Direct naar artikelinhoud
De Lijn

Forse kritiek op herschikking bestuur De Lijn: "Wat draagt een topmanager bij die nooit op een bus heeft gezeten?"

Een tram van De Lijn.Beeld Bob Van Mol

Volgend jaar wordt de raad van bestuur van De Lijn overhoop gegooid. Minder sociale partners, minder politici. Dat moet zorgen voor een beter bestuur, maar volgens critici gaat de reiziger hiervan de dupe worden.

Vanaf volgend jaar zal een derde van de bestuurders bij De Lijn onafhankelijk moeten zijn. Dat wil zeggen dat drie van de vier zitjes van de sociale partners verdwijnen en dat de politieke partijen één van hun zeven zitjes verliezen. In ruil komen er vier onafhankelijken bij. De Vlaamse regering bereikte deze zomer een akkoord over die hervorming.

Bedoeling is dat het bestuur van de Vlaamse vervoersmaatschappij minder gestuurd wordt vanuit de politiek, en meer vanuit de belangen van de reiziger. Maar volgens de Mobiliteitsraad Vlaanderen (MORA) gebeurt net het omgekeerde. De politisering neemt niet af, maar toe. En de expertise gaat achteruit. "De onafhankelijke bestuurders moeten kennis hebben van mobiliteit, financieel beleid òf veranderingsmanagement. De kennis van openbaar vervoer is dus niet noodzakelijk”, zegt Miguel Vertriest van het Netwerk voor Duurzame Mobiliteit, ook bestuurslid van de MORA.

Stem van de reiziger

In een advies aan de regering stelt de MORA dat "minstens de helft van de onafhankelijke bestuurders over een aantoonbare expertise van het openbaar vervoer moet beschikken en een sterke affiniteit moet hebben met de noden van de reiziger." Alleen zo kan de raad van bestuur "de stem van de gebruiker" vertegenwoordigen.

Vertriest: “Als die topmanagers nog nooit op een bus of tram hebben gezeten, wat dragen zij dan bij tot De Lijn? Als je een klantgericht bedrijf wil ontwikkelen, dan is het logisch dat de gebruiker een stem krijgt in dat bedrijf. Iemand met visie op openbaar vervoer kijkt anders naar mobiliteit dan iemand die alleen naar de cijfers of partijbelangen kijkt.”

'Als die topmanagers nog nooit op een bus of tram hebben gezeten, wat dragen zij dan bij tot De Lijn? '
Miguel Vertriest van het Netwerk voor Duurzame Mobiliteit

Vlaams minister van Mobiliteit Ben Weyts (N-VA) laat weten dat de selectieprocedure van de onafhankelijke bestuurders in een laatste fase zit. "Onder begeleiding van Guberna (het Belgische kenniscentrum voor goed bestuur, adb) en Schelstraete Delacourt zijn de 8 beste kandidaten gekozen. Zij zijn door de raad van bestuur van De Lijn bevestigd en voorgedragen aan de Vlaamse regering." Binnenkort zal die de kandidaten selecteren.

Woon-werkverkeer

Daarnaast heeft de MORA ook vragen bij de betrokkenheid van de sociale partners binnen De Lijn. Dat zij nog maar één zitje overhouden van de vier, tegenover het overwicht van de politiek, is gevaarlijk. De sociale partners moeten er immers op toezien dat De Lijn sterker inzet op duurzaam woon-werkverkeer. Dat moet een prioriteit zijn, vindt de raad.

Tegelijk vindt de MORA het "vreemd" dat de sociale partners nog maar één vertegenwoordiger krijgen. "Daarmee wordt het paritaire evenwicht in het sociaal overleg doorbroken", klinkt het. Vandaar het advies aan de regering om twee zitjes te behouden.

Ook de SERV, die de Vlaamse sociale partners verzamelt, trekt aan de alarmbel. “Het is niet logisch dat de politieke macht binnen De Lijn toeneemt, terwijl werkgevers en werknemers onderling moeten uitvechten wie dat ene zitje krijgt”, zegt Hendrik Van Poele van het ABVV. “Wij hebben aangeboden om desnoods gratis in de raad te zetelen (normaal krijgen bestuurders 3.000 euro per jaar en een zitpenning van 300 euro, adb), maar daar krijgen wij geen reactie op.”

De huidige Raad van Bestuur telt elf leden. Vijf zetelen in naam van het Vlaams Gewest: voorzitter Marc Descheemaecker (N-VA), ondervoorzitter Johan Sauwens (CD&V), Irina De Knop (Open Vld), Bruno De Saegher (N-VA) en Frieda Gijbels (N-VA). Twee voor de steden en gemeenten: Luc Martens (CD&V) en Birre Timmermans (N-VA). En vier voor de sociale partners: Carine Bergers, Jan Cools (beiden voor werkgevers), Karel Stessens en Johan Vervoort (beiden voor werknemers).