Direct naar artikelinhoud
Column

Erdal Balci over dementie: ‘Vergeten is nobel en behulpzaam, maar nog niet voor mij weggelegd’

Of de dagen nu lang of kort zijn, als het avond wordt in de stad waar hij de naam niet meer van weet, gaat hij op de bank liggen om weer eens een poging te wagen. Zoals een kind de bodem van een snoepzak omwoelt voor zijn favoriete kleur, graaft hij in zijn brein naar de miljoen vergeten dingen uit zijn leven. Hij mompelt wat over zijn moeder die hij nog in leven waant, raakt vermoeid door het zoeken en sluit zijn broze ogen voor een korte slaap.

Voor mijn vader heeft het leven geen nieuwe gebeurtenissen meer in petto die hij later een ‘herinnering’ kan noemen. Wreed is dan de avond, niet voor hem maar voor mij, de zoon die voor even van een ver land thuiskomt. Het vergeten is nobel en behulpzaam, maar nog niet weggelegd voor mij.

Ik weet nog alles. Dat in zijn sterk vermagerde, oude lijf ooit een sterke metaalarbeider huisde. Dat hij het gebrek aan een basisopleiding niet kon compenseren met een beetje verbale vaardigheid. Dat hij een noeste werker en vooral arm was. In de winters in Istanbul, in de zomers in het dorp, zwoegend voor iets betere omstandigheden voor zijn familie, keer op keer falend in de jungle van miljoenen mensen die probeerden te overleven door te graaien, misgunnen, onderdrukken en kwaadspreken.

Mijn zus Nerman maakt hem wakker. Hij knikt met het hoofd om aan te geven dat hij ook een glaasje thee lust. ‘Je zong laatst dat mooie liedje baba. Erdal is nu hier, hij wil dat ook horen’, zegt ze op smekende toon. Vader draait zich om, kijkt naar mij en zegt: ‘Erdal, wanneer is hij gekomen dan?’ Nee, hij heeft geen zin om dat liedje over de mooie borsten van de geliefde waarvan hij de herder zou willen zijn nu voor te dragen. Hij slurpt aan de thee en vertelt een ander verhaal.

‘Gelukkig heb ik een rijke oom. Die heeft dit huis laten bouwen en aan mij geschonken…’

‘Hoe heb je mama ontmoet, baba?’

‘Dat is zo’n mooi verhaal. Je zou eens moeten weten hoe verliefd we op elkaar waren en hoe we elkaar voor het huwelijk al lief hebben gehad…’

Dementie is voor hem een touw dat hij uitgooit naar een verleden waarin hij wel het leven heeft dat hij stiekem had willen leven. De ziekte geeft hem een vrijbrief om uit de sociaal gewenste sjabloon te stappen. De nieuwe Hasim Balci is een tachtiger die erotische liedjes neuriet. Hij bedenkt liefdesverhalen met hemzelf in de hoofdrol. Er wordt gegrinnikt als hij vertelt dat hij mama lang voor het huwelijk heeft bemind, maar hij is gelukkig met zijn nieuwe waarheid en volhardend bovendien. De verschrikkelijke armoede voor de tijd in Nederland is te pijnlijk om niet als eerste weg te gummen uit zijn hersenen. Zijn oom, die net zo arm was als de rest, fungeert nu als de rijke oom die zo aardig was om een huis voor hem te bouwen.

Met mijn zus die voor hem zorgt in Turkije, zitten we even later op het balkon naar de regen te kijken. Vader slaapt nu in zijn eigen slaapkamer. Ik neem een eerste trekje van een sigaret en denk te weten waar hij iedere nacht over ligt te dromen: iedere nacht terug naar het huis waar hij is geboren. Iedere nacht een nooit afgebroken slaapliedje met de jonge stem van oma die voor hem zingt.

In de kamer waar hij slaapt staat het raam half open, ook hier hangt de geur van de regen. Bij mij geen muur van staal die tussen het verleden en het nu staat. Ik weet de kleur van de bergen in de zomer, ik weet de geur van de sneeuw van toen, ik weet de smaak van de tanden van het eerste meisje dat mij kuste, ik weet waar ik dansjes van vreugde heb gedaan en waar ik als een gewond dier heb zitten huilen van verdriet.

Ik weet ook nog dat vader ons na een afwezigheid van elf jaar naar Nederland bracht, dat hij in het nieuwe land zijn best deed om de gemiste tijd in te halen en de puber die ik was soms een aai over de bol probeerde te geven. Ik weet dat ik mijn hoofd dan terugtrok en uit zijn buurt bleef. Hij droomt vast over een gelukkige kindertijd en dat ze nooit om eten verlegen zaten. Ik aai over zijn zwakke haren en weet ook dat migratie vooral is dat je voor alles te laat bent.