Direct naar artikelinhoud
Analyse

Ondanks de wankele aandelenkoersen gaat Porsche naar de beurs, en dat is gunstig voor de gelijknamige familie

Hoewel de omstandigheden niet optimaal zijn voor een beursgang, zet de Duitse sportwagenbouwer Porsche onverstoord door. Dit heeft alles te maken met de belangen van de gelijknamige familie. Die ziet, opmerkelijk genoeg, liever een lagere opbrengst.

Klassieke Porsche 911S uit 1964, ontworpen door Ferdinand Porsche zelf.Beeld National Motor Museum/Heritage I

Het luxe automerk Porsche gaat donderdag naar de beurs, terwijl het daar dezer dagen niet bepaald mooi weer is. Bedrijven halen het liefste geld op als de aandelenmarkten op een recordpeil staan en beleggers bereid zijn diep in de buidel te tasten.

Bij een negatief beursklimaat bergen ondernemingen hun plannen voor een beursgang op. De honger bij beleggers is lager als de onzekerheid over de economische vooruitzichten groot is, wat zich vertaalt in een lagere waardering. Het is dan beter de beursgang uit te stellen tot een later en gunstiger tijdstip. Zuur voor het bedrijf, want met de voorbereiding van een beursgang zijn miljoenen gemoeid. Het management is met roadshows de hort op geweest om potentiële beleggers warm te maken om aandelen te kopen, terwijl dure zakenbanken zijn ingehuurd om de initial public offering te begeleiden.

Toch zet Porsche dus vrolijk door met de beursgang, een plan dat eind vorig jaar bekend werd. Om dit te begrijpen is het cruciaal onderscheid te maken tussen de Porsche-holding van de families Porsche en Piëch (de erfenis van Ferdinand Porsche ging naar zijn kinderen, Ferry Porsche en Louise Piëch), en het automerk Porsche. Tot 2012 bezat de beursgenoteerde holding het automerk, daarna werd het verkocht aan Volkswagen.

Daarmee werden de banden tussen de familie en het merk niet helemaal doorgesneden. Volkswagen wordt namelijk gecontroleerd door de Porsche-holding. Die bezit 31,4 procent van de aandelen, maar heeft door slimme constructies 53,3 procent van de stemrechten.

De wil van de families is dus wet. En die families willen het nu weer rechtstreeks voor het zeggen hebben bij ‘hun’ automerk. Bij de beursgang donderdag verkoopt Volkswagen daarom een kwart van de aandelen van het automerk aan de Porsche-holding, wat die laatste ook een vetorecht oplevert.

De familiaire besognes verklaren waarom de prijs van ondergeschikt belang is bij deze beursgang, en dat die bij voorkeur zo laag mogelijk is, vertelt econoom Tom Simonts van de Belgische bank KBC. ‘Als dit was gebeurd terwijl de beurzen torenhoog stonden, was het prijskaartje voor de families Porsche en Piëch stukken hoger geweest.’

Koerswinstverhouding

Goed voor de families dus, maar zijn kleine beleggers wel zo blij met deze timing? ‘Zij voelen zich wat bekocht. En terecht’, meent Simonts. ‘Het blijft weliswaar een goede prijs die veertien keer de koerswinstverhouding bedraagt , maar het had meer kunnen zijn.’

Hoe koosjer is het overheersende eigenbelang van de families Porsche en Piëch? ‘De corporate governance is bedenkelijk, wat meteen verklaart waarom het aandeel van Volkswagen zelf helemaal niet duur is’, legt de econoom uit. ‘Het bedrijf wordt geleid voor van de familie, en niet voor de kleine aandeelhouder. Maar ze doen daar dus ook niet geheimzinnig over. Als je er niet aan wil meedoen, koop dan geen aandelen.’

De vuurdoop van het verzelfstandigde Porsche vindt plaats op de beurs van Frankfurt. Er zijn 911 miljoen aandelen mee gemoeid, een knipoog naar het iconische sportwagenmodel dat ooit is ontworpen door Ferdinand Porsche zelf. Ook de aandelencode verwijst daarnaar: P911.

De beursgang zal Porsche een waardering opleveren tussen de 70- en 75 miljard euro. Daarmee overtreft de Duitse sportwagenbouwer gemakkelijk de beurswaarde van Mercedes en BMW. Het is niet eens zoveel minder dan de 90 miljard euro die de markt plakt op de hele Volkswagen-groep (met merken als Audi, Skoda, Seat, Bentley, Lamborghini en Bugatti).

Volkswagen gaat bijna de helft van de opbrengst volgend jaar uitkeren als een speciaal dividend. Met de rest wil het bedrijf de overgang van fossiele naar elektrische brandstoffen helpen financieren, net als de investeringen in autonoom rijden en de ontwikkeling van batterijen.