Direct naar artikelinhoud
orgaanhandel

Waarom zou iemand die arm is zijn nier niet mogen verkopen?

.Beeld Thinkstock

Het internationale verbod op orgaanhandel werkt niet, zegt de Nederlandse criminologe Frederike Ambagtsheer. "Ik vind het nogal paternalistisch om te zeggen: jij bent te arm, we laten jou je nier niet verkopen."

Landen met schrijnend lange transplantatiewachtlijsten, zoals de Verenigde Staten, zouden moeten experimenteren met het toestaan van beloning voor nierdonatie. Die aanbeveling doet Frederike Ambagtsheer, criminoloog en internationaal jurist aan de Erasmus Universiteit in Rotterdam, in haar onlangs verschenen proefschrift over orgaanhandel.

"Je zou kunnen denken aan gratis ziektekostenverzekering, belastingvoordelen of een geldbedrag", stelt Ambagtsheer. "Zo'n beloningssysteem zou door de overheid moeten worden gereguleerd. Met een financiële tegemoetkoming kun je het aantal orgaandonaties vergroten en uitbuiting in de huidige ongereguleerde markten tegengaan."

Volgens haar is het niet moeilijk om op de zwarte markt een nier te vinden. Dat lukt zelfs binnen de week, zegt ze. "India, Pakistan en Egypte zijn populaire bestemmingen. Daar is een gebrekkige overheidscontrole en is het relatief makkelijk om op de zwarte markt een nier te kopen zonder dat je daarvoor wordt bestraft. Je vindt niermakelaars op het internet. Er zijn specifieke Engelstalige Facebook-groepen die erover gaan."

Frederike Ambagtsheer promoveerde cum laude op haar onderzoek naar orgaanhandelBeeld rv

Die zwarte markt is bezwaarlijk onzichtbaar te noemen. "Mensen leven daar op straat. Ze laten hun littekens zien of wijzen andere donoren aan: zij hebben het ook gedaan. Handelaren brengen donoren en patiënten met elkaar in contact." De verhalen zijn bijna hallucinant. "Ik vernam over een Sudanese donor dat hij in Egypte in een wachtkamertje met een groep andere potentiële donoren zat te wachten wie zijn nier mocht afstaan. Toen de arts bekendmaakte dat hij de beste match was, gingen de anderen hem feliciteren."

Verboden

Orgaanhandel is in 1987 door de Wereldgezondheidsorganisatie verboden omdat die de integriteit en menselijke waardigheid zou aantasten - meestal zijn het de armste, kwetsbare groepen die illegaal een orgaan afstaan in ruil voor geld.

Ambagtsheer vindt het "nogal paternalistisch als je zegt: jij bent te arm, we laten jou je nier niet verkopen. Orgaanhandel is misschien immoreel, maar het is ook immoreel om mensen op de wachtlijst te laten sterven terwijl er organen voorhanden zijn."

'Orgaanhandel is misschien immoreel, maar het is ook immoreel om mensen op de wachtlijst te laten sterven terwijl er organen voorhanden zijn'
Frederike Ambagtsheer (Erasmus Universiteit)

Erwin Kompanje, klinisch ethicus aan de Erasmusuniversiteit en klinisch onderzoeker op de intensive care van het Erasmus MC (Rotterdam), heeft "nooit goed begrepen" waarom arme mensen hun nieren niet mogen verkopen. "Als zij op die manier geld willen verdienen, so what? Het is een beloning voor iets bijzonders. Als iemand altruïstisch doneert, vinden we het allemaal geweldig, maar als iemand er iets voor wil hebben, is het ineens immoreel. Dat roepen overigens alleen rijke mensen. Als arme mensen elke nacht riskant werk doen en daarvoor extra worden beloond, hoor je ze daar niet over. Men is gewoon bang dat met financiële beloning bij levende donatie het aanbod om postmortaal te doneren, afneemt. Die angst wordt nooit hardop uitgesproken, maar die is er bij beleidsmakers wel degelijk."

Geen bezwaar

Hoogleraar gezondheidsrecht Martin Buijsen stelt daartegenover dat de huidige regels niet voor niets verbieden dat iemand aan zijn organen verdient. Dat heeft volgens hem met fatsoen te maken: "Het is onbetamelijk dat je arme mensen gemakkelijker kunt bewegen tot het verkopen van nieren, dan rijken. Dat verbod is vastgelegd in de mensenrechten, die voorschrijven dat het lichaam en zijn delen geen voorwerp van commerciële vervreemding kunnen zijn. Mensenrechten zijn juist bedoeld om vooral de zwakkeren in een samenleving te beschermen. Daar is niets paternalistisch aan."

In België is er een zogenaamd geen-bezwaarsysteem voor orgaandonatie na de dood. Elke Belg die sterft, staat automatisch zijn organen af voor donatie, tenzij die bij leven zich uitdrukkelijk liet registreren als niet-donor. België is overigens Europese koploper in orgaandonorschap, met 28,4 effectieve donoren per miljoen inwoners. In Nederland is dat slechts 15, in Duitsland 11. Een hangend wetsvoorstel van CD&V en N-VA-Kamerleden wil de registratie als orgaandonor nog vergemakkelijken door ze mogelijk te maken via de huisarts.