Direct naar artikelinhoud
opinie

Wij zijn de laatsten die de ernst van trombose zullen bagatelliseren. Maar het belang van vaccineren gaat nu voor

Het belang nu juist door te gaan met vaccineren met AstraZeneca is van zowel persoonlijk, maatschappelijk, als logistiek belang, schrijven epidemioloog Frits Rosendaal en internisten Hugo ten Cate en Saskia Middeldorp.

Huisartsen vaccineren met het coronavaccin van AstraZeneca.Beeld ANP

In een interview in de Volkskrant van 10 april is neuroloog dr. Jonathan Coutinho terughoudend met betrekking tot het vaccineren met het AstraZeneca-vaccin in de gehele bevolking, omdat de ernst van de sinustrombose, een van de opvallende manifestaties bij overwegend jongere mensen, gerelateerd aan een syndroom dat nu als VIPIT wordt aangeduid (vaccine induced prothrombotic immune thrombocytopenia), zou worden onderschat. Ook vindt hij het bezwaarlijk dat juist de jongste mensen, met een relatief laag risico op overlijden aan covid-19, naar verhouding meer risico zouden lopen op vaccin-gerelateerde sinustrombose. 

We hebben begrip voor zijn redenering, want als je relatief veel patiënten ziet na een sinustrombose dan heeft dat invloed op de beleving van risico’s. De suggestie van Coutinho dat andere vormen van trombose minder ernstig zijn, doet onrecht aan de aanzienlijke kans op overlijden ten gevolge van longembolie en de ernstige ziektelast die gepaard gaat met diep veneuze trombose in been (40 procent post trombotisch syndroom), arm of ander orgaan (bijvoorbeeld ook buikvenetrombose).

Na verwijzing door de neuroloog zien wij, internisten, geregeld patiënten met een sinustrombose, om met elkaar na te denken over de uitlokkende en eventueel erfelijke risicofactoren. Bij deze overwegend jonge vrouwen is bij 85 procent sprake geweest van gebruik van orale anticonceptie, of lokale anticonceptie (Nuvaring). In ongeveer 20 procent van de gevallen is er ook een erfelijke factor aanwijsbaar, zoals een dragerschap van de factor V Leiden mutatie. 

De ‘pil’ verhoogt het risico op veneuze trombose 3- tot 6-voudig. Bij een basisrisico dat heel laag ligt in overwegend gezonde jonge vrouwen (ongeveer 1:10.000) is het pileffect aanzienlijk, maar de absolute kans op trombose blijft gering; zelfs in combinatie met een frequente genetische factor (factor V Leiden), vermenigvuldigt het risico nog eens 5 maal tot 30-voudig (30:10.000). 

Voor een sinustrombose is de incidentie 3 per miljoen/jaar ofwel 250/jaar. Het bijdragend risico van de pil is 12/13 ofwel 92 procent. Dat wil zeggen dat meer dan 90 procent van de (sinus)trombose onder pilgebruiksters niet zou zijn opgetreden zonder de invloed van de pil. Nog steeds vinden vrouwen, en hun artsen, dit blijkbaar een acceptabel risico, vanwege het enorme voordeel van effectieve geboortebeperking, regulatie van menstruatie en beperking van gerelateerde klachten - zelfs als er alternatieven zijn. Al deze vormen van anticonceptie worden verkocht met een bijsluiter die de risico’s vermeldt.

Datzelfde zou naar onze mening moeten gelden voor het AstraZeneca- vaccin. Klinisch specialisten en epidemiologen werken samen om risico’s te wegen. Het belang van vaccineren is op dit moment overstijgend aan het zeer kleine risico op ernstige trombose, waarbij wij de laatsten zijn die de ernst zullen bagatelliseren; daarom besteden we er zoveel aandacht aan in ons werk en onderzoek. 

Er is een maatschappelijk belang: hoe sneller we zoveel mogelijk mensen vaccineren, des te eerder de groepsimmuniteit, des te sneller kunnen we weer wat vrijheid genieten. Er is een persoonlijk belang (risico op covid-19 gerelateerde mortaliteit, 1.000 maal hoger dan het trombose-risico bij vaccinatie), waarbij het covid-19 risico pas op echt jongere leeftijd (onder 30 jaar in Engelse analyses) lijkt af te nemen, dus niet al onder 60 jaar. Er is een logistiek belang: door het voortdurende gehannes met vaccinatiestrategie en schema’s raakt iedereen de kluts kwijt en is het vertrouwen in alle vaccins dalende.

Roseanne Hertzberger verwoordde het goed in de NRC: het wordt tijd dat er in dit land leiding wordt genomen en dat men niet zich verschuilt achter moeilijk te duiden en gespleten adviezen van een gezondheidsraad. Aan de slag dus met vaccineren - en snel wat.

In een eerdere versie van dit artikel werd Frits Rosendaal aangeduid als internist. Rosendaal is epidemioloog.

Hugo ten Cate, Maastricht Universitair Medisch Centrum, Maastricht
Saskia Middeldorp, Radboud Universitair Medisch Centrum, Nijmegen
Frits Rosendaal, Leiden Universitair Medisch Centrum, Leiden