Direct naar artikelinhoud
InterviewEconome Stephanie Kelton

‘Als vooraanstaande economen je werk met regelrechte leugens opzijschuiven, doet dat pijn’

Stephanie Kelton: ‘Ik zie nu een Europese centrale bank die tegen de lidstaten zegt: ‘go get them, tiger, spenderen!’ Maar doet ze dat straks nog?’Beeld Alex Trebus

Overheden blijven in deze coronatijden volop geld uitgeven, maar dat kan toch niet blijven duren? Toch wel, zegt de Amerikaanse econome Stephanie Kelton (51). ‘Men probeerde me belachelijk te maken, maar dat is niet gelukt.’

Economen zijn de voetbaltrainers van de wetenschap: meesters in verklaringen achteraf. Economische groeicijfers, inflatie, doelstellingen en oplossingen ogen even divers als er meningen zijn. En alsof economie nog niet gecompliceerd genoeg is, is daar plots MMT: de moderne monetaire theorie.

Het idee erachter? Een regering is geen gewoon huishouden. Als u en ik iets willen kopen, moeten we eerst geld verdienen. Maar een overheid die de uitgever is van een eigen soevereine munt – zoals de Amerikaanse dollar, de Japanse yen, het Britse pond – kan eenvoudig extra geld maken. Er is in principe geen grens aan deze geldschepping. Behalve dat ze inflatie kan veroorzaken. 

BIO • geboren op 10 oktober 1969 • Amerikaanse hoogleraar economie aan de Stony Brook University • was in 2016 en in 2020 economisch adviseur van presidents-kandidaat Bernie Sanders • was betrokken bij het uitwerken van de Modern Monetary Theory en groeide uit tot boegbeeld ervan

Die theorie klinkt in de huidige pandemie als muziek in de oren, nu overheden wereldwijd alles uit de kast en schijnbaar uit het niets vele miljoenen halen. Klassieke economen kijken met verbazing en argwaan naar die enorme geldberg. Hoe zullen we die schulden ooit terugbetalen? “Niet”, zegt Stephanie Kelton. De Amerikaanse econome wordt vaak in één adem genoemd met andere nieuwe economische architecten, zoals donuteconomie-bedenkster Kate Raworth – die een economisch model voorstaat dat balanceert tussen essentiële menselijke behoeften en planetaire grenzen – en Mariana Mazzucato (Mission Economy: A Moonshot Guide to Changing Capitalism).

Sinds haar eigen boek The Deficit Myth vorige zomer verscheen en een heuse bestseller werd, is Kelton uitgegroeid tot de ceremoniemeester van de MMT-club. Ze trok van televisiestudio naar conferenties om de theorie steeds opnieuw uit te leggen. Ze is voor de aanhangers van MMT wat Milton Friedman een halve eeuw lang voor de Amerikaanse conservatieven was: spraakzaam, fel én meedogenloos. Wie kritiek uit op haar aannames krijgt een ijzige blik en dodelijke repliek. 

Nu de Nederlandse vertaling – De mythe van de staatsschuld – in de rekken ligt, spreken we elkaar via Skype. Kelton begroet ons opgewekt vanuit Setauket, New York, halverwege Long Island, waar ze aan de Stony Brook University lesgeeft.

Of ze het niet stilaan beu wordt, steeds opnieuw dezelfde theorie te moeten herhalen? Meteen transformeert haar opgewekte gezicht naar een intense focus en begint ze met het geloof van een kruisvaarder te praten.

“We zitten in een tijdperk waarin politieke en economische beslissingen worden genomen die een enorme impact hebben op onze levens. De blauwdruk van waar we als maatschappij naartoe evolueren wordt vandaag geschreven. Een beter begrip van MMT kan daarbij een belangrijk verschil maken. Er zit dus zeker een persoonlijke missie in, ja.”

We beleven vandaag vreemde economische tijden. Er is weinig economische groei, maar tegelijk ook heel weinig werkloosheid. Spaarders verliezen door de afwezige rente al vele jaren koopkracht, maar toch groeien de spaartegoeden overal aan. Alle logica staat op zijn kop?

“Ja, dat klopt helemaal. Het zijn echt rare tijden. Het voorbije weekend ging ik met mijn man nog meubels kopen.

“We bestelden een aantal dingen en de verkoper zei dat het minimaal twintig weken zou duren. Ze kunnen de vraag niet volgen. Veel mensen spenderen meer tijd thuis nu door de pandemie, en dus wordt het huis onder handen genomen. Omdat we niet op restaurant of naar het theater konden gaan, spaarden we ook meer. Tegelijk geldt dat niet voor iedereen. Zowat 70 procent van de bevolking hier in de Verenigde Staten kan geen 1.000 dollar als buffer opzijleggen.”

Denkt u dat de pandemie de ongelijkheid zal doen toenemen?

“Ja. Mensen zoals ik zijn geprivilegieerd. We leden geen inkomstenverlies, konden onze job gewoon blijven doen. En belangrijker, we werden niet ziek. Het is uitzonderlijk unfair als je erbij stilstaat. De mensen wier job al precair was voor Covid-19, werden het hardst geraakt. Zij die om twee uur ’s nachts de groenten moeten aanvoeren voor de supermarkten, of hotelbedden moeten opmaken. Dat zijn vaak al laagbetaalde jobs. Volgens een berekening van de Fed (Amerikaanse centrale bank, red.) verloor zowat 40 procent van die mensen hun job. Je kunt niet anders dan dit unfair vinden. Wij hebben geen sterk sociaal vangnet zoals jullie. Wie hier zijn job verliest, staat er alleen voor.”

Uw boek wil de politici aansporen om meer geld uit te geven. U wordt op uw wenken bediend.

“Ik heb Covid-19 niet gepland, als u dat wilt zeggen. (glimlacht) Het boek verscheen in juni in de Verenigde Staten, we waren toen nog volop aan het leren over Covid-19. Maar ik kan u wel dit zeggen: in december 2020 kende president Joe Biden 900 miljard dollar (750 miljard euro) aan steun toe. Meteen daarna zette hij een relanceplan op van nog eens 1.900 miljard dollar, dat recent werd goedgekeurd. Sommigen noemden het toen al waanzin. Nu heeft de Amerikaanse president voorgesteld om in de komende acht jaar nog eens zo’n 2.000 miljard dollar te investeren. Dat zijn bedragen die vroeger onbespreekbaar waren. Vanuit de budgetcommissie kreeg ik te horen dat dit onmogelijk zou zijn geweest zonder het vertrouwen dat dankzij MMT is ontstaan.”

Wordt u dan niet ongemakkelijk van die enorme bedragen en de oplopende begrotingstekorten?

“Neen. De Verenigde Staten kunnen niet failliet gaan of zonder geld vallen. Vergeet die farce nu eens. We hebben miljarden dollars op tafel laten liggen door niet te profiteren van de fiscale ruimte die we hebben, door onze economieën beneden hun potentieel te laten draaien, door onder onze middelen te leven. Jaar na jaar na jaar. Het is één ding om het begrotingstekort te laten oplopen in een crisis. Het vergt nog een andere vorm van moed om dat ook te doen na de crisis. En op dat punt zijn we hier nu stilaan aangekomen. Als die steun door het Congres raakt, zal ik pas echt tevreden zijn.”

Toen u voor het eerst met MMT in aanraking kwam, was u sceptisch, schrijft u in uw boek. Vanwaar de aantrekkingskracht om er toch onderzoek naar te doen?

“Toen ik voor het eerst van Warren Mosler (belegger, red.) en zijn boek Soft Currency Economics hoorde, was ik inderdaad sceptisch. Mosler legt uit dat we als economen de plank compleet misslaan. Ik dacht: dit kan toch niet waar zijn. Het zette alles wat ik dacht te weten over geld, belastingen en overheidsuitgaven volledig op zijn kop. Ik had economie gestudeerd bij wereldberoemde economen aan Cambridge University, en geen van mijn docenten had ooit iets in deze richting gezegd.

‘Als vooraanstaande economen je werk opzettelijk met regelrechte leugens opzijschuiven, doet dat pijn.’Beeld RV

“Ik ging op zoek naar de fouten in zijn betoog, maar ik vond ze niet. Het is schokkend en verontrustend. Je vervalt steeds in je oude paradigma, gaat op zoek naar tegenargumenten.”

Toch omschrijven de meeste reguliere economen MMT als de ‘Magic Money Tree’, een toverboom waar het geld aangroeit. Ze bespotten de theorie en missen wiskundige modellen of empirisch bewijs.

(zucht) “Er ligt 25 jaar aan gedegen studiewerk aan de basis van deze theorie. Het ligt voor het rapen, maar dan moeten de mainstream economen het wel willen bestuderen. Maar omdat ze hun hele loopbaan op een andere weg zaten, ligt het voor hen zo moeilijk. Hun trackrecord is gebouwd op andere aannames, die diametraal tegenover de onze staan. Ik krijg dan het verwijt dat ik in mijn boek geen wiskundige modellen aanbreng.

“Ik had aanvankelijk ook een meer economisch boek voor ogen. Maar mijn uitgever heeft me voor mezelf behoed door heel wat technisch jargon, grafieken en complexe vergelijkingen uit het manuscript te schrappen. ‘Je schrijft voor iedereen’, bracht hij me voortdurend in herinnering. Dankzij zijn begeleiding is het boek geworden wat het is.”

De kritiek raakt u persoonlijk, merk ik?

“Ja, absoluut. (laat stilte vallen) Kijk, zeker als jonge academicus wil je vooruit. Als vooraanstaande economen met gezag je werk dan opzettelijk met verkeerde uitgangspunten en regelrechte leugens opzijschuiven, dan doet dat pijn. Wij waren een bende MMT-gekken, die de geldpers wilden aanzetten en maar geld wilden gaan bijdrukken. Wat het dus helemaal niet is.

“Een invloedrijk man als Larry Summers (econoom, hoogleraar en ex-minister van Financiën onder president Bill Clinton, red.) die een dergelijke karikatuur maakt, heel goed wetende dat ze niet correct is, dat is pijnlijk. Ik zou liegen wanneer ik zeg dat ik daar geen last van heb gehad. Dat hakt erin. Men heeft geprobeerd om mij belachelijk te maken, maar het is ze niet gelukt.”

Klopt het als ik zeg dat MMT niet zozeer een economische, maar een politieke theorie is? Het is in uw ogen de overheid die de oplopende inflatie moet afremmen. Maar is het niet naïef om te geloven in politici die vooral herkozen moeten worden?

“MMT is zeer zeker economie. Op dat punt moet ik u tegenspreken. Maar nergens zeg ik dat ik politici de sleutels tot de geldpers wil overhandigen. Ik vertel simpelweg welke bevoegdheden de overheid al heeft. De grondwet van de Verenigde Staten geeft de federale overheid het exclusieve recht om valuta te verstrekken. Dat doen ze vandaag al met de coronasteun.

“Dat geld ligt heus niet ergens in een lade te wachten. MMT geeft de overheid geen nieuwe bevoegdheid om geld te creëren. Die bevoegdheid hebben ze al. Dat politici herverkozen moeten worden klopt, maar dat is juist het goede. Zo letten ze wel op dat de inflatie niet teveel oploopt want dat knaagt aan de koopkracht van hun kiezers.”

Belastingen moeten we wel blijven betalen, ook bij MMT?

“Het idee dat je belastingen heft om overheidsuitgaven te financieren is ridicuul. Als je de economische groei wilt stimuleren, moeten belastingverlagingen op de armen en de middenklasse gericht zijn. Maar belastingen zijn wel belangrijk om inflatie aan te pakken. Via belastingen haalt de overheid geld uit de economie. Je kunt ze ook gebruiken als incentive om gedragsveranderingen te stimuleren. Denk bijvoorbeeld aan een carbontaks.”

Op sociale media circuleert een foto van u, Kate Raworth en Mariana Mazzucato, elkaars boeken aanprijzend. Zijn jullie vriendinnen?

“Die foto was een idee van Kate. Dat was gewoon leuk. Mariana is al jaren een goede vriendin, we studeerden aan dezelfde universiteit. We bellen regelmatig of kletsen via Zoom en Skype wat bij. Maar iedereen is zo druk bezig. Ik kan wel verklappen dat we met ons drieën samen ook iets significant gaan doen. Deze ochtend is de mail met bevestiging daarvoor binnengekomen. Wat precies mag ik nog niet zeggen, neen. Maar je hoort er nog van.”

Worden jullie als vrouwelijke economen anders bejegend of harder aangepakt?

“Het is niet zo eenvoudig om daarop het antwoord te kennen. Ik kan louter voor mezelf spreken en dan stel ik twee dingen vast. Ik kom niet van een prestigieuze universiteit als Harvard, MIT of Berkeley en al helemaal niet van de Chicago School (inspirator van het neoliberalisme, red.). Blijkbaar speelt dat een rol. En dan is er ook nog het genderthema. Daar kan ik moeilijker de vinger op leggen, maar ik denk wel dat ook dat een invloed heeft.”

'Er is geen enkele kapitalistische economie op aarde die een manier heeft gevonden om de conjunctuurcyclus te doorbreken.'Beeld Alex Trebus

Merkt u vandaag een verschuiving van het denkkader in vergelijking met enkele jaren geleden?

“Absoluut. Wij zagen het veranderen onder onze ogen. Wij zijn al vijfentwintig jaar hiermee bezig. Ons verhaal is niet gewijzigd, we staan met onze voeten stevig in het zand. We herhaalden onze analyse keer op keer, onveranderlijk. Maar we zagen de mainstream economen wel veranderen. Hun betoog pasten ze telkens aan onder veranderende omstandigheden.”

U koppelt MMT expliciet aan een extra houvast in de vorm van een krachtige schokdemper: een baangarantie van de overheid. Waarom?

“Een baangarantie voorkomt dat miljoenen mensen werkloos worden als de economie in zwaar weer terechtkomt. En zulke hobbels in de weg zijn onvermijdelijk: er is geen enkele kapitalistische economie op aarde die een manier heeft gevonden om de conjunctuurcyclus te doorbreken. Economieën groeien en scheppen banen, maar uiteindelijk gebeurt er iets onverwachts en raken ze in een recessie. We hebben de centrale bank tot lender of last resort (de centrale bank als bankier van de banken, red.) gemaakt, om het financiële systeem te beschermen. Waarom zouden we dan geen employer of last resort hebben?”

Omdat dit hogere looneisen zou creëren? Wanneer je zo’n job van de overheid hebt, met alle minimumvoorwaarden die erbij horen zoals gezondheidszorg of vakantiedagen, waarom zou je nog naar de privé gaan, behalve als de lonen opgetrokken worden?

“Een permanente baangarantie zorgt voor rustiger economisch vaarwater, waardoor de inflatie stabiliseert. Volgens onze modellen zouden er gemiddeld zo’n 15 miljoen mensen in dergelijk overheidssysteem zitten. En uw vrees voor hogere lonen klopt niet. Er is geen impact op de private markt, want nu proberen bedrijven vaak werknemers bij andere werkgevers weg te kapen door hogere salarissen in de strijd te gooien.”

Uw boek leest minder aangenaam voor mij als Belg. Ons land is immers geen baas van zijn valuta, uiteindelijk toch een voorwaarde voor MMT?

“Wacht, zei u nu net dat mijn boek lezen niet zo aangenaam was voor u? Wow, dank u!” (lacht)

België hangt vast aan de euro, die door de Europese Centrale Bank wordt uitgegeven.

“De landen van de eurozone gebruiken in feite een buitenlandse munteenheid, want ze hebben geen soevereiniteit over hun valuta. Het is niet controversieel om vandaag te zeggen dat het een misverstand was om met de monetaire eenheidsmarkt te starten vooraleer de andere politieke vraagstukken waren opgelost. De financiële crisis heeft dat, denk ik, pijnlijk duidelijk gemaakt. Het goede nieuws is dat er blijkbaar geleerd is uit die periode. Ik zie nu een ECB die tegen de lidstaten zegt: ‘Go get them tiger, spendeer, laat die tekorten maar oplopen, reken af met die pandemie, we have your back.’

‘De VS kunnen niet failliet gaan, Vergeet die farce. We hebben miljarden dollars ongebruikt op tafel laten liggen.’Beeld AFP

“Wat me wel verontrust, is wat er na de pandemie gaat gebeuren. Er is niks wat de ECB tegenhoudt om blijvend steun te geven aan het robuuste herstel. De vraag is: zullen ze dat doen? Ik kijk er even nieuwsgierig naar uit als jij.”

In 2014 ging u als hoofdeconoom voor de Democraten in de Senaat aan de slag. Hoe kijkt u daar vandaag op terug?

“Ik zat op verzoek van de Democraten in de begrotingscommissie van de Senaat. Het leek me interessant om ook eens een kijkje te nemen buiten de academische wereld. Ik weet niet precies wat ik daar dacht te vinden, maar wat ik er aantrof was uitermate ontgoochelend. Geen van de senatoren die zitting hebben in deze o zo machtige begrotingscommissie leek te beseffen dat de federale begroting anders werkt dan een huishoudbudget. Het was een voortdurend steekspel van Republikeinen versus Democraten die elkaar van begrotingstekorten beschuldigden.”

Ambieert u zelf een politiek mandaat?

“Wat denkt u dat het antwoord is?”

Na het wedervaren uit uw boek denk ik dat u daarvoor zou bedanken.

“Ha, wel. Ik heb in 2008 deelgenomen om het 38ste district te vertegenwoordigen in het Kansas House. Er was een zetel die mogelijk aan de Democraten kon toebehoren en ik liet me overhalen. Dus ik heb hard gewerkt, veel deuren platgelopen, in een hete zomer. Héél veel chili gegeten en geserveerd, om uiteindelijk niet te winnen. (lacht) Mocht ik een Senaatszetel kunnen krijgen, zonder al die rompslomp en politieke steekspelletjes, ik zou niet weigeren. Het is een privilege om uw land te dienen.”

Hebt u vandaag niet meer impact dan als senator in een of ander budgetcomité te gaan zitten?

“Daarin hebt u wellicht gelijk. Ik ben niet iemand die lang kan stilzitten en ik haat vergaderingen. Maar mocht ik op een positie kunnen zitten die significant het verschil kan maken? Alleen, als je zitting hebt, dan verlies je de vrijheid van spreken en moet je erg gedisciplineerd zijn. Dat ben ik niet. Ik hang nogal vast aan mijn vrijheid van spreken.”