Het is nu echt herfst, zelfs een beetje winters, met de vele uren zon en de heldere lucht gisteren en vandaag. Het liefst ben ik de hele dag buiten en dat heb ik dan ook gedaan; houttakken bijeen sprokkelen voor het houtvuur, heerlijk, dat hout breken; ik voel pas dat ik echt leef als ik buiten fysiek bezig ben. Dan voel ik weer heel sterk de verbinding met mezelf én met mijn ideaal (en vraag ik me af waarom ik dat nog niet helemaal leef of toch al wel een beetje? is het ideaalplaatje wat ik heb, alleen maar een ideaalplaatje wat feitelijk niet bestaat, alleen maar in de functie van 'streven naar'?), hoe dan ook, ik voelde hoe goed het me doet, de hele dag buiten te zijn, in de zon, lekker bezig, de bloedsomloop op gang brengen en de frisse lucht inademend. Vrij van gedachten te zijn. Ik heb totaal geen behoefte aan het binnen zijn en binnenleven. Krijg het er zelfs een beetje benauwd van; het maakt me ongedurig. Nu is het donker en helaas al veel te vroeg, met het uur verschil weer van de wintertijd die vannacht is ingegaan, zodat ik de uren dat ik buiten kan zijn, extra wil benutten, alvorens het licht alweer verdwijnt en plaats maakt voor een lange nacht.
Het voelt zo heerlijk om een beetje aan het huis te klussen, in een poging het wat te isoleren; het hout te verzamelen voor de warmte (om zo op het gasverbruik te besparen). het is gewoon heerlijk om met de basis bezig te zijn De basis waarmee de meeste mensen tegenwoordig niet zo veel bezig (hoeven te) zijn, omdat die wel in orde is en ze ook niet perse moéten bezuinigen omdat ze anders niet kunnen eten.
Opeens voelt het als een noodzaak dat wel te doen, en het is eigenlijk best leuk, ook al kost het wel veel tijd, goed bestede tijd weliswaar.
De bossen zijn 'amazing', die kleuren; elke keer dat ik in het bos ben, voelt het alsof ik een klein wonder aanschouw en voel ik me heel erg dankbaar dat ik ervan kán genieten, bijna elke dag; dat ik er kan zíjn! Soms lijkt het zelfs te mooi om waar te zijn en weet ik gewoon dat er ergens een addertje onder het gras schuilt, die de boel komt verzieken- en dat addertje is het niet feit dat ik hier zeer waarschijnlijk binnenkort weg moet- dat weet ik al en is geen verrassing ook al is het wel jammer- dat addertje komt uit heel onverwachte hoek: net als alles goed gaat of lijkt te gaan, is er dat addertje dat de boel ruw komt verstoren; dat de basis op haar grondvesten doet trillen. zomaar ineens, uit onverwachte hoek. Alsof het nooit helemaal mag, genieten. alsof nooit echt de zon mag schijnen, altijd ligt er ergens een tegenslag op de loer, die je moet incasseren; ergens, als je nog een plekje over hebt........en anders?
Is het de angst niet, die me momenteel 's nachts geregeld uit mijn slaap houdt, of me wakker doet schrikken, dan is het wel een andere Grote Boosdoener.....
Alles op zijn plaats zetten, alles verwerken en hoe doe ik dat beter dan met mijn handen aan het werk zijn, fysiek in de buitenlucht, niet de vier muren om me heen maar in de frisse buitenlucht, het buiten zijn geeft namelijk zoveel ruimte aan alles, verzacht en relativeert alles, grondt. Maakt zelfs de grootste meest bizarre angsten weer hanteerbaar (ook al zijn ze 's nachts weer even levendig en echt als daarvoor; ik heb in elk geval de dag nog om de nacht goed te maken..) En dan ben ik weg tussen de vier muren, zittend op de koele grond, die aardend werkt, in een bleek herfstzonnetje als ik niet bezig ben, voelend dat het buiten oké is en veilig. Zo veilig en warm. Was het maar altijd zo. Als het maar nooit donker werd...