Rutte met Von der Leyen naar Tunesië voor migratie-overleg
Uit het bezoek blijkt wel dat het overleg met Tunesië constructief verloopt, zegt de woordvoerder van Von der Leyen. Een woordvoerder van premier Rutte liet weten dat er zondag nog geen deal wordt verwacht. Het zal een "stap in het proces" zijn, zei ze.
Rutte, Meloni en Von der Leyen spreken de Tunesische president Kais Saied zondag over "een breed partnerschap" tussen de EU en Tunesië, met afspraken over "economische samenwerking, energie en migratie", laat de Rijksvoorlichtingsdienst weten. Naar het voorbeeld van de zogenoemde Turkije-deal uit 2016 wil de EU Tunesië financieel helpen in ruil voor het stuiten van de stroom migranten die soms in "drijvende doodskisten" de Middellandse Zee oversteken.
Autoritaire koers
De EU sprak de afgelopen tijd steeds bezorgder over de autoritaire koers die Saied inslaat en over diens harde woorden over immigranten uit zuidelijker Afrika. Ook bij een deel van de Tweede Kamer leven die zorgen. Toch geldt Tunesië nog altijd als een van de Noord-Afrikaanse landen met wie de unie het gemakkelijkst zou kunnen samenwerken.
Rutte rekent erop dat "de commissie een heel fatsoenlijk pakket in gedachten heeft om die gesprekken met Tunesië te kunnen voeren", zei hij vorige week. Hij houdt naar eigen zeggen "uiteraard" rekening met de bedenkelijke ontwikkeling die het land doormaakt.
Migratie-afspraken
De Italiaanse regering zet zwaar in op migratie-afspraken met Tunesië. Zonder zo'n akkoord kan zij volgens ingewijden moeilijk instemmen met de plannen voor de opvang en verdeling van asielzoekers waarover de EU-landen het donderdag eindelijk eens hopen te worden.
Meloni deed Tunis dinsdag ook al aan. Toen beloofde ze Saied zich sterk te maken voor financiële hulp van het Internationaal Monetair Fonds. Tunesië wacht daarop met groeiend ongeduld, want de economie is er beroerd aan toe. Maar het IMF stelt te strenge voorwaarden, vindt Tunis.
Migratie-afspraken binnen de EU en met landen waaruit asielzoekers vertrekken zijn cruciaal om de Nederlandse asielopvang overeind te kunnen houden, stelt het kabinet al langer. Als dat niet lukt en de druk op de opvang loopt weer op, staat ook het voortbestaan van de hierover verdeelde regeringscoalitie al gauw op het spel.
