Pinkpop op dag drie: vijf hoogvliegers in een lagedrukgebied
Hoe Bruno Mars het terrein van Pinkpop annexeerde, lag helemaal in de lijn van de verwachtingen na zijn eerdere topconcert zaterdag op Werchter Boutique. Die apotheose konden we dus alvast afvinken op ons lijstje. Gelukkig gebeurde er nog genoeg op dag drie om vijf andere zinderende hoogtepunten op te lijsten.
Triggerfinger bedrijft de liefde met Raymond van het Groenewoud
Twee jaar geleden werden ze inderhaast opgetrommeld om het gat te dichten dat brekebeen Dave Grohl sloeg na een tuimeling van een Zweeds festivalpodium. Zondag zetten de drie heren van Triggerfinger het alwéér op een trommelen, maar dan met elkaar. Een drumsolo op een festival breekt meestal meteen de sfeer, maar niet dit keer. In een triootje waarin Triggerfinger elkaar de loef probeerde af te steken en de drums een drievoudige pandoering gaf, zag je even het gezicht van God.
Het spelplezier spatte van van de vellen én hun gezichten, terwijl ze zich roffelend opwerkten naar alweer een zoveelste orgelpunt in de set: 'l This Dancin' Around'. Voor de vijfde keer stond Triggerfinger op Pinkpop, maar van routine was geen sprake in hun demonische set.
'All This Dancin' Around' bleek overigens slechts de opmaat voor het ultieme hoogtepunt. Onder overdonderend gejuich wordt Raymond van het Groenewoud op het podium gevraagd, om 'Je veux de l’amour' te brengen. De veteraan – in 1980 stond hij zelf ook al op Pinkpop – bracht de song gekscherend, met een referentie aan Lykke Li's 'I Follow Rivers' en een geestdrift die inderdaad deed vermoeden dat hij altijd zestien zal blijven.
Twitter bericht wordt geladen...
Het publiek ging pannenverwoestend uit zijn dak, nadat het trio - met een waanzinnige Geoffrey Burton op gitaar – de massa al tot een wak prakje had herleid met songs als 'Collossus'. De dominante baslijn werd geleend bij Joy Division, maar de set blonk eigenlijk vooral uit in joie divine. "Pinkpop zonder Triggerfinger is als een dame blanche zonder chocolade", hoorden we de presentator vooraf nog zeggen. Geen letter van overdreven: Triggerfinger klonk fingerlickin' lekker. Extra punten ook voor drummer Mario Goossens die zijn cimbalen likte. Neen, écht.
Oscar and the Wolf danst in een club voor vampieren
Een dag eerder had Max Colombie Boutique al door de knieën laten gaan, maar op Pinkpop bleek de ontegensprekelijke overwinning nog iets nader binnen handbereik. Oscar and the Wolf sloot het tweede podium af, met een show die glitterconfetti, rookkanonnen en een hypergestileerde set waarborgde.
"Het lekkerste voor het laatst", hoorden we de presentator uitroepen voor de show. Daar viel genoeg voor te zeggen. Vanaf de ultradiepe subbassen van 'The Game' had de groep je in haar macht. En toen moest 'Runaway' nog volgen. Die song werd drastisch omgebouwd tot een romantische ballade, tot de drums en nijdige elektronica onmeedogend invielen. Plots waande je je in een verduisterende club voor vampieren à la Blade. Seks en imminente dreiging hingen verzwaard in de lucht.
Na een oorverdovend applaus en gegil speelde een brede glimlach om de lippen van Colombie, terwijl hij zich verlegen in het haar krabde. Het ongenaakbaar gewaande opperwezen, de popdiva op het podium, kreeg het zelf even te sterk.
Sigrid is een popster in de dop
The Kooks kwamen zondag niet naar Pinkpop, omdat zanger Luke Pritchard te ziek zou zijn. Di-rect werd daarom aangetrokken als vervanger op het hoofdpodium. Kiezen tussen de pest en de cholera valt niet mee. Toegegeven: de positieve vibes van de groep waren soms hartverwarmend, maar tegelijk krulden onze tenen bij alle tegeltjeswijsheden en wollige praatjes tussen de songs door.
Twitter bericht wordt geladen...
"Don’t kill my vibe!" dacht u dus ook op dag drie? Dan kon je je beter aanschurken tegen de vrolijke vibraties die Sigrid over Landgraaf stuurde, met een heerlijk onbekommerde popshow. De twintigjarige Noorse popzangeres kampte kennelijk met stemproblemen. Maar daar merkte je niets van op Stage 4. De stembanden klonken gesmeerd, haar uitstraling deed de rest. Ze leek zowel het bizarre buurmeisje dat je telkens als je haar ziet doet glimlachen, als een onvervaarde popster in de dop. Met een backingzangeres die de songs naar een hoger plan tilde, en een band die anoniem oogde, maar allerminst beige klonk, sloopte ze de barrière tussen pop en rock.
Meisjes in "guilty sparkles" dansten zich de ziel en zaligheid uit hun lijf in de tent, alsof een glitterbol hen deels had opgevreten. Maar net zo goed zag je veertigers gemoedelijk toekijken hoe ze een topsong als 'Dynamite' aankondigde als een "trieste song die ze op een regenachtige dag had geschreven" of 'Don’t Kill My Vibe' introduceerde als een "een geheugensteuntje dat ik ertoe doe en voor mezelf mag opkomen". Onze kop eraf als Sigrid binnen dit en twee jaar geen koploper wordt op festivalaffiches.
Silent Disco breekt de stilte
Het was een van de betere ideeën in de Kalm Aan Laan van Pinkpop, waar je kon kiezen tussen chili con carne, glutenvrij bier, Surinaamse specialiteiten en stroopwafels: de Break the Silence-disco. Vanaf de geluidsinstallatie stuurde een dj muziek draadloos door naar hoofdtelefoons, waardoor je als buitenstaander enkel schuifelende voeten hoort, en af en toe een gesmoorde vreugdekreet. De stille discotheek van het Rode Kruis was een schot in de roos, getuige de lange wachtrijen aan de ingang.
Projectleider Arthur Bredemeijer leek zelf ook verrast door het succes. "Overdag hebben we verhalen van vluchtelingen, die we mixen onder hun favoriete nummers. Plots word je dus met een harde realiteit geconfronteerd op de dansvloer. Het is weliswaar niet zo dat je depressief de tent uitloopt. We brengen aangrijpende verhalen, maar ze zijn wel altijd positief en hoopvol."
De Break the Silence-Disco bleef een heel weekend draaien tot valavond. Daarna werd het een gewone silent disco. "We willen niet lullig zijn", grinnikte Bredemeijer. "'s Avonds mag de serieuze inhoud even naar de achtergrond. Het is dan ook echt megadruk hier. Zelfs tijdens Pearl Jam was er een overrompeling in de Break the Silence-disco."
Editors wint in de laatste rechte lijn met vlinderslag
Hun gemoed leunde keurig aan tegen de grauwe wolkensluiers op zondag. Maar ook de set van Editors kende heel wat lagedrukgebieden. Eigenlijk pendelden we zelfs iets te gretig tussen verschillende podia (dat van Sigrid om precies te zijn) om achteraf te kunnen gewagen van een beklijvend optreden. De Britse groep heeft moedig een nieuw geluid gezocht, maar hun songkeuze botste duidelijk met de verwachtingen van het publiek.
En zelfs al toonde Tom Smith zich zoals steeds een charismatische frontman, toch kon je je niet van de indruk ontdoen dat zelfs zijn mimiek een tikje routineus oogde, terwijl de set het op een kabbelen zette.
Aan het eind volgde gelukkig een onvermijdelijk 'Papillon' – sowieso goed voor een hevige opflakkering in het murwe zondagspubliek. Smith zette de song solo in op piano. Het klonk intriest, maar de spanning steeg wel zienderogen in de rangen voor het podium. Wanneer vervolgens de ijskoude synth priemde door de boxen, merkte je meteen weer de impact van die classic. Het geluid zat goed, de groep speelde het vuur uit de vingers.
Lees ook
Geselecteerd door de redactie