Direct naar artikelinhoud
Interview

Matt Groening: "Het is heel bevrijdend om met je hoofd even niet in Amerika te zijn"

Prinses Bean, Luci het ­demoontje en Elfo de elf: klaar om Dreamland te gaan verkennen in 'Disenchantment'..Beeld Netflix

De vader van The Simpsons, Matt Groening (64), lanceerde gisteren op Netflix zijn nieuwe serie Disenchantment. Wat wil hij met deze sprookjesreeks over de dochter van een rossige tiran vertellen?

Als ik binnenkom, staat hij al te wachten, in zijn suite op de zesde etage van een luxueus hotel dat zich niet vlak bij, niet naast, maar óp Santa Monica Beach bevindt. Art-deco­kroonluchters, Chinese vazen die erom vragen omgestoten te worden, gebronsde lichamen aan het zwembad, half opgedronken glazen champagne naast de ligstoelen. Een vreemde setting, kortom, voor een gesprek met de chronisch ongeschoren Matt Groening, het brein achter een aantal iconische tekenfilm­sitcoms.

Zo maakte hij Futurama (1999-2013, 140 afleveringen), een science­fiction­komedie over Fry, een New Yorkse pizza­bezorger die zichzelf in 1999 abusievelijk invriest, en pas in 2999 weer wordt ontdooid. De serie werd door de jaren heen bekroond met zes Emmy Awards.

Matt ­Groening: "Ik vind dat een cartoon satirisch moet zijn, niet activistisch.  Dat schaadt de humor."Beeld Contour by Getty Images

Maar Groenings grootste werk is en blijft The Simpsons, dat in mei zijn 29ste seizoen inging, waarmee het de langst­lopende sitcom in de Amerikaanse geschiedenis is. Time Magazine verkoos The Simpsons tot de beste tv-serie van de 20ste eeuw en de Simpsons-gezinsleden – Homer, Marge, Bart, Lisa en Maggie – hebben hun eigen ster op de Hollywood Walk of Fame.

Miljoenen kinderen, overal ter wereld, zijn deels gevormd door The Simpsons. Ikzelf ook. Grofweg van mijn 12de tot mijn 18de vormden The Simpsons een belangrijke surrogaat­familie, met wie ik dagelijks minimaal 20 minuten doorbracht, en die me leerden nadenken over zo ongeveer elk ‘probleem’ waarmee ik op die leeftijd worstelde.

Van Bart leerde ik hoe om te gaan met pestkoppen en tegenvallende schoolrapporten, van Lisa leerde ik dat onbegrepen zijn niet het einde van de wereld is, en van Homer leerde ik hoe níét om te gaan met vrouwen. En de schepper van die tweede familie staat nu tegenover me.

Groenings grootste werk is en blijft 'The Simpsons', dat in mei zijn 29ste seizoen inging: de langst­lopende sitcom in de Amerikaanse geschiedenis

Vandaag ben ik als de pelgrim die na een lange tocht eindelijk de woorden van de oude meester mag aanhoren. En ik ben niet eens de enige pelgrim: in de belendende kamer zit mijn voorganger koffie te drinken, en mijn opvolger zich voor te bereiden. Groening heeft namelijk een nieuwe serie gemaakt: Disenchantment, waarvan de ­eerste tien afleveringen op Netflix te zien zijn.

Zijn handdruk is beschaafd, zachtaardig zelfs. Hoewel zoon van een Duitse vader en een Noorse moeder, oogt hij typisch Amerikaans, met zijn grijs ringbaardje, de ronde bril met dikke glazen en zijn forse buik, die de stof van zijn blauwe overhemd strak trekt. Hij is het type dat je zou kunnen tegenkomen in een natuurwinkel, op een platenbeurs, iemand die je erop zou wijzen als er een geldbiljet uit je zak steekt.

Naast ons zit een Netflix-dame die onze tijd – 20 minuten, precies de duur van een aflevering van The Simpsons – strak in de gaten houdt. Als ik te lang doorga over netelige onderwerpen zal ze, zo zal meermaals blijken, zachtjes met haar linkerschoen op de houten vloer tappen.

De balkondeuren van de kamer zijn open, de kamer staat vol schalen fruit en verse muffins. Soms horen we mensen lachend het water in rennen, en soms klinken sirenes. Santa Monica dus, een uitloper van Los Angeles, de stad die volgens Groening “nergens begint en nergens eindigt”.

Disenchantment is een middeleeuws sprookjesavontuur met in de hoofdrol prinses Bean, dochter van een rossige tiran, die is getrouwd met een ijskoude vrouw met een Oostblok-accent. (juist) Als Bean wordt gedwongen te trouwen met een naburige prins, besluit ze met haar persoonlijk demoontje Luci en Elfo de elf het paleis te ontvluchten en de rest van Dreamland te verkennen, waar ze allerlei mythische figuren en gedrochten tegenkomen, cyclopen en walrussen en natuurlijk, geheel in de geest van Groening, heel veel menselijke dwazen.

Scène uit 'Disenchantment'.Beeld Netflix

Hoewel Disenchantment en The Simpsons qua tekenstijl en droge humor nauw verwant zijn, kun je ze ook beschouwen als tegenpolen. Waar Disenchantment zich afspeelt in een magisch verleden, laat The Simpsons het Amerika van de kleine stad zien, in dit geval Springfield, waar moeder Marge elk dubbeltje omdraait, waar dochter Lisa slechts kan dromen van een universitaire studie, waar vader Homer in een kerncentrale werkt en zijn loon wekelijks stukslaat in de dorpskroeg. Daar maakt hij ladderzat grappen over alles wat anders is, en maakt hij zich zorgen over hetgeen hij koste wat het kost wil behouden: zijn gezin. In zekere zin kun je Homer Simpson, zo leg ik Groening voor, beschouwen als een Trump-stemmer avant la lettre.

Relevanter dan ooit dus, die Simpsons, zou je zeggen. Maar nog voordat ik mijn vraag kan stellen – waarom dan uitwijken naar een fantasierijk? – spreekt hij me streng toe: “Maar Homer is géén racist.”

Ik kan ook streng zijn. Niet elke Trump-stemmer is een racist. Hij denkt lang na. “Ik geef toe, voor elke hedendaagse satiricus is het een lastige afweging: hoe expliciet wil je zijn in je kritiek? De schrijvers en ik hebben het vaak gehad over hoe we moesten omgaan met de nieuwe politieke verhoudingen, met de nieuwe wereld die we met z’n allen hebben gemaakt. Maar we besloten The Simpsons niet te zeer richting werkelijkheid te sturen, dat zou onze lol maar bederven en ook tussen de karakters en de kijkers in gaan staan.

'Op een indirecte manier is 'Dis­enchantment 'ook politiek geladen, maar het is subtiel'
Matt Groening

“We hebben Homer weleens laten stemmen. In 2008 probeerde hij uit alle macht voor Obama te kiezen, maar de stemmachine maakte er steeds McCain van. En Homer zou Homer niet zijn als hij daar niet uit luiheid vrede mee sloot. Maar de Trump-werkelijkheid in de Simpsons-werkelijkheid verwerken, dat ging ons te ver. Bovendien had ik het idee niks aan het debat te kunnen toevoegen: Trump is een klassieke narcistische bully. Hij is onkwetsbaar, alles ketst of glijdt van hem af. Hij is een Superman zonder kryptonite.”

En zonder superkrachten. “O ja? Hoe verklaar je dan dat hij overal mee wegkomt?”

Toch zijn er genoeg comedians die zich in ieder geval met hem bezighouden, positief of negatief. Neem Roseanne, de serie die dit jaar na een 21-jarige afwezigheid een veelgeroemde comeback maakte. Het hoofdpersonage Roseanne – gespeeld door komiek Roseanne Barr – was vroeger een Democraat, maar is inmiddels een Trump-stemmer, net als Barr zelf overigens.

Maar de comeback duurde niet lang. Eind mei tweette Barr een aantal racistische uitspraken – om precies te zijn vergeleek ze een voormalig werknemer van de regering-Obama met een aap. De show werd meteen stopgezet.

“Zo zonde”, zegt Groening met een toets van melancholie in zijn stem. “Ik heb nog met haar gewerkt bij Futurama. Zo’n leuke, grappige vrouw. Jammer dat ze die weg heeft bewandeld. Jammer dat ze die meningen had, en ze nog met de wereld wilde delen ook.”

Vermoeit het u, praten over politiek?

Matt Groening: “Ik heb het liever over wat ik leuk vind: verhalen vertellen, de verbeelding alle kanten op laten vliegen, onze kinderlijkheid opzoeken. Natuurlijk, op een indirecte manier is Dis­enchantment ook politiek geladen, maar het is subtiel, we gebruiken geen moker om onze opvattingen erin te rammen. Ik vind dat een cartoon satirisch moet zijn, maar niet activistisch. Dat schaadt de humor. Ik wilde echt iets nieuws doen, de Simpsons-humor laten gelden in een geheel nieuwe arena. En Netflix gaf me de kans precies dat te maken, iets wat meer op een film-in-delen lijkt dan op een echte sitcom.

'Ik heb behoorlijk moeten strijden voor de titel, iedereen vond hem oncommercieel en deprimerend. Maar ik vind hem grappig'

“Omdat alle afleveringen tegelijk online komen, en mensen dus kunnen binge­watchen, had ik de mogelijkheid lange verhaal­lijnen op te zetten, met grote spanningsbogen. Eigenlijk is Disenchantment een lange, gekke, grappige avonturenroman.”

Wat hoopt u dat de serie met de kijker doet?

“Ik hoop dat hij volledig vergeet dat hij een cartoon aan het kijken is, dat hij vergeet dat hij zich in een vreemde sprookjeswereld bevindt, vol trollen, heksen, boemannen, en dat de betoverde wereld weer even normaal is. Voor mij was het in elk geval heel bevrijdend om met mijn hoofd even niet in Amerika te zijn, met alle problemen die we hebben. Fantasie­werelden als in Disenchantment en Futurama zijn belangrijk voor me. Ik heb een paar van zulke mogelijke werelden voorgesteld aan Netflix, en zij kozen deze. Dreamland was born.”

Vanwaar de titel? Vindt u ons, westerlingen disenchanted, oftewel gedesillusioneerd?

“Het is moeilijk om betoverd te blijven, om je enthousiasme niet te verliezen. Overigens is de titel iets gelaagder bedoeld dan jij misschien denkt. Ja, het gaat over mensen en wezens die ontgoocheld zijn over hun levens­loop, maar de serie is ook bedoeld als commentaar op de enchantment-clichés van het fantasy­genre, de magie, het tover­stokje, dat soort dingen. Daar speel ik graag mee. In die zin is het ook een soort liefdevolle diss track (nummer waarin de ene ar­tiest de andere beledigt, red.). Maar ik heb behoorlijk moeten strijden voor die titel, iedereen vond hem oncommercieel en deprimerend. Misschien is hij dat ook wel, maar ik vind hem grappig.”

U zei eerder: ‘De serie gaat over hoe je moet blijven lachen in een wereld vol lijden en vol idioten, en dat je niet te veel moet luisteren naar wat de ouderlingen en de tovenaars en al die andere eikels je proberen wijs te maken.’ Is er meer lijden dan toen u begon met The Simpsons, of zijn er vooral meer eikels?

“Volgens mij blijft het eikel­peil altijd ongeveer gelijk. Er is zeker meer lijden. Er gebeuren dagelijks dingen die ik nooit voor mogelijk had gehouden. Waar ik bijvoorbeeld gedesillusioneerd of zelfs moedeloos van werd: hoe de Amerikaanse immigratie­dienst op grote schaal kinderen weghaalde bij ouders die illegaal de grens waren overgestoken, om zo die ouders te straffen.

'We leven in een tijd waarin mensen graag beledigd zijn, of anders doen alsof'

“Maar die kinderen hadden niks misdaan. Het was wreed en sadistisch. Zoiets staat dan even in de kranten, maar binnen de kortste keren gaat men over tot de orde van de dag. Hoe zit het nu met die kinderen?”

Een stilte, een blik naar buiten, naar zee. “Trump en consorten, wat moet je erover zeggen?” Dan, strijdvaardig: “Maar ja, ik ben optimistisch genoeg om te denken: hun ongelijk zal worden bewezen. Niet vandaag, misschien ook niet morgen. Ooit. Uiteindelijk verliest de bully altijd.”

Over optimisme gesproken: wat opvalt is dat uw protagonist een sterke, onvoorspelbare, sarcastische vrouw is. Nu waren Marge en Lisa Simpson ook sterke vrouwen, maar...

“Maar dat waren ze binnen een conservatief decor, in een stadje waar ze niet konden bloeien. Bean is anders. Ze is een prinses, de wereld ligt aan haar voeten. Maar ze is ook een relschopper, een drinker, iemand die een kroeggevecht nooit uit de weg zal gaan. Ze is een antiheld en heldin in één.”

Goed, een sterke vrouw dus, helemaal in lijn met de tijdgeest: denk aan de heldinnen uit The Incredibles en natuurlijk Frozen-heldin Elsa. De schrijvers van The Simpsons werden er onlangs juist van beschuldigd zich te weinig bewust te zijn van diversiteit en de gevoeligheden die daarbij horen. Een Amerikaanse komiek met Indiase wortels, Hari Kondabolu, maakte onlangs de documentaire The Problem with Apu, over de vermeend racistische achtergrond van een geliefd Simpsons-personage, Apu, de Indiase eigenaar van de buurt­super.

Het probleem: acteur Hank Azaria, die de stem van Apu inspreekt, komt gewoon uit Queens, New York. Hij kende de Indiase cultuur helemaal niet, was Kondabolu’s klacht, en bediende zich daarom uitsluitend van kwalijke stereotypen en clichés. Het werd een internet­rel.

Bent u, de Apu-controverse indachtig, ­weleens bang om niet progressief genoeg te zijn voor deze tijd?

“Daar ben ik niet bang voor. Ik wist wat ik deed. Dat heb ik altijd geweten. Ik schopte tegen de ­bijenkorf, en de bijen zwermden me tegemoet.”

De Netflix-dame begint met haar voet te tappen. “The Simpsons is bedoeld om alles bespreekbaar te maken, dat doen we al dertig jaar, met allerlei typetjes en karakters, die ook allemaal gelaagd zijn. In Springfield is niemand uit één stuk gemaakt. Ik ben meermaals naar India geweest om over Apu te spreken, nooit was er enig probleem. Wat mij betreft is er meer dan genoeg over gezegd. We leven in een tijd waarin mensen graag beledigd zijn, of anders doen alsof. Het zou pas erg zijn als we nooit meer iemand beledigden, denk je niet?

Ode aan familie

Veel hoofd­personages uit The Simpsons zijn vernoemd naar familie­leden van Matt Groening. Hij groeide op in Portland, Oregon, als de middelste van vijf kinderen. Zijn zussen heten Lisa en Maggie, net als de zusters van Bart. In interviews heeft Groening toegegeven dat Bart een alter ego is van hemzelf. Matts moeder heette Margaret, ofwel Marge. Zijn vader heette – uiteraard – Homer. Homer Philip Groening was film­maker en ­cartoonist. Matts grootvader heette Abraham – Abe –, net als opa Simpson. De uitzondering is Patty: in het echte leven was Patty een zus van Matt, maar in de serie is ze een schorre, rook­verslaafde tante.

Nog een bijkomend voordeel van Dreamland: je loopt niet het risico prinsessen of elfen tegen de schenen te schoppen.

“Wacht maar.”

Terugkijkend op uw oeuvre: zou u zichzelf in het Amerikaanse culturele landschap eerder een elf of een demon noemen? Hoe ziet u uw rol? Ervan uitgaande dat u zich niet direct identificeert met een prinses.

“Waarom niet? Ik kan heel gevoelig zijn, hoor. En heb je soms niet gezien hoe koninklijk dit hotel is?

“Oké, je wilt een echt antwoord. Wat ik zo leuk vind aan Elfo, is dat hij veel schaamte en schuldgevoel heeft, terwijl Luci juist wordt gedreven door haar impulsen. Ik heb van allebei wat, ook als cartoonist. Ik volg graag mijn intuïtie, maar ben zeker niet gewetenloos. Dus laten we het toch maar op de prinses houden.”

De Netflix-dame is uitgetapt. Onze tijd zit erop. Wat volgt is een tweede beleefde handdruk tussen meester en pelgrim. En dan, terwijl hij naar het strand wijst, geeft hij een laatste les: “Wist je dat dat daar het meest vervuilde stukje oceaan ter wereld is? Duurste panden, goorste water. Niet gaan zwemmen straks hoor, ook niet stiekem.”

Dus toch de elf.

Als ik de kamer uitloop, bots ik tegen de ­volgende interviewer aan, een Française met een blaadje vol vragen, waarvan de meeste ongesteld zullen blijven.

Vlak voordat ik het hotel verlaat, aarzel ik of ik kan doorgaan voor een hotelgast – zal ik een duikje nemen in het zwembad, of een cocktail bestellen en op de rekening van een zekere suite op de zesde verdieping laten zetten?

Nee. Dat is zoiets wat alleen in tekenfilms gebeurt.