Ik stopte het laatste stukje kaas in mijn mond.
Echt saai zo een dag helemaal alleen. En dat vind ik nu al terwijl mijn gezin nog twee weken wegblijft. Ik zat thuis aan de houten tafel te eten. Het lijkt wel alsof ons huis niet is meegegaan met de tijd. Zo verouderd, maar supergezellig. We hebben geen verwarming, alleen een openhaard. Al mijn vrienden zijn natuurlijk op vakantie. Niet dat ik er zoveel heb want ik woon echt in een huis dat echt helemaal alleen staat. In de omgeving staan bomen en oude, houten hutjes. Er zijn ook akkers, maar in de hutjes wonen geen mensen. Denk ik toch. Misschien woont er in nummer 7 wel iemand... Soms zie ik beweging in het huis... Ik zou wel eens graag gaan kijken. Zou ik durven? Morgen ga ik. Ik verveel me toch dood...
Vandaag ga ik naar het hutje... Het is best ver dus ging ik de keuken in om wat eten te maken. Ik sneed een paar stukjes brood af en stopte het in een mandje. Het was een mooie dag. Ik liep een heel eind en kwam aan in het hutje. "Klop klop, is daar iemand?" Een oud vrouwtje kwam opendoen. Ze was precies geschrokken toen ze me zag staan. "Meisje, kan ik je helpen?" vroeg ze verwonderd. "Ik ben Elisa, ik woon in dat hutje daar achter. Mag ik even binnen?" vroeg ik. Ze liet me binnen en we maakten kennis. "Elisa... Waarom ging je niet mee op vakantie?" Ik staarde naar de grond. "Mama doet echt geheimzinnig... Het lijkt echt alsof ze iets te verbergen heeft..." stamelde ik. De vrouw mompelde: "Familieproblemen... iedereen heeft het wel..." Ik keek haar vragend aan en ze vertelde verder. "Ik heb nog een kind... Maar ik weet niet waar ze is... Brenda is haar naam.. Haar achternaam weet ik niet. Ze is het afgetrapt met haar vader toen ze nog jong was. Mijn grootste wens is om mijn dochter te kennen voor mijn tijd erop zit." Ik zou haar zo graag helpen. Ik vroeg of ik kon helpen en ze vond het goed. Alleen wist ze niet hoe.
"Ik moet je wel zeggen, Elise, dat je niet meer veel tijd hebt... Mijn gezondheid gaat snel achteruit en ik voel me slecht." Ik moest bijna huilen, onze enige buur die bijna zou gaan sterven. Ik kon er niet aan denken. Ik wou haar dochter echt zoeken.
Haar naam is Brenda, dat weet ik al. Mijn mama noemt ook Brenda... Misschien is mijn mama wel de dochter van... En dan zou ik het kleinkind zijn... mijn papa is gestorven toen ik heel klein was, mama haar ouders heb ik nooit gekend! Als mama er was zou ik vragen wat er allemaal aan de hand was maar ze is er niet. Wat ik nu nodig heb zijn oude foto's.
Ik ging even buiten zitten om na te denken. Er stond een ziekenwagen aan het huis van het oud mevrouwtje. Dit kon niet waar zijn! Ik moest snel opschieten. Ookal was ik razend op mama, ik moest haar bellen!
"MAMS! Heb jij toevallig een mama die ik niet ken?"
-Liefje, waar kom jij nou mee af!
"Het is waar he! Dat is wat je me altijd verzweeg!"
-Schat, ik heb een mama... Tuurlijk! Maar ik ken haar niet.."
"Ik ken haar wel! Ze ligt in het ziekenhuis, ze sterft bijna!"
-MIJN mama? Elisa!?
"Het is echt waar! Kom NU naar huis alsjeblieft!"
-Ik kom...
Oma ligt dus in het ziekenhuis! Mama kwam uiteindelijk aangereden in volle paniek. "Waar is Madeleine?!" Ze wist haar naam, het is dus echt. "Ze woonde daar! Ik ging eens langs en toen.." Mama zei dat we geen tijd hadden en dat we naar het ziekenhuis moesten. Ze trok me in de auto en reed in volle vaart naar het ziekenhuis. We klopten en stormden binnen in haar kamer. Ze lag er, ze zag er niet goed uit. Er waren heel veel dokters. Mama zei: "Madeleine, ik ben je dochter, Brenda." Ze begon te huilen en ik zei "Oma, sterf alsjeblieft niet." Ze keek me aan, glimlachte en sloot haar ogen voor eeuwig.