Noveen O.L.Vrouw van Altijddurende Bijstand - 19 juni
Eerste dag
O Moeder,
O.L.Vrouw van Altijddurende Bijstand, leer mij, niettegenstaande het lijden,
mijn ziel te bewaren in vertrouwen, rust , enkalmte.
Leer
mijiedere dag te herhalen:
Ziehier
de dienstmaagd des Heren, mij geschiede naar uw woord...
Leer mij
mijn lijden te aanvaarden, zoals gij, met Jezus, voor Jezus. Leer mij
blootgesteld te zijn aan tegenspraak, Moge uw Zoon door allen erkend en bemind
worden. Moge ook Uw moederlijke liefde erkentelijk bemind worden.
O Moeder
van Altijddurende Bijstand, bekom voor mij bij de Heer deze genade....
O Moeder
van Altijddurende Bijstand, waak over mij, bid voor mij.
1 Onze
Vader.... 3 Weesgegroet ..... 1 Eer aan de Vader....
Ik geef een koppeling mee die verschrikkelijk is om zien. Dit
is wat vandaag tot Christenen bekeerden gebeurt. Onze media zwijgt hierover. En
dit in Tunesië een land waar tot voor kort veel westerse toeristen op vakantie
gingen.
Mensen die gevoelig zijn raad ik aan om niet naar het de film
te kijken.
Een bekeerling wordt onder het scanderen van gebeden de strot
afgesneden met een mes en verder onthoofd.
Kruistocht van gebed
(33) Gebed om Mijn Zegel te erkennen en het te aanvaarden met liefde, vreugde
en dankbaarheid
Maandag 20 februari
2012 0.20u
In de vroege uurtjes
van maandagmorgen 20 februari 2012 werd door Maria van de Goddelijke
Barmhartigheid een boodschap ontvangen in de vorm van een verschijning waarbij
God de Vader aan haar verscheen.
Hij gaf haar toen
een boodschap die betrekking heeft op een bijzonder geschenk. God de Vader
bracht haar op de hoogte van Het Zegel van de Levende God, een bescherming voor
alle gelovigen van overal.
Bid dit
kruistochtgebed (33) om Mijn Zegel te erkennen en het te aanvaarden met liefde,
vreugde en dankbaarheid.
O mijn God, mijn
liefhebbende Vader, Ik aanvaard met liefde en dankbaarheid Uw
goddelijk Zegel van bescherming.
Uw Godheid omringt
voor eeuwig mijn lichaam en mijn ziel. Ik buig neer in nederige dankzegging en
bied U mijn diepe liefde en mijn trouw aan U, mijn geliefde Vader, aan.
Ik smeek U om mij en
mijn geliefden te beschermen met dit bijzondere Zegel. En ik wijd mijn leven aan Uw dienst voor
eeuwig en altijd. Ik houd van U, lieve Vader. Ik vertroost U in deze tijden, lieve
Vader.
Ik offer U op het
Lichaam, het Bloed, de Ziel en de Godheid van Uw welbeminde Zoon als verzoening voor de zonden van de
wereld en voor de redding van al Uw kinderen.
Amen.
Ga, Mijn kinderen,
en vrees niet ! Vertrouw op Mij, jullie geliefde Vader, die elk van jullie
liefdevol geschapen heeft.
Ik ken elke
afzonderlijke ziel. Elk stukje van jullie is Mij bekend. Er is er niet één
onder jullie die minder bemind wordt dan een ander.
Hierdoor wil Ik niet
één ziel verliezen. Niet één !
Blijf a.u.b. elke
dag het Kroontje van Mijn Goddelijke Barmhartigheid bidden !
Op zekere dag zullen
jullie begrijpen waarom deze zuivering nodig is.
Jullie liefhebbende
Vader in de Hemel
God de Allerhoogste
Onderwerp: In Gent redde afgelopen vrijdag een 2-jarig jongetje een babietje van de dood! BUITENGEWOON!!! Urgentie: Hoog
Vrienden van het Leven,
Hebben wij ooit al eens gezegd dat er geen grotere vreugde dan Sidewalk Counseling (hulpverlening voor vrouwen die ongepland zwanger zijn) bestaat??? Wel, er bestaat geen grotere vreugde dan Sidewalk Counseling!!!
Met Gods Genade worden we er steeds beter in om de vrouwen te overtuigen om toch niet te kiezen voor een abortus! Zo hebben we op afgelopen vrijdag 11 mei VIER babietjes gered! Hallelujah!!!
En
vanaf afgelopen vrijdag zijn we zelfs voor het allereerst in het trotse
bezit van een kaartje (zie bijlage) waarop een afspraak staat voor een
abortus. Een vrouw gaf dat aan ons. Ze had het gekregen van de aborteurs
voor volgende week (vrijdag 18 mei), maar nadat we met haar praatten
(en luisterden!) gaf ze het aan ons. Ze had het niet meer nodig. Is dit
niet fantastisch? Dit alleen al maakt het hele project van de Helpers méér dan geslaagd!!!
Toch is dit hartbrekend zo'n kaartje. Daarop staat een afspraak voor een moeder om haar kindje te laten vermoorden. Godzijdank gaat het niet door.
Maar
er zijn ook andere zaken die we meemaken. Zo kwam een vrouw huilend en
mankend uit het abortoir na haar abortus. We gaven haar een Rozenkrans
(en een mooie beknopte handleiding ervoor, waarvoor dank aan de
gebroeders Vandenberghe!). We beloofden haar dat ze hier nooit meer zal
belanden, op voorwaarde dat ze meer bidt. We vertelden haar dat God
bereid is haar te vergeven, maar dan moet ze ook haar leven veranderen.
Ze beloofde om ons te bellen, zodat wij haar bij een priester kunnen
brengen die haar biecht zal horen. Eén leven hebben we helaas niet gered
vandaag. Maar laten we bidden dat ze haar afspraak nakomt. Dan is er toch ook al één ziel minder verloren door de waanzin van abortus.
Maar
last but not least was de kleine Nicholas (foto in bijlage), het
2-jarige zoontje van Branka de held van de dag! We gaven hem een
foetuspopje en spontaan begon hij dat aan alle voorbijgangers te tonen.
Eén vrouw huilde toen ze dat zag en zo kregen we een mogelijkheid om met
haar te praten en haar te overtuigen om voor een andere oplossing dan
abortus te kiezen.
Op een
zeker moment stapten twee aborteurs naar buiten om er om het hoekje een
sigaret te gaan roken. Nicholas stapte (met zijn kleine schattige
beentjes, maar daarom niet minder kordaat!) naar hen toe en probeerde
hen het foetuspopje aan te reiken. Ze waren 'een beetje boos', maar wat
kan je eenmaal doen tegen zo'n kind? Die onschuld. Die onbevangenheid.
Even onschuldig als de kleintjes in moeders schoot. We zijn ervan
overtuigd dat dit hun harten heeft beroerd. Laten we dan ook blijvend
bidden voor de bekering van de aborteurs. Ze kunnen onze sterkste bondgenoten in de strijd voor de rechten van de ongeboren kinderen worden!
Maar! Wat hebben we hieruit dus geleerd? Meer nog, wat kan JIJ hier uit leren? ---> Als een 2-jarige jongen in staat is om babietjes te redden, dan kan JIJ dat toch ook!!!
De conclusie blijft meer dan ooit: Hoe vaker we mensen hebben die Sidewalk Counselen, hoe meer babietjes we zullen redden! Meer info over Sidewalk Counseling vindt u hier: http://www.helpersvlaanderen.org/sidewalk-counseling.html
Bent u geroepen om vrouwen in nood te helpen en mensenlevens te redden? Als we de vrouwen helpen, dan redden we de kinderen! Is dit cruciale engagement iets voor u?
Terecht wordt pater Damiaan de Veuster gehouden voor een grote voorvechter voor een menswaardige benadering van de melaatsen.
Hij was een dienaar van de menselijkheid. Hij kwam op voor de uitgestotenen, de verschoppelingen.
De eeuwen door heeft de samenleving mensen als melaats terzijde geschoven en uitgebannen uit de samenleving. In het voetspoor van Jezus zelf zou Damiaan voor hen opkomen. Hij deed dit vanuit een diepe religieuze bekommernis.
Naast de uiterlijke melaatsheid is er de innerlijke melaatsheid van de zonde, waardoor de mens zich van God vervreemdt. De levensgeschiedenis van pater Damiaan toont aan, dat hij met evenveel recht apostel van de melaatsen en uitgestotenen genoemd kan worden, als apostel van het sacrament van de boete en verzoening, waardoor de mens die door innerlijke ziekten en zonden is geschonden, weer zijn echte godsdienstige en daarmee ook zijn diepste menselijke waardigheid herkrijgt.
Damiaan wilde zelf leven vanuit de sacramenten van Gods Barmhartigheid. Hij hunkerde naar de mogelijkheid om te kunnen biechten. Zijn diepste verlangens gingen ernaar uit om zuiver en gereinigd voor Gods aanschijn te kunnen treden, telkens opnieuw.
En daarmee heeft zijn leven een bijzondere betekenis en boodschap juist voor onze tijd. Niet alleen mensen kunnen uitgestoten worden uit de samenleving, ook Gods sacramenten ondergaan soms hetzelfde lot.
Mensen stoten zichzelf uit van Gods liefde. Damiaan riep op tot bekering en ging zelf voor in de door Christus aangewezen weg tot herstel van het door zonden beladen en aangetaste hart van de mens.
Telkens weer klinkt zijn bede door om te kunnen biechten.
En in zijn eenzaamheid en afzondering liet hij zien, hoe een mens niet ten onder hoeft te gaan aan vertwijfeling of bitterheid, als hij zijn thuis zoekt niet bij wat voorbijgaat, maar bij wat blijft. En dat is bovenal de blijvende aanwezigheid van Jezus Christus in de Eucharistie, het sacrament van Christus troostende en sterkende nabijheid.
Van de melaatsenkolonie van Damiaan is niets bewaard gebleven, behalve juist zijn eigen kerk.
En het kostbaarste stuk van het Damiaan-museum in Tremelo is het door hemzelf getimmerde altaar, waarvoor hij zo vaak neerknielde om bij zijn Heer kracht te vinden bij tegenslagen en vertwijfeling:
Ik weet niet waar dat nog op uit gaat lopen. Ik geef mezelf echter aan de Goddelijke Voorzienigheid over en troost me met de enige Gezel die me niet in de steek laat: onze Goddelijke Verlosser in de Heilige Eucharistie. Aan de voet van het altaar leg ik vaak mijn schuldbekentenis af; daar zoek ik troost voor mijn inwendige moeilijkheden.
Bron: De bezieling van Pater Damiaan J.Hermans ( uitg Tabor St Kruis Brugge)
Gepubliceerd in de Verenigde Staten van Amerika door LoveandMercyPublications,in samenwerking met het ApostolaatvandeNieuweEvangelisatie.
In overeenstemming met het decreet van Paus Urbanus VII, aanvaardt de uitgever dat de Heilige Stoel van de Rooms Katholieke Kerk in Rome de beslissende autoriteit is met betrekking tot de authenticiteit van de vertrouwelijke openbaringen waarnaar in dit boek wordt verwezen.
Dit boek werd vertaald van de Engelse vertaling door Love and Mercy Publications van de originele Spaanse tekst en is een deel van een grotere collectie boeken, geschonken aan Catalina (Katya) Rivas door Jezus en de Maagd Maria. De boeken overwegen de traditionele Katholieke leer en spiritualiteit. Love and Mercy Publications neemt de volledige verantwoordelijkheid voor de Nederlandse vertaling van de boodschappen die in dit document verzameld zijn uit de originele Spaanse tekst.
Als de Heilige Geest je hart aanspreekt terwijl je dit boekje leest, deel het dan alsjeblieft met anderen. Dit boekje en andere zijn vrij beschikbaar om te lezen en/of te downloaden en af te drukken van de website van Love and Mercy op www.loveandmercy.org . Het is toegestaan dit boekje af te drukken van deze website (waar het zo is geformatteerd dat het gemakkelijk op de computer kan worden afgedrukt en gefotokopieerd) en het verder te reproduceren en te distribueren in zijn geheel, zonder weglatingen, veranderingen of toevoegingen, voorzover dit uitsluitend zonder enige vergoeding gebeurt. Dit boekje is verkrijgbaar in het Engels, het Spaans en het Nederlands, andere enkel in het Engels en het Spaans. Gedrukte versies van deze publicatie en andere kunnen eveneens besteld worden (zie de informatie aan het eind van dit boek) van onderstaande religieuze bediening zonder winstbejag:
LoveandMercyPublications
P.O.Box1160,
Hampstead,NC28443
Deelalsjeblieftditgeschenk!
Inhoudstafel
Imprimatur 2
Deel1 JezusdicteertaanCatalina 3
1.1 - Jezus bereidt Zich voor 3
1.2 - Het Paasmaal 3
1.3 - Jezus bidt in de tuin 4
1.4 - Jezus stelt de H. Eucharistie in 5
1.5 - Jezus doet de Wil van zijn Vader 7
1.6 - Jezus zoekt zijn leerlingen die slapen 9
1.7 - Jezus wordt door Judas aangewezen 10
1.8 - Jezus wordt voor Kajafas geleid 11
1.9 - Petrus verloochent Jezus 12
1.10 - Jezus wordt naar de gevangenis gebracht 12
1.11 - Jezus wordt voor Herodes geleid 13
1.12 - Jezus wordt opnieuw naar Pilatus gebracht 13
1.13 - De geseling van Jezus 14
1.14 - Jezus wordt ter dood veroordeeld 14
1.15 - Jezus wordt met doornen gekroond 14
1.16 - Barabbas wordt in vrijheid gesteld 15
1.17 - Jezus vergeeft zelfs de grootste zondaars 16
1.18 - Jezus op weg naar de Calvarieberg 17
1.19 - Jezus wordt geholpen bij het dragen van het kruis 18
1.20 - Jezus wordt aan het kruis genageld 19
1.21 - Jezus spreekt zijn laatste woorden uit 19
1.22 - De Verrijzenis van Jezus 20
Deel2 GoddeVaderspreekttotCatalina
overzijngeliefdeZoon 21
Deel3 DeAlleheiligsteMoederbeschrijfthaar
ZevenSmartenaanCatalina 21
Het Kroontje van de Goddelijke barmhartigheid 25
Appendix A: Het Kerkelijk Decreet dat het
Apostolaat van de Nieuwe Evangelisatie machtigt 26
Appendix B: Wat is het ANE en zijn bedieningen? 27
Appendix C: Bericht van het ANE 27
Appendix D: Help het ANE helpen 28
Appendix E: Beschikbare boeken en video's 29
Opdracht:
Aan mijn echtgenoot, mijn ouders, mijn kinderen en mijn broers: Kijk naar de arme, verstoten Jezus en volg Hem.
Aan Carlos, Neiza en Betty, prachtige instrumenten van de Heer.
Aan Lili, die mijn liefde voor het Kruis aanwakkerde.
Aan Silvia, mijn zuster in de zoetste pijn.
Aan Inés en Charo om hun liefde voor de evangelisatie.
Aan het Mary QueenofPeaceCenter(HetMaria,KoninginvandeVredeCentrum)op hun ware en wonderbare weg naar de Heer, door Maria.
Aan Marcos, Stanis en Ricardo, mentors, ladders en stralenbundels voor deze arme secretaresse van de Heer.
Catalina
Vertaald uit de Engelse vertaling van het originele Spaanstalige Imprimatur:
De Aartsbisschop van Cochabamba
Casilia 129
Cochabamba - Bolivië
IMPRIMATUR:
We hebben Catalina's boeken gelezen en we zijn ervan overtuigd dat hun enige bedoeling is ons allen te leiden op een reis van waarachtige spiritualiteit, gegrond in Christus' Evangelie. De boeken belichten tevens de speciale plaats die ingenomen wordt door de Heilige Maagd Maria, ons rolmodel voor het beminnen en het volgen van Jezus Christus, onze Moeder aan wie we ons gehele vertrouwen en onze liefde zouden moeten aanbieden.
Bij het hernieuwen van onze liefde en toewijding aan de Heilige Katholieke Kerk, verduidelijken de boeken ons wat een werkelijk toegewijde christen te doen staat.
Hierom geef ik de toelating tot de uitgave en de verspreiding ervan en hecht er mijn aanbeveling aan als teksten voor meditatie en spirituele oriëntatie, met het doel de oproep van onze Heer om vele zielen te redden te beantwoorden door hen aan te tonen dat Hij een levende God is, vol liefde en barmhartigheid.
Bemin Hem volkomen, Hij die Zich volledig heeft overgeleverd voor jouw liefde. - Clara van Assisi
Deel1 JezusdicteertaanCatalina
Mijn dochtertje, laat jezelf omarmen door mijn meest brandend verlangen dat alle zielen mogen komen om zichzelf te reinigen in het boetewater en dat gevoelens van vertrouwen, niet van angst en mogen doordringen want Ik ben een God van Barmhartigheid en Ik ben altijd bereid hen te ontvangen in mijn Hart.
2) Op die manier zullen wij ons, dag na dag, verenigen in onze geheime liefde. Een miniem vonkje en dan een grote vlam... Enkel de waarachtige Liefde wordt vandaag niet bemind! Zorg dat de Liefde wordt bemind! Maar eerst en vooral, bid, dochtertje, bid veel voor de gewijde zielen die hun enthousiasme en vreugde in de bediening verloren zijn. Bid ook voor die priesters die dat mirakel der mirakelen volbrengen aan het altaar en wiens geloof zwak is.
3) Verlies jezelf in Mij, zoals een waterdruppel in de oceaan... Toen Ik je schiep heb Ik je voorhoofd gekust en je gemerkt met het teken van de uitverkorene. Zoek zielen want er zijn weinigen die Mij beminnen, zoek zielen en prent het beeld van de alles verterende pijn in hun geest . Zonder het te weten staat het mensdom grote gaven te ontvangen.
4) Als je doet wat Ik je vraag ben Ik dichtbij je; het is alsof je die brandende dorst leste die zelfs mijn lippen uitdroogde toen Ik aan het kruis hing.
5) Ik zal zorgen dat Ik aanwezig ben, telkens je met liefde mijn Passie oproept. Ik zal je toestaan verenigd met Mij te leven in de smart die Ik ervoer in Getsemane toen Ik de zonden van de hele mensheid besefte.
6) Wees je daarvan bewust omdat dat Ik weinig schepselen tot deze soort van Passie roep, maar geen enkele van hen begrijpt de uitverkiezing die Ik op hen heb gelegd door hen aan Mij te binden in het pijnlijkste uur van mijn aardse leven.
Deel1.1 JezusbereidtZichvoor
Er zijn zielen die mijn Passie overdenken maar er zijn er weinig die Mijn voorbereiding tot mijn openbaar leven overdenken: mijn eenzaamheid!
2)De veertig dagen die Ik op de berghelling doorbracht waren de meest zorgelijke van mijn Leven omdat Ik die volledig alleen doorbracht, terwijl Ik mijn Geest voorbereidde op wat moest komen. Ik leed honger, dorst, ontmoediging en verbittering. Ik wist dat mijn Offer zinloos zou zijn voor die mensen omdat ze Mij zouden afwijzen. In die eenzaamheid stelde Ik vast dat noch mijn nieuwe Leer, noch mijn offers en wonderen het Joodse volk zouden kunnen redden die godsmoordenaars zouden worden.
3)Desalniettemin moest ik mijn plicht volbrengen, de goddelijke Zending. Ik moest eerst mijn Zaad achterlaten en later moest Ik sterven. Hoe triest is dat als je 't bekijkt vanuit menselijk standpunt!
4)Ik was tevens een mens en Ik voelde droefheid en smart. Ik voelde Me heel erg alleen! Ik kastijdde mijn Lichaam door te vasten en mijn Geest door gebed. Ik bad voor de hele mensheid die Mij zou afwijzen, die Mij zo dikwijls zou offeren...
5)Zoals elke andere sterfelijke werd Ik bekoord en Satan was uiterst nieuwsgierig naar wie die man was die zo alleen en verlaten bleef.
6)Overdenk alles wat Ik te lijden had om de mens te redden, om in zijn hart te kunnen heersen om zijn toegang tot mijn Vaders Koninkrijk mogelijk te maken.
Deel1.2 - HetPaasmaal
Laten wij nu naar het verhaal van mijn Passie gaan... Het verhaal dat eer zal brengen aan de Vader en heiligheid aan andere uitverkoren zielen...
2)De avond voordat Ik werd overgeleverd was een avond vol vreugde wegens het Paasmaal, de instelling van het eeuwige banket waar menselijke wezens moeten aanzitten om zich te voeden met Mij.
3)Als Ik de christenen zou vragen: Wat denken jullie van dit Avondmaal? , dan zouden velen zeggen dat het de plaats is van hun verrukking maar weinigen zouden zeggen dat het mijn verrukking is... Er zijn zielen die de Communie nuttigen, niet voor de vreugde die zij ervaren maar voor de vreugde die Ik voel; ze zijn met weinigen omdat de rest van hen enkel tot Mij komen om gaven en gunsten te vragen.
4)Ik omarm alle zielen die naar Mij komen omdat Ik naar de aarde kwam om de liefde waarmee Ik hen omarm te laten groeien. En aangezien de liefde niet onbezorgd groeit haal Ik beetje bij beetje de zoetheid weg om de zielen achter te laten in dorheid. En dat is zo dat ze zich van zichzelf onthouden om hun licht gefocust te houden op een ander verlangen: het mijne.
5)Waarom spreek je over dorheid alsof dat een teken was van de verzwakking van mijn Liefde? Ben je vergeten dat je, als Ik geen opgewektheid geef, je dorheid en andere zorgen moet proeven?
6)Kom tot Mij, zielen, maar bedenk dat Ik diegene ben die over alles beschikt en jullie aanspoort Mij te zoeken. Als jullie alleen maar wisten hoezeer Ik onzelfzuchtige liefde op prijs stel en hoezeer die in de hemel zal gewaardeerd worden! O, hoe buitengewoon zal de ziel die haar bezit zich verheugen!
7)Leer van Mij, dierbare zielen, enkel te beminnen om vreugde te geven aan Hij die van jullie houdt... Jullie zullen zoetheid hebben en veel meer dan wat jullie achterlaten; jullie zullen zoveel kunnen genieten van alles waartoe Ik jullie in staat heb gesteld. Ik ben het die het Banket voor jullie heb klaargemaakt. Ik ben het voedsel! Hoe kan Ik jullie dan aan mijn tafel laten zitten en jullie laten vasten? Ik heb jullie beloofd dat eenieder die van Mij eet nooit meer honger zal hebben... Ik maak gebruik van de dingen om mijn Liefde aan jullie te openbaren. Volg hen die geroepen zijn om als mijn priesters voor jullie op te treden, die gebruik maken van dit Paasfeest om jullie naar Mij te leiden maar talm niet bij wat menselijk is, anders zullen jullie het andere doel van dit feest teniet doen.
8)Niemand kan zeggen dat mijn Avondmaal zijn voedsel geworden is als hij enkel zoetheid ondervindt... Voor Mij groeit liefde door zelfverloochening.
9)Velen zijn priesters omdat Ik wenste van hen mijn bedienaars te maken, niet omdat ze Mij daadwerkelijk volgen... Bid voor hen! Ze zouden mijn Vader het verdriet moeten offeren dat Ik voelde toen Ik in de tempel de tafels van de kooplui omgooide en Ik de bedienaars van toen verweet dat ze van Gods huis een rovershol hadden gemaakt.
10)Toen ze Me vroegen onder welke bevoegdheid Ik dat had gedaan, voelde Ik een nog groter verdriet door de bevestiging dat de zwaarste verloochening van mijn Zending juist van mijn bedienaars kwam.
11)Daarom, bid voor mijn priesters die mijn Lichaam behandelen met een gevoel van gewoonte, en daarom met zeer weinig liefde.
12)Je zal dra weten dat Ik je dit moest vertellen omdat Ik je bemin en omdatIkkwijtscheldingvanalleverschuldigdetijdelijkestraffenbeloofaaniedereendievoormijnpriestersbidt.ErzalgeenVagevuurzijnvoorhendietreurenomwillevanlauwepriestersmaarveeleerhetParadijsonmiddellijknahunlaatsteadem.
13)Laat Mij je nu opnieuw omarmen zodat je het leven kunt ontvangen waarvan Ik je, met oneindige vreugde deelgenoot maakte.
14)Die avond, met oneindige liefde, waste Ik mijn apostelen de voeten omdat dat moment het hoogtepunt was waarop Ik mijn Kerk aan de wereld zou voorstellen.
15)Ik wilde dat mijn zielen beseften dat, zelfs al zijn ze bezwaard met de grootste zonden, ze niet worden uitgesloten van genaden. Ze zijn dichtbij mijn meest getrouwe zielen, ze zijn in mijn Hart en ontvangen de genaden die ze nodig hebben.
16)Welk leed ondervond Ik op dat ogenblik, wetende dat mijn apostel Judas zovele zielen vertegenwoordigde die zich verzamelden bij mijn voeten en die zo dikwijls met mijn Bloed gereinigd waren toch zouden ze verloren gaan! Op dat ogenblik wilde Ik de zondaars leren dat, omdat ze gezondigd hebben, ze zich niet van Mij moeten verwijderen omdat ze denken dat ze geen toevlucht meer hebben en ze nooit meer zo geliefd zouden worden als voordat ze zondigden. Arme zielen! Dat zijn niet de gevoelens van een God die al zijn Bloed voor jullie heeft gelaten. Komt tot Mij, jullie allen en weest niet bang omdat Ik van jullie hou. Ik zal jullie reinigen met mijn Bloed en jullie zullen wit als sneeuw zijn. Ik zal jullie zonden verdrinken in het water van mijn Genade en niets zal in staat zijn de Liefde die Ik voor jullie voel aan mijn Hart te ontrukken.
17)Mijn geliefde, Ik heb jou niet tevergeefs gekozen, beantwoord mijn uitverkiezing met grootmoedigheid. Wees trouw en standvastig in het geloof. Wees gedwee en nederig zodat anderen de grootsheid van mijn Nederigheid mogen kennen.
Deel1.3 Jezus bidt in de tuin
Niemand gelooft echt dat Ik bloed zweette die nacht in Gethsemane, en weinigen geloven dat Ik toen veel meer leed dan bij de kruisiging. Het was droeviger omdat het duidelijk aan Mij geopenbaard was dat de zonden van iedereen de mijne waren gemaakt en dat Ik voor elke daarvan verantwoording moest afleggen. Zodoende, onschuldig als Ik was, legde Ik verantwoording af tegenover de Vader alsof Ik werkelijk schuldig was aan oneerlijkheid en Ik, zuiver als Ik was, legde verantwoording af tegenover de Vader alsof Ik bevlekt was met alle onzuiverheden door jullie bedreven, mijn broeders en zusters. Jullie onteren God die jullie geschapen heeft om instrumenten te worden van de grootsheid van de schepping en niet af te dwalen van de natuur die jullie gegeven is met het doel dat hij geleidelijkaan het voorkomen zou krijgen van de zuiverheid in Mij, jullie Schepper.
2)Derhalve was Ik een dief, een moordenaar, een overspelige, een leugenaar, een heiligschenner, een lasteraar, een kwaadspreker en een rebel gemaakt voor de Vader die Ik altijd heb liefgehad.
3)Het was net dat contrast tussen mijn Liefde voor de Vader en zijn Wil die er de oorzaak van was dat Ik bloed zweette. Maar Ik gehoorzaamde tot het einde en uit liefde voor iedereen, Ik bevlekte Mezelf met de schande zodat Ik de Wil van de Vader kon doen en jullie redden van de eeuwige verdoemenis.
4)Bedenk hoeveel bovenmenselijk lijden Ik die nacht heb doorstaan, geloof Me, niemand kon zulke angst verzachten omdat, integendeel, Ik zag hoe elk van jullie zichzelf eraan toewijdde, op elk moment, de dood die Mij gegeven was wreder te maken wegens de overtredingen waarvoor Ik het volledige losgeld heb betaald. Ik wil dat het nogmaals geweten is hoe Ik van alle mensen hield in dat uur van verlatenheid en onbeschrijfelijke droefheid.
Deel1.4 Jezus stelt de H. Eucharistie in
HetverlangendatdezielenreinzoudenzijnalszeMijontvangeninhetSacramentvandeLiefde,leiddeertoedatIkdevoetenvanmijnapostelenwaste. Ik deed het ook om het Boetesacrament uit te beelden, waarin de zielen die de tegenslag hebben gehad in zonde te vallen, zich kunnen wassen en hun verloren zuiverheid kunnen terugwinnen.
2)Bij het wassen van hun voeten wilde Ik de zielen die apostolische taken hebben leren zichzelf te vernederen en de zondaars en alle zielen die aan hen toevertrouwd zijn met tederheid te behandelen.
3)Ik wikkelde Mezelf in linnen om hen te leren dat, om succesrijk te zijn met zielen, men zichzelf moet omgorden met vernedering en zelfverloochening. Ik wilde hen wederzijdse liefdadigheid leren en hoe de fouten die ze vaststelden bij hun naaste gereinigd zouden moeten worden, ze te verhullen en hen altijd te vergeven zonder ooit hun fouten te onthullen. Het water dat Ik over de voeten van mijn apostelen uitgoot was een afspiegeling van de ijver die mijn Hart verteerde bij het verlangen om de mensheid te redden.
4)Op dat ogenblik was de liefde die Ik voor de mensheid voelde eindeloos en Ik wilde ze niet verweesd achterlaten... Om met jullie te leven tot het einde der tijden en om jullie mijn Liefde te tonen wilde Ik jullie adem zijn, jullie leven, jullie steun, jullie alles! Dan zag Ik alle zielen die, in de loop der tijden, gevoed zouden worden door mijn Lichaam en Bloed en Ik zag alle goddelijke resultaten die deze voeding zou teweeg brengen in vele zielen...
5)Dat onbevlekte Bloed zou zuiverheid en maagdelijkheid voortbrengen in vele zielen; in andere zou het het vuur van liefde en ijver ontsteken. Vele martelaren van liefde verzamelden zich op dat ogenblik voor mijn ogen en in mijn Hart! Vele andere zielen, nadat ze vele en ernstige zonden hadden bedreven en verzwakt waren door de kracht van hartstochten, zouden naar Mij toe komen om hun kracht te vernieuwen met het Brood van de sterken!
6)Hoezeer zou Ik de gevoelens van mijn Hart aan alle zielen willen kenbaar maken! Hoezeer verlang Ik ernaar dat ze de Liefde die Ik voor hen voelde in het Cenakel, toen Ik de Eucharistie instelde, zouden kennen. Niemand kon op dat moment doordringen tot de gevoelens in mijn Hart gevoelens van liefde, vreugde, tederheid... Maar ook de bitterheid die mijn Hart binnendrong was immens.
7)Ben jij misschien goede grond voor de constructie van een prachtig gebouw? Ja en neen... Ja, wegens de gaven die Ik sinds je geboorte voor jou heb bereid; neen, wegens de manier waarop je ze gebruikt hebt. Denk je dat je grond volstaat in verhouding tot de constructie van het gebouw dat Ik opricht? O, het is erbarmelijk! Toch, spijts alle tegengestelde elementen die in jou bestaan, zullen mijn berekeningen niet falen omdat Ik deskundig ben in het kiezen van wat minderwaardig is voor het doel dat Ik voor ogen heb. Ik maak nooit een fout omdat Ik deskundigheid en liefde gebruik. Ik ben steeds bezig met bouwen zonder dat jij je ervan bewust bent. Je eigen verlangen te weten wat Ik aan het doen ben helpt Mij om jou te bewijzen dat je niets kunt doen en niets weten zonder dat Ik het verlang...
8)Het is tijd om te werken; vraag Me niets want er is iemand die aan jou denkt.
9)Ik wil aan mijn zielen vertellen over de bitterheid, de enorme smart die mijn Hart vulde die nacht. Alhoewel mijn vreugde groot was om de mensheid te vergezellen tot het einde der tijden en om het Goddelijke Voedsel voor de zielen te worden en om te zien hoevelen Mij zouden eren met aanbidding, liefde en herstel, was de droefheid groot die Mij veroorzaakt werd door het zien van al die zielen die Mij gingen verlaten bij het Tabernakel en hoevelen mijn aanwezigheid in de Eucharistie zouden betwijfelen.
10)In hoeveel harten, bevlekt, onzuiver en helemaal verscheurd door zonde zou Ik moeten binnengaan! En hoeveel ontheiligd Vlees en Bloed zou de reden worden van de veroordeling van zoveel zielen! Je kan de manier waarop Ik alle heiligschennissen, beledigingen en vreselijke gruwels zag die tegen Mij zouden bedreven worden... de vele uren die Ik eenzaam zou doorbrengen in de Tabernakels. Hoeveel lange nachten! Hoeveel menselijke wezens zouden de liefdevolle oproepen die Ik tot hen richtte verwerpen.
11)Uit liefde voor de zielen blijf Ik een gevangene in de Heilige Eucharistie, zodat ze in hun eigen ellende en zorg getroost worden door het tederste van alle harten, door de beste van alle vaders, door de meest loyale vriend. Maar die Liefde, die verbruikt wordt ten bate van de mensheid zal niet beantwoord worden.
12)Ik leef onder de zondaars om hun redding en hun leven te zijn, hun dokter en medicijn; en toch, spijts hun zieke aard, nemen zij, op hun beurt, afstand van Mij. Ze beledigen en misprijzen Mij!
13)Mijn kinderen, arme zondaars! Verwijder jullie niet van Mij. Ik wacht op jullie, dag en nacht, in het Tabernakel. Ik zal jullie je misdaden niet verwijten; Ik zal jullie je zonden niet in het gezicht gooien. Wat Ik zal doen is jullie wassen met het bloed van mijn wonden. Wees niet bang, kom naar Mij toe. Jullie weten niet hoeveel Ik van jullie houd.
14)En jullie, dierbare zielen, waarom zijn jullie koud en onverschillig voor mijn Liefde? Ik weet dat jullie aandacht moeten besteden aan de noden van jullie familie, je thuis en de wereld die voortdurend beslag op jullie legt. Maar is het mogelijk dat jullie niet een moment hebt om te komen en Mij een bewijs te geven van jullie liefde en dankbaarheid? Sta niet toe dat jullie meegesleept worden door zoveel nutteloze zorgen, hou een moment van jullie tijd vrij om de Gevangene van de Liefde te bezoeken. Als jullie lichaam ziek is, kunnen jullie dan niet een paar minuten vinden om de Dokter te zoeken die jullie moet genezen? Kom naar Hem toe die de kracht en de gezondheid van de ziel kan herstellen. Geef aalmoezen van liefde aan die goddelijke Bedelaar die jullie roept, die jullie wil en die op jullie wacht.
15)Deze woorden zullen de uitwerking van een grote waarheid in de zielen teweegbrengen. Ze zullen doordringen tot families, scholen, religieuze congregaties, hospitalen, gevangenissen en veel zielen zullen zich overleveren aan mijn Liefde. Mijn grootste zorgen komen van de zielen van priesters en kloosterzusters.
16)Op het ogenblik dat Ik de Eucharistie instelde zag Ik al de bevoorrechte zielen die gevoed zouden worden met mijn Lichaam en mijn Bloed en de uitwerking die dat in hen zou hebben.
17)Voor sommigen zou mijn Lichaam een remedie zijn voor hun zwakte. Voor anderen een vuur dat erin zou slagen hun ellende te verbranden en hen aan te steken met liefde. Ah!... Die zielen die voor Mij verzameld zijn zullen een enorme tuin zijn waarin elke plant een andere bloem voortbrengt maar ze zullen Mij alle verrukken met hun geur. Mijn Lichaam zal de zon zijn die hen doet opleven, Ik zal dichtbij sommigen komen om getroost te worden, bij anderen om Me te verbergen, in anderen zal Ik rusten. Als jullie maar zouden weten, geliefde zielen, hoe gemakkelijk het is om de ene God te troosten, te verbergen en Hem rust te geven.
18)Deze God die je bemint met eindeloze Liefde, nadat Hij je bevrijd heeft van de slavernij van de zonde, heeft in jou de onvergelijkbare genade van de religieuze roeping gezaaid. Op een mysterieuze manier heeft Hij je in de tuin van zijn verrukkingen gebracht. Deze God, je Verlosser, is je Echtgenoot geworden. Hijzelf voedt je met zijn Lichaam, zo zuiver en met zijn Bloed lest Hij je dorst. In Mij zul je rust en geluk vinden.
19)O, dochtertje! Waarom is het dat zoveel zielen, nadat ze vervuld waren met zoveel zegeningen en liefkozingen, de oorzaak moeten zijn van zo'n droefheid in mijn Hart? Ben Ik niet steeds dezelfde? Is het mogelijk dat Ik veranderd ben voor jou? ... Neen! Ik zal nooit veranderen en Ik zal je liefhebben met voorliefde en tederheid tot het eind der tijden.
20)Ik weet dat je vol ellende bent, maar dat zal je mijn tederste blikken niet onthouden en Ik wacht verlangend op jou, niet alleen om je ellende te verzachten maar ook om je te vullen met mijn zegeningen.
21)Als Ik om je liefde vraag, onthoud ze Mij niet. Het is zeer gemakkelijk van die Ene te houden die zelf de Liefde is. Als Ik je om iets vraag waaraan je natuur zeer gehecht is, dan geef Ik je zowel de genade als de kracht die nodig zijn, zodat je Mijn troost kunt zijn. Sta Mij toe in jullie zielen te komen, als je daarin niets kunt vinden dat Mij waardig is, zeg Me dan met nederigheid en vertrouwen: Heer, U ziet reeds de vrucht die deze boom voortbrengt. Kom en zeg me wat ik moet doen, zodat ik vanaf nu de vrucht mag dragen waarnaar U verlangt.
22)Als de ziel Mij dat zegt met het oprechte verlangen haar liefde voor Mij te bewijzen, dan zal Ik antwoorden: Lieve ziel, sta Mij toe dat Ik zelf je liefde ontwikkel...
23)Ken je de vruchten die je zal verwerven? De overwinning over je karakter zal je beledigingen wijzigen, ze zal verzoening brengen voor je fouten. Als je niet ontstemd bent als je gecorrigeerd wordt en het blijmoedig aanvaardt, zal je het mogelijk maken dat zielen die verblind zijn door trots zichzelf vernederen en vergiffenis te vragen.
24)Dat is wat Ik in je ziel zal doen als je me toestaat vrijuit te werken. De tuin zal niet onmiddellijk bloeien, maar je zult een grote troost zijn voor mijn Hart.
25)Dat alles trok aan Mij voorbij toen Ik de Eucharistie instelde en het verlangen om zielen te voeden in Mij was ontbrand. Ik zou niet op de aarde blijven om met perfecte wezens te leven, veeleer om de zwakken te steunen en de kinderen te voeden... Ik zou ze doen groeien, hun zielen versterken en rusten in hun ellende en hun goede verlangens zouden Me troosten.
26)Maar onder mijn uitverkorenen zijn er zielen die Mij bezorgd maken. Zullen ze allen volharden? Dat is de kreet van pijn die aan mijn Hart ontsnapt; dat is de weeklacht die Ik wil dat de zielen horen.
27)De Eeuwige Liefde is op zoek naar zielen die nieuwe dingen kunnen zeggen over oude, reeds bekende waarheden. De Oneindige Liefde wil in de boezem van de mensheid een rechtbank van pure Genade scheppen, niet van recht. Het is daarom dat de boodschappen zich vermenigvuldigen over de wereld. Eender wie ze begrijpt, bewondert hun werk, profiteert ervan en maakt dat anderen er evenzeer voordeel van hebben. Eender wie ze niet begrijpt, blijft een slaaf van de geest die sterft en veroordeelt.
28)Tot deze laatsten richt Ik mijn woord van verdoemenis omdat zij mijn Goddelijk Werk hinderen en zij medeplichtigen van de duivel worden.
29)Welke listigheid veroorzaakt druk op hun kinderachtige geesten als ze veroordelen en verdrukken wat niet van miserabele schepselen voortkomt maar van de Schepper? Aan hen die Ik kleintjes heb genoemd, openbaar Ik mijn kennis, die Ik anderzijds verberg voor de verwaanden.
30)Ziel, sta Mij toe Mezelf in jou uit te gieten. Word een klep van mijn Hart want er is geen gebrek aan diegenen die mijn Liefde onderdrukken.
Deel1.5 Jezus doet de Wil van de Vader
Van mijn Passie wil Ik boven alles in overweging nemen de bitterheid die Ik ervoer, veroorzaakt door mijn kennis van de zonden die de geesten van mannen en vrouwen verduisteren en hen tot dwalingen brengen. Meestal worden deze zonden aanvaard als het resultaat van natuurlijke neigingen waartegen, naar gezegd wordt, de eigen wil niet opgewassen is. Vandaag de dag leven er velen in zware zonde, waarvoor zij anderen of het lot beschuldigen zonder dat zij de mogelijkheid hebben eraan te ontkomen. Dat zag Ik in Gethsemane en Ik kende het grote kwaad dat mijn Ziel zou opnemen. Zovelen gaan op die manier teloor en hoe leed Ik voor hen!
2)Bijgevolg, door mijn voorbeeld hun voeten te wassen en door hun voedsel te worden, leerde Ik mijn apostelen elkaar wederzijdse steun te geven. Het uur kwam dichterbij waartoe de Zoon van God mens geworden was en Verlosser van het menselijke ras; waarvoor Hij zijn Bloed zou storten en zijn leven geven voor de wereld.
3)Op dat moment wilde Ik in gebed zijn en Mezelf overleveren aan de Wil van mijn Vader... Het was toen dat mijn Wil als mens mijn natuurlijke weerstand overwon tegen het grote lijden dat Mij door Onze Vader was bereid, waardoor Hij mogelijk nog meer bedroefd was dan Ikzelf. Dan, onder deze verloren zielen, heb Ik mijn eigen Ziel overgeleverd tot herstel van dat wat reeds ontaard was geworden. Mijn Almacht kan alles verwezenlijken, maar ze verlangt een minimum waaraan zij de rest kan toevoegen. En die minimale behoefte bied Ik aan met oneindige liefde.
4)Mijn Passie... Wat een afgrond van bitterheid zit daarin opgesloten!
5)Hoezeer verwijderd van de waarheid zijn zij die ze menen te kennen en enkel denken aan het vreselijke lijden van mijn Lichaam!
6)Mijn dochter, Ik heb voor jou nog andere taferelen gereserveerd van de intieme tragedies die Ik heb beleefd en die Ik met jou wil delen omdat jij een van diegenen bent die de Vader Mij heeft toegewezen in de tuin.
7)Geliefde zielen, leer van jullie Voorbeeld dat het enige wat nodig is, zelfs als jullie natuur daartegen in opstand komt, is jullie nederig onderwerpen en overleveren om Gods Wil te volbrengen.
8)Ik wilde de zielen ook leren dat elke belangrijke actie moet voorafgegaan worden en verlevendigd door het gebed want daardoor wordt de ziel gesterkt voor de moeilijkste taak en communiceert God met haar en adviseert en inspireert haar, ook als de ziel dat niet aanvoelt.
9)Ik trok Mij terug in de tuin met drie van mijn discipelen, om hen te onderwijzen dat de drie vermogens van de ziel hen zouden moeten vergezellen en hen helpen bij het gebed.
10)Herinner je, met je geheugen, de goddelijke weldaden, de voortreffelijkheden van God: zijn Goedheid, zijn Macht, zijn Genade en de Liefde die Hij voor jou heeft. Onderzoek vervolgens, met begrip, hoe je zult kunnen tegemoetkomen aan de wonderen die Hij voor jou heeft verricht... Sta toe dat je wil je ertoe beweegt, voor God, het meeste en het beste te doen om je te wijden aan het heil van de zielen, hetzij door middel van je apostolische werken, hetzij in je nederig en verborgen leven in je afzondering en stilte, door middel van het gebed.
11)Buigt nederig als schepselen in de aanwezigheid van jullie Schepper en aanbidt de plannen die Hij met jullie heeft - wat ze ook mogen zijn door jullie wil te onderwerpen aan de goddelijke Wil.
12)Op die manier bood Ik Mezelf aan om het werk van de Verlossing van de wereld uit te voeren. Ach! Wat een ogenblik was dat, toen Ik alle martelingen die Ik zou moeten lijden gedurende mijn Passie, over Mij heen voelde komen: de laster, de beschuldigingen, de geseling, de schoppen, de doornenkroon, de dorst, het Kruis...
13)Dat alles trok aan mijn ogen voorbij, tegelijkertijd met een intense pijn die mijn Hart kwetste: de beledigingen, de zonden, de kwellingen die bedreven zouden worden in de loop van de tijd. En Ik zag ze niet alleen maar Ik voelde Mij overdekt met al die verschrikkingen en op die manier bood Ik Mezelf aan mijn hemelse Vader aan om Genade af te smeken.
14)Mijn dochtertje, Ik bood Mezelf aan als een lelie om zijn boosheid te kalmeren en zijn toorn te bedaren. Niettemin, met zoveel misdaden en zoveel zonden ervoer mijn menselijke natuur een doodsangst tot het zweten van bloed toe.
15)Is het mogelijk dat deze smart en dit Bloed nutteloos zijn voor zoveel zielen?... Mijn Passie was de oorsprong van mijn Liefde. Als Ik het niet had gewild, wie was dan in staat geweest Mij aan te raken? Ik wilde het en om dit te verwezenlijken maakte Ik gebruik van de wreedsten onder de mensen.
16)Vooraleer te lijden kende Ik bij Mezelf al het lijden en kon Ik het ten volle inschatten. Toch, als Ik wenste te lijden, bovenop de volle kennis en het besef, had Ik de menselijke gewaarwording van alle lijden. Ik aanvaardde ze alle.
17)Als Ik over mijn Passie spreek kan Ik niet zozeer in detail gaan. Andere keren heb Ik dat wel gedaan en jullie kunnen het niet begrijpen, omdat jullie, wegens jullie menselijke aard de enorme omvang van de pijnen die Ik heb geleden niet zouden kunnen vatten.
18)Ja, Ik licht jullie in maar Ik blijf binnen een limiet die jullie niet kunnen overschrijden. Enkel aan mijn Moeder maakte Ik alles kenbaar dat met Mij te maken had, en het is daarom dat Zij er meer onder heeft geleden dan eender wie.
19)Maar vandaag zal de wereld meer weten dan Ik totnogtoe heb toegestaan, omdat mijn Vader het zo wenst. Daarom ontspruit een straal van liefde in mijn Kerk aan de gezamenlijke lotgevallen die Mij van de tuin naar de Calvarie brachten. Meer dan aan een ander heb Ik mijn Passie verduidelijkt aan de geliefden die met Mij in de tuin waren. Ze zijn in staat dingen te melden die geschikt zijn voor de geest van hen die vandaag onderweg zijn. En als ze dat kunnen, moeten ze het ook doen. Schrijf daarom alles op wat Ik je vertel, kleintje, voor jezelf en voor vele anderen, voor de vertroosting van de zielen en voor de Heilige Drievuldigheid die verlangt dat mijn Lijden in Gethsemane bekend zij.
20)Mijn ziel is bedroefd tot de dood. Terwijl de droefheid van fysieke ziekte de oorzaak kan worden van de dood, bestond de droefheid van de geest die Ik wenste te ervaren uit de volledige afwezigheid van Goddelijke invloed en de verscheurende aanwezigheid van de oorzaken van mijn Passie.
21)In mijn Geest, die in doodsangst verkeerde, waren al de redenen aanwezig die Mij ertoe aanzetten liefde naar de aarde te brengen. In de eerste plaats waren er de beledigingen tegen mijn lijdende Goddelijkheid als mens, met het medeweten van God zelf. Je kan niets gelijkaardigs vinden aan deze vorm van lijden, want de zondige mens begrijpt, met mijn licht, het deel dat met hem overeenstemt en dikwijls, onvolmaakt, ziet hij niet hoe de zonde er voor Mij uitziet. Daarom is het duidelijk dat enkel God kan weten wat een belediging tegen Hem is.
22)Desalniettemin zou de Mensheid aan de Godheid een volledig besef, de waarachtige smart en berouw moeten kunnen aanbieden; en Ik kan dat doen, telkens Ik dat wil, precies door mijn besef te offeren dat in Mij, Mens, is bewerkt door de vermenselijking van de belediging tegen God.
23)Dat was mijn wens: dat de berouwvolle zondaar, door Mij, zou weten hoe hij het besef van de belediging die hij bedreven had, aan zijn God moest aanbieden en dat Ik, in mijn Goddelijkheid, eveneens van de mens het volle besef zou kunnen ontvangen van wat tegen Mij bedreven is.
24)Genoeg voor vandaag. Je weet niet hoezeer je Me troost als je jezelf aan Mij overlevert in volledige overgave. Niet elke dag kan Ik tot de zielen spreken... Sta Me toe dat Ik voor hen mijn geheimen aan jou vertel!... Sta Me toe dat Ik van je dagen en je nachten gebruik maak!
25)Ik was dodelijk bedroefd omdat Ik op iedere plaats de enorme opeenstapeling van beledigingen kon zien en, als Ik dan al een dood zonder gelijke had ervaren, wat heb Ik dan niet ervaren voor het geheel van al die schulden? Dodelijk bedroefd is mijn Ziel... met een droefheid die in Mij het verlies van al mijn kracht tot gevolg had; met een droefheid die als middelpunt de goddelijkheid had waarnaar in Mij de vloed van de schulden samenstroomde en de stank van de zielen, bedorven door allerlei zonden. Daarom was Ik tezelfdertijd het doelwit en de pijl. Zoals God, het doel; zoals de mens, de pijl; wat dat betreft had Ik alle zonden geabsorbeerd om te verschijnen voor mijn Vader als de enige zondaar. Er kon geen grotere droefheid dan deze bestaan en Ik zou ze alle verzamelen, voor de liefde van de Vader, tot genade voor jullie allen.
26)Het oog van de mens dwaalt tevergeefs over de betekenis van deze woorden die mijn gehele wezen bevatten, als God en als Mens, als hij zich niet herstelt wat dit betreft. Kijk naar Mij op die manier, in die gigantische geestelijke gevangenis. Verdien Ik geen liefde als Ik zo erg geworsteld en geleden heb? Verdien Ik het niet dat de schepping van Mij gebruik maakt als van een eigendom, omdat ze weet dat Ik Mij helemaal aan haar heb gegeven, zonder enige terughoudendheid? Drinkt allen uit mijn onuitputtelijke bron van goedheid; drinkt! Ik bied jullie mijn verdriet in de tuin, geef Mij jullie verdriet, al jullie verdriet; Ik wil er een tuiltje viooltjes van maken, waarvan de geur steeds naar mijn Godheid gericht zal zijn.
27)Vader, als het mogelijk is, laat deze kelk aan Mij voorbijgaan, maar niet mijn wil, maar de uwe geschiede. Zo sprak Ik op het hoogtepunt van bitterheid, toen de last die Mij bezwaarde zo bloedig was geworden dat mijn Ziel zich in de meest onwaarschijnlijke duisternis bevond. Zo sprak Ik tot de Vader omdat Ik, toen Ik alle schuld op Mij had genomen, Ik Me voor Hem had aangeboden als de enige zondaar tegen wie zijn gehele goddelijke Gerechtigheid zich ontlaadde. En, omdat Ik Me verstoken voelde van mijn goddelijkheid, verscheen enkel de mensheid voor Mij.
28)Neem van Mij weg, o Vader, deze uiterst bittere kelk die U Me aanbiedt en die Ik, toen Ik op deze wereld kwam, zonder beperking heb aanvaard omwille van uw Liefde. Ik ben op een punt aanbeland waar Ik zelfs Mezelf niet herken. U, o Vader, hebt van de zonde iets als mijn erfenis gemaakt en dat maakt mijn aanwezigheid tegenover U onverdraaglijk, U die Mij liefhebt. De ondankbaarheid van de menselijke wezens is Mij reeds bekend maar hoe kan Ik het verdragen Mezelf alleen te zien? Mijn God, heb medelijden met de grote eenzaamheid waarin Ik Me bevind! Hoelang nog wilt U Me zo eenzaam achterlaten? Welke baat is er dan in zulke afzondering? Waarom ranselt U Mij toch zozeer? En als U Me van U verwijderd houdt, voel Ik dat Ik afdaal in zulk een kloof dat Ik er niet in slaag uw hand te herkennen in een zo tragische situatie. Het Bloed dat uit mijn Lichaam stroomt geeft U getuigenis van mijn vernietiging onder uw machtige hand...
29)Daarom heb Ik gehuild, daarom viel Ik neer. Doch, dan ging Ik verder: het is billijk, Heilige Vader, dat U met Mij doet alles wat U wenst. Mijn leven is niet het mijne, het behoort U volledig toe. Ik wil dat niet mijn Wil geschiede maar de uwe. Ik heb een kruisdood aanvaard; Ik aanvaard evenzo de kennelijke dood van mijn Goddelijkheid.
30)Het is billijk. Dat alles moet Ik U geven en, boven alles, moet Ik U de holocaust van de Goddelijkheid opdragen die, onverhinderd, Mij verenigt met U. Ja, Vader, Ik bevestig, met het bloed dat U ziet, mijn schenking; Ik bevestig, met het Bloed, mijn aanvaarding: uw Wil geschiede, niet de mijne.
Deel1.6 Jezus zoekt zijn leerlingen, die slapen
Niettegenstaande alles, de enorme last en de vreselijke uitputting, samen met het zweten van Bloed, was Ik zodanig terneergeslagen dat Ik Me, toen Ik ging om uit te kijken naar mijn apostelen, ontzettend vermoeid voelde.
2)Petrus, Johannes, Jakobus! Waar zijn jullie dat Ik jullie niet wakende vind? Wordt wakker! Kijk naar mijn gelaat, zie hoe mijn lichaam beeft bij deze verwarring die Ik doorsta! Waarom slapen jullie? Waakt en bidt met Mij want Ik heb bloed gezweet voor jullie!
3)Petrus, uitverkoren leerling, geef je niet om mijn Lijden?... Jakobus, aan jou heb Ik zozeer de voorkeur gegeven, kijk Mij aan en herinner je Mij! En jij, Johannes, waarom laat je je onderdompelen in slaap met de anderen? Jij kunt meer verdragen dan zij... Slaap niet, waak en bid met Mij!
4)Dit is wat Ik verkreeg: Ik zocht vertroosting en Ik vond bittere ontgoocheling. Zelfs zij waren niet met Mij. Waar kon Ik nog heen? Het is waar, mijn Vader gaf Me enkel dat waarnaar Ik Hem wist te vragen, zodat het vonnis van de hele mensheid over Mij zou vallen. Mijn Vader, help Mij! U die alles kunt, help Mij!
5)Ik keerde terug om te bidden als een mens van wie alle hoop weggevallen was en die uitkijkt naar begrip en troost van boven. Maar wat kon mijn Vader doen als Ik vrijwillig had gekozen om voor alles te betalen? De keuze die Ik gemaakt had kon niet gewijzigd worden
6)Opnieuw viel Ik met mijn gelaat ter aarde omwille van de schande van al jullie zonden; opnieuw bad Ik tot mijn Vader dat Hij die kelk van Mij zou wegnemen. Doch Hij antwoordde Mij dat, als Ik hem niet zou drinken, het zou zijn alsof Ik niet op de wereld gekomen was, en dat Ik Mij ermee moest troosten dat veel schepselen zouden deelnemen aan mijn doodsangst in de tuin.
7)Ik antwoordde: Vader, niet mijn Wil geschiede maar de uwe. Deze engel heeft Mij verzekerd van uw Liefde en de korte vreugde die U Mij hebt gezonden heeft een goede uitwerking gehad, zelfs op mijn natuurlijke weerstand. Geef Mij mijn schepselen, zij die Ik heb vrijgekocht. Neem hen Zelf want om Uwentwil aanvaard Ik het. Ik wil U tevreden zien, Ik offer U al mijn lijden en mijn onwrikbare Wil die, in werkelijkheid, niet afwijkt van de uwe omdat Wij altijd Een geweest zijn... Vader, Ik ben ontredderd, maar op die manier zal onze Liefde bekend worden. Uw Wil geschiede, niet de mijne!
8)Ik keerde terug om de discipelen te wekken, want de stralen van de goddelijke Gerechtigheid hadden onuitwisbare sporen in Mij achtergelaten... Ze werden vervuld van ontzetting toen ze Mij zo ontredderd zagen; en wie het meest leed was Johannes. Ik, stom... zij geschokt... Enkel Petrus had de moed te spreken. Arme Petrus, als hij geweten had dat een deel van mijn ontreddering door hem veroorzaakt was!...
9)Ik had mijn drie vrienden meegebracht opdat ze Me zouden helpen door te delen in mijn angst; opdat ze met Mij zouden bidden; zodat Ik kon uitrusten in hen, in hun liefde... Hoe kan Ik beschrijven wat Ik ervoer toen Ik hen slapende vond?
10)Hoe lijdt mijn Hart zelfs vandaag; als Ik vertroosting tracht te vinden bij mijn zielen en Ik hen slapende vind. Meer dan eens, toen Ik hen wilde wekken en hen bevrijden van henzelf, van hun zorgen, antwoordden ze Mij, niet met woorden, met daden: nu kan ik niet, ik ben veel te moe, ik heb teveel te doen, dat schaadt mijn gezondheid, ik heb wat tijd nodig, ik heb wat rust nodig.
11)Ik dring aan en zeg zachtjes tegen die ziel: vrees niet; als je voor Mij deze rust mist zal Ik je belonen. Kom met Mij bidden, al was het maar één uur! Zie dat het op dit ogenblik is dat Ik je zo nodig heb! Als je uitstelt, zal je dan niet te laat zijn? Hoe dikwijls heb Ik datzelfde antwoord niet gehoord!
12)Arme ziel, je bent niet in staat geweest een uur met Mij te waken. Weldra zal Ik komen en je zult Mij niet horen omdat je slaapt... Ik wil je de Genade geven maar, vermits je slaapt, kan je ze niet ontvangen en wie kan je ervan verzekeren dat je nog voldoende kracht zult hebben om te ontwaken?... Het is goed mogelijk dat, verstoken van voedsel, je ziel zal verzwakken en niet zal kunnen ontsnappen aan deze lethargie.
13)De dood heeft vele zielen verrast middenin een diepe slaap; en waar en hoe zijn zij ontwaakt?
14)Dierbare zielen, Ik wil jullie tevens onderrichten hoe nutteloos en ijdel het is vertroosting te zoeken bij schepselen. Hoe dikwijls zijn zij niet in slaap en in plaats van de vertroosting te vinden die Ik bij hen zoek, blijf Ik achter met bitterheid omdat zij onze verlangens en onze Liefde niet beantwoorden.
15)Toen Ik tot mijn Vader bad en om hulp vroeg, leed mijn droevige en hulpeloze Ziel doodsangsten. Ik voelde Mij beklemd door het gewicht van de zwartste ondankbaarheid.
16)Het Bloed dat uit alle poriën van mijn Lichaam vloeide en dat weldra uit al mijn wonden zou stromen, zou nutteloos zijn voor het grote aantal zielen die verloren zouden gaan. Heel wat zouden er Mij beledigen en velen zouden Mij niet kennen!
Later zou Ik mijn Bloed vergieten voor allen en mijn verdiensten zouden aangewend worden voor ieder van hen; heilig Bloed! Oneindige verdiensten!... Nutteloos echter voor zoveel en zoveel zielen...
17)Maar dan was Ik reeds onderweg naar andere dingen en mijn Wil was bereid tot de vervulling van mijn Lijden.
18)Mensen, als Ik geleden heb, was het zeker niet vruchteloos en zonder reden. De vrucht die Ik verkregen heb was de Genade en de Liefde. Het is nu aan jullie om, met Mijn hulp, Mij te tonen dat jullie mijn werk op prijs stellen.
19)Ik word nooit moe! Komt tot Mij! Komt tot Hem die trilt van Liefde voor jullie,
de Enige die weet hoe Hij jullie de echte Liefde moet geven, die heerst in de hemel en die jullie reeds verandert op de aarde.
20)Zielen die mijn dorst proeft: drinkt uit mijn bittere en glorievolle kelk want Ik zeg jullie dat de Vader enkele druppels uit die kelk precies aan jullie voorbehoudt. Denkt eraan dat die weinige druppels Mij zullen onthouden worden en dan, als jullie geloven, zeg Me dan dat jullie ze niet willen. Ik heb geen grenzen gesteld en dat zouden jullie ook niet moeten doen. Ik werd zonder medelijden afgeslacht; jullie zouden moeten toestaan dat Ik, omwille van de Liefde, jullie eigenliefde vernietig.
21)Ik ben degene die in jullie werkt, net zoals mijn Vader in Mij werkte in Gethsemane.
22)Ik ben degene die jullie laat lijden zodat je op een dag je moogt verblijden. Weest nog een tijd volgzaam; weest volgzaam in navolging van Mij, omdat dat jullie veel helpt en Mij zeer behaagt. Jullie zullen niets verliezen, integendeel, jullie zullen aan liefde winnen. Hoe zou Ik feitelijk kunnen toestaan dat mijn geliefden echte verliezen zouden lijden terwijl ze proberen Mij hun liefde te tonen?
23)Ik wacht op jullie. Ik sta steeds op wacht, Ik zal niet moe worden. Komt tot Mij, komt zoals jullie zijn. Dat heeft geen belang, als jullie maar komen. Dan zullen jullie zien dat Ik jullie voorhoofd tooi met enkele druppels van het Bloed dat Ik plengde in Gethsemane, want die druppels zijn van jullie, als jullie ze willen. Kom, ziel, kom naar Jezus die je roept.
24)Ik zei: Mijn Vader; Ik zei niet: Mijn God; het is zo dat Ik jullie wil onderwijzen dat, als jullie hart het meest lijdt, jullie moeten zeggen mijn Vader en Hem om vertroosting bidden. Toont Hem jullie lijden, jullie angst en, met geweeklaag, herinnert Hem eraan dat jullie zijn kinderen zijn. Zegt Hem dat je ziel niet meer aankan! Vraagt met het vertrouwen van kinderen en verwacht dat jullie Vader jullie zal vertroosten en jullie de kracht zal geven die nodig is om die beproeving door te komen van jullie en van de zielen die aan jullie zijn toevertrouwd.
25)Dit is de kelk die Ik aanvaard heb en geledigd tot de laatste druppel. Dat alles om jullie te onderrichten , geliefde kinderen, om niet terug te keren naar te geloven dat dat lijden nutteloos is. Als jullie niet het resultaat zien dat jullie steeds verwachten, zet dan jullie oordeel opzij en sta toe dat de goddelijke Wil in jullie vervuld wordt.
26)Ik zal niet wijken. Integendeel, wetende dat Ik in de tuin was waar ze me zouden aanhouden, bleef Ik daar, Ik wenste niet te vluchten voor mijn vijanden...
27) Mijn dochter, sta toe dat vannacht mijn Bloed de wortels van je kleinheid bevloeit en versterkt.
Nadat Ik door de boodschapper van mijn Vader getroost was geworden, zag Ik dat Judas Mij naderde, gevolgd door al diegenen die Mij zouden grijpen. Ze hadden touwen, stokken en stenen... Ik stapte vooruit en sprak tot hen: Wie zoeken jullie? Terwijl Judas, met zijn hand op mijn schouder, Mij kuste...
2)Hoeveel zielen hebben Mij verkocht en zullen Mij verkopen voor de verachtelijke prijs van een pleziertje, voor een kortstondig en voorbijgaand genoegen... Arme zielen die Jezus zoeken, zoals de soldaten.
3)Zielen die Ik bemin, jullie die tot Mij komen, die Mij ontvangen in jullie boezem, die dikwijls zeggen dat ze Mij beminnen... Zullen jullie Mij niet uitleveren als jullie weggaan, nadat jullie Mij ontvangen hebben? In de plaatsen die jullie vaak bezoeken zijn er stenen die Mij raken: er zijn gesprekken die Mij beledigen en jullie, die Mij vandaag ontvangen hebben, verliezen daar de kostbare blankheid van de Genade.
4)Waarom leveren zielen die Mij kennen, Mij op die manier uit, terwijl ze bij meer dan één gelegenheid zichzelf verheerlijken en zeggen dat ze vroom zijn en liefdadigheid beoefenen? Allemaal zaken die hen in werkelijkheid grotere verdiensten zouden kunnen brengen... Wat anders zijn ze voor jullie dan een sluier om jullie misdaad van het hamsteren van aardse goederen te bedekken?
5)Weest waakzaam en bidt! Vecht zonder ophouden en sta niet toe dat jullie kwade neigingen en gebreken als normaal gaan voorkomen...
6)Kijk, het is nodig dat het gras elk jaar gemaaid wordt, en mogelijk ook tijdens de vier seizoenen; dat het land bewerkt wordt en schoongemaakt, dat het verbeterd wordt en dat het onkruid dat er ontkiemt wordt uitgetrokken.
7)Ook de ziel moet met veel aandacht verzorgd worden en de verwrongen neigingen moeten gerecht worden.
8)Denk niet dat de ziel die Mij verkoopt en die zich overlevert aan zware zonde begonnen is met een zware fout. Meestal begint een grote val met een kleine oorzaak: een voorliefde, een zwakte, een ongeoorloofde toestemming, een plezier dat niet verboden is maar weinig wenselijk... Op die manier wordt de ziel verblind, vermindert de genade, wordt het lijden versterkt en, uiteindelijk, wordt de ziel overwonnen.
9)Begrijp dit: als het bedroevend is van een of andere ziel een belediging en ondankbaarheid te krijgen, des te meer is het zo vanwege mijn uitverkoren en meest beminde zielen. Niettemin kunnen anderen Mij helen en troosten.
10)Zielen die Ik heb gekozen om van jullie mijn rustplaats te maken, de tuin van mijn vreugden, Ik verwacht van jullie veel meer tederheid, veel meer fatsoen, veel meer liefde.
11)Van jullie verwacht Ik dat jullie de balsem zijn die mijn wonden heelt, die mijn bevuild en bevlekt gelaat afvegen... Dat jullie Me helpen om licht te geven aan zovele blinde zielen die Mij in de duisternis van de nacht grijpen en vastbinden om Mij over te leveren aan de dood.
12)Laat Me niet alleen... Ontwaakt en komt, want mijn vijanden zijn er al!
13)Toen de soldaten naderden, zei Ik hen: Ik ben het! Diezelfde woorden herhaal Ik nu tegenover de ziel die op het punt staat toe te geven aan de bekoring: Ik ben het, er is nog tijd en, als je 't wil, zal Ik je vergeven; en, in plaats van dat je Mij bindt met de touwen van de zonde, ben Ik diegene die je bindt met de banden van de liefde.
14)Kom, Ik ben diegene die van je houdt en die zoveel medelijden heeft met je zwakte, degene die met verlangen wacht om je in zijn armen te ontvangen.
15)De episode van mijn gevangenneming, goed bekeken, is zeer belangrijk. Als Petrus die slag niet aan Malchus had toegediend, was Ik niet in staat geweest jullie aandacht te vestigen op de manier waarop Ik wil dat jullie voor Mij vechten.
16)Dan maakte Ik gebruik van een spreekwoord om Petrus te vermanen en aan Malchus zijn oor terug te geven, omdat Ik niet van geweld hou, de Heer van de vrijheid zijnde. Maar noteer daarbuiten nog dat Ik tegen Petrus het besliste verlangen uitte dat mijn Passie zou worden vervuld, en Ik liet hem erover nadenken dat de Vader, zo Hij dat wilde, Mij had kunnen laten verdedigen door mijn engelen.
17)Zie je hoeveel dingen er zijn in een enkele episode? Maar het belangrijkste is juist de les die Ik moest geven aan jullie allen over de strijd tegen jullie vijanden. Wie als Mij is, handelt zo: hij laat zich door hen die hem omringen leiden waarheen zij dat wensen, omdat hem kracht zal gegeven worden op momenten dat de wereld (de mens) - omwille van de menselijke ervaring, omwille van de sluwheid van de eigenliefde - het niet verwacht.
18)Nee, eenieder die is als Ik zal ongekende maar sterke krachten vinden, ontvangen om boven zijn heersers te staan door daar te blijven waar hij geplaatst is. Mijn ware leerling doet de meest onwaarschijnlijke dingen, zonder in het minst mijn plan voor hem te onderbreken. De wereld geeft toe aan eigenaardigheden, om uit te blinken en zijn eigen superioriteit te demonstreren. Dat is de geest die Ik bestreden heb en overwonnen. Daarom zeg Ik jullie standvastig te blijven, omdat, daar Ik hem overwonnen heb, deze wereld nu niets meer kan ondernemen om jullie eenheid met Mij te schaden, voor zover jullie je niet met de wereld verenigen, want dan moeten jullie de gevolgen ondergaan, met een verzwarende omstandigheid. Gezien Ikzelf Mij verzet tegen een overwinning met de wapens van de wereld, zul je dikwijls de wereld en Mij als tegenstanders hebben; de wereld omwille van zijn eigenliefde, en Mij omwille van de zuivere Liefde, omwille van de liefde voor je werkelijke welzijn.
19)Daarom, sla niet, zoals Petrus, naar de oren van je vijanden, zonder de volle aanvaarding van de kelk die Ik jullie aanbied, waarin jullie Mijn Wil zouden moeten zien, zoals Ik die van mijn Vader zag toen Ik tot de geliefde Petrus zei: Wil je dan niet dat Ik de kelk drink die mijn Vader Mij geeft?
20)Mediteer steeds over mijn Passie om door te dringen tot het intiemste van mijn Geest en de indrukken te verwerven die heilzaam zijn en die jullie aanzetten om Mij na te volgen. Natuurlijk ben Ik het die deze dingen in jullie bewerk, maar jullie moeten moeite doen; en daarna zullen jullie verkrijgen wat Ik jullie zeg.
21)Ach, als de mens dit aspect van mijn Passie maar begreep! Hoeveel gemakkelijker zou het zijn ermee op te houden en mijn Leven opnieuw te beleven!
22)Weest moedig, mijn kinderen, dat alles is een kwestie van liefde, van niets anders; van de liefde en van mijn werk dat Ik in jullie wil uitvoeren; en van Mij steeds meer te beminnen. Stop ermee op een menselijke manier te redeneren; open je verstand voor mijn wereld, deze die Ik met jullie bezit. Dat is belangrijk!
23)Jullie zijn de mijnen om drie redenen: omdat Ik jullie uit niets heb geschapen, omdat Ik jullie heb vrijgekocht en omdat jullie een deel zullen ontvangen van mijn Kroon van Glorie. Daarom moeten jullie bedenken dat Ik voor jullie zorg, om die drie redenen, en Ik zou nooit mijn interesse kunnen verliezen in hen die Ik geschapen heb, die Ik gered heb en die mijn Glorie moeten worden.
24)Je wordt naar deze weg gedreven en zult hem helemaal moeten doorlopen en, zoals het voor Mij was, zal dat niet enkel voor jou dienstig zijn maar evenzeer voor velen van je broeders en zusters die, door jouw bemiddeling, van Mij Genade en Leven zouden moeten ontvangen.
25)Maak voort want Ik heb er behagen in. Leer, omdat de Liefde je volledig wil bezitten.
26)Ik geef je mijn zegen, vol van belofte. Ik geef ze je met de macht die Ik geniet als mens, macht die de jouwe is; vreugde die Ik zal verdienen met de prijs die mijn oneindige Liefde voor jullie zal bevestigen.
27)Mijn uur was gekomen; het uur waarin Ik het offer moest verwerken, en Ik gaf Mezelf over aan de soldaten met de gedweeheid van een lam.
Deel1.8 Jezus wordt voor Kaïfas gebracht
Ik werd voor Kaïfas gebracht, waar Ik ontvangen werd met spot en hoon. Een van zijn soldaten gaf me een klap in het gezicht. Het was de eerste die Ik ontving en Ik zag er de eerste doodzonde in van vele zielen die, nadat zij in genade hadden geleefd, deze eerste zonde bedreven... Hoeveel andere zonden kwamen er niet na die eerste, waaraan andere zielen een voorbeeld ouden nemen, zodat ook zij ze zouden bedrijven.
2)Mijn apostelen hadden Mij in de steek gelaten en Petrus bleef verborgen achter een afsluiting, tussen de bedienden, spionerend, bewogen door nieuwsgierigheid.
3)Bij Mij waren er enkel mensen die probeerden misdaden tegen Mij op te stapelen; beschuldigingen die de zo onrechtvaardige rechters nog meer zouden kunnen ophitsen. Ik zag daar de gezichten van alle duivels, van alle slechte engelen. Ze beschuldigden Mij ervan de orde te verstoren, een valse profeet te zijn, van heiligschennis, de sabbat te ontwijden en de soldaten, aangewakkerd door de laster, brulden en schreeuwden bedreigingen.
4)Dan riep mijn stilzwijgen uit, daarbij mijn hele Lichaam schuddend: Waar zijn jullie, apostels en leerlingen, die getuigen zijn geweest van mijn Leven, van mijn Leer, van mijn mirakels? Van al diegenen van wie Ik enig bewijs van liefde verwachtte, is er geen enkele overgebleven om Mij te verdedigen. Ik ben alleen en omringd door soldaten die Mij zouden willen verscheuren als wolven.
5)Overdenk hoe ze Mij mishandelden: de ene geeft Mij een slag in het gezicht; een andere bespuwt Me met zijn smerig speeksel; een andere trekt lelijke gezichten bij de klank van spotternij; een andere trekt Mij aan de baard; een andere wringt mijn armen om tussen zijn vingers; een andere stoot zijn knie tegen mijn schaamdelen en, als Ik val, zijn er twee die Mij tussen zich optrekken aan mijn haar...
Deel1.9 Petrus verloochent Jezus
1)Terwijl mijn Hart zich opofferde om al deze beproevingen te ondergaan, werd Ik verloochend door Petrus, die Ik als leider en Hoofd van de Kerk had aangesteld en die enkele uren voordien beloofd had Mij tot in de dood te zullen volgen. Toen hem een eenvoudige vraag werd gesteld, die hem had kunnen dienen om van Mij te getuigen, en toen de angst hem nog meer aangreep als die vraag herhaald werd, zwoer hij dat hij Mij nooit had gekend en nooit mijn leerling was geweest. Toen hij een derde maal ondervraagd werd, antwoordde hij met vreselijke verwensingen.
2)Kindertjes, als de wereld het uitschreeuwt tegen Mij en zich tegen mijn uitverkoren zielen keert, als Ik Mezelf verlaten en verloochend zie, weet je hoe groot dan de droefheid en de bitterheid van mijn Hart is?
3)Ik zal hen zeggen, zoals aan Petrus: Ziel van wie Ik zoveel hou, denk je niet meer aan de bewijzen van liefde die Ik je heb gegeven? Vergeet je dat je Me dikwijls hebt beloofd Mij trouw te zullen dienen en Mij te zullen verdedigen?
4)Je hebt geen vertrouwen in jezelf omdat je verloren bent; maar als je tot Mij terugkeert in nederigheid en onwankelbaar geloof, vrees dan niets, je zult stevig ondersteund worden.
5)Zielen die temidden van zoveel gevaren leeft, blijft niet steken in gelegenheden tot zonde, uit zinloze nieuwsgierigheid; kijkt uit dat jullie niet vallen zoals Petrus.
6)En jullie, zielen die in mijn wijngaard werken, als jullie je bewogen voelen door nieuwsgierigheid of door enige menselijke voldoening; Ik zal jullie zeggen te vluchten; maar als jullie werken uit gehoorzaamheid en gedreven door de ijver voor zielen en voor mijn glorie, vreest niet: Ik zal jullie verdedigen en jullie de overwinning brengen.
7)Mijn beminde, Ik ga je beetje bij beetje en met veel geduld opvoeden. Ik troost Mij met de gedachte een leerlinge te hebben die geestdriftig is om te kunnen leren. Zo vergeet Ik je onachtzaamheid en je fouten. Als Ik in de schepping naar de mooiste namen zoek om je te geven, wees dan niet bang. Waarom verdring je ze? De Liefde kent geen grenzen.
Deel 1.10 Jezus wordt naar de gevangenis gebracht
Laat ons dit pijnlijke verhaal vervolgen dat je zult moeten brengen aan zoveel mensen als je kunt. Ik zal jullie de manier waarop jullie het moeten doen duidelijk maken.
2)Toen de soldaten Me gevangen namen, was Petrus in een van de patio's, half verborgen tussen de begroeiing. Onze blikken kruisten zich; zijn ogen puilden uit de kassen; het was slechts een fractie van een seconde, niettemin zegde Ik hem zoveel! Ik zag hoe hij zijn zonde bitter betreurde en met het Hart zei Ik hem: De vijand heeft geprobeerd je in bezit te nemen, maar Ik geef je niet op. Ik weet dat je hart Mij niet afvallig is. Wees klaar voor de strijd van de nieuwe dag, voor de nieuwe gevechten tegen de geestelijke verduistering en bereid je voor om het Goede Nieuws te brengen. Vaarwel, Petrus.
3)Hoe dikwijls kijk Ik naar een ziel die gezondigd heeft maar, kijkt zij ook? Niet altijd ontmoeten onze blikken elkaar. Hoe dikwijls kijk Ik naar de ziel en kijkt zij niet naar Mij, ziet ze Me niet, is ze blind... Ik roep haar bij haar naam en ze antwoordt Me niet. Ik zend haar een straf, een pijn, opdat ze aan haar slaap zou ontsnappen, maar ze wil niet ontwaken.
4)Mijn beminden, als jullie niet naar de hemel kijken, zullen jullie leven als wezens die van hun verstand beroofd zijn... Heft jullie hoofd op en aanschouwt het Vaderland dat op jullie wacht. Zoekt jullie God en jullie zullen Hem steeds vinden met de ogen op jullie gevestigd, en in zijn blik zullen jullie de vrede en het leven vinden.
5)Zie Mij in de gevangenis, waar Ik een groot deel van de nacht doorbracht. De soldaten kwamen om Mij te beledigen met woorden en met daden, ze duwden Mij, ze sloegen Mij, ze lachten Mij uit om mijn toestand als mens.
6)Tegen de dageraad aan hadden ze genoeg van Mij, lieten Mij alleen, geboeid in een duister vertrek, vochtig en stinkend, vol ratten. Ik was zodanig vastgebonden dat Ik staande moest blijven of gaan zitten op een puntige steen, wat alles was dat ze Me gegeven hadden als zitplaats. Mijn pijnlijke lichaam was algauw verstijfd van de kou. Ik herinnerde Mij de duizenden keren dat mijn Moeder mijn Lichaam bedekte, Ze dekte het toe toen ik kou had... en Ik huilde.
7)Laat ons nu de gevangenis vergelijken met het Tabernakel en, vooral, met de harten van de mensen. In de gevangenis bracht Ik één nacht door... Hoeveel nachten breng Ik door in het Tabernakel?
8)In de gevangenis staken de soldaten, die mijn vijanden waren, de draak met Mij; maar in het Tabernakel mishandelen en beledigen Mij zielen die Mij Vader noemen. In de gevangenis leed Ik kou, slaapgebrek, honger, schande, droefheid, pijnen, eenzaamheid, hulpeloosheid. Ik zag hoe, in de loop der eeuwen, zovele Tabernakels waarin Mij de mantel der liefde ontbrak. Hoeveel bevroren harten zouden voor Mij als die steen in de gevangenis zijn!
9)Hoe dikwijls zou Ik dorst hebben naar liefde, dorst naar zielen! Hoeveel dagen zou Ik hopen dat zo'n ziel Mij zou komen bezoeken, om Mij te ontvangen in haar hart, omdat Ik de nacht alleen doorbracht en aan haar dacht om mijn dorst te verzachten! Hoe dikwijls voel Ik honger naar mijn zielen, naar hun trouw en hun grootmoedigheid!
10)Zullen zij weten hoe deze hunkering te sussen? Zullen zij - bij het ondergaan van een of ander lijden - Mij kunnen zeggen: Dit is om uw droefheid te verlichten, om bij U te zijn in uw eenzaamheid? En, ach, als jullie het tenminste, samen met Mij, zouden verdragen in vrede en dermate gesterkt zouden zijn dat jullie mijn Hart zouden troosten...
11)In de gevangenis voelde Ik schaamte bij het horen van de vreselijke woorden die Mij toegeroepen werden; en die schaamte groeide toen Ik zag dat diezelfde woorden herhaald werden door geliefde zielen.
12)Toen die smerige en weerzinwekkende handen Mij overlaadden met slagen en stoten, zag Ik hoe dikwijls Ik geslagen en gestoten zou worden door zoveel zielen die, zonder zich te reinigen van hun zonden, zonder hun huis te reinigen met een goede biecht, Mij zouden ontvangen in hun harten. Deze dagelijkse zonden zullen Mij overladen met herhaalde slagen.
13)Toen ze Mij dwongen op te staan met gepor, zonder kracht en omwille van de kettingen die mij boeiden, stortte Ik ter aarde. Ik zag hoe zoveel zielen, die Mij hadden vastgebonden met de kettingen van hun ondankbaarheid, Mij zouden laten vallen op de steen, waardoor ze mijn schaamte zouden vernieuwen en mijn eenzaamheid zouden verlengen.
14)Uitverkoren zielen, ziet beziet jullie Bruidegom in de gevangenis. Beziet Mij in die nacht van zoveel pijn en bedenkt dat deze pijn wordt verlengd in de eenzaamheid van zoveel Tabernakels en in de kilte van zoveel harten.
15)Als jullie Me een bewijs willen geven van jullie liefde, opent jullie harten, zodat ze mijn gevangenis kunnen worden. Boeit Mij met de ketens van jullie liefde. Bedekt Mij met jullie tederheid, voedt Mij met jullie grootmoedigheid. Lest mijn dorst met jullie ijver. Troost mijn droefheid en mijn hulpeloosheid met jullie trouwe gezelschap. Laat mijn schande verdwijnen door de reinheid en de rechtschapenheid van jullie bedoelingen.
16)Als jullie willen dat Ik in jullie uitrust, vermijdt dan het tumult van de hartstochten en, in de stilte van jullie zielen, zal Ik rustig slapen. Af en toe zullen jullie mijn stem horen die zachtjes zegt: Mijn Bruid, die nu mijn rustplaats bent, Ik zal de jouwe zijn tot in de eeuwigheid; aan jou, die Mij, met zoveel waakzaamheid en liefde, de gevangenis van je hart bezorgt, Ik beloof je dat mijn beloning geen grenzen zal kennen; en de offers die je Me hebt bereid gedurende je leven, zal Ik niet op jou laten drukken.
Deel 1.11 Jezus wordt voor Herodes gebracht
1)Pilatus beval dat ze Mij in de aanwezigheid van Herodes zouden brengen... Het was een arme corrupte man die zich liet meeslepen door zijn chaotische hartstochten. Hij was blij Mij te zien verschijnen voor zijn tribunaal, omdat hij hoopte zich te amuseren met mijn woorden en mirakels.
2)Bedenkt, mijn kinderen, de afkeer die Ik voelde in de aanwezigheid van de meest
afstotelijke onder de mensen, wiens woorden, vragen, gebaren en gekunstelde bewegingen Mij in verwarring dompelden. Zuivere en maagdelijke zielen, komt jullie Bruidegom omringen en verdedigen.
3)Herodes verwacht dat Ik zijn sarcastische vragen zou aanvechten maar Ik open mijn lippen niet; Ik bewaar in zijn aanwezigheid de meest absolute stilte. Niet twisten was het grootste bewijs van mijn waardigheid dat Ik hem kon geven. Zijn obscene woorden verdienden het niet mijn zuivere woorden te kruisen. Ondertussen was mijn Hart nauw verenigd met mijn hemelse Vader. Ik werd verteerd door het verlangen de laatste druppel van mijn Bloed te geven voor de zielen. De gedachte aan alle mensen die Mij later zouden volgen, gewonnen door mijn voorbeelden en mijn volgzaamheid, deed liefde in Mij ontbranden en Ik genoot niet alleen van die verschrikkelijke ondervraging, maar Ik verlangde ernaar om naar de marteling van het Kruis te rennen.
Deel 1.12 Jezus wordt opnieuw voor Pilatus gebracht
1)Ik stond toe dat ze Me behandelden als een idioot en Me bedekten met een witte mantel als teken van spot en hoon. Vervolgens - onder woedend geschreeuw - brachten ze Me weer voor Pilatus.
2)Ziet hoe deze verbijsterde man, vol verwarring, niet weet wat te doen met Mij; en om de woede te temperen, gebood hij Mij te geselen...
3)Ik zag, vertegenwoordigd in Pilatus, de zielen die geen moed en edelmoedigheid hebben om krachtdadig te breken met de eisen van de wereld en van de eigen natuur. In plaats van met de wortel uit te rukken wat, volgens hun geweten, niet tot de wereld en de natuur behoort, wat, volgens hun geweten, niet tot een goede ingesteldheid hoort, geven ze toe aan een gril, vermaken ze zich met een lichtzinnige voldoening, bezwijken zij ten dele voor wat hun hartstocht verlangt en, om hun wroeging te sussen, zeggen ze bij zichzelf: ik heb me al dit of dat ontzegd, dat is voldoende.
4)Ik zal aan die ziel enkel zeggen: Je laat Mij geselen zoals Pilatus! Je hebt al een stap gezet, morgen de volgende. Denk je op die manier je hartstocht te bevredigen? Neen! Want ze zal meer en meer van je eisen.
5)Aangezien je niet de moed hebt gehad tegen je eigen natuur te vechten wat dat kleine betreft, zul je er nog minder hebben als de aanleiding groter zal zijn.
Deel 1.13 De geseling van Jezus
1)Ziet Mij, mijn beminden, die Me laat leiden, met de gedweeheid van een lam, naar de verschrikkelijke marteling van de geseling. Op mijn Lichaam, reeds overdekt met slagen en gekweld door uitputting, laten de beulen op wrede wijze - met geknoopte touwen en roedes vreselijke geselslagen op Mij neerkomen. Ze kastijden Mij met zoveel geweld dat er in mijn Lichaam geen enkele plaats overblijft die niet ten prooi is aan de vreselijkste pijn... De slagen en schoppen veroorzaakten Mij ontelbare wonden... De roedes rukken stukken van mijn huid en uit mijn vlees. Het bloed stroomt uit al mijn leden... Keer op keer viel Ik door de pijn die de slagen op mijn mannelijkheid mij veroorzaakten. Mijn lichaam verkeerde in zo'n toestand dat Ik meer op een monster leek dan op een mens. Mijn gelaatstrekken hadden hun vorm verloren, het was één grote zwelling.
2)De gedachte aan zoveel zielen, die veel later zouden geïnspireerd worden mijn spoor te volgen, verteerde Mij van liefde.
3)Gedurende de uren in de gevangenis zag Ik trouwe navolgers, die van mijn gedweeheid, mijn geduld, mijn sereniteit leerden. Niet enkel door lijden en minachting te aanvaarden, maar zelfs door te beminnen die hen vervolgen en, zo nodig, zich voor hen op te offeren zoals Ik Mezelf opofferde.
4)Ik werd steeds meer geprikkeld bij het verlangen de Wil van mijn Vader perfect te volbrengen, in die uren van eenzaamheid, onder zoveel pijn. Hoe offerde Ik Mezelf op om zijn beledigde Eer te herstellen! Zo zullen jullie niet vrezen, jullie, godsdienstige zielen, die je in de - omwille van de liefde gekozen - gevangenis bevinden, die in de ogen van de schepselen meer dan eens doorgaan voor nutteloos en misschien voor schadelijk. Laat ze tegen jullie schreeuwen en, in die uren van eenzaamheid en pijn, verenigt jullie hart met jullie God, het enige doel van jullie liefde. Herstel zijn Eer die door zoveel zonden gesmaad is!
Deel 1.14 Jezus wordt ter dood veroordeeld
1)Bij dageraad, beval Kaïfas dat Ik naar Pilatus zou gebracht worden opdat hij de doodstraf over Mij zou uitspreken. Die ondervroeg Mij, verlangend een reden te vinden om Mij te veroordelen maar, tezelfdertijd, kwelde zijn geweten hem en voelde hij grote angst voor de onrechtvaardigheid die hij op het punt stond te begaan. Uiteindelijk vond hij een middel om afstand van Mij te nemen en liet Mij naar Herodes brengen.
2)In Pilatus zijn duidelijk deze zielen vertegenwoordigd, die tegelijk de werking aanvoelen van de genade en van hun hartstochten. Overheerst door menselijk opzicht,verblind door eigenliefde, door de vrees belachelijk te lijken, laten zij de Genade voorbijgaan.
3)Op al de vragen van Pilatus antwoordde ik niets. Maar toen hij Me zei: Bent u de koning der joden?, dan antwoordde Ik met ernst en integriteit: Je hebt het gezegd, Ik ben de Koning, maar mijn Koninkrijk is niet van deze wereld... Met deze woorden wilde Ik aan vele zielen leren, als de gelegenheid zich aandient om het lijden of een vernedering te verdragen, die ze gemakkelijk zouden kunnen vermijden. Ze zouden moeten antwoorden met grootmoedigheid: mijn koninkrijk is niet van deze wereld, dat betekent: ik zoek niet de bijval van de mensen, dit is niet mijn vaderland, ik zal dra rusten in wat het werkelijk is. Nu ben ik gedreven om mijn plicht te vervullen zonder rekening te houden met de mening van de wereld. Wat voor mij belangrijk is is niet zijn achting, maar de stem van de Genade te volgen, terwijl ik de aanspraken van de natuur onderdruk. Als ik niet in staat ben alleen te overwinnen, vraag ik kracht en raad want, in veel gevallen, binden hartstochten en overdreven eigenliefde de ziel en zetten haar aan om het kwade te doen.
4)De beulen die mijn Lichaam vernielen zijn niet met tien of met twintig. De handen die mijn Lichaam verwonden zijn met zeer velen, als ze de communie ontvangen in de hand het heiligschennend werk van Satan.
5)Hoe kunnen ze Mij aanschouwen in deze zee van smart en bitterheid zonder dat hun hart bewogen wordt door medelijden?
6)Maar het zijn niet de beulen die moeten troosten maar jullie, uitverkoren zielen, zodat jullie mijn smart verlichten. Bekijkt mijn wonden en kijkt of er iemand is die zoveel geleden heeft als Ik, om jullie zijn liefde te tonen.
Deel 1.15 Jezus wordt met doornen gekroond
1)Naar de wens van mijn Vader heb Ik dagen van intense droefenis beleefd, zonder klagen, maar in aanvaarding van dat wat de Vader Mij wilde laten voelen. Toen Ik gegrepen werd in de tuin, waren zij die Mij beschuldigden bereid tot elke leugen, en Ik liet me meevoeren waarheen zij maar wilden, zonder de minste weerstand te bieden. En, toen ze mijn Hoofd wilden prangen in de doornenkroon, boog Ik zonder meer het Hoofd, omdat Ik alles aannam uit de handen van Hem die Mij naar de wereld zond.
2)Toen de armen van die wrede mannen uitgeput waren van het geven van slagen op mijn Lichaam, zetten ze op mijn Hoofd een kroon, gevlochten van takken met doornen en, paraderend voor Mij, zegden ze Mij: U bent dus Koning?... Wij huldigen U!
3)Enkelen bespuwden Mij, anderen beledigden Mij, nog anderen gaven Mij meer slagen op het Hoofd. Elk van die slagen bracht nieuwe pijn aan mijn mishandelde en verscheurde Lichaam.
4)Ik ben vermoeid, Ik kan nergens rusten. Leen Mij je hart en je armen om Me in je liefde te wikkelen. Ik heb kou en koorts; omarm Mij even, voordat ze verder gaan deze tempel van Liefde te vernietigen.
5)De soldaten en de beulen stompten mijn Lichaam met hun smerige handen; anderen, walgend van mijn Bloed, stootten Mij met hun lansen en reten mijn Vlees open. Met een duw zetten ze Mij op een plek met scherpe stenen, Ik huilde in stilte van de pijn en zij, op een groteske manier, spotten met mijn tranen. Uiteindelijk reten ze mijn slapen open door de van doornentakken gevlochten kroon verder naar beneden te duwen.
6)Bedenk hoe Ik, met die kroon, wilde boeten voor de zonden van hoogmoed van zoveel zielen die zich lieten onderwerpen door de valse opvattingen van de wereld omdat ze overdreven geacht wilden zijn. Ik stond hen vooral toe Me met doornen te kronen en dat mijn Hoofd op zo'n wrede manier moest lijden, om, door de vrijwillige nederigheid, de afstotelijkheden en de hoogmoedige aanstellerijen te herstellen van zoveel zielen die de weg niet wilden volgen die door mijn Voorzienigheid is afgebakend, omdat ze hem hun verdienste en hun stand onwaardig achten.
7)Geen enkele weg is vernederend als hij om Gods Wil is uitgestippeld... Tevergeefs zullen jullie proberen jezelf te bedriegen als jullie menen Gods Wil te volgen in volle onderwerping aan alles wat Hij van jullie vraagt.
8)In de wereld zijn er mensen die, als het ogenblik van de beslissing eraan komt (een nieuw soort leven aan te vatten), nadenken en de verlangens van hun hart onderzoeken. Misschien zullen ze, in hem of haar met wie ze zich willen verenigen, een solide basis vinden voor een christelijk en vroom leven; wellicht zullen ze zien dat ze hun familiale verplichtingen, die hen samenhouden, volbrengen om hun verlangen naar geluk te bevredigen; maar hoogmoed en trots komen hun geest verduisteren en ze laten zich meeslepen door de wedijver om zich aan te stellen en uit te blinken. Dan slagen zij erin iemand te vinden die, omdat hij voornamer en rijker is, aan hun ambitie voldoet. Ach! Op welke dwaze manier verblinden ze zichzelf. Neen, Ik zal het hen zeggen, ze zullen het werkelijke geluk niet vinden in deze wereld en ze zullen het helaas niet vinden in de andere. Kijkt goed toe hoe ze zichzelf in groot gevaar brengen!
9)Ik zal ook spreken tot de zielen die Ik opriep tot de weg van volmaaktheid. Hoe ijdel is de hoop van hen die Me zeggen dat ze bereid zijn mijn Wil te volbrengen maar die de doornen van mijn kroon verder in mijn Hoofd slaan.
10)Vervolgens zijn er zielen die Ik voor Mezelf wil. Ik ken hen en bemin hen, Ik wil hen daar brengen waar Ik woon, in mijn oneindige Wijsheid, waarin zij alles zullen vinden wat nodig is om tot heiligheid te komen. Het is daar dat Ik Me aan hen bekend zal maken en waar ze Mij meer vertroosting, meer liefde en meer zielen zullen geven.
11)Maar, hoeveel ontgoochelingen! Hoeveel zielen worden verblind door hoogmoed en verwaandheid of door een kleingeestige ambitie. Ze stoppen hun hoofd vol met ijdele en nutteloze gedachten, ze weigeren de weg te volgen die mijn Liefde voor hen uitstippelt.
12)Zielen die Ik had uitgekozen, denken jullie mijn Wil te volbrengen terwijl jullie weerstaan aan de stem van de Genade die jullie roept en op die weg stuurt die jullie hoogmoed verwerpt?
13)Mijn dochter, liefde van mijn smarten, troost Mij. Maak in je hartje een troon voor je Koning en Redder en kroon Mij met kussen.
14)Gekroond met doornen en bedekt met een purperen mantel, boden de soldaten Mij weer bij Pilatus aan. Omdat Pilatus in Mij geen misdaad kon vinden waarvoor hij Me kon straffen, stelde hij Me verscheidene vragen. Hij vroeg Me waarom Ik ze niet beantwoordde, terwijl hij wist dat hij alle macht over Mij had.
15)Dan verbrak Ik mijn stilte en zei hem: U zou die macht niet hebben als ze u niet gegeven was van boven; maar het is nodig dat de schriften worden vervuld. En, Mezelf overgevend aan mijn hemelse Vader, zweeg Ik weer.
Deel 1.16 Barrabas wordt in vrijheid gesteld
1)Pilatus, in de war door de opmerkingen van zijn vrouw en van zijn stuk gebracht door zijn gewetensbezwaren en de angst dat het volk tegen hem in opstand zou komen, zocht middelen om Mij te bevrijden. Hij stelde Mij tentoon voor de massa in de mijn beklagenswaardige toestand, en hij stelde hen voor Mij de vrijheid te geven en in mijn plaats Barrabas, die een beruchte schurk en misdadiger was, te veroordelen. Eenstemmig antwoordde het volk: Laat Hem sterven en laat Barrabas in vrijheid gesteld worden!
2)Zielen die Mij bemint, ziet hoe ze Mij hebben vergeleken met een misdadiger. Ziet hoe ze Mij meer hebben verworpen dan de meest verdorvene onder de mensen. Luistert toe welke woedende kreten ze tegen Mij uitstoten. Ziet met welke woede ze mijn Dood vragen. Weigerde Ik misschien die pijnlijke beschuldigingen te ondergaan? Neen, integendeel, Ik omarmde ze uit liefde voor de zielen en om hen te tonen dat die Liefde Mij niet enkel naar de dood leidde, maar naar de meest mensonwaardig dood...
3)Geloof echter niet dat mijn menselijke natuur geen afschuw of pijn voelde. Integendeel, Ik wilde al haar afkeer voelen en onderworpen worden aan die eigenste toestand, om jullie een voorbeeld te geven dat jullie sterkt in alle omstandigheden van het leven en jullie te leren de weerzin die zich aanbiedt te overwinnen als het er op aan komt de goddelijke Wil te volbrengen.
4)Ik wend Mij weer tot de zielen tot wie Ik gisteren sprak... Tot de zielen die tot de staat van volmaaktheid geroepen zijn, die discussiëren met de Genade en terugdeinzen voor de nederigheid van de weg die Ik hen toon, uit ontzag voor het oordeel van de wereld of om hun vermogen te handhaven; die zichzelf ervan overtuigen dat ze elders nuttiger zullen zijn voor mijn dienst en mijn Glorie.
5)Ik ga aan deze zielen antwoorden. Zegt Mij: weigerde Ik of aarzelde Ik zelfs maar toen Ik Mezelf zag geboren worden uit arme en nederige ouders, in een stal, ver weg van mijn thuis en mijn Vaderland, in het guurste seizoen van het jaar... 's nachts?
6)Daarna leefde Ik dertig jaar in de sombere woonst van een werkplaats; Ik onderging vernederingen en minachting vanwege hen die mijn vader Jozef werk opdroegen. Ik versmaadde het niet mijn Moeder te helpen bij de minste klusjes thuis. Had Ik dan niet meer talent dan nodig was om het ruwe beroep van timmerman uit te oefenen? Ik, die op de leeftijd van twaalf jaar onderricht gaf aan de geleerden in de tempel... Maar het was de Wil van mijn Hemelse Vader dat Ik Hem op die manier eerde. Toen Ik Nazareth verliet en mijn openbaar leven aanvatte, had Ik Mezelf kunnen bekendmaken als Messias en Zoon van God, zodat de mensen met eerbied naar mijn onderrichtingen zouden luisteren, maar dat deed Ik niet, want mijn enige verlangen was de Wil van mijn Vader te volbrengen...
7)En toen het uur van mijn Passie gekomen was, door de wreedheid van de enen en de beledigingen van de anderen, door de mijnen in de steek gelaten en door de ondankbaarheid van de menigte, doorheen het onuitsprekelijke martelaarschap van mijn Lichaam en de weerzin van mijn Ziel, ziet hoe Ik met nog grotere Liefde de Wil van mijn hemelse Vader onthulde en omhelsde.
8)Op die manier, als de ziel de moeilijkheden en de weerzin te boven komt, onderwerpt ze zich grootmoedig aan Gods Wil, komt er een ogenblik dat ze de meest onbeschrijfelijk zoetheid zal genieten.
9)Wat Ik gezegd heb tot de zielen die afkerig zijn van een nederig en verborgen leven, herhaal Ik aan hen die, integendeel, geroepen zijn om te werken in voortdurend contact met de wereld, als ze zich aangetrokken voelen tot volledige afzondering en nederige en verborgen werken.
10)Uitverkoren zielen, jullie geluk en jullie volmaaktheid bestaan niet in het volgen van de voorkeuren en de neigingen van de natuur, in het bekend of onbekend zijn bij de schepsels, in het ontplooien of verbergen van het talent dat jullie bezitten doch in het verenigen en overeenstemmen, uit liefde en met volledige onderwerping, met Gods Wil voor wat van jullie verlangd wordt voor zijn Glorie en jullie eigen voldoening.
11)Genoeg voor vandaag, dochtertje, hou van mijn Wil en omhels hem met vreugde; je weet al dat hij helemaal berekend is op de Liefde.
12)Mediteer een ogenblik over het onuitsprekelijke martelaarschap van mijn Hart, dat zoals je ziet achteruitgesteld werd tegenover Barrabas. Hoe herinnerde Ik Mij toen de tederheid van mijn Moeder, toen ze Mij stevig vasthield aan haar Hart! Hoe erg waren het gebrek aan slaap en de vermoeidheid die mijn adoptievader leed om Mij zijn liefde te tonen. Hoe kwamen in mijn geheugen de weldaden op die ik zo gul uitstortte over dat ondankbare volk, het zicht geven aan de blinden, de gezondheid teruggeven aan de zieken, het gebruik van hun ledematen aan hen die ze verloren hadden, te eten geven aan de menigte en de doden laten opstaan. Zie Mij nu, teruggebracht tot de meest ellendige toestand! Ik ben de meest verafschuwde van de mensen en zie hoe Ik ter dood veroordeeld ben als een verachtelijke schurk.
Deel 1.17 Jezus vergeeft zelfs de grootste zondaar
1)Pilatus heeft de straf uitgesproken. Mijn kindertjes, overweeg aandachtig hoezeer mijn Hart leed...
2)Vanaf het ogenblik dat hij Mij had overgeleverd in de Hof van Olijven, was Judas gaan dwalen en vluchten zonder het schreeuwen van zijn geweten dat hem beschuldigde van de vreselijkste heiligschennis - te kunnen sussen. Toen het nieuws van de doodstraf die tegen Mij was uitgesproken zijn oren bereikte, gaf hij zichzelf over aan de vreselijkste wanhoop en verhing zich.
3)Wie zou de intense pijn van mijn Hart kunnen begrijpen toen Ik zag hoe deze ziel, met wie Ik drie jaren had doorgebracht in de school van mijn Liefde, waar hij mijn leer opnam, mijn onderwijs ontving en zovele keren hoorde hoe mijn lippen de grootste zondaars vergaven, zich in de eeuwige verdoemenis stortte?
4)Judas! Waarom kom je je niet aan mijn voeten werpen zodat Ik je vergeef? Als je het niet aandurft naar Mij toe te komen uit schrik voor hen die Mij omringen, die Mij met zoveel woede mishandelen, kijk Mij tenminste aan, dan zul je zien hoe snel mijn ogen zich op jou vestigen.
5)Zielen die verstrikt zijn in de grootste zonden... Indien jullie, gedurende meer of minder lange tijd, dolend en vluchtend hebben geleefd omwille van jullie misdaden, als de zonden waaraan jullie schuldig zijn jullie verblind hebben en jullie het hart verhard hebben, als jullie, om een of andere hartstocht te volgen, vervallen zijn tot de grootste wanorde, sta dan niet toe dat wanhoop zich van jullie meester maakt als de medeplichtigen aan jullie zonden jullie in de steek laten en als jullie ziel zich van haar schuld bewust wordt... Zolang de mens over een beetje leven beschikt, heeft hij nog de tijd om zijn toevlucht te nemen tot mijn Genade en vergiffenis af te smeken.
5B)Zielen die verstrikt zijn in de grootste zonden...
Indien jullie, gedurende meer of minder lange tijd, dolend en vluchtend hebben geleefd omwille van jullie misdaden,
als de zonden waaraan jullie schuldig zijn jullie verblind hebben en jullie het hart verhard hebben,
als jullie, om een of andere hartstocht te volgen, vervallen zijn tot de grootste wanorde,
sta dan niet toe dat wanhoop zich van jullie meester maakt
als de medeplichtigen aan jullie zonden jullie in de steek laten en als jullie ziel zich van haar schuld bewust wordt...
Zolang de mens over een beetje leven beschikt, heeft hij nog de tijd om zijn toevlucht te nemen tot mijn Genade en vergiffenis af te smeken.
6)Als jullie jong zijn en de schandalen van jullie vroegere leven jullie hebben achtergelaten in een staat van minderwaardigheid tegenover de mensen, weest niet bang! Zelfs als de wereld jullie versmaadt, jullie behandelt als kwaadwilligen, jullie beledigt, jullie in de steek laat, weest ervan verzekerd dat jullie God niet wil dat jullie ziel verslonden wordt door de vlammen van de hel. Hij verlangt dat jullie het aandurven Hem aan te spreken en Hem te vertellen over de verzuchtingen van jullie ziel, en jullie zullen gauw zien dat zijn gulle en vaderlijke Hand jullie naar de bron van de vergiffenis en het leven leidt.
7)Als je door kwaadwilligheid misschien een groot deel van je leven in wanorde en onverschilligheid hebt doorgebracht, en nu - in de nabijheid van de eeuwigheid - de wanhoop een blinddoek over je ogen wil leggen, laat je dan niet misleiden, er is nog steeds tijd voor vergiffenis. Luistert goed: als er jullie slechts een seconde te leven overblijft, maakt daar dan gebruik van want in die seconde kunnen jullie het eeuwige leven verdienen.
8)Als je bestaan is voorbijgegaan in onwetendheid en dwaling, als je de oorzaak bent geweest van grote schade voor de mensen, voor de gemeenschap en zelfs voor de Godsdienst, en je erkent, omwille van eender welke reden, je misstap, laat je dan niet terneerdrukken door het gewicht van je fouten, noch door de schade waarvan je het instrument bent geweest, maar, integendeel, sta toe dat je ziel doordrongen wordt van het meest intense berouw, verdiep je in het vertrouwen en neem je toevlucht tot Hem die steeds klaarstaat om je te vergeven.
9)Hetzelfde doet zich voor als het gaat om een ziel die de eerste jaren van haar leven heeft doorgebracht met het getrouwe naleven van mijn geboden, maar die beetje bij beetje is verzwakt van die bezieling en is afgegleden naar een lauw en gemakkelijk leven...
10)Verberg niets van wat Ik je zeg want het is allemaal voor het welzijn van de hele mensheid. Herhaal het bij het licht van de zon, predik het aan wie het werkelijk wil aanhoren.
11)De ziel die op een dag zo dooreengeschud wordt dat ze ontwaakt, ziet plots hoe nutteloos haar leven was, leeg, zonder verdiensten voor de eeuwigheid. De kwade, met duivelse afgunst, valt ze aan op duizend manieren, blaast haar fouten op; zet ze aan tot droefheid en ontmoediging, brengt haar uiteindelijk tot angst en wanhoop.
12)Ziel die Mij toebehoort, besteed geen aandacht aan die wrede vijand en, als je de werking van de Genade voelt bij het begin van je strijd, neem dan je toevlucht tot mijn Hart; zie hoe Het een druppel van zijn Bloed op je ziel laat vallen en kom naar Mij toe. Je weet al waar je Me kunt ontmoeten: onder de sluier van het geloof... Til hem op en vertel Me met volledig vertrouwen over je verdriet, je ellende, je val... Luister met respect naar mijn Woorden en vrees niet omwille van het verleden. Mijn Hart heeft je ondergedompeld in de diepten van mijn Barmhartigheid en mijn Liefde.
13)Je voorbije leven zal je de nederigheid geven die je zal vullen. En, als je me het beste bewijs van je liefde wilt geven, heb vertrouwen en reken op mijn Vergiffenis. Geloof dat je zonden nooit groter zullen zijn dan mijn Barmhartigheid, want ze is eeuwig.
Deel 1.18 Jezus op weg naar de Calvarie
1)We zullen verdergaan, dochtertje. Volg Mij op de weg naar Calvarie, neergedrukt door het gewicht van het Kruis...
2)Terwijl mijn Hart ondergedompeld was in droefheid omwille van de eeuwige verdoemenis van Judas, laadden de wrede beulen, ongevoelig voor mijn pijn, het ruwe en zware Kruis - waarmee Ik het mysterie van de verlossing van de wereld moest verwerken - op mijn verwonde schouders.
3)Ziet Mij aan, engelen van de hemel. Kijkt naar de Schepper van alle wonderen, naar de God aan Wie alle hemelse geesten eer betonen, op weg naar de Calvarie, hoe Hij op zijn schouders het heilige en gezegende stuk hout draagt dat zijn laatste zucht zal ontvangen.
4)Kijkt ook naar Mij, jullie zielen die verlangen mijn trouwe nabootsers te zijn. Mijn Lichaam, verwoest door zoveel martelingen stapt, zonder kracht, badend in zweet en bloed... Ik lijd, zonder dat iemand meeleeft met mijn smart! De menigte loopt mee met Mij en er is niemand die medelijden heeft met Mij. Ze omringen Mij allen als uitgehongerde wolven die ernaar verlangen hun prooi te verslinden... Het is alsof alle duivels de hel hebben verlaten om mijn Lijden zwaarder te maken.
5)De vermoeidheid die Ik voel is zo groot, het Kruis zo zwaar, dat Ik halfweg uitgeput neerstort. Ziet hoe die onmenselijke mannen Mij op de meest brutale manier oprichten: de ene grijpt Mij bij de arm, de ander rukt aan de kleren die in mijn Wonden kleven, waarbij ze die opnieuw openen... De ene grijpt Mij bij de hals, de ander bij de haren, nog anderen overladen mijn hele Lichaam met verschrikkelijke slagen, met hun vuisten en zelfs met hun voeten. Het Kruis valt op Mij neer en zijn gewicht bezorgt Mij nieuwe wonden. Mijn gezicht schuurt over de stenen van de weg en het bloed dat daardoor vloeit, kleeft in mijn ogen die al bijna dicht zaten door de slagen; het stof en het slijk mengden zich met het bloed en daardoor verword Ik tot een uiterst afzichtelijk ding.
6)Mijn Vader zendt mij engelen die Me helpen door Mij te ondersteunen, zodat mijn Lichaam niet buiten kennis geraakt bij het instorten; zodat de strijd niet gewonnen zou worden voor zijn tijd en Ik al mijn zielen zou verliezen.
7)Het pad over de stenen die mijn voeten verwoesten. Ik struikel en val opnieuw. Op elk stuk van het pad, speur Ik naar een kleine blik van liefde, een uitgestoken hand, een vereniging met mijn pijn maar... Ik zie er geen enkele.
8)Mijn kinderen, jullie die mijn spoor volgen, leg jullie kruis niet af, hoe zwaar het ook lijkt. Doe het voor Mij, want door jullie kruis te dragen helpen jullie Mij om het Mijne te dragen; en langs het moeilijke pad zullen jullie mijn Moeder vinden en de heilige zielen die jullie steun en vertroosting zullen geven. Kom een paar ogenbikken met Mij mee en binnen weinige passen zullen jullie Mij in aanwezigheid van mijn heiligste Moeder zien die, het Hart overmand door verdriet, uitgaat om Mij te ontmoeten met twee bedoelingen: om nieuwe kracht op te doen om te lijden bij het zien van haar God en om, met haar heldhaftige houding, haar Zoon morele steun te geven om zijn werk van Verlossing verder te zetten.
9)Denk aan het martelaarschap van die twee Harten. Waarvan mjin Moeder het meeste houdt is haar Zoon... Ze kan Mij geen vertroosting geven en Ze weet dat Haar te zien mijn lijden nog zal vermeerderen; maar tevens zal mijn Kracht om de Wil van de Vader te volbrengen, vermeerderen.
10)Voor Mij is mijn Moeder de meest beminde op de aarde; en Ik kan Haar niet enkel geen troost bieden maar de lamentabele toestand waarin Zij Me ziet bezorgt haar Hart een lijden gelijkaardig aan het mijne. Zij laat een snik ontsnappen. De dood die Ik lijd in mijn Lichaam ontvangt mijn Moeder in haar Hart!... Hoe zijn haar ogen gefixeerd op Mij en de mijne ook op Haar! Wij spreken geen enkel woord, maar hoeveel zeggen onze harten niet in die pijnlijke blik.
11)Ja, mijn Moeder woonde alle martelingen van mijn Passie bij, die door goddelijke openbaring in Haar geest werden aangereikt. Bovendien zorgden verscheidene leerlingen hoewel zij ver weg bleven uit schrik voor de joden ervoor alles te weten te komen en brachten die informatie aan mijn Moeder... Toen Zij hoorde dat de doodstraf al uitgesproken was, ging Ze naar buiten om Mij te ontmoeten en verliet Mij niet meer tot ze Me achterlieten in het graf.
Deel 1.19 Jezus wordt geholpen om het Kruis te dragen
1)Ik ben onderweg naar de Calvarie. Die snode mannen die vrezen dat Ik zou sterven voordat Ik het einde bereik, spreken onder elkaar af iemand te zoeken om mijn Kruis te helpen dragen en ze vorderden een man uit de omgeving op, Simon genaamd.
2)Zie hem, achter Mij, terwijl hij Me helpt het Kruis te dragen en bedenk vooral twee dingen: Het ontbreekt deze man aan goede wil; het is een huurling want als hij Me vergezelt en het gewicht van het Kruis met Mij deelt, is dat omdat hij opgevorderd werd. Daarom, als hij zich te vermoeid voelt, laat hij het gewicht meer op Mij wegen en zo val Ik twee maal ter aarde.
3)Die man helpt Mij een deel van het Kruis te dragen, echter niet mijn hele Kruis...
4)Er zijn zielen die op die manier achter Mij aan komen. Ze aanvaarden mijn Kruis te helpen dragen maar ze zijn vooral bezorgd om verademing en ontspanning. Vele anderen stemmen ermee in Mij te volgen en daartoe hebben zij het volmaakte leven aangenomen. Maar ze hebben hun eigenbelang niet opgegeven, dat, in veel gevallen, hun eerste zorg blijft; daarom aarzelen ze en laten mijn Kruis vallen als het te veel op hen weegt; ze zoeken de manier om zo weinig mogelijk te lijden, ze meten hun onbaatzuchtigheid af, als het kan vermijden ze de vernedering en de vermoeidheid en ze herinneren zich misschien met moeite degenen die ze achterlieten terwijl ze bezig zijn wat luxe en wat pleziertjes na te streven.
5)In een woord, er zijn zielen die zo zelfzuchtig en zo egoïstisch zijn dat ze eerder voor henzelf dan voor Mij gekomen zijn om Mij te volgen. Zo berusten ze enkel om bij te dragen wat hen ergert en wat ze niet kunnen vermijden... Ze helpen Mij slechts een deel van mijn Kruis te dragen; zeer klein en van die aard dat ze nauwelijks de verdiensten kunnen verkrijgen die onmisbaar zijn voor hun redding. Maar in de eeuwigheid zullen ze zien welk een afstand er nog overblijft op de weg die ze moeten afleggen.
6)Anderzijds zijn er zielen, en niet weinig, die, bewogen door het verlangen naar hun redding maar vooral door de liefde die hen werd geïnspireerd door de aanblik van Hem die voor hen geleden heeft, besluiten Mij te volgen op de weg naar Calvarie; ze omhelzen het volmaakte leven en bieden zich aan in mijn dienst, niet om Mij te helpen een deel van het Kruis te dragen maar om het helemaal te dragen. Hun enige verlangen is Mij te laten rusten, Mij te troosten; met dat doel bieden ze zich aan voor alles wat mijn Wil van hen verlangt, zoekend hoezeer ze Me kunnen behagen; ze denken noch aan de verdiensten, noch aan de beloning die hen wacht, noch aan de vermoeidheid, noch aan het lijden dat er voor hen uit voortkomt. Het enige dat ze in gedachten houden is de liefde die ze Mij kunnen tonen, de troost die ze Me verschaffen...
7)Als mijn Kruis zich aanbiedt onder de vorm van ziekte, als het verborgen zit in een betrekking die tegengesteld is aan hun geaardheid en nauwelijks in overeenstemming met hun bekwaamheid, als het gepaard gaat met een of andere nalatigheid van de personen die hen omringen, aanvaarden zij het met volledige onderwerping.
8)Ach, dat zijn de zielen die in werkelijkheid mijn Kruis dragen, die het vereren, die zich ervan bedienen om Mij eer te verschaffen, zonder ander belang of loon dan mijn Liefde. Het zijn zij die Mij achten en vereren.
9)Wees ervan overtuigd, als jullie het resultaat van jullie lijden of jullie onbaatzuchtigheid niet of later zien, dat die zeker niet ijdel of vruchteloos geweest zijn, integendeel, de vrucht zal overvloedig zijn.
10)De ziel die waarachtig liefheeft, berekent niet hoeveel zij geleden of gewerkt heeft, verwacht niet deze of gene beloning; ze zoekt enkel datgene waarvan ze gelooft dat het eer brengt aan haar God... Omwille van Hem beknibbelt ze niet op werk of vermoeidheid. Ze windt zich niet op, ze wordt niet verontrust, nog minder wordt ze boos als ze tegengewerkt of vernederd wordt, want het enige motief tot haar daden is de liefde; en de liefde houdt geen rekening met de gevolgen en de resultaten. Hierin ligt het doel van de zielen die geen beloning zoeken. Het enige waarop ze hopen is mijn Glorie, mijn troost, mijn rust; daartoe hebben ze mijn gehele Kruis opgenomen en al het gewicht dat mijn Wil verlangt hen op te leggen.
11)Mijn kinderen, noem Mij bij mijn Naam, want Jezus betekent alles. Ik zal jullie voeten wassen, die voeten die een glibberig pad hebben betreden en die nu gewond zijn van het stoten tegen de stenen. Ik zal jullie tranen wegvegen, Ik zal jullie genezen, Ik zal jullie kussen en gezond achterlaten en jullie zullen geen enkel ander pad kennen dan datgene dat naar Mij leidt.
12)We zijn al op de Calvarie! De menigte wordt opgewonden, want het vreselijke ogenblik nadert... Uitgeput van vermoeidheid kan Ik amper gaan. Mijn voeten bloeden door de stenen van de weg... Drie keer ben Ik gevallen op die tocht. Een keer om de zondaars die aan het zondigen gewoon geworden zijn ,de kracht te geven om zich te bekeren. Een andere keer om steun te geven aan de zielen die vallen uit zwakte en om de zielen die verblind zijn door droefheid en onzekerheid, aan te moedigen zich op te richten en met waardigheid de weg van de deugd op te gaan. En de derde keer, om de zielen te helpen afstand te nemen van de zonde in het uur van de dood.
Deel 1.20 Jezus wordt aan het Kruis genageld
1)Ziet met welke wreedheid die verharde mannen Mij omringen. Enkelen grijpen het Kruis en leggen het op de grond; anderen rukken Mij de kleren af die in de wonden kleven. Die openen zich weer en opnieuw begint het Bloed te stromen.
2)Kijkt, lieve kinderen, hoe groot de schande is en de verwarring die Ik lijd als Ik Mezelf zo zie voor die immense menigte. Wat een smart voor mijn Ziel!
3)De beulen trekken Me de tuniek uit, waarmee mijn Moeder Mij in mijn kindertijd zo smaakvol heeft gekleed en die Zij vergroot heeft naarmate Ik groeide. Ze wierpen er het lot over. Wat zou het verdriet van mijn Moeder zijn bij het aanschouwen van deze scène?
4)Hoezeer zou Ze verlangd hebben die tuniek te houden die nu doordrenkt is met mijn Bloed!
5)Maar het uur is gekomen en ze leggen Mij op het Kruis, de beulen grijpen mijn armen en trekken eraan om ze tot aan de gaten te krijgen die er al in voorbereid zijn... Mijn hele Lichaam wordt geknakt, het zwaait van de ene kant naar de andere en de doorns van de kroon dringen zelfs nog dieper in mijn Hoofd. Hoor de eerste hamerslag die mijn rechterhand vastspijkert... het weerklinkt tot de diepten van de aarde. Hoor weer... ze spijkeren al mijn linkerhand vast en, bij zulk spektakel sidderen de hemelen en de engelen gooien zich neer. Ik bewaar de diepste stilte. Geen enkele klacht, geen enkele zucht ontsnapt aan mijn lippen, maar mijn tranen mengen zich met het Bloed dat mijn Gelaat bedekt.
6)Nadat ze mijn handen vastgespijkerd hebben, trekken ze wreed aan mijn voeten... de wonden openen zich, de zenuwen in mijn handen en armen worden aan flarden gescheurd... het gebeente wordt ontwricht... De pijn is intens!
7)Mijn voeten zijn doorboord en mijn Bloed doopt de aarde!...
8)Overweegt een ogenblik deze bloedige handen en voeten... dit naakte Lichaam, overdekt met wonden, met urine en bloed. Smerig... Dit Hoofd, doorboord met scherpe doornen, in zweet gedrenkt, vol stof en overdekt met Bloed...
9)Bewonder de stilte, het geduld en de bereidheid waarmee Ik dit lijden aanvaard. Wie is het die zo lijdt, slachtoffer van zulke schande? Het is de Zoon van God! Hij die de hemelen, de aarde, de zee en al wat bestaat heeft gemaakt... Hij die de mens heeft geschapen, Hij die dat alles handhaaft met zijn oneindige Macht... is hier roerloos, geminacht, beroofd en gevolgd door een menigte zielen die hun bezittingen, hun familie, vaderland, eer, welzijn, roem zullen achterlaten, zoveel als nodig is, om Hem te eren en Hem de liefde te tonen die ze Hem verschuldigd zijn...
10)Wees aandachtig, Engelen uit de hemel, ook jullie, zielen die Mij beminnen... De soldaten gaan het Kruis omdraaien om de nagels om te slaan om te vermijden dat ze loskomen door het gewicht van mijn Lichaam zodat ik eraf zou vallen. Mijn Lichaam gaat aan de aarde de vredeskus geven. En, terwijl de hamerslagen doorheen de ruimte weerklinken wordt op de top van de Calvarie het zeer bewonderenswaardig spektakel uitgevoerd... De smeekbede van mijn Moeder die, als ze alles aanschouwt wat er gebeurt en zich niet in staat voelt Mij enige verlichting te geven, de Genade van mijn hemelse Vader afsmeekt... Legioenen Engelen dalen neer om mijn Lichaam te ondersteunen, terwijl ze het aanbidden, zodat het niet over de grond zou schuren en om te vermijden dat Ik door het gewicht van het Kruis verpletterd zou worden.
11)Bekijkt jullie Jezus, uitgestrekt op het Kruis, zonder dat Hij de kleinste beweging kan maken... naakt, roemloos, eerloos, zonder vrijheid... Hij is van alles beroofd! Er is niemand die meeleeft en die meelijdt met zijn pijn! Hij ontvangt enkel kwellingen, hoon en spot!
12)Als je Me werkelijk bemint, ben je dan niet bereid om op Mij te gelijken? Zal je dan weigeren Mij te gehoorzamen, Mij te behagen en Mij te troosten?... Werp je ter aarde en sta Me toe dat Ik je enkele woorden zeg:
1)Mijn dochter, je hebt mijn lijden gehoord en gezien, vergezel Mij tot het einde en deel in mijn pijn.
2)Mijn Kruis staat al recht. Hier is het uur van de verlossing van de wereld!
3)Voor de menigte ben Ik het schouwspel van spotternijen... maar ook van bewondering en liefde voor de zielen. Dit Kruis dat tot nu toe een instrument van beproeving was, waaraan misdadigers hun einde vonden, zal vanaf nu het licht en de vrede van de wereld zijn.
4)In mijn heilige Schriften zullen de zondaars de vergeving en het leven vinden. Mijn Bloed zal de vlekken van hun zonden wassen en uitwissen!
5)Mijn heilige zielen zullen naar mijn heilige Wonden komen om er zich te verfrissen en te ontvlammen in mijn Liefde! Zij zullen er hun toevlucht zoeken en er voor altijd hun woning maken.
6)Vader, vergeef hen want ze weten niet wat ze doen, ze hebben Hem niet gekend die hun leven is... Ze hebben alle woede van hun ongerechtigheden om Hem geladen. Maar Ik smeek U, mijn Vader! stort de kracht van uw Barmhartigheid over hen uit.
7)Vandaag zul je met Mij in het Paradijs zijn, want je geloof in de Barmhartigheid van mijn Vader hebben je misdaden uitgewist... Het leidt je naar het eeuwige leven.
8)Vrouw, daar is uw zoon!... Moeder van Mij, hier zijn mijn broeders! Bescherm hen, hou van hen... ze zijn niet alleen.
9)Ach! Jullie voor wie Ik mijn leven heb gegeven, hebben nu een Moeder tot wie jullie je toevlucht kunnen nemen met al jullie behoeften. Ik heb jullie allen verenigd met de strakste banden door jullie mijn eigen Moeder te geven.
10)De ziel heeft reeds het recht aan haar God te zeggen: Waarom hebt U mij verlaten? Inderdaad, nadat Ik het mysterie van de Bevrijding had vervuld, is de mens opnieuw zoon van God geworden, broer van Jezus Christus, erfgenaam van het eeuwige leven...
11)O, mijn Vader... Ik dorst naar uw Heerlijkheid... en het uur is nu gekomen... Voortaan, bij de vervulling van mijn Woorden, zal de wereld weten dat U het bent die Mij gezonden hebt en die verheerlijkt zal worden.
12)Ik dorst naar uw Heerlijkheid. Ik dorst naar zielen... en om die dorst te lessen heb Ik mijn Bloed tot de laatste druppel vergoten. Daarom mag Ik zeggen: Alles is volbracht. Nu is het grote mysterie van de Liefde volbracht, waarvoor God zijn eigen Zoon naar de wereld zond, om het Leven aan de mens terug te geven... Ik kwam naar de wereld om uw Wil te doen, o mijn Vader. Nu is het volbracht!
13)Aan U lever Ik mijn Ziel over. Zo zullen de zielen die mijn Wil volbrengen naar waarheid kunnen zeggen: Alles is volbracht... Mijn Heer en mijn God, ontvang mijn Ziel... Ik leg ze in uw geliefde handen.
14)Voor de zielen in stervensnood offerde Ik mijn Dood aan de Vader, en ze zullen het leven hebben. In de laatste kreet die Ik slaakte vanop het Kruis, omarmde Ik de hele vorige, huidige en toekomstige mensheid. De stekende stuiptrekking waarmee Ik Me van de aarde losmaakte, werd door mijn Vader met eindeloze Liefde ontvangen en de hele hemel jubelde voor Hem omdat mijn Mensheid in zijn Heerlijkheid binnenging. In hetzelfde moment, dat waarin ik mijn Geest overleverde, kwamen een menigte zielen met Mij samen: zij die reeds eeuwen en eeuwen naar Mij hadden verlangd, zij die slechts weinige maanden of dagen naar Mij verlangden... maar allen zeer intens. Wel, die ene vreugde volstond voor alle smart die Ik geleden had.
15)In gedachtenis van die vreugdevolle ontmoeting, moeten jullie weten dat Ik besloten heb de stervenden bij te staan en dat dikwijls zelfs zichtbaar te doen. Aan hen verleen ik de Redding, om diegenen te eren die Mij zo liefdevol ontvingen in de Hemel. Bidt daarom voor die stervenden want Ik hou veel van hen. Telkens als jullie de laatste kreet die Ik slaakte aan de Vader opdragen, zullen jullie gehoord worden; want daardoor zijn vele zielen aan Mij gegeven.
16)Het was een moment van vreugde toen het hele Hemelse Hof zich voor Mij opstelde, dicht opeen en trillend, wachtend op mijn Dood. Want, onder alle zielen die Mij omringden, was er één die bijzonder uitgelaten was, zozeer dat ze schitterde van vreugde, van liefde... Dat was Jozef die, beter dan wie ook, begreep welke heerlijkheid Ik had verworven na zo'n bittere strijd. Hij voerde alle zielen aan die op Mij wachtten; aan hem was het toegestaan mijn eerste ambassadeur te zijn in het voorgeborchte. De engelen, van iedere orde, vereerden Mij, op zo'n manier dat mijn Menselijkheid, die al schitterde, omringd werd door talloze heiligen die Mij aanbaden en verheerlijkten.
17)Mijn kinderen, op de aarde zijn er geen roemrijke kruisen; ze zijn alle omgeven door geheimzinnigheid, door duisternis, door kwellingen. Door geheimzinnigheid omdat jullie ze niet begrijpen; door duisternis omdat ze het verstand vertroebelen, omdat ze juist toeslaan op plaatsen waar ze niet zouden mogen toeslaan.
18)Klaag niet, stel niet uit; Ik zeg jullie dat Ik niet enkel het houten Kruis heb gedragen dat Me naar de heerlijkheid heeft gebracht, maar , vooral, dat onzichtbare maar permanente Kruis dat gevormd wordt door de kruisen van jullie zonden. Ja, en van jullie lijden. Alles wat jullie lijden was het voorwerp van mijn smart, het is zo dat Ik niet enkel geleden heb om jullie de Verlossing te brengen maar ook voor wat jullie op dit ogenblik moeten lijden. Ziet de Liefde die Mij met jullie verenigt; vindt daarin de bevestiging van Mijn Heilige Voornemen en verenigt jullie met Mij, terwijl jullie rekening houden met hoe Ik Me gedroeg onder grenzeloze bitterheid.
19)Als symbool heb Ik een stuk hout genomen, een Kruis. Ik heb het gedragen, met grote Liefde, voor het welzijn van allen. Ik heb waarachtige droefheid geleden, omdat iedereen zich in Mij zou kunnen verheugen. Maar vandaag, hoevelen geloven er in Hem die hen waarachtig liefhad en die jullie liefheeft? Denk Mij in het beeld van de Christus die weent en bloedt. Daar en op die manier ontvangt de wereld Mij.
Deel 1.22 De verrijzenis van Jezus
1)Goede Vrijdag werd gevolgd door de roemrijke dageraad van de zondag van de Verrijzenis... Als Ik niet besloten heb de wereld te vernietigen, betekent dat dat Ik hem wil vernieuwen en verjongen. De oude bomen moeten hun blaren verliezen en gesnoeid worden zodat de nieuwe knoppen kunnen uitbotten. En de oude takken, de droge bladeren, worden verbrand.
2)De bokjes van de lammeren scheiden, zodat ze, om goed voorbereid te zijn, vruchtbare weiden kunnen vinden waar ze naar genoegen kunnen grazen en drinken van de heldere bronnen van redding... Het is mijn verlossend Bloed dat de droge gronden bevloeit die als woestijnen van de wereld der zielen overgebleven zijn; en dat Bloed zal steeds over de wereld vloeien, zolang er een mens is die moet gered worden.
3)Geliefde bruid, Ik wens wat jij niet wenst, maar Ik kan doen wat jij niet tot stand kunt brengen. Jouw missie is ervoor te zorgen dat Ik bemind word door de zielen, hen te leren met Mij te leven. Ik ben niet, onder duizend martelingen, aan het Kruis gestorven om de hel met zielen te bevolken, maar wel het Paradijs met uitverkorenen.
Gebed tot H.Jozef om een
bijzondere genade te verkrijgen.
O Goede Heilige Jozef, mijn tedere Vader, Bewaarder van Jezus en zuivere
Bruidegom van Gods Moeder, ik smeek en verzoek u dringend God de Vader zijn
voor de zondaars gekruisigde Zoon op te dragen. Verkrijg ons van de Eeuwige
Vader in de driemaal heilige naam van Jezus de genade waar wij om smeken.
Vraag hem barmhartigheid voor Uw kinderen. Te midden van Uw eeuwige
heerlijkheid gedenk de narigheden van onze wereld, gedenk degenen die lijden,
degenen die bidden, degenen die wenen. Door bemiddeling van Uw gebed en die van
Uw allerheiligste Bruid, moge Jezus ons vertrouwen beantwoorden en onze hoop
bekrachtigen. Amen.
Oefening van de VII Smarten en van de VII Vreugden van de H.Jozef.
1.De menswording van Jezus, de Verlosser.
H.Jozef, bij uw SMART, toen gij besloot in stilte van Maria te scheiden, en bij uw VREUGDE,toen de engel u zei, Maria, uw vrouw, tot u te nemen, en u boodschapte dat Zij de Moeder van de Verlosser zou wezen ( Mt 1,12-20). Gelieve voor ons ten beste te spreken, Onze Vader , Weesgegroet en Eer aan de Vader .
2. De geboorte van Jezus, God.
H.Jozef, bij uw SMART, toen gij te Bethlehem geen schuilplaats vond bij de mensen, en bij uw VREUGDE, toen gij de pasgeboren Jezus in de kribbe mocht aanbidden ( Lk 2 1-7), Gelieve voor ons ten beste te spreken, Onze Vader , Weesgegroet en Eer aan de Vader .
3. De besnijdenis van Jezus, uw voedsterzoon.
H.Jozef, bij uw SMART, toen het bloed van het goddelijk Kind voor de eerste maal vloeide, en bij uw VREUGDE, toen gij Het, naar Gods bevel, Jezus noemde ( Lk 2 21). Gelieve voor ons ten beste te spreken, Onze Vader , Weesgegroet en Eer aan de Vader .
4. De profetie van Simeon, van Lijden en Glorie.
H.Jozef, bij uw SMART, toen Simeon het lijden van Jezus en Maria voorzegde, en bij uw VREUGDE, toen gij zag dat Jezus bij Zijn opdracht in de tempel als Verlosser van Israël werd erkend (Lk 2 22-23). Gelieve voor ons ten beste te spreken, Onze Vader , Weesgegroet en Eer aan de Vader .
5. De vlucht naar Egypte, de redding van Jezus.
H.Jozef, bij uw SMART, toen de engel u zei naar Egypte te vluchten omdat Herodes het Kind zocht om Het te doden, en bij uw VREUGDE, toen gij met Jezus iw uw armen het gevaar ontvluchtte. (Mt 2 13-16). Gelieve voor ons ten beste te spreken, Onze Vader , Weesgegroet en Eer aan de Vader .
6. De terugkeer van Egypte naar Nazareth.
H.Jozef, bij uw SMART, toen gij, op uw terugtocht uit Egypte, nog ongerust waart voor Jezus en bij uw VREUGDE, toen de engel u zei naar Galilea te gaan ( Mt 2 22-23). Gelieve voor ons ten beste te spreken, Onze Vader , Weesgegroet en Eer aan de Vader .
7. De terugvinding van de verloren Jezus.
H.Jozef, bij uw SMART, toen gij de twaalfjarige Jezus had verloren, en bij uw VREUGDE, toen gij, na drie dagen zoeken , hem vond te midden van de leraren (Lk2 41-52), Gelieve voor ons ten beste te spreken, Onze Vader , Weesgegroet en Eer aan de Vader .
St Jozef, aub help mij.
Help mij aub St Jozef
Ga tot Jozef!! ( Gen.41,55) St Jozef van de Nieuwe wijk te Kapellen ( Antwerpen)
Daar, zal ik ten beste spreken voor allen die mij komen aanroepen, zelfs zó dat de hemel de aarde raakt en de aarde de hemel.
(= belofte van St Jozef aan Zuster Justa, mrt 1956).
Bron: Vriendenkring H Jozef tel 056 31 04 86
19 MAART 2012
The
Theology of St. Joseph
Saint
Josephs Paternity of the Son of God
By José Antonio
Varela Vidal
ROME, MARCH 19,
2012 (Zenit.org).- Italian
Father Tarcisio Stramare and Brazilian Father Alberto Santiago of the
Congregation of Oblates of Saint Joseph, were appointed by their Congregation
to the work of the Josephite Movement. On the feast of Saint Joseph , March 19, ZENIT interviewed
these two theologians.
ZENIT: What
can you tell us about this research center you direct?
Father
Tarcisio: Its called the Josephite Movement and it was founded in 1983 by
Father Angelo Renero. Its objective is to make the figure of Saint Joseph known. It is a commitment of the
Congregation to open itself and put its charism at the disposition of others.
ZENIT:
Lets talk about Saint Joseph
, whose best known feast is celebrated on March 19. Why is he a model for
fathers of families?
Father
Tarcisio: Because he was a man who put himself at the service of his family. He
is the one who guides, its true, but at the same t ime he is the littlest one
because he serves with love. He did not beget Jesus, but he is his father and
in the Apostolic Exhortation Redemptoris Custos, Blessed John Paul II defends
the full authenticity of Josephs paternity.
ZENIT: Placing
ourselves in the Jewish tradition and in daily life in Nazareth , what did Jesus learn from his
father?
Father
Tarcisio: He learned experience, which is something very different from
speculative knowledge. He learned about human life, because he was truly a
child, a youth, a worker. He learned to talk, to pray, to read the word of God
next to his parents. And this is very important.
ZENIT: Did
Joseph, like Mary, keep all these things in his heart?
Father
Tarcisio: The Gospel doesnt mention it, but he clearly meditated. We are doing
a theological study on the artistic representations that have Joseph with a
book, as Mary is also seen when she receives the angel, to show that she saw in
the will of God what she should do. Also in iconography we see Joseph reading a
book; he was not only a worker, but read and sought to understand what he
should do to carry out the will of God. Redemptoris Custos reiterates that he
was with Mary, which makes it clear that he meditated everything, with her,
in his heart.
ZENIT: In
paintings and images he is seen with a flower, at other t ime s with a staff
that flowers.
Father
Tarcisio: The staff is the flowering branch of the almond tree that God made to
flower to choose the high priest Aaron, as the custodian of the Tabernacle in
Numbers 17:23. Now it is Joseph whom God has chosen directly as Custodian of
a more precious tabernacle, which is Jesus. We see that in Hebrew the almond
tree means vigilant and it is the first flower that appears in spring and
alerts that the season has arrived. That is why it is Saint Joseph who alerts us that the
Incarnation has happened. If we look at the pictures up to the end of the 19th
century, it was always thus, but painters havent understood well and introduced
the iris or lily which signifies purity.
ZENIT: What
do the Fathers of the Church write about Saint
Joseph ?
Father
Tarcisio: The Fathers of the Church, up to Saint Bernard, speak with great
respect of Saint Joseph
. Lets keep in mind that they didnt have the theology manuals of today, but
only the Gospel and primarily Matthew. Then, with the passing of the centuries
the apocryphal Gospels have influenced a lot, with their legends and fantasies.
For example, here in Europe , he is
represented as elderly, more asleep than in an active role.
ZENIT: And,
from where does devotion to a good death come?
Father
Tarcisio: This arose because people are interested in dying well. If he died in
the midst of Jesus and Mary, what is better than to die like that? It is a
devotion, not theology, but this devotion should lead us to the source itself.
ZENIT:
Josephs faith was fundamental, but its believed that he had doubts,
especially about Mary.
Father
Tarcisio: No, on the contrary, he was the patriarch par excellence, the
splendor of the patriarchs, more than Abraham who was the Father of faith. He
had no crises, but yes difficulty, because he was faced with the mystery, faced
with something that was so great for him that he wondered: What do I do here?
If God has chosen her, do I have a right to have her? Or if he was the Son of
God, do I have the right to say he is my son? Wouldnt I be deceiving everyone?
Faced with the question of what he should do, he thought of leaving, but God
tells him in a dream that he must stay and be the childs father, husband of
Mary, and to name him Jesus and recognize him, which was important because only
a father could do so. In this way Jesus was also of Davids descent thanks to
his father, not his mother.
ZENIT:
Hence, he is a model of faith?
Father
Tarcisio: Yes, because he accepted and did the will of God. He lived what is
called a pilgrimage of faith, a journey that in the measure that one knows what
God wants, it is done. Its not only believing in truth, but complying with it
through faith.
ZENIT: From
all that you have read and discovered, what best describes Saint Joseph ?
Father
Tarcisio: I discovered his participation in the plan of salvation, and that he
is a key personage in the Incarnation. Without him, neither the Incarnation nor
the Redemption, which are very united, could have taken place.
ZENIT: In
the parish of Saint Joseph on the Aurelia, which
you have built here in Rome
, there is a tapestry a gift of Pope Paul VI, isnt there?
Father
Tarcisio: Yes, it was made for an anniversary of the proclamation of Saint Joseph as Patron of the universal Church, declared
by Pius IX, but it was not exhibited in Saint
Peters . As I learned that it was stored, one day when
Paul VI asked me what he could give me for the work I had done in the
Commission of the New Vulgate, I asked him for the tapestry and he gave it to
me. Now it is venerated in our church and in this beautiful work we can see
Joseph looking up, with two angels by his side: one who shows him the decree
naming him and the other that presents him with the Church for his protection.
ZENIT: We
can be sure that your work will continue, because you have been accompanied for
some years by Father Alberto. We now ask him: Why did Saint Joseph Marello
choose Saint Joseph
as patron of the Congregation?
Father
Alberto: It was the 19th century, in which an infinity of Congregations
developed under his patronage because of the declaration of him as a universal
patron. And the founder saw in Saint
Joseph the way to serve the Church, as a model of
union with Jesus and of service to the Church.
ZENIT: And
what did he advise his sons about this figure?
Father
Alberto: In the educational field he asked us to pray to Saint Joseph to look after us and our
students. And to us, religious, he said we should carry out our ministry as he
did, in profound union with Jesus, serving and doing the will of God. That he
should be our model.
ZENIT: You
have been helping Father Tarcisio. What new thing have you found in this work?
Father
Alberto: I have never doubted Saint
Joseph s importance. But from this work beside Father
Tarcisio I have obtained deeper knowledge; it is like a window that opens and I
see how it opens ever more. For example, the theological aspect of Saint Joseph , because we
in the Congregation have always prayed to him, but its different when you
discover the foundation, which is not only something personal or sent ime ntal,
but which is related with the root of the faith. As a priest, its something
new that strengthens me in faith and in trust.
ZENIT: And
has Saint Joseph
worked a miracle for you?
Father
Tarcisio: His friendship. Its what benefits me most because he has me under
his protection and thats the most beautiful miracle. I pray to him because he
is my director, he is the one who gives orders and I carry them out.
Heilige Jozef, voedstervader van het goddelijk Kind
Jezus, beschermer van het heilig Huisgezin, kuise bruidegom van de heilige
Maagd Maria, vol vertrouwen bidden wij tot U,
Voorspreker in alle nood:
-Help de zielen van het vagevuur en
breng hen bevrijding.
-Ondersteun de stervenden.
-Behoed en zegen onze gezinnen.
-Genees de zieken.
-Steun allen die lijden.
-Red onze jeugd uit de talloze
verleidingen waaraan zij is blootgesteld.
-Geef dat wij een rein en sober
leven leiden.
-Inspireer alle bisschoppen en
priesters tot grote nederigheid, volkomen trouw en heilige toewijding.
-Schenk de genade van bekering aan
de vele verdwaalde en afvallige zielen.
-Leid de kleine rest van trouwe
christenen tot totale liefde en blijmoedige overgave aan Jezus en Maria.
-Bescherm heel speciaal onze
geliefde Paus , Benedictus XVI.
-Voer de heilige Kerk van Jezus,
doorheen de storm van verwarring en vervolgingen, tot de overwinning over de
satanische machten. Moge Maria, onze Hemelse Moeder weldra de kop van het
Serpent verpletteren.
-Breng alle zielen tot de ware
vrede in Gods Koninkrijk op aarde.
-Help ons in deze eindstrijd en
voer ons tot het enige grote Doel van ons bestaan: leven in Gods Liefde, nu en
altijd!
Dank U, heilige Jozef, nooit is iemand teleurgesteld,
die op U vertrouwde
Jezus, Maria, Jozef, ik bemin U, redt de zielen.
Aanbeveling: bid dit
gebed elke dag van de maand maart, toegewijd aan de heilige Jozef. Maar ook in
de loop van het jaar. Dank U.
Alleen de liefde tot God, aan wie wij ons heel en al
toevertrouwen kan ons redden.
Galm het uit, en houd u niet in, Laat schallen uw stem als
bazuinen; Maak mijn volk zijn misdaden bekend, Het huis van Jakob zijn zonden!
Zeker, ze zoeken Mij iedere dag, En hunkeren er naar, mijn wegen te
kennen: Als waren ze een volk, dat gerechtigheid oefent, En de wet van zijn
God niet verzaakt. Zelfs durven ze Mij rechtvaardige oordelen vragen, En naar
de Komst van God verlangen; "Waarom ziet Gij niet, dat wij vasten; Weet
Gij niet, dat we ons vernederen!" Ziet, op uw vastendag zoekt gij uw voordeel,
En beult gij al uw arbeiders af. Ziet, gij vast onder kijven en twisten,
En slaat er ruw met de vuisten op in. Neen, zoals ge nù vast, Zal uw stem in
de hoge niet worden gehoord! Is dit soms een vasten, die Mij aangenaam
is, Een dag, waarop de mens zich vernedert? Zijn hoofd laten hangen als een
riet, In zak en as gaan liggen: Noemt ge dat soms vasten, Dat soms een dag,
die Jahweh behaagt? Is dit niet een vasten, Zoals Ik het wil; Is de
godsspraak van Jahweh, den Heer: Zondige boeien slaken, Knellende banden
ontbinden; Verdrukten de vrijheid geven, Ieder juk verbreken? Is dat
niet een vasten: Den hongerige uw brood reiken, Arme zwervers in huis opnemen;
Den naakte kleden, dien gij ziet, Uw eigen broeder niet verstoten? Dan
eerst zal uw licht als de dageraad gloren, En uw wonde spoedig genezen, Uw
gerechtigheid voor u uitgaan, De glorie van Jahweh u volgen; Dan eerst
zal Jahweh u verhoren, Als ge Hem aanroept; En als ge om hulp smeekt, U
zeggen: Hier ben Ik.
Leviticus 19,1-2.11-18.
Jahweh sprak tot Moses: Beveel heel de gemeenschap van Israëls kinderen, en zeg hun: Weest heilig;
want Ik, Jahweh uw God, ben heilig! Ge zult niet stelen. Ge moogt niet
liegen noch elkander bedriegen. Ge moogt niet vals zweren bij mijn Naam,
en de Naam van uw God niet ontheiligen. Ik ben Jahweh! Ge zult uw naaste
niet afzetten of beroven. Ge zult het loon van den dagloner niet tot de
volgende morgen bij u houden. Een dove zult ge niet verwensen, en den
blinde geen struikelblok in de weg leggen. Gij zult uw God vrezen; Ik ben
Jahweh! Gij zult bij de rechtspraak geen onrecht begaan: den arme niet
bevoordelen, maar ook niet de partij van den rijke kiezen; met
rechtvaardigheid moet ge uw naaste oordelen. Gij zult geen laster onder
uw volk rondstrooien, en niet naar het bloed van uw naaste dorsten. Ik ben
Jahweh! Gij moogt tegen uw broeder geen haat koesteren. Gij moet uw
naaste terecht wijzen, om niet medeplichtig te worden aan zijn zonde. Neem geen wraak en blijf ook geen wraak koesteren tegen de zonen van uw
volk, maar bemin uw naaste gelijk uzelf. Ik ben Jahweh!
Mattheus 6,7-15.
Als gij bidt, gebruikt dan geen
stortvloed van woorden, zoals de heidenen dit doen; want ze menen, dat ze om
hun vele woorden worden verhoord. Doet niet zoals zij; want uw Vader
weet, wat gij nodig hebt, vóórdat gij er Hem om vraagt. Zó zult gij dus
bidden: Onze Vader, die in de hemel zijt: Uw naam worde geheiligd. Uw
rijk kome. Uw wil geschiede op aarde, zoals in de hemel. Geef ons heden
ons dagelijks brood. En vergeef ons onze schuld, zoals ook wij aan
anderen hun schuld vergeven. En leid ons niet in bekoring, maar verlos
ons van het kwade. Want zo gij aan de mensen hun fouten vergeeft, zal uw
hemelse Vader ook u vergeven. Maar vergeeft gij aan de mensen niet, dan
zal uw Vader ook uw fouten niet vergeven.
Patriarch of Jerusalem Calls for
Fasting for Peace
JERUSALEM, FEB. 21, 2012 (Zenit.org).- Here is the Lenten letter from
the Latin Patriarch of Jerusalem, Fouad Twal.
* * *
Dear Brothers and
Sisters in Christ, Grace and peace be with you all!
1. We read in the
Gospel that Jesus fasted for forty days and forty nights. (Mt
4:2)
This fast very likely
took place in the desert region four kilometers northwest of Jericho , on a mountain named
Quarantena (or Quruntul in Arabic). In the 12th century, the
mountain belonged to the Latin Canons of the Holy Sepulcher, and was inhabited
by a group of clerics named the Brothers of the Forty Days.
Once more, our Church of Jerusalem may speak not only about
history, but also of the geography and the topography of Salvation. This site,
not far from Jordan ,
is a place of pilgrimage not only for Christians coming from afar but also for
the local faithful who are invited to visit the sites of our Redemption with
piety.
2. A fast which the
Lord did not need!
In theory Jesus could
have miraculously dispensed with food; but he had to become like his
brothers and sisters - other men, and has similarly been tested
in every way, yet without sin. (Heb 4:15) Neither his fast, nor even his
baptism from John, satisfied any kind of personal necessity. In contrast,
penance, fasting, reconciliation, with prayer and almsgiving are indispensable
for us for the atonement of our own sins. However, there is an essential
difference: we have in the fast of our Lord, a magnificent example for
ourselves. We cannot fast for forty days and forty nights without
anything to eat; but during Lent the Church undertakes to re-enact the t ime passed by Christ in the desert in prayer and
fasting. The intention of the Church is clear: to imitate Christ
(1 Cor 11:2) who wished to serve as an example, not only in the
washing of one anothers feet (Jn 13:15) but also in every other domain.
(Phil 2:5)
Our fast intends to
imitate that of Christ, who himself followed the example of Moses who fasted
forty days before receiving the tablets of the Commandments. (Ex 34: 28-29)
Elijah also fasted for forty days before his encounter with the Lord on Horeb.
(1 Kgs 19:8) During the transfiguration of our Lord on Mount Tabor ,
it was precisely these two figures, who had fasted forty days, who appeared
beside the Messiah in glory.
3. A
preventive and atoning fast
In his 2009 Lenten
message, Pope Benedict XVI raised the question of what value and sense there
might be for us Christians today, in depriving ourselves of food and drink,
both being necessities for our health and survival. He responded with support
from Holy Scripture and Christian Tradition that a fast is an important
undertaking for the avoidance of sin and all that might lead us to it.
In his Lenten message
for 2011, the Pope denounced greed, as if men wanted to devour the
world. He stated, we are often faced with the temptation of accumulating
and love of money that undermine Gods primacy in our lives. In
2008, he courageously said: According to the teaching of the Gospel, we
are not owners but rather administrators of the goods we possess: these, then,
are not to be considered as our exclusive possession, but means through which
the Lord calls each one of us to act as a steward of His providence for our
neighbor. Through this sharing and in communion, we live as in the early
Church of Jerusalem . (Apostolic Life
of the Early Christians in Acts 2 and 4; 2 Cor 8 and 9) The beloved apostle,
John, wrote with severity: If someone who has worldly means sees a
brother in need and refuses him compassion, how can the love of God remain in
him? (1 Jn 3:17)
The Holy Fathers
Message for Lent this year takes the theme: Let us be concerned for each
other, to stir a response in love and good works. (Heb 10:24) Pope
Benedict stated that, Christians can also express their membership in
the one body which is the Church through concrete concern for the poorest of
the poor. Concern for one another likewise means acknowledging the good that
the Lord is doing in others and giving thanks for the wonders of grace that
Almighty God in his goodness continuously accomplishes in his children.
For us sinners, mortals
constantly confronted with our failures, fasting is an effective way to
demonstrate our repentance and the desire to set right our failings. It
was in this way that after Jonahs warning, through penance and fasting
the Ninevites avoided Gods wrath and were granted His mercy.
(Jonah 3:10)
Jesus gives us a
framework for fasting and almsgiving: that they are to be carried out secretly
and discretely, without pretension, (Mt 6: 3-4) showing outwardly neither
misery nor mortification. (Mt 6:16) This does not in any way contradict the
public and communal character of these practices in the Church, but rather is
necessary to spurn individual excess and caprice.
Later, Jesus will
expound on the Christian fast, in contrast with that of the Pharisees and the
disciples of John: Christians, as relatives of the Bridegroom, will fast
in those days [when He is taken away from them] and raised on the Cross.
(Mk 2: 19-20)
This is why the first
Christians fasted during the holy Triduum. Subsequently, they fasted every
Wednesday and Friday. (The Didache, Ch. 8)
Penance is a healthy
practice. Indeed, it calls for a healthy attitude, which is a
return to the Lord and to His goodness; a return to the
Father like the prodigal son. (cf Lk 15) In fact, the verb toubou
in Aramaic and Arabic means Return. This call by the Baptist and
the Savior is significant. It is there, near the Jordan
River and the rest of this desert region, where the presence of
God is marked in the emptiness and splendor of nature!
4. A fast of conversion
of persons and peoples
In the tradition of the
Church, Lent is a preparation for the Easter Triduum, the days during
which the Bridegroom will be taken away from among us, (Mt 9:15) and
raised on the Cross.
Lent is a forty-day
journey, symbolically representing the forty years of the Hebrew people in the
desert it is a call:
a) To meditate on the
mystery of the Cross, that we might conform ourselves to the death of Jesus,
(cf Rom 6:5) in light of a radical change in our lives;
b) To be docile to the
action of the Holy Spirit, who will transform us, as he transformed Saul of
Tarsus on the road to Damascus ;
c) To adapt our lives
with determination to the will of God, freeing ourselves from any egoism, lust
for power, or avarice, by opening our hearts to the love of Christ and
neighbor, especially the poor and indigent. Lent, as the Holy Father reminds
us, is a providential t ime for us to
recognize our frailty and welcome reconciliation, in order to orient ourselves
to Christ.
Lent this year is
between two Episcopal Synods of extreme importance. The first was the Special
Assembly for the Middle East in October 2010,
and the next in October this year, for the New Evangelization for the
Transmission of the Christian Faith. As with ecumenism which aims at
reconciliation in light of the unity of Christians, it is the conversion
of the heart which, by the grace of God, is the key to seemingly
impenetrable problems and the end to ostensibly ceaseless and irreparable
hostilities. This conversion rests on the understanding that man does
not live on bread alone but by every word that comes forth from the mouth of
God, (Mt. 4: 4) that the flesh [alone] is of no use, and
one must watch and pray that you may not undergo the test. (Mt.
26:41) In this case, fasting is an excellent antidote to the many excesses of
every day.
Is this not a great t ime for the people of our region, constantly in
conflict, to return to the Lord, by the application of the Ten
Commandments, especially the respect for life, for property, and for human
rights? Would the solution not be in a metanoia, in upheaval, in
radical change, whereby the good of the nations supersedes the interests of
some leaders and authorities to the detr ime nt
of their people?
5. A fast in a t ime of crisis
In the midst of
difficulty and adversity, we must act with wisdom while helping one another.
Pope Benedict has stated without hesitation from the advent of the global
financial crisis that, those who construct on money build on sand. The Holy Father
on several occasions has underlined that the fundamental crisis is one of
values and ethics, following a crisis of faith.
6. Our fast: a means
not an end
We do not fast simply
to fast. We fast to imitate Christ, to be conscious of those who hunger and thirst.
As procla ime d by the fourth Preface
for Lent: For through bodily fasting you restrain our faults, raise up
our minds, and bestow both virtue and its rewards, through Christ our
lord.
7. Fast for peace
In the Holy Land and
throughout the Middle East , we continue to
suffer from violence and conflict. Peace is one of the greatest graces that the
Lord gives to humanity. With the birth of the Saviour, who is Peace incarnate,
in Bethlehem-Ephratha, (Mic 5:1, 5) the angels sang peace to those on whom
His favor rests. (Lk 2:14) The Lord asks us to work for peace, and if we
achieve it, He commends us with compassion and gentleness. (Beatitudes, Mt
5:3,9) Before his Passion, he declared to his disciples: I leave you
peace, my peace I give you. (Jn 14:27) In his crucified Body, Jesus
abolished the separation wall between peoples, (Eph 2:14) by establishing
peace. It is this peace that we hope to achieve by the grace of God, to which
we dedicate our prayer, our penance and our fast.
8. How to fast
The Church demands a
minimum of fasting and abstinence as follows:
a) Those above 14 are
asked to abstain from meat on Fridays during Lent, during the t ime of the Passion, and on Ash Wednesday.
b) Those between 21 and
60 are urged to be satisfied with only one meal per day. The sick and elderly
are excused from this practice.
c) In addition to
abstinence and fasting from certain foods and drinks, it is the
spiritual fast which most pleases the Lord: that our sense of
fasting extends to refusing sin, in word, act, and
omission.
d) During Lent, it is
advised to avoid succulent meals and alcoholic beverages. It is suitable to
abstain from or limit smoking. To promote an atmosphere of contemplation and of
piety, it would be beneficial to avoid or reduce viewing spectacles, especially
on television and the internet.
e) So that charity and
almsgiving might accompany our fast, we suggest that the fruit of our
sacrifices and renunciations be offered to the poor, and to a vital project for
our Diocese. I propose, in particular, donations for the construction of the
Church of the Baptism of the Lord and the adjacent convent on the Jordan .
Conclusion
In the Mother Church
of the Holy City ,
the city of Calvary ,
of the empty tomb of the Resurrection, of the Church of the Ascension and of
Pentecost, we pray with fervor. We plead that the Lord accept our penance and
include us, in spite of our weaknesses, in the procession of his
triumph over evil, sin, and death. (Eph 1:15-23)
And that the
Lord, creator of heaven and earth, bless you all the days of your life.
(Ps 128:5)
Een exorcist over de rook van de Duivel in het Vaticaan
Iedereen heeft zo
zijn eigen agenda. Het totaalplaatje zit nogal ingewikkeld in elkaar
omdat zowel hulpjes van het duister als gevallen lichtwezens zich er
niet van bewust hoeven te zijn in welke agenda van welke groepering ze zijn
ingelijfd.
Het massabewustzijn in het westen is zwaar geprogrammeerd met
het idee dat duistere krachten in absolute zin niet bestaan. Voor de
psychologie betekent dit concreet dat bezetenheid niet mogelijk is: elk
menselijk lichaam wordt gewoon bewoond door een enkele spirit, een enkele
geest of bewustzijnseenheid, die in zijn eentje dat lichaam kan beheren en
besturen. Bezetenheid in al zijn vormen van lichte astrale
beïnvloeding via tijdelijk overschaduwen, van manipulaties op afstand tot
complete overname - wordt in alle toonaarden ontkend.
Er zijn een
aantal prullenbakbegrippen geïntroduceerd binnen de psychologie en de
psychiatrie waar men al het onverklaarbare in kwijt kan: wanen,
hallucinaties, schizofrenie. Dit zijn geen verklaringen, het zijn etiketten.
Wie nog verder op zoek gaat naar een verklaring zoekt die meestal in de
biologie van het fysieke lijf: hormonale, chemische reacties die een
ongewenst effect hebben.
Culturen die nog kennis hebben over bezetenheid,
al dan niet aangevuld met bijgelovige angst - worden in het Westen
afgeschilderd als primitief en achterlijk.
Er is een plan in uitvoering,
bijna volbracht eigenlijk, om culturen met gedegen sjamanistische kennis
over bezetenheid en de aard van de materiële werkelijkheid te
verdrukken, klein te houden of gewoon uit te moorden.
Binnen de westerse
Christelijke cultuur is er een traditioneel bolwerk van kennis over
duivelsuitdrijving, aanwezig en actief in het Vaticaan. Dat is een
slangenkuil die vele soorten gif herbergt. Maar de tijden veranderen, ook
daar - want de exorcisten van het Vaticaan worden binnen Christelijke
gelederen in een verdomhoekje gestopt.
Hier volgt de vertaling van
een interview uit 2001, van Stefano Maria Paci van het blad 30Dagen met
Pater Gabriël Amorth, hoofd exorcist van het Vaticaan.
Over de rook van de Duivel
Er zijn 29 jaren voorbij sinds die
gedenkwaardige dag, 29 juni 1972, het feest van de heilige Paulus, prins der
Apostelen. Dat feest van Paulus bracht het Evangelie van Christus naar
de verre uithoeken van het Westen.
Op die gedenkwaardige dag had Paulus VI een dramatische waarschuwing doen uitgaan naar de wereld. Hij sprak over
Gods aartsvijand, de vijand der mensheid, Satan, vijand van de kerk.
De rook van Satan, waarschuwde Paulus de Zesde heeft zich
door de spleten heen een weg de Kerk in gebaand.
Hoe zit het daarmee,
vandaag de dag, 29 jaar later? Is die rook opgelost of alleen maar dikker
geworden?
30Dagen heeft een bezoek gebracht aan de man die dagelijks
te maken heeft met Satan en zijn streken. Het is zowat zijn vak. Hij is de
beroemdste exorcist van de wereld: Pater Gabriël Amorth, oprichter en
erevoorzitter van de Internationale Vereniging van Exorcisten.
Een
andere aanleiding voor dit bezoek was het feit dat op 15 mei 2001 de
Italiaanse vertaling van het nieuwe Uitdrijvingsritueel was goedgekeurd
tijdens de Italiaanse conferentie van Bisschoppen. Er zijn nog wat
formaliteiten die moeten worden uitgevoerd, maar dan kan het in de praktijk
in gebruik worden genomen.
Is dit het nieuwe wapen in de strijd van Kerk
tegen de Vijand? Zal het die rook verdrijven, als dat nog niet is gebeurd,
die de tempel van de Heer was binnengedrongen? Zeer zeker niet! Is de
mening van Pater Amorth. Hij zou ons vertellen hoe deze oorlog die al
millennia woedt nu in al zijn furie oplaait. De frontlinies van die veldslag
hebben zich nu verplaatst naar het interieur van het huis van de Heer.
En die rook heeft zich in onverwachte richting
verplaatst.
Eindelijk is die Italiaanse vertaling van het
uitdrijvingsritueel er dan..
Amorth: Inderdaad. Vorig jaar kon het
nog niet worden goedgekeurd tijdens de Bisschoppelijke Conferentie omdat er
vertaalfouten in zaten. Wij duivelsuitdrijvers die het zouden moeten gaan
gebruiken, hebben toen weer van de gelegenheid gebruik gemaakt om erop
te wijzen dat wij het niet eens zijn met die Nieuwe Rite.
De originele
Latijnse tekst is niet veranderd door de vertaling. Deze Rite waar we zo
lang op hebben gewacht blijkt een aanfluiting te zijn, een zure grap die ons
aan banden legt in onze strijd tegen de Duivel.
Dat is een serieuze
beschuldiging. Kunt u uitleggen wat u daar precies mee
bedoelt?
Amorth: Ik kan u twee voorbeelden geven, twee duidelijke
voorbeelden. Punt 15 gaat over het kwaad in de betekenis van het boze oog
en hoe wij ons zouden moeten gedragen. Het boze oog is een vorm van
kwaad die rechtstreeks tegen een persoon is gericht door middel van de
Duivel. Dit kan op verschillende manieren worden uitgevoerd, zoals door
betoveringen, vervloekingen, voodoo en hekserij. Het Romeinse Ritueel (The
Roman Rite) legt uit hoe je daarmee om moet gaan.
De nieuwe Rite
daarentegen stelt dat het verboden is om in deze gevallen uitdrijvingen te
doen. Dat is gewoonweg absurd. In de praktijk manifesteert het kwaad zich in
meer dan 90% van de gevallen op deze manier; het is de oorzaak van
demonische bezetenheid en andere verdorvenheden die de Duivel ten uitvoer
brengt. Je kunt exorcisten net zo goed vertellen dat ze met pensioen kunnen
gaan.
Dan staat er in Punt 16 heel plechtig verkondigd, dat er geen
uitdrijving mag worden uitgevoerd tenzij de aanwezigheid van de duivel
overduidelijk is vastgesteld. Dat is werkelijk helemaal een meesterwerk van
incompetentie, want wij kunnen alleen maar vaststellen of er werkelijk van
bezetenheid sprake is door dat uitdrijvingsritueel uit te voeren.
De
schrijvers van het Nieuwe Ritueel hebben er niet bij stil gestaan dat ze de
Leer van de Katholieke Kerk tegenspreken. Die adviseert duidelijk
uitdrijving in geval van demonische bezetenheid en ander kwaad dat de Duivel
veroorzaakt. Het stelt ook dat de rituelen moeten uitgevoerd bij zowel
mensen als dingen. De Duivel zelf is nooit in objecten aanwezig, wel zijn
invloed.
De beweringen van de Nieuwe Rite zijn bijzonder ernstig en
schadelijk. Het zijn de vruchten van onwetendheid en
onervarenheid.
Maar waren het dan geen experts die het hebben
opgesteld?
Amorth: Welnee, in tegendeel. In de afgelopen tien
jaar hebben twee commissies aan de Rite gewerkt: de Commissie van Kardinalen
die eerder de Prenotanda hebben bewerkt, en de Commissie die gaat over de
gebeden. Ik weet zeker dat geen enkel lid van beide commissies ooit een
uitdrijving heeft uitgevoerd of zelfs maar bijgewoond. Geen enkel
commissielid heeft ook maar een flauw idee wat een uitdrijving is. Daar ligt
de grote fout, de oerzonde die aan deze nieuwe Rite ten grondslag ligt. Er
is geen expert op het gebied van exorcisme bij betrokken geweest.
Hoe
is dat nou mogelijk?
Amorth: Dat moet u niet aan mij vragen. In
het verleden werden er altijd experts betrokken bij elke commissie die zijn
werk moest verrichten binnen de Kerk. Dat is ook gebeurd toen delen van de
Romeinse Rite zijn bewerkt. Maar niet in dit geval. En als er ooit een
werkgebied bestaan heeft waar praktijkervaring van doorslaggevende betekenis
is, dan is het dit wel.
Wat is er dan precies
gebeurd?
Amorth: Wat er is gebeurd is dat wij exorcisten niet zijn
geraadpleegd. Sterker nog, toen wij zelf met suggesties kwamen, werden
die met een zekere irritatie door de commissies ontvangen. Dat was nogal
paradoxaal allemaal.
De verschillende delen van de Romeinse Rite werden
geleidelijk doorgenomen, in verband met de verzoeken van het Tweede
Vaticaanse Concilie. Wij exorcisten zaten te wachten op Titel XII, dat is de
Rite van het Exorcisme. Maar het werd kennelijk als iets onbelangrijks
beschouwd, want de jaren gingen voorbij en er gebeurde helemaal
niets.
Toen opeens, op 4 juni 1990, verscheen een tussentijdse Rite
die moest worden getest. Wij waren stomverbaasd dat niemand om onze
mening had gevraagd; wij hadden ons al goed voorbereid. We hebben
bijvoorbeeld voorgesteld om de gebeden te herzien. We wilden ook Onze Lieve
Vrouwe kunnen aanroepen: zullen aanroepingen ontbreken nu volledig. En
we hebben ook gevraagd om meer specifieke uitdrijvingsgebeden. Maar ons werd
niets gevraagd. We hebben gewoon de kans niet gekregen om een bijdrage te
leveren.
Wij hebben ons daar niet door laten weerhouden. Die teksten
zijn tenslotte voor ons bestemd. We zijn er dus mee aan de slag gegaan;
ook omdat Kardinaal Eduardo Martinez Somalo had gevraagd aan de
Bisschoppen om binnen twee jaar advies en suggesties te krijgen van de
priesters die met de Rite zouden moeten gaan werken.
Ik heb toen 18
ervaren exorcisten van over de hele wereld bij elkaar gebracht. We hebben de
tekst uitgeplozen en in gebruik genomen. We waren vol lof over het eerste
deel dat het Evangelie aanhaalt als fundering voor uitdrijving. De
Bijbeltechnische kant ontbrak niet.
De Rite stamt uit 1614 en werd toen
samengesteld onder Paus Paulus V. In die tijd was het helemaal niet nodig om
de mensen te helpen herinneren aan het bestaan van de duivel en de noodzaak
van uitdrijvingsrituelen. Iedereen wist dat er in de Bijbel over gesproken
wordt en accepteerde de riten. Nu is die toevoeging wel
noodzakelijk.
Maar toen we bij het deel belandden dat aanspraak doet op
ervaring, bleek overduidelijk dat de schrijvers die niet hadden. We
leverden onze commentaren en verbeteringen, artikel voor artikel, en we
hebben die ingeleverd bij alle betrokken partijen, inclusief de Paus
zelf.
Hoe werden die aantekeningen ontvangen?
Amorth: De
ontvangst was uitermate koel, en het effect ervan nihil. We stonden voor een
muur van afwijzing en minachting.
Toen kwam er een beschuldiging: een
groep exorcisten en zogenaamde demonologen (demonen-experts) zouden een
internationaal verbond hebben gevormd en bezig zijn campagne te voeren tegen
de nieuwe Rite.
Dit was een onbehoorlijke beschuldiging. Wij zijn
nooit met een campagne bezig geweest. Die Rite was voor ons bestemd en
toch was geen enkel persoon met verstand van zaken uitgenodigd om deel uit
maken van een van de commissies.
Beweert u dan dat de Rite waardeloos
is in de strijd tegen de Duivel?
Amorth: Ja. Het is hun bedoeling
geweest om ons uit te rusten met een plastic zwaard. Een aantal zeer
effectieve gebeden zijn geschrapt: gebeden met een geschiedenis van 12
eeuwen. Nieuwe gebeden zonder enig effect zijn toegevoegd. Maar gelukkig
kregen we op het allerlaatste moment nog een ontsnappingsmogelijkheid
aangeboden.
Kardinaal Jorge Medina heeft een Aantekening toegevoegd aan
de Rite. Daar staat in dat exorcisten verplicht zijn om deze Rite te
gebruiken, maar ook nog gebruik mogen maken van de oude als ze dat willen,
als men daar een verzoek toe indient bij de bisschop. Bisschoppen moeten
daarvoor toestemming vragen bij de Gemeenschap, die dat maar al te graag
zal verlenen. Maar al te graag? Dat is toch een vreemde
formulering
De aanleiding voor die toevoeging was dat Kardinaal Joseph
Ratzinger en Kardinaal Medina hebben geprobeerd om een artikel toe te voegen
aan de Rite zelf artikel 38 zou dat geweest zijn - die exorcisten zou
toestaan om de oude Rite te gebruiken. Dat was ongetwijfeld bedoeld om ons
te behoeden voor de grote fouten die in de Nieuwe Rite staan. Maar dit
initiatief van die twee kardinalen werd verworpen. Medina heeft toen gedaan
wat hij kon onder de omstandigheden, en nu kunnen wij nog op individueel
niveau onder de nieuwe Rite uit.
Hoe kijkt de Kerk eigenlijk tegen
jullie aan?
Amorth: We worden bijzonder slecht behandeld. Mijn
collega-priesters die deze problematische taak van uitdrijving op zich
nemen, worden als waanzinnige fanaten afgeschilderd. In het algemeen
worden ze nog maar net getolereerd door de Bisschoppen die hen
benoemen.
Kunt u een voorbeeld geven van die
vijandigheid?
Amorth: We hebben ooit een internationale conventie van
exorcisten gehouden in de buurt van Rome. We hebben toen verzocht om een
ontvangst bij de Paus. We wilden niet apart worden ontvangen, we hebben
alleen maar gevraagd of we op woensdag onder het publiek mochten staan op
het St Pietersplein. We hebben zelfs niet gevraagd of we mochten worden
vermeld tijdens de speciale begroetingen van de Paus.
De dag van
tevoren vertelde de heer Nicolo ons - en hij voelde zich er zo ongemakkelijk
bij dat het overduidelijk niet zijn beslissing was dat we niet mochten
komen. We hadden geen toestemming. Het was ongelooflijk.
Daar waren
we met 150 exorcisten bij elkaar uit vijf continenten, allen priesters door
hun Bisschoppen benoemd - wat al inhoudt dat ze veel moeten bidden, veel
kennis moeten hebben en een goede reputatie, en zo meer.
We kregen te
horen dat we natuurlijk een verklaring per brief zouden krijgen. Dat was
vijf jaar geleden en ik wacht er nog steeds op. Ik weet dat het niet Paus
Johannes Paules II was die ons heeft geweerd.
U bent dagelijks
betrokken bij gevechten tegen de Duivel. Wat beschouwt u als Satans
grootste overwinning?
Amorth: Het feit dat hij de mensheid ervan
heeft overtuigd dat hij niet bestaat. Hij heeft dat zelfs binnen de Kerk
voor elkaar gekregen. We hebben nu te maken met een Kerk vol mensen die niet
meer in het bestaan van de Duivel geloven, in exorcisme, in bezetenheid;
in het buitengewone kwaad dat de Duivel kan veroorzaken, zelfs niet in
de macht die Jezus ons heeft gegeven om demonen te verdrijven.
Drie
eeuwen lang heeft de Rooms-Katholieke Kerk in tegenstelling tot de
Orthodoxe Kerk en verschillende Protestantse kerken de dienst van het
exorcisme vrijwel geheel de rug toe gekeerd. Dus, omdat ze geen
uitdrijvingen meer uitvoeren, of bestuderen, en omdat ze die nooit hebben
meegemaakt, geloven ook de geestelijken niet meer in het bestaan ervan.
En ze geloven niet meer in de Duivel.
Er zijn nu hele landen zonder
exorcisten, zoals Duitsland, Oostenrijk, Zwitserland, Spanje en Portugal.
Dat is een beschamende tekortkoming.
U heeft Frankrijk niet
genoemd. Is de situatie daar dan anders?
A: De beroemdste Franse
exorcist, Isodore Froc, heeft een boek geschreven. Het heet: Exorcisten.
Wie ze zijn en wat ze doen. Het is in het Italiaans vertaald en heeft de
goedkeuring gekregen van de Franse Bisschoppen. In dat boek staat nergens
dat er in bepaalde gevallen uitdrijvingen moeten worden uitgevoerd. De
auteur heeft voor de Franse tv verklaard dat hij nog nooit een exorcisme
heeft uitgevoerd en dat ook nooit zal doen.
Er bestaan maar zon 100
Franse exorcisten en slechts vijf van hen geloven in de Duivel en voeren
uitdrijvingen uit. Al de anderen verwijzen de mensen gewoon door naar
psychiaters.
De Duitse Bisschoppen hebben aangegeven dat men het nut niet
in zag van een nieuwe Rite voor uitdrijving. En het zijn de bisschoppen
die exorcisten moeten benoemen. Je zou toch verwachten dat ze dan minstens
een uitdrijving willen bijwonen, alvorens ze zon belangrijk besluit tot
benoeming nemen. Helaas is dit bijna nooit het geval.
Maar als een
Bisschop een serieus verzoek tot een uitdrijving krijgt, en hij voorziet
daar niet in, dan maakt hij zich schuldig aan een doodzonde. En dan is hij
verantwoordelijk voor het lijden dat de betreffende persoon moet ondergaan,
lijden dat soms een leven lang aanhoudt en dat die bisschop had kunnen
voorkomen.
U beweert toch niet dat de meeste bisschoppen van de
Katholieke Kerk zich schuldig hebben gemaakt aan een
doodzonde?
A: Toen ik jong was, zei de oude priester in onze parochie
dat er Acht Sacramenten waren: de Achtste was Onwetendheid. Dat Achtste
sacrament kan meer mensen redden dan de andere zeven bij elkaar. Om een
doodzonde te begaan moet men willens en wetens zondigen. Het is een ernstige
zaak dat zo veel Bisschoppen in gebreke blijven. Maar ze weten niets van
deze dingen af dus begrijpen ze niet wat ze doen.
Vindt u dat een
mens nog wel Katholiek is als hij niet gelooft dat de Duivel
bestaat?
Amorth: Nee. Ik zal eens een verhaal vertellen. De
eerste keer dat ik Pater Pellegrino Ernetti ontmoette, een befaamd exorcist
die 40 jaar in Venetië heeft gediend, zei ik tegen hem: Als ik de Paus zou
mogen ontmoeten, dan zou ik hem vertellen dat ik veel te veel bisschoppen
ontmoet die niet in het bestaan van de Duivel geloven.
De volgende
middag kwam Pater Ernetti me vertellen dat hij die ochtend door Paus
Johannes Paulus II was ontvangen. Uwe heiligheid, had hij gezegd, Er is
een exorcist hier in Rome, Pater Amorth, die u zou zeggen als hij u kon
ontmoeten, dat er veel te veel bisschoppen zijn die niet in de Duivel
geloven. De Paus antwoordde recht op het doel af: Wie niet in de
Duivel gelooft, gelooft niet in het Evangelie. Dat was wat de Paus heeft
gezegd, en ik zeg het hier opnieuw.
Dus u zegt, dat veel bisschoppen
en priesters eigenlijk niet Katholiek zijn?
Amorth: Laten we het erop
houden dat ze niet in de waarheid van het Evangelie geloven. Ik zou hen
graag zien ophouden hun godslasterlijke taal te verspreiden. Maar we kunnen
ook daar duidelijk over zijn: iemand is pas een godslasteraar als hij of zij
officieel ergens van wordt beschuldigd en dan in die fout blijft
volharden.
Maar in de Kerk van vandaag wordt geen enkele bisschop ervan
beschuldigd dat hij niet in de duivel gelooft, of in het bestaan van
bezetenheid, of dat hij in gebreke blijft omdat hij geen uitdrijving
adviseert aangezien hij daar niet in gelooft.
En toch kan ik u ook de
namen geven van vele bisschoppen en kardinalen die direct na hun benoeming
exorcisten uit hun functie hebben ontzet: ze mochten de Rite niet meer
toepassen. Ook zijn er bisschoppen die beweren dat ze niet in de Duivel
geloven, dat het gaat om zaken uit het verleden. Waarom?
De Tweede
Vaticaanse Raad heeft gevraagd om een aantal teksten te herzien. In plaats
van ze aan te passen, werden ze soms volledig herschreven. Heel wat riten
zijn er flink op achteruit gegaan, omdat men het idee had helemaal opnieuw
te moeten beginnen. Alsof de Kerk ons tot nu toe in de maling heeft genomen
en nu pas in deze tijd de echte genieën, supertheologen, echte Bijbelkenners
en super-liturgisten leven die weten wat goed is voor de Kerk. Dit is
een leugen: de aanbeveling was om de teksten te herzien, niet om ze te
vernietigen.
De Uitdrijvingsrite, bijvoorbeeld, moest worden aangepast,
niet herschreven. Er stonden gebeden in die waren ontstaan uit 12 eeuwen
ervaring. Voor we gebeden afschaffen die al eeuwen lang hun effectiviteit
hebben aangetoond, zouden we eerst eens hard en diep moeten nadenken.
Dat is niet gebeurd.
We hebben die nieuwe gebeden in de praktijk
getoetst en ze zijn totaal waardeloos. Ik heb elke regel van de Nieuwe
Rite gelezen, elke pagina van de 1200. En het blijkt dat elke verwijzing is
verwijderd naar het feit dat de Heer ons tegen de Duivel moet beschermen
en dat de engelen ons tegen aanvallen van de Duivel moeten
beschermen.
Ze hebben alle gebeden verwijderd die scholen en huizen
zegenen. Van alles kon worden gezegend en beschermd, maar nu hebben we
die bescherming niet meer. Jezus zei: Bescherm ons tegen Satan, en Bescherm
ons tegen de Kwade. Dat wordt nu vertaald met: Bescherm ons tegen het kwaad
zo in het algemeen.
Vindt u dat Satanisme in opkomst
is?
Amorth: Ja zeker, heel erg. Als het geloof wegvalt, neemt het
bijgeloof toe. In bijbelse termen uitgedrukt verlaat men de heer en wendt
zich tot idolen. In moderne termen: men verlaat God en wendt zich tot het
occulte en helderzienden. De satanische sekten doen het goed. De aanbidding
van de Duivel wordt aan hele mensenmenigten verkondigd tijdens
Satanische rockfestivals zoals Marilyn Manson. Zelfs kinderen zijn het
slachtoffer hun stripverhalen vertellen over magie en
Satanisme.
Seances zijn heel gewoon, waarbij de doden worden opgeroepen
omdat men op zoek is naar antwoorden. Men kan tegenwoordig per computer,
telefoon , tv en bandopnamen seances houden. Ze hebben geen mediums meer
nodig. Dit is doe-het-zelf-spiritisme. Onderzoek geeft aan dat 37% van
alle studenten minstens een keer met het ouija-bord heeft geëxperimenteerd.
Dat is gewoon een seance. Ik heb wel eens een school bezocht waar de
leerlingen vertelden dat ze dit gedurende hun catechese-lessen deden, met
instemming van hun leerkracht.
Werkt dat dan echt?
Amorth:
Er is geen onderscheid tussen witte en zwarte magie. Als er magie in het
spel is, is de Duivel in het spel. Alle vormen van occultisme, zoals massale
toevlucht naar Oosterse godsdiensten met hun esoterische associaties, zijn
open deuren voor de Duivel. Zo komt hij binnen. En wel meteen.
Hoe slaagt de Duivel erin mannen en vrouwen te
verleiden?
Amorth: Zijn strategie is eentonig. Ik heb hem dat ook
gezegd en hij geeft het zelf toe.. Hij overtuigt mensen ervan dat de hel
niet bestaat, dat zonden niet bestaan, dat het gaat om de ervaring van het
leven. Wellust, succes en macht zijn drie grote passies waar de Duivel wel
bij vaart.
Hoe veel gevallen van bezetenheid bent u in uw leven tegen
gekomen?
A: Na de eerste honderd ben ik gestopt met
tellen.
Honderd? Dat is veel. U schrijft in uw boeken dat gevallen
van werkelijke bezetenheid zeldzaam zijn
Amorth: Dat zijn ze ook.
Maar ik heb de klantenkring geërfd van een beroemd exorcist, Pater
Candido. Dat waren de gevallen die hij niet had kunnen oplossen. Bovendien
sturen andere exorcisten hun meest hardnekkige gevallen ook naar mij
toe.
Wat is het moeilijkste geval dat u ooit bent tegen
gekomen?
Amorth: Daar ben ik nu al twee jaar mee bezig. Het is
het geval van dat meisje dat afgelopen oktober in het Vaticaan door de Paus
is gezegend, ofschoon dat geen exorcisme was. Het heeft de kranten gehaald.
Ze wordt 24 uur per dag aangevallen. Haar martelingen zijn onbeschrijflijk.
Artsen en psychiaters weten niet wat ze met dit geval aan moeten. Het
meisje zelf is helder en bijzonder intelligent. Het is een heel moeilijk
geval.
Hoe valt men ten prooi aan de Duivel?
Amorth: Mensen
kunnen door het buitengewone kwaad van de Duivel worden aangevallen om vier
redenen: 1) Om iemands goedheid om zeep te brengen, zoals bij vele
Heiligen het geval was; 2) omdat iemand in zijn zonden volhardt 3) omdat
iemand via de Duivel is vervloekt; 4) omdat iemand zich met occulte
praktijken inlaat.
Wat voor verschijnselen doen zich voor tijdens een
uitdrijving?
Amorth: Ik herinner me een analfabeet, een boer die
alleen Engels sprak. Ik had een vertaler nodig om hem te verstaan.
Sommigen worden opeens bovenmenselijk sterk. Sommigen gaan leviteren
in de lucht zweven - waarbij zelfs meerdere mensen er niet in slagen hem in
zijn stoel te houden. Maar we hebben het dan over bezetenheid binnen een
bepaald verband.
Heeft de Duivel u ooit kwaad gedaan? Amorth:
Toen kardinaal Poletti mij vroeg om een exorcist te worden, heb ik tot onze
Lieve Vrouwe gebeden: Omhul mij in uw mantel en ik zal veilig zijn. Ik
ben vaak door de Duivel bedreigd maar hij heeft me nooit kwaad
gedaan.
De Nieuwe Riten maken het moeilijk om een exorcisme te doen.
Exorcisten worden geweerd uit het publiek op het Sint Pietersplein. Wat is
er gaande?
Amorth: De rook van Satan dringt overal door, overal.
Misschien mochten wij dat plein niet op omdat ze bang waren dat al die
exorcisten de legioenen demonen zouden verdrijven die zich in het Vaticaan
hebben genesteld.
Dat is toch zeker een grapje?
Amorth:
Dat klinkt misschien zo maar ik denk niet dat het een grap is. Ik twijfel er
niet aan dat de Duivel bezig is de hoogste regionen te verleiden, niet
alleen in de kerk maar ook politiek, industrieel.
U zegt dat Satan,
net als in elke andere oorlog , de leiders van de vijand
overneemt?
Amorth: Dat is de beste strategie. Altijd al geweest,
vooral als de vijand niet op een aanval bedacht is. Maar de hemel zij dank
wordt de Kerk in stand gehouden door de Heilige Geest, dus kan Satan hooguit
een deelgebied veroveren. De duivel kan een veldslag winnen, zelfs een
belangrijke veldslag, maar niet de hele oorlog.
Bidden is spreken met
O.L.Heer, ons bezinnen met Hem. Het is met de Heer bezig zijn, oprecht en
eerlijk. Met onze gedachten bij Hem zijn, en ons doen en laten overwegen, onze
vreugde, onze zorgen en noden aan de Heer voorleggen.
Eenvoudig bidden met eigen
woorden is zeer mooi. Het is danken voor alles wat we zijn en hebben, ons
leven, ons samenzijn, onze wil, ons verstand, ja alles.
Bidden is ons geloof
uitspreken in de Vader en in het eeuwig leven.
Wij bidden omdat Jezus zelf
het ons leerde. Hij zonderde zich af om te bidden tot de Vader in de Hemel, zo
staat in ons H.Evangelie.
Sommige duivelen zijn maar
te overwinnen door gebed en boete; dat zijn woorden van Jezus.
We vatten niet altijd dat
bidden bevrijdend werkt, en toch is het zo. We verkrijgen daardoor het
innerlijk geluk dat alleen de Heer ons geven kan. Dikwijls krijgen we de
Vrede die we allen zo nodig hebben.
Bidden geeft ons dikwijls
raad langs anderen om.
Wij bidden tot lof en eer en
glorie van God.
Sommigen denken dat het vele
malen herhalen van het Weesgegroet te eenvoudig is. De voortdurende hulde aan
Maria klinkt aangenaam in de oren van Jezus, haar Zoon. Wij bidden geregeld de
Rozenkrans, een krans van rozen voor onze Hemelmoeder. Jezus zelf leerde ons het
Onze Vader.
Wij bidden zoveel mogelijk
samen. Waar twee of meer in mijn naam bidden, ben Ik in hun midden, zei Jezus.
O.L.Vrouw heeft het dikwijls gevraagd bij Haar verschijningen.
Men kan overal bidden,
thuis, op het werk, maar vooral in de kerk. Mijn huis is een huis van gebed,
zei Jezus.
We moeten ons werk opdragen
aan de Heer. We vragen de genade aan de Heer om ons gewone dagelijkse leven tot
een gebed te maken.
We bidden niet uit angst,
maar uit liefde. Godontmoeting vraagt gebed.
Bidden geeft ons hoop op
God. Hij is geen verre afwezige, maar Hij is onder ons.
Bidden is geen verloren
tijd, het is een winst op de weg naar de Heer. Vele zielen worden gered door te
bidden. We bidden meer om te geven, dan om te krijgen, zo is de bedoeling van
Jezus.
We bidden trouw gelovig tot
de scheppende Vader, tot de H.Geest die kracht is in ons leven, en tot de
Liefde van de Zoon, Hij die zelfs zijn leven gaf voor onze zonden.
Wij bidden tot de H.Maagd
die door haar groot geloof Medeverlosseres werd.
«De Boodschap is een stroom van liefde over de wereld. Ze is de weg voor de besluiteloze, voor hen die gebukt gaan onder de huidige tegenstrijdigheden, ze is de vertroosting voor de gekwetste harten die in de geweldige beroering van deze tijd vereenzaamd zijn.” (23.7.68)
Wat is het doel van de Boodschap?
Jezus tot Marguerite
“ Ziehier het doel van mijn Boodschap: grondiger kennis van mijn liefde voor de mensen. Wat Ik vraag: offers, gebeden,verstervingen; levendiger Maria-verering; ijver voor de rozenkrans die overal dient hervat” ( 29.1.67)
Moet men deze Boodschap aanvaarden?
Jezus tot Marguerite
“Voorwaar Ik zeg u: de wereld blijft vrij ze aan te nemen of te weigeren. Ze zal de gevolgen van haar keuze op zich nemen” (18.7.67)
Wat zal de Boodschap teweegbrengen?
Jezus tot Marguerite
“De Boodschap ontsluit de harten voor de liefde en voor de kennis van een God die verliefd is op zijn schepselen.” (5.5.70)
Komt deze Boodschap werkelijk van Jezus?
Jezus tot Marguerite
“Ik ben de auteur van deze geschriften, Ik ben degene die ze ingeeft. Twijfel daar niet aan. Wie zou u nu op dit ogenblik durven bedriegen?”(24.3.66)
Waarom een legioen kleine zielen?
Jezus tot Marguerite
“Omdat Ik goed en barmhartig ben hou Ik meer rekening met het goede dat men doet dan met het kwade dat men mij aandoet.
Mijn gerechtigheid wijkt graag voor mijn barmhartigheid. Ziedaar waarom Ik een leger kleine zielen verlang, die zich innig verenigd tussen mijn gerechtigheid en de zondaars zullen opstellen onder de hoede van mijn Koningin-Moeder” (20.7.67)
Gastenboek
Druk op onderstaande knop om een berichtje achter te laten in mijn gastenboek
Druk oponderstaande knop om mij te e-mailen.
Wenst u De Boodschap in boek te lezen, mail me dan even en ik antwoord U op welke adressen U deze kunt aankopen. Vermeldt tevens da gewenste taal De Boodschap is in verschillende talen beschikbaar. If You want to read The Message as a book, sent me a mail , I answer you with the address where to buy. Please indicate which language You wish, The Message is available in different languages. En cas Vous voulez lire Le Message comme un livre, envoi moi un petit mail, et je vous réponds ou vous le pouvez acheter. Le Message est disponible en plusieurs langues.