Direct naar artikelinhoud
180 GRADENJelto Drenth

Zin in seks is geen mannending

Deze week in 180 graden: Seksuoloog Jelto Drenth (72) veranderde van mening over het verschil in lust tussen man en vrouw.

Zin in seks is geen mannending
Beeld Ivo van der Bent

Oude standpunt

‘Mannen hebben meer zin in seks dan vrouwen. Dat is nu eenmaal zo. In mijn beginjaren als seksuoloog werkte ik bij het Rutgershuis. Het meest voorkomende probleem van heteroseksuele stellen die aanklopten voor hulp was dat de man meer behoefte aan seks had dan de vrouw. Seksuologen constateerden dan vaak dat hun seksuele routines weinig geïnspireerd waren, en zijn belangen meer gewicht kregen dan de hare. Haar orgasme schoot er nogal eens bij in. De clitoris was voor beiden soms onbekend terrein. Vrouwen stonden toen nog weleens wat angstig tegenover seks. Een deel had bijvoorbeeld nog nooit ­gemasturbeerd.

‘Vaginisme – de angst van een vrouw voor penetratie – was een andere klacht. Ook die paste in mijn plaatje van meisjesachtige schuchterheid. Geïnspireerd door het feminisme in de jaren zeventig konden we deze paren meestal wel stimuleren tot een leukere, erotischer interactie. Daarvoor moest de man meer gevoeligheid tonen en de vrouw haar eigen ­seksualiteit ontdekken.

‘Mijn idee dat het typisch mannelijk is om meer gericht te zijn op seks, begon al in mijn puberteit. Ik keek naar meisjes en vond een heleboel erg aantrekkelijk. De gedachte aan vrijen kwam er automatisch bij. Ik ging er niet vanuit dat meisjes ook zo naar mij zouden kijken. Dit genderverschil nam ik mee toen ik als seksuoloog aan de slag ging.’

Het kantelpunt

‘Aanvankelijk had ik weinig twijfels bij de vanzelfsprekendheid van de grotere seksbehoefte van de man. Maar af en toe klopte er ook een stel aan waarvan de man minder zin had. Aanvankelijk vond ik die paren moeilijker, maar geleidelijk aan werden het er meer, totdat ze in de loop van de jaren negentig een meerderheid vormden. De paren waarbij de vrouw minder zin in seks had, hadden kennelijk hun weg gevonden. Bladen als de Viva en Margriet hebben daar een ­belangrijke rol in gespeeld.

‘De stellen waarbij de man minder zin had, waren een spiegelbeeld van het bekende verhaal, maar kenmerkend was dat ze ervan overtuigd waren dat ze een onnatuurlijk, genant probleem hadden. Ik ontdekte dat er een mannelijke variant is van vaginisme; er zijn ook mannen die bang zijn voor penetratie.

‘Het is verrekte lastig erachter te komen hoe dat komt. Er zijn mannen die hun ­eigen seksualiteit nauwelijks hebben ontwikkeld. Jongens worden geboren met een nauwe voorhuid. Met masturbatie maken ze die zelf losser. Sommige jongetjes durven dat niet. Ze zitten kennelijk slecht in hun vel, en dat komt meestal door hechtingsproblemen. Hechtingsproblemen en een laag zelfbeeld zijn bij jongens én meisjes soms de bron van angst en geremdheid rond seks.’

Nieuwe standpunt

‘Zin in seks heeft niets te maken met sekse. Mannen kunnen net zo goed als vrouwen weinig zin in of angst voor seks hebben. Daarom zeg ik: je hebt mensen met veel zin in seks en mensen die er ambivalent of onverschillig tegenover staan. De oorzaken zijn divers en hebben vaak te maken met jeugdervaringen zoals een onveilige hechting. Het kan ook zijn dat er geen probleem achter schuilgaat. Niemand is verplicht om seks belangrijk of interessant te ­vinden. Er zijn mensen die penetratie gek of eng vinden en mensen die denken: hm, lekker. Ook dat heeft niets te maken met man of vrouw zijn.

‘In elke relatie zit iets van een machtsbalans van geven en nemen. Door de stereotype opvatting dat een man seksueel actief hoort te zijn, kan hij geestelijk in de knoop raken als hij dat niet is en zijn vrouw daar kribbig op reageert; alsof hij niet zou voldoen. Soms zie je dat een partner met meer behoefte aan seks, superieur en afwijzend gedrag vertoont. Dat is voor de minder enthousiaste partner niet opwindend, en de ­onderlinge verstandhouding wordt er zeker niet beter van.’

Het effect

‘Ik ben heel anders gaan kijken naar seksuele en maatschappelijke problemen. Ik denk niet meer zo in termen van mannelijk of vrouwelijk, want genderverschillen zijn relatief. Er zijn alleen verschillen tussen mensen. Persoonlijke problemen zijn individuele problemen.

‘Ik ben ook alerter geworden op vrouwelijke slechtheid. Slachtofferschap ­associeert onnodig sterk aan vrouwen. Je leest vrijwel nooit over mannen die door een vrouw worden mishandeld of verkracht, of op sociale media erin worden geluisd. Slut­shaming komt van beide seksen. Ik geloof niet meer zo dat vrouwen van nature empathischer zijn dan mannen. Er zijn net zo goed vrouwen zonder en mannen met empathie.’

Van Jelto Drenth verscheen in 2016 De man is geen jager; mannelijkheid, seks en angst (uitgeverij Atlas).