen zouden hebben gezien als opstapje naar meer succes. 

En wringen doet deze samenwerking met Kanye West sowieso al. West, opzichtig flirtend met het Trumpisme en die onlangs riep dat slavernij een keuze was, maakt nu de beats waarover Nas juist rapt dat president Abraham Lincoln te veel krediet krijgt voor het afschaffen van diezelfde slavernij. Tja. 

Uit die beats spreekt duidelijk eerbied voor de veteraan. Soms wat te veel: het ouderwetse ‘Bonjour’ en ‘White Label’ had zo binnen Nas’ werk uit de jaren negentig gekund. Het meest interessant en urgent wordt het als Kanye een moderne draai geeft aan die stijl, zoals het militante ‘Cops Shot the Kid’. Het is mooi hoe Kanye zijn voorliefde voor obscure samples uit de jaren zeventig kwijt kan en hij Iraanse en Indiase muziek uit die tijd in mootjes hakt – maar het blijft bij een glimp van diens befaamde caleidoscopische aanpak van weleer.

Die zien we wél terug op het een week eerder verschenen Kids See Ghosts, samen met zanger/rapper Kid Cudi. Laat je niet afschrikken door Kanye West die agressief een machinegeweer nabootst op opener ‘Feel the Love’. Daarna schotelt hij een prachtig dromerige productie voor, waarop melodie en muziek heerlijk samengaan. 

Met zijn ratelende raps en dito beats op ‘4Th Dimension’ klinkt Kanye West bijna weer vertrouwd, en de twee vrienden tonen zich vol zelfreflectie op het mooie, meditatieve ‘Reborn’, dat vervolgens heerlijk overvloeit in een hypnotiserende basdrone van titelnummer ‘Kids See Ghosts’. De titel van dit project zou verwijzen naar de staat van naïeve onschuld, naar de manier waarop kinderen nog in spoken geloven. Een geborgen plek, waarnaar een hoorbaar weemoedige West en Cudi duidelijk terugverlangen. In de speelsheid van de productie zijn ze daarin in ieder geval geslaagd. (Joris Belgers

Beloftevolle Snail Mail maakt iets te vaak hetzelfde liedje  

POP

Snail Mail
Lush (Matador/Beggars)
★★★☆☆

Waar indiepop voorheen het domein was van een band, zijn het tegenwoordig eenlingen die de dienst uitmaken. Met een laptopje op schoot maak je in je uppie iets waar vroeger een voltallige band voor nodig was. Tieners en twintigers weten bovendien niet beter dan dat ze zich via sociale media op persoonlijke titel presenteren.

De winst voor de luisteraar zit hem in de compromisloosheid van de muziek. Je moet er niet aan denken hoe artiesten als Mitski, Courtney Barnett en Car Seat Headrest hadden geklonken wanneer ze onder invloed van drummers en bassisten in het democratisch midden waren uitgekomen. Snail Mail, het project van de Amerikaanse Lindsey Jordan (1999), past in dit rijtje. Haar eigenzinnigheid uit zich in een haast maniakale stijlvastheid. Onderkoelde, flink verveelde zang over eenvoudige gitaarriffs die The Smiths en R.E.M. in herinnering roepen; dat is het recept.

De spanningsboog zit hem in de tekst. Kapot­­ van liefdesverdriet (‘Ik zal nooit van iemand anders houden’) klimt ze langzaam uit het dal, om er uiteindelijk nog dieper in te storten. Balancerend tussen hartverscheurend­­ en pathetisch blijft Jordan knap overeind. De eenvormigheid­­ werkt uiteindelijk toch in haar nadeel­­: tien keer hetzelfde­­ liedje is te veel van het goede. (Klaas Knooihuizen

Als musici weinig meer doen dan meebewegen

JAZZ

Jonas Cambien Trio
We Must Mustn’t We (Clean Feed)
★★★★

Een blad dat van de boom dwarrelt, maar de grond nooit raakt. Een glas dat op tafel rondtolt, zonder tot stilstand te komen. Veel musici zijn gefascineerd door de voorstelling van muziek die oneindig is, die almaar klinken blijft, doorklinkt tot – tja, daar houdt ons voorstellingsvermogen op.

Het trio van de Belgische toetsenist Jonas Cambien lijkt met diezelfde fascinatie behept, maar dan vooral voor het vertrekpunt van die voortdurende beweging. Op de zwengel die het glas tollen laat, de windvlaag die het blad van de boom blaast.

Tezamen met de Noorse saxofonist André Roligheten en diens landgenoot Andreas Wildhagen op drums zet Cambien een thema of ritme in dat vervolgens vrijwel volledig zijn eigen gang lijkt te gaan. Het is alsof de musici weinig meer doen dan meebewegen, zij ook dwarrelen of tollen, net zo lang tot na een paar minuten blijkt dat ook deze poging weer eindig is. En dan opnieuw beginnen, beter mislukken dan de vorige keer. Dat alleen al dwingt tot ademloos luisteren, maar intussen vindt het trio vaak een indrukwekkende klankkleur of melodie. (Mischa Andriessen

Joshua Bell schmiert er op los maar blijft immer charmant 

KLASSIEK

Joshua Bell & The Academy of St Martin in the Fields
Bruch (Sony) 
★★★★☆

In 1988 nam Joshua Bell het Eerste vioolconcert van Bruch op. Hij speelde dat werk met de Academy of St Martin in the Fields onder leiding van Neville Marriner, de anderhalf jaar terug overleden oprichter en inspirator van het gezelschap. Onlangs legde Bell het concert opnieuw vast met de Academy, waarvan hij sinds 2011 artistiek leider is. Hij voert de musici aan vanaf de concertmeesterstoel.

In vergelijking met dertig jaar geleden is zijn spel voller, grootser, elastischer en smakelijker. De Academy begeleidt nog steeds even voorbeeldig. Of Bells zoete toon je bevalt of niet, je kunt er niet omheen: hij schmiert erop los. Net als in Bruchs ‘Schotse fantasie’, die voor Bell een speciale betekenis heeft. Aan de keukentafel bij de jonge musicus thuis waren verhalen over hoe grootvader en betovergrootvader vochten in de Black Watch in Schotland onderdeel van het repertoire – Bells vader was trots op zijn Schotse achtergrond. Ook in de ‘Fantasie’ hanteert de violist een veloursachtig geluid, warm en gedragen. Bruchs romantiek wordt over-de-topromantiek. En tóch heeft Joshua Bell een charmante klank. (Frederike Berntsen