Direct naar artikelinhoud

De 7.600 rijkste huishoudens worden steeds rijker en bezitten 11 procent van al het vermogen in Nederland

De allerrijksten in Nederland hebben hun vermogen verder zien groeien. Dit blijkt uit de nieuwste cijfers over de rijkste 1 procent en 0,1 procent die de Volkskrant heeft opgevraagd bij het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS).

Een stand op de Masters of LXRY beurs in de RAIBeeld anp

De rijkste 1 procent kreeg er in 2016 bijna 15 miljard euro bij en bezit nu gemiddeld 4,1 miljoen euro aan privaat vermogen: aandelen, bank- en spaarrekeningen, huizen en andere bezittingen. De rijkste 0,1 procent - 7.600 huishoudens - kon 8 miljard euro toevoegen en heeft nu gemiddeld 16,7 miljoen euro vermogen.

De rijkste 1 procent bezat in 2016 (het meest recente jaar dat het CBS kan meten) 315,4 miljard vermogen. Dat is 27,3 procent van al het vermogen, vergelijkbaar met een jaar eerder. De rijkste 0,1 procent bezit 11 procent van al het vermogen in Nederland.

De groei van hun vermogen was vooral te danken aan de florerende economie. Het vermogen dat in het eigen bedrijf zit, steeg met meer dan 10 procent. De gestegen huizenprijzen hielpen ook, maar de eigen woning is voor de rijksten minder belangrijk dan voor 'gewone' huishoudens, omdat ze ook veel ander vermogen hebben.

Het CBS telt de meer dan 1500 miljard euro aan pensioenvermogen niet mee. Dit omdat het geen 'vrij vermogen' is; mensen kunnen nu niet bij hun pensioen om pakweg de studie van hun kind te betalen. Worden die pensioenen wel meegeteld, dan is de vermogenskloof een stuk kleiner. Hoe veel precies, weet het CBS niet. Maar ook inclusief de pensioenen is er in Nederland sprake van een 'relatief grote ongelijkheid in vermogen', aldus het CBS.