Spreken voor hen die weerloos zijn
‘Dit is, voor altijd, mijn rustplaats, hier verlang ik te wonen.’ In een verder steriel witte ruimte staar ik naar deze woorden uit Psalm 132 die aan de muur hangen. Ik bevind mij in de Dutch Reformed Church van het oude Nederlandse slavenfort Elmina Castle in Ghana. Een gevoel van onwerkelijkheid en weerzin overvalt me. De houten vloer waar ik op sta, is het plafond van de ‘female dungeon’, één verdieping lager. In deze kerker werden vierhonderd vrouwen tegelijkertijd vastgehouden en misbruikt, wachtend op het moment om verscheept te worden.
‘Het lijkt wel of steeds meer organisaties een zondag ‘claimen’ als hun zondag. Ik begin daar wat allergie tegen te ontwikkelen’ tweet vrijgemaakt-gereformeerd predikant Roel Kelder op 9 juli.
[embed:https://twitter.com/RoelKelder/status/1148631158009344001]
Aan de bijval te zien die hij krijgt van verschillende collega’s blijkt hij niet de enige te zijn die deze allergie heeft. Als organisator van zo’n themazondag (Freedom Sunday van International Justice Mission) voel ik me aangesproken en lees mee.
‘Negeren’, ‘links laten liggen’, ‘lobbygroepen’, ‘je bent als predikant geen boodschappenjongen’, ‘gezonde allergie’, ‘belangen van organisaties die meespelen’ – de reacties zijn voorspelbaar, ik hoor ze al jaren. Maar begrijpen doe ik ze niet. Want waarom zo’n enorme tegenstelling creëren tussen de kerk en organisaties. Liggen deze niet veel meer in elkaars verlengde dan dat het tegenovers zijn?
‘Ik zou wel willen dat er elke zondag over de opgestane Heer wordt gepreekt. En dat we elke dienst beginnen met een daverend paaslied. De Heer staat op, de vijand vlucht’, tweet @petersneep als reactie. Dat lijkt mij redelijk de kern van het evangelie. Dus ja, dat wil ik ook. En de drie meisjes die IJM recentelijk bevrijdde uit de hel van cyberseks op de Filipijnen, zijn voor mij de concrete uitwerking van wat het betekent dat de Heer is opgestaan. Dat de dood is overwonnen, dat de duisternis niet het laatste woord heeft. Nu vangt het nieuwe leven aan. Letterlijk. Zonder deze verhalen is ‘de opgestane Heer’ voor mij niet meer dan een abstract theologisch begrip. De Filipijnse vrouw die de kinderen misbruikte voor de webcam is afgelopen zaterdag door de rechter veroordeeld tot 23 jaar gevangenisstraf. ‘De Heer staat op, de vijand vlucht.’
Laatst begon ik een dienst waarin ik voorging met het laten zien van een kort videofragment van een jong gezinnetje uit Zuid-Azië, dat voor het eerst de verjaardag van hun jongste zoontje in vrijheid vierde na jaren uitgebuit te zijn in een steenfabriek. De schaterlach van de twee kindjes bij het eten van een grote gekleurde marsepeintaart klonk als een daverend paaslied door de kerk.
Ik moet denken aan het werk van Dietrich Bonhoeffer, dat is doordrongen van de gedachte dat de kerk haar plek heeft in deze wereld. Organisaties helpen kerken om deze plek in te nemen. Om concreet handen en voeten te geven aan het evangelie.
nooit vergeten
Mijn bezoek aan Elmina Castle vergeet ik nooit meer. Het kan niet anders of de vrouwen die opgesloten zaten onder de kerkzaal hebben de gebeden, het gezang en het gepreek door de kieren van de houten vloer gehoord. En omgekeerd kan het ook niet anders dan dat, tijdens de stille momenten in de viering, het gekerm en de jammerklachten van de vrouwen hoorbaar waren voor de kerkgangers. Pijnlijk hoe je blijkbaar kerkje kan spelen te midden van een wereld vol onrecht.
‘Een troost: na je emeritaat ben je af van de lobby’s voor hobby’s’ tweet @ DsDiederik. Een reactie die o.a. geliket wordt door universitair docent systematische theologie @DolfteVelde.
Jammer dat het werk van al die mensen die via tientallen organisaties concreet handen en voeten geven aan het evangelie, en daarbij een terechte en legitieme vraag stellen aan kerken om mee doen, wordt weggezet als ‘lobby’s voor hobby’s’.
Ik ervaar het als een roeping om ‘te spreken voor hen die weerloos zijn’. (Spreuken 31:8-9) Voor de hobby doe ik aan Crossfit, maar daar zal ik de kerk niet mee ‘lastigvallen’. <