En de boer , hij ploegde voort! Eens pelgrim , altijd pelgrim!
Na mijn vorige tochten op de jakobswegen ( zie www.bloggen.be/anne_als_pelgrim ) stap ik in 2013 nu op de camino del norte onderweg naar Santiago de Compostela.
In 2014 volg ik de camino primitivo door de bergen van Asturias. Na 5 jaar kom ik weer eens aan in Santiago de Compostela zelf! Heerlijk!
28-06-2014
Terug naar huis
Anne-Marie vat de tocht mooi samen." Le chemin est parsemé d´étoiles et de quelques épines, mais les épines, on ne les regrette pas. Ce n ' est que du bonheur!" ( De weg is bezaaid met sterren en enkele doornen, maar die doornen, daar heb je geen spijt van. Hoe gelukkig ben je hier!)
Proficiat Anne-Marie! 2680 km te voet afgelegd, helemaal door Frankrijk en Spanje. We konden het goed vinden met elkaar: de Waalse en de Vlaamse. Misschien een goed idee voor onze politici, nu met de regeringsvorming: ga eens samen op pad ! Geloof me of niet, sommige buitenlanders stonden versteld dat wij overeen konden komen! Wat een voorstelling hebben ze wel niet van Vlamingen en Walen ! ...
Anne-Marie vertrekt met de Europabus ( hier : Salsa) en ik met het vliegtuig. Onze weg vervolgen thuis ! En glimlachen bij elke herinnering ...
Ovsasatipolagranafon Calufrisosasaneolmufin! ( Oviedo / San Juan de Villapañada / Salas / Tineo / Pola de Allande / Grandas de Salime / A fonsagrada. Cádavo-Baleira / Lugo / Friol / Sobrado dos Monxes / Santa Irene / Santiago / Negreira / Olveiroa / Muxía / Fisterra )
Een schitterende camino primitivo ! Ook de omweg naar Sobrado dos Monxes was subliem. Daarna een magische tocht door Galicië naar Muxía en Fisterra.
17 stapdagen met de gids “ Te voet naar Santiago de Compostela. De Kustroute, Paco Nadal, Elmar 2012”. Meer dan 440 km. 25,9 km gemiddeld per dag … Ik had een rustdag gepland in Santiago. De luchtvaartmaatschappij beschikte daar anders over. Jammer! Op het einde was ik wel vermoeid.
Blij dat ik weer naar huis kan nu. Met een rugzak vol zalige herinneringen …
Vertrokken om 6.45 u. Aan de albergue staan al meteen gele pijlen, Normaal start de route aan het Santuario de la Virgen de la Barca, maar daar gingen we gisteren al naartoe.
Op de caminopaaltjes staat de schelp nu verticaal met de stralen onderaan; eronder 2 gele pijlen, 1 naar F (Fisterra), 1 naar M ( Muxía). Ik had verwacht dat het moeilijk zou zijn om in tegengestelde richting te wandelen, maar het staat goed aangegeven.
We volgen 2 km de asfaltweg DP-5201, daarna naar rechts door Xurarantes met een mooi calvariekruis bij de bron. Klimmen uit de landerijen naar de beboste hoogte Facho de Lourido. Dit is de hoogste heuvel in de omgeving. Vroeger werden hier grote vuren aangestoken bij noodweer, om schepen te verwittigen. Vooral eucalyptus en den. De vorige dagen waren het vaak pijnbomen met naalden die beginnen in 1 steeltje dat zich nadien vertakt in 3.
Afwisselend asfalt en caminowegjes. In Lires steken we de Río Castro over op de nieuwe stenen brug. Er liggen nog grote stapstenen in het water waar men vroeger over moest. Gegarandeerd met natte voeten !!! Bij het kerkje van San Estevo krijgen we een stempel voor onze geloofsbrief. In de tuin van Casa Raul, onder een parasol met Provençaalse ronde dakpannetjes biedt de charmante heer des huizes koffie, thee en broodjes aan met enkele levenswijsheden toe. 11.20 u hier.
Tussen muurtjes overgroeid met bramen, varens, kamperfoelie. Geluid van de golven, van krekels. Klimmen en dalen, wel heet op het asfalt! Oorspronkelijk dachten we met de bus van kwart voor 5 naar Santiago terug te kunnen keren, dat halen we niet. Om 15.30 u eten we de rest van onze picknick op met zicht op het plezierhaventje van Fisterra. Oef!
Nog een laatste inspanning. Voorheen kon je aan de vuurtoren, Faro, je bewijs halen dat je helemaal te voet naar het Einde van de Wereld gekomen bent. Wij daar naar toe. Enkele foto's aan het caminopaaltje met 0 km. Hier verbrandden de pelgrims hun oude kleren en begonnen ze aan hun nieuwe leven ( ze moesten wel nog helemaal te voet naar huis terug! ) Anne-Marie was van plan haar versleten sokken te verbranden, maar ze zitten helemaal onderaan in haar rugzak. We krijgen in Faro enkel een stempel. Het bewijs moet je tegenwoordig afhalen in de albergue público van Fisterra zelf, vlakbij het busstation. Anne-Marie ontmoet een bekende die hier met een huurauto rondrijdt. Zo hoeven we niet terug te stappen.
Het weer overtrekt. Van pootjebaden komt er niets in huis. We drinken er doodgemoedereerd eentje op onze geslaagde camino. Het regent volop als we om 19 u onze voeten proberen te strekken op de bus ...
We hadden vooraf een bed gereserveerd in de privé albergue Acuario, niet ver van het busstation van Santiago. Een aanrader voor wie 's anderendaags vertrekt! We worden hier verwend. Je mag ‘s morgens langer blijven in de gemeenschappelijke ruimte, je hoeft pas om 10 u de kamers te verlaten ( we slapen in een soort chambrette, afgesloten met een gordijn), er zijn computers, new age muziek, de bedovertrekken worden elke dag gewassen, luxe kortom, én een supervriendelijke hospitalera Irene. Voor wie de stad bezoekt, ligt deze albergue wel ver van het centrum, nog 1,7 km naar de kathedraal.
In Muxía zou Maria in een stenen boot de apostel Jakobus bezocht hebben om hem te steunen bij de prediking ... Ook in de film " The Way" gaat de hoofdpersoon naar Muxía om afscheid te nemen van de tocht. Wij volgen zijn voorbeeld en eindigen morgen in Fisterra ( = het einde van de wereld! ) Van daaruit zijn er meer bussen naar Compostela. Uit Muxía zijn er maar 2 per dag. Vandaar.
Vertrokken om 6,45 u. Langs geurige bergflanken. Zalige vergezichten op een stuwmeer, Embalse do Castrelo, en op de rivier Xallas. We klimmen naar Hospital. Voorbij een fabriek met rokende schoorstenen en een bar naar de rotonde waar de wegen scheiden. Het merendeel van de pelgrims trekt links naar Fisterra. Anne-Marie en ik lopen rechtdoor naar Muxía onder de hoede van de windmolens rechts. Reuzen buiten categorie, immens groot zelfs voor Don Quichote!
1 km langs de DP-3404 en dan weer links de bossen in. Iemand heeft hier op een muurtje zijn versleten schoenen achtergelaten. Op de ene staat geschreven "buen" en op de andere natuurlijk .."camino" !
Anne-Marie wil in haar tuin een hoekje reserveren voor de weg naar Santiago. Vandaag begint ze zaden te verzamelen o.a. de zaadhuisjes van een blauw bloempje dat op ons zandblauwtje gelijkt maar kleiner is, taaier en feller blauw. Ze raapt ook eucalyptusvruchtjes en - bladeren op.
Blauw, rood en geel: we zien al van ver de gloednieuwe albergue van Dumbría. Aan het kerkhof van Santa Eulalia staan er St-Jakobskruisen boven op de graven.
Soms staat de klokkentoren apart zoals in A Grixa, er tegenover de pastorie in puin. Motregen. Zonneschijn. Asfalt. Kamperfoeliegeur. Een rotsig pad door een eucalyptus- en dennenbos. We willen picknicken op het plein van Quintáns. Er staat al een tijdje reclame voor een bar daar. Maar we merken te laat dat we het plein al lang voorbij zijn. Die reclame bleven we maar zien naast de caminopaaltjes, maar ze was niet voor ons bedoeld maar voor de pelgrims op de terugweg! Dan maar van de nood een deugd gemaakt: we lunchen op de trappen van een calvariekruis in San Martiño de Ozon om 13 u . Krijgen we nu nog regen ook? We volharden in de boosheid, we zijn moe ... Hadden we maar 10 m verder gelopen! Dan hadden we thee kunnen drinken en een deftig toilet mogen gebruiken in de alternatieve pelgrimsopvang daar. De hórreo van het klooster is één van de grootste van Galicië. Hij staat op 22 paar granieten paddestoelen!
Vanaf Vilar de Sobremonte vangen we een glimp van de zee op, de oceaan! Eventjes het geluid van aanstormende golven. De regencape weer aangetrokken. Jammer dat het stortregent aan de romaanse kerk van San Xulián de Moraime. Slanke, langgerekte beelden aan het portaal, een gebeeldhouwd timpaan. We schuilen in het voorportaal. Door een kijkgat in de poort kunnen we vermoeden hoe indrukwekkend hoog het binnen moet zijn in die kerk. Het zijn de monniken hier die de legende verspreid hebben over Maria die in Muxía landde om Jakobus te helpen.
Meeuwen! We naderen het strand van Espiñeirido. Een houten kustpad leidt naar Muxía. De kleurige huizen vallen op na de natuurstenen dorpen van Galicië.
De rugzak achtergelaten in de moderne gemeentelijke herberg. Veel plaats hier, ook veel goedkope pensions in het stadje. In de Oficina de Turismo halen we onze "muxiana" op ( ons bewijs van de pelgrimage tot in Muxía). Hoe zou het " Santuario de la Virgen de la Barca" eruit zien na de brand op kerstdag 2013? We verwachten een kapel op de landtong, maar krijgen een heuse kerk te zien. De façade en de muren zijn niet beschadigd, wel de inboedel en het dak. De restauratie is volop aan de gang.
Wat een magische plek! Reuzegrote, ronde granieten rotsen, omspoeld door de goven, ertussen kleine zeeminnende plantjes, een vuurtoren, een branding de oceaan waardig, een paradijs voor kinderen en pelgrims ... Elk jaar komt hier een romería, een populaire volksbedevaart rond 8 september, geboortedag van Maria.
Dicht bij de kerk staan 2 rechtopstaande stenen met een barst ertussen, een herdenkingsmonument voor de ramp met de Prestige. De olietanker brak middendoor zo'n tiental jaren geleden, in 2002 om precies te zijn. De hele Galicische kust was vervuild over 900 km. Muxía is een levendig stadje in volle ontplooiing, maar nog zeer authentiek. Er is een vissershaven en een kleine plezierhaven. Ik eet 's avonds een vismenu: caldo de mariscos ( soep met schaal- en schelpdieren) en caballa (verse makreel). Lekker !
Vertrokken om 6.30 u. Aan de poort van Negreira op het kerkplein staat er een ontroerend monument voor de Emigrant. Aan de achterkant, de vrouw met een baby op haar schoot en een ouder kind dat door het venster ( een gat in de steen) trekt aan de broek van de vader met ransel vooraan. Zo vele mensen zijn uit het arme Galicië geëmigreerd door de eeuwen heen, op zoek naar een beter leven ...
Door bos , berg en dal. Langs met mos begroeide stenen muurtjes, door rustige dorpen . Eucalyptusgeur, geur van de boerenbuiten.
Frisser op open terrein. Windmolens die we amper ontwaren in de nevel. Om 12 u picknick aan de 2de bar Casa Pepa in Santa Mariña. We bezoeken er ook het kerkhof: 4 boven elkaar gestapelde graven , erboven: gebeeldhouwde engelen en kruisen ...
Meer asfalt nu. Af en toe "cruceiros" aan de kerkjes, kruisen met aan de ene kant Jezus, aan de andere kant zijn moeder. Héél lang geleden dienden deze kruisen als wegwijzers voor ongeletterde mensen.
Even verwarring voor Lago: nieuwe gele pijlen rechtdoor geschilderd over vervaagde gele pijlen naar links. We volgen de recente. Prachtig uitzicht over het stuwmeer Embalse De Ferrenza.
Om 16.30 u aangekomen in Casa Loncho, een privé albergue in Olveiroa. Een computer hier en een lekker avondmaal ( lentejas = linzen ). 's Morgens vroeg kan je hier al om 6 u ontbijten!
Vertrokken om 7 u. Fijne druppeltjes mist. Op het plein voor de kathedraal onze regencape aangetrokken. Wat getreuzeld. De camino loopt voorbij de parador Hospital de los Reyes Cátolicos en zo de stad uit, weer langs bosweggetjes en veel levendige dorpen. De meeste huizen hebben een pergola met druivenranken erboven. De bordjes geven nog altijd " camiño de Santiago" aan. In oude tijden kwamen de bedevaarders hier naar het einde van de wereld ( Fisterra) om hun oude kleren te verbranden en een St-Jakobsschelp op te rapen op het strand. De schelp hadden ze dus enkel op de terugtocht. We komen zelfs enkele dapperen tegen die volop tijd hebben en te voet naar Santiago terugkeren. Wij gaan naar Muxía en Fisterra en nemen vrijdagavond de bus terug naar Compostela. Zaterdag vertrekt Anne-Marie met de bus en ik vertrek met het vliegtuig terug naar huis.
Picknick in Bar Casa Pancho in Trasmonte. We horen luide knallen in de verte. 24 juni, feestdag van Johannes. Aan de kerkjes worden er vuurpijlen afgeschoten.
In Pontemaceira is er een mooie middeleeuwse brug. Volgens de legende kwamen de discipelen van Sint-Jakob hierlangs om hem te begraven in Compostela. Toen de Romeinen hen achtervolgden, stortte de brug achter hen in. Wij lopen over deze oude brug en even verder onder de nieuwe brug over de Río Tambre door.
Als je in Negreira aankomt zie je meteen een officeel informatiebord - met hangslot en al - waarop staat of de albergue municipal ( 1,5 km verder ) volzet is of niet. Geen probleem, er zijn hier wel 4 privé albergues. We vinden onderdak in albergue Lua ( met computer). Morgen een langere etappe naar Olveiroa.
Nevelig. Af en toe zon. Overtrokken. Onweer in Compostela.
Om 6.05 vertrokken. Nog nooit zo vroeg geweest. " Le but s'approche " , zou Anne-Marie zeggen. ( Het doel nadert). De haan kraait. Nu is het echt zoals in het lied dat we met het koor zingen.
Licht, ontloken aan het donker. Licht, gebroken uit de steen. Licht, waarachtig levensteken, werp uw waarheid om ons heen.
Aangename verrassing! De blauwe bordjes met de schelp en de pijl zijn reflecterend. Oei! het donkere bos in ! Ik ben nog nooit bang geweest op de jakobswegen. Eucalyptus en eik, zie ik met mijn hoofdlampje.
Licht, geschapen, uitgesproken. Licht dat straalt van Gods gelaat. Licht, uit licht, uit God geboren. Groet ons als de dageraad!
Twee lichtjes voor me. De ogen van een kat. Het wordt langzaamaan licht. Achter me een jong Duits koppel met een baby van zo'n 9 maand in de draagzak op de rug van de moeder. Vast de jongste pelgrim ooit!
Veel jonge Amerikanen steken me voorbij. Ik hou mijn gewone ritme aan. Geluid van vliegtuigen; ik zie er een van RyanAir. We zijn dicht bij het vliegveld van Compostela in Lavacolla. Een kraampje met T-shirts en snuisterijen langs de weg.
Een Amerikaanse neemt een selfie bij een steen met daarin een stok, een kalebas en een schelp gebeiteld. Ze vraagt me haar te fotograferen naast de steen. Het lukt me niet onmiddellijk met haar i-phone. Daar gaat ze, zo gehaast!
Achter mij Ieren die zware filosofische discussies voeren; de vrouwen hebben het over lichtere onderwerpen: " Enjoyed your meal? ". Veel Engelse graffiti onderweg ...
Naast het terrein van de TV-zender RTVE Galicië. Vrolijke muziek op de camping San Marcos.
Ik verlang al naar Monte do Gozo. Een klimmetje van niets ... Vroeger konden de pelgrims van daar de torens van de kathedraal zien. Niet meer mogelijk door de hoge gebouwen in de voorstad. Volgens mijn gids is dit nu een waar kermisoord. Het valt wel mee ... Een frisdrankenkraampje naast het kapelletje van San Marcos. Wat plastic stoelen en tafels. Het monument voor paus Johannes Paulus II die Compostela bezocht in 1982. Jean-Marc heeft me gisteren verteld dat deze paus orde op zaken gesteld heeft. Het verhaal van het stenen bootje waarin het lichaam van Jakobus op het strand van Galicië aanspoelde; de ontdekking van het graf op het ogenblik dat het politiek gezien de koningen van Asturië goed uitkwam ( Asturië was alles wat er restte van Spanje na de verovering door de Moren); allemaal mooie legendes! Wat overblijft is het geloof, de traditie en de sterke overtuiging van de pelgrims over de eeuwen heen die hier op bedevaart kwamen om de apostel Jakobus te vereren.
Ook nu nog blijft de Monte do Gozo de Berg van de Vreugde. Iedereen is zo blij dat hij of zij na al die inspanningen er bijna is ( ik ook ) ...
Nog 4,4 km door de voorstad ... Compostela heeft 93 000 inwoners. Er staat een grote zuil met bronzen beelden in bas-reliëf bij het binnenkomen. Daar staan ze: alle beroemde pelgrims o.a. Alfonso II, de Kuise ( die van Oviedo); Domingo de la Calzada met zijn kip en zijn haan en ook een zekere Jan Van Eyck !!!
Anne-Marie wacht me op. 12 u : net op tijd voor de grote dienst in de kathedraal! Oh nee, ik mag niet binnen met de rugzak. Algemene maatregel over heel Spanje: wegens mogelijk bomalarm mogen backpackers in zo'n groten getale nergens binnen in openbare gebouwen ...
Dus eerst nog naar de consignas in Rúa do Vilar, 15 om de rugzakken in bewaring te geven.
Als ik binnenkom zie ik meteen dat er iemand uit het publiek in het koor zit. Een goed teken: misschien heeft die persoon wel € 300 betaald om de botafumeiro , het zilveren wierookvat, te laten zwaaien. En inderdaad! Wat een spektakel!!!
Nog Santiago op het altaar gegroet en Santiago El Hortelano getoond aan Anne-Marie ( de stervende Moren aan de voeten van de Matamoros worden bedolven onder massa's bloemen, vandaar).
Vanwege de restauratie kunnen we onze hand niet leggen aan de voet van de marmeren boom van Jesse onder het Jakobusbeeld ( in de unieke romaanse Pórtico de Gloria ) . We zien het portaal wel van dichtbij. Aan de buitenkant staat een van de torens in de steigers: niet zo fotogeniek, maar dat geeft niet ...
We halen de rugzak op en vinden een bed in Seminario Menor ( zelfs gisteren was hier nog plaats, maar dat hadden ze Anne-Marie niet gezegd in de bar waar ze het gevraagd had ). Er is een volledig uitgeruste keuken en er zijn 3 computers beschikbaar in de kelderverdieping.
Een uur aangeschoven voor mijn compostela in de oficina de Peregrinos , Rúa do Vilar 13. Stortregen! Er staat niemand voor in de Monasterio San Francisco.Daar kan je ook een compostela krijgen omdat in 2014 de 800ste verjaardag gevierd wordt van de bedevaart van Sint-Franciscus.
Nog mijn instapkaart voor de vlucht van zaterdag uitgeprint en wat geïnternet. Santiago, donde la lluvia es arte: Compostela waar de regen kunst is ...
Vertrokken om 6.55 u. De avond voordien had ik uit Marleens boek de route voor vandaag genoteerd. Ik kon een stuk inkorten, gelukkig.
Zo vroeg is het land nog in nevel gehuld. Nochtans schijnt de zon al achter mij. De toppen van de eucalyptussen vangen het zonlicht op. Enige gezelschap voorlopig: de vogeltjes en wat laterde windmolens in de verte.Eenkrasse,Spaanse zeventiger - " een viervoeter" , noemt hij zichzelf,vanwege zijn onmisbare stokken - vertelt me dat de camino levantino vanuit Valencia zeer zwaar is omdat je La Mancha doorkruist: veel zon en zeer weinig schaduw ! Je kan ook starten in Toledo. Vanaf Astorga valt die weg samen met de camino francés.
Theepauze in Boimorte. Daar is er een alternatieve route via O Pino voor wie naar Santa Irene wil. Aan het gezondheidscentrum loop je 10 km rechtdoor over een kleine, provinciale asfaltweg ( DP - 0603 ). Lunchpauze om 11.30 u aan de kapel van A Mota. Veel schaduw van hoge, slanke, afgepelde eucalyptussen. Daarna 420 m links over de grotere weg CP - 0603 in de richting van Arzúa en weer een kleinere asfaltweg op, rechts naar Parroquia de Oins. Appelpauze daar. Praatje gemaakt met 2 oude mensen die een karretje achter zich meeslepen met van die grote koolbladeren ( berzas) . " Voor de caldo gallego of voor repollo", voegt het mevrouwtje eraan toe.
Daarna nog 5 km gestapt met Jean-Marc, een Fransman uit Pau. Al vanaf San Vicente De Barquera op de Camino del Norte loopt hij op sandalen en hij voelt er zich zeer goed bij. We klimmen de Alto de Santa Irene op. Een wel heel agressief hondje daar. Ik hou de dazzer in aanslag maar de Fransman zwaait kordaat met zijn stok. Hij heeft blijkbaar ervaring. Je moet zo'n hond raken aan de poten, beweert hij. Dat zou heel effectief zijn ...?
Vanmorgen had ik bij de albergue privado in Santa Irene gereserveerd. Geen probleem. Nog eens bevestigen om 15 u en om 16 u gearriveerd. Verwonderlijk: er is niet veel volk onderweg op de camino francés ... Waarschijnlijk beginnen de pelgrims heel vroeg aan hun dag! De eerste albergue heet hier " The Way" naar de film die zoveel Amerikanen en Engelsen in beweging zet. Anne-Marie is al in Santiago, alles is compleet volzet volgens haar ... Dus morgen heel vroeg vertrekken. Afspraak aan de kathedraal.
Zomerzonnewende! Dat wordt gevierd in Santa Eulalia de Bóveda.Marleen en ik zullen samen lopen vandaag. We volgende de Spaanse wegbeschrijving. Je kan die downloaden op www.estradasecorredoiras.blogspot.com.
Wat een verschil met gisteren! De groene pijlen kloppen voor 95 %. We vinden alleen enkele shortcuts niet, daardoor hebben we iets meer km afgelegd.
Schuin voor Pensión Benigno begint een mooi aangelegd pad naast het riviertje Narla. We hoeven alleen de groene pijlen te volgen. Meestal langs rustige, onverharde wegen door bos en platteland via Ordoñez en Xia. De honden verdedigen hun terrein hier goed !!! Jonge maïs op de velden. In Fonteseca is er een wegje rechts 50 m voorbij een bakstenen waterreservoirtje (rechts onder een boom ). Amper te zien. Gelukkig tankt een boer juist water. De zo typische "vochtige " corredoiras of holle wegen in Galicië zijn gemakkelijk begaanbaar na deze droge lente.
We vinden het wegje naast de Narla niet, maar via de groene pijlen komen we toch in Laxe de Arriba, het hoogste punt voor vandaag ( 720 m). We openen en sluiten 2 metalen hekken. Hier leven wilde paarden, zogezegd ongevaarlijk voor voorbijgangers - maar we hebben het niet aan den lijve ondervonden .
Na Foxo do Cabrito lopen we weer op asfaltwegen. Al snel duiken de gele pijlen op: we voelen ons weer thuis. De Camino de la Costa sluit hier aan op de weg naar Santiago. Om 14 u lunchpauze in Bar Suso in O Mesón. En net als we binnen zijn begint het te stortregenen ...
Daarna nog 5 km door een frisse natuur, droog naar Sobrado dos Monxes. De kerktoren slaat 4 u als we er aankomen. Het is een cisterciënzerklooster dat naar goede middeleeuwse gewoonte zijn deuren openstelt voor pelgrims. We logeren in de voormalige paardenstallen die uitkomen op de 17de- eeuwse Claustro de los peregrinos. Nette doucheruimtes, goed voorziene keuken. Angstige Engelsen inspecteren zorgvuldig de matrassen op sporen van bedwantsen ( bedbugs, punaises de lits). Onder ons gezegd en gezwegen, er wordt gefluisterd dat de monniken 14 dagen geleden gespoten hebben tegen dit vervelende ongedierte ... De Engelsen vertrouwen het niet en hoepelen op. In feite een goede truc om zeker plaats te hebben in de herberg. Je komt buiten al krabben en beweert dat er bedwantsen zijn. Gegarandeerd dat er een bed voor je vrijkomt!
Ik ben blijkbaar te vroeg voor de douche: ijskoud water. Marleen heeft iets later meer geluk. We kunnen vrij de gebouwen van het klooster bezoeken dat na de burgeroorlog heropgebouwd werd. Een enorme, lege kerk in barokstijl met mos op de muren! Een mooie kloostergang ook. Opzij de 17de- eeuwse keuken met een centrale ruimte waar vuur gestookt werd onder een hoge schouw. Om 19 u zijn er vespers, om 21.15 u completen om de dag af te sluiten ( niet in de kerk, wel in een intieme kapel). Er zijn 22 monniken en ze zingen prachtige psalmen. Meestal eenstemmig, soms met vraag en antwoord of met een prima voorzanger. Bij de stille momenten horen we vogels om 19 u, bij de completen om 21.15 u pletsende regen. " Heer bescherm ons, terwijl we slapen. Señor, protejanos mientras dormimos" . Emoties uitgezongen, uitgepuurd. Rustgevend, inspirerend, ontroerend ...
Vertrokken om 6.30 u naar goede gewoonte. In Lugo hangen nog groepjes luidruchtige jongeren rond. Gisterenavond was er Corpus Christi feest met processie in de kathedraal. Of hebben zij een eigen agenda op donderdagavond?
In Lugo is er al 2 weken een staking van de vuilnisophalers aan de gang. Het wordt hard tegen hard gespeeld. Soms stinkt het werkelijk in de hitte. Vorig weekend waren er Romeinse feesten en de straten waren niet proper. De foto's haalden de kranten.
We vertrekken net als de pelgrims op de camino primitivo voor de kathedraal, door de stadspoort van Santiago en daarna over de Romeinse brug over de rivier de Miño. We lopen langs de rivier. Vanaf het kinderzwembad volg je een pad met houten vlonders tot onder de viaduct van de autosnelweg door. Naast een basketbalplein moet je omhoog. Ik combineer de Spaanse en de Duitse beschrijving in het begin, want ze wijken af van elkaar. Waar je niet onmiddellijk door kunt volgens de Duitse weg, volg je de asfaltweg omhoog en rechts vind je dan het bospad dat op het pad naast het riviertje Mera ( of Narla) uitkomt. Heel schilderachtig, het pad is zelfs geschikt voor fietsers als ze af en toe bereid zijn de fiets te dragen op trappen. Voorbij een watermolen. We nemen niet het eerste stenen brugje, maar wel het volgende houten brugje over het bergriviertje. Aan het tweede informatiebord zie je verder al groene pijlen naar rechts. Jammer genoeg zijn ze verderop schaars, die groene pijlen. Ik aarzel en neem een GR-paadje tussen stenen muurtjes naar rechts. Ik kom uit op een asfaltweggetje door het bos. Niemand aan wie ik de weg kan vragen… Teruggekeerd . Had ik maar de richting van de groene pijlen blijven volgen! Aan het informatiebord ga ik deze keer naar rechts langs de asfaltweg, zoals in de Duitse beschrijving. Ik probeer logisch te denken. Geen verkeer ... Op de andere helling loopt een drukkere autoweg. Daarheen ! Ik vraag een landarbeider naar Veral. Dat is rechts van de grote autoweg ( LU - 232 ). Ik wandel 4 km links omhoog naar Alta Santa María. Daar staat welgeteld 1 groene pijl. Al heel snel geraak ik weer gedesoriënteerd. Ondertusen weet ik al dat de LU-P 2903 naar Santa Eulalia de Bóveda leidt. Een mooie troost voor de vele km, veel te veel ...
Ik ben er om kwart voor 1 en kan het nog bezoeken. Het is een laat-Romeins heiligdom uit de 3de of 4de E, gewijd aan Cybele, de godin van Moeder Aarde. Er is een groot, vierkant doopbassin in het midden, een trede lager, tussen 4 zuiltjes. Op de verdieping erboven werden stieren geofferd en de mensen beneden vingen het bloed op met de mond als helende doop. Vogels dienden als orakel. Er zijn prachtige originele fresco's van vogels en ook bas-reliëfs met dansende mensen en een soort ex voto's : iemand toont een misvormd been, de ander een misvormde arm. Voordien in de Keltische tijd werden in het heiligdom al nimfen, godinnetjes van het water, vereerd. Later is het gekerstend en toegewijd aan Santa Eulalia.
Lunchpauze voor de ingang van het informatiekantoortje met mijn voeten oneerbiedig op stompen van Romeinse zuilen. Van de bewaker krijg ik water en toegang tot het toilet. Voor de rest is er niets, helemaal niets in dit typisch Galicisch dorpje, zelfs geen drankenautomaat.
Daarna kalme asfaltweggetjes, landelijke rust, wel heel verstilde gehuchten Vilanova en Valín. Geen menselijke ziel te bespeuren, of tocht: een landbouwer laadt met een hijskraan hele boomstammen uit zijn kar en stapelt ze op langs de weg.
3 u 's namiddags. Ik wandel op de heuvelkam ( 695 m hoog) met uitzichten aan de 2 zijden. Ha, die leeuwerik! Heet op het asfalt en geen schaduw daar! Weiden en braakland met doornige struiken, heide en brem. Soms zijn die struiken zelfs afgebrand. Er staan bordjes met " Zona de adestramento de cans" . Hier wordt met honden getraind en gejaagd in het jachtseizoen. Gek, dat Galicische " cans" voor " perros" ( honden) . Daarna bergaf naar Guimaral ( een hoge, lompe kerk). En in dit godvergeten stuk Spanje is zelfs de enige bar in Pardellas gesloten!
Een lastige dag vandaag. Aangekomen om 18 u in pensión Benigno in Friol. Ben ik overmoedig geweest? Misschien ... Om 19 u komt Marleen aan, een Nederlandse theologe die ik ook al in Oviedo had gezien. Zij was compleet verdwaald vandaag en heeft kilometers langs de grote, drukke autoweg moeten lopen. In dit pension worden we wel verwend. Een individuele kamer met eigen badkamer, een lekker avondmaal en nog een ontbijt voor € 28.
Om 6.30 u vertrokken in de mist. Een ochtendlijke klim naar Alto de A Boqueriza ( 900 m ). Ginderboven al wat blauwe schijn in de lucht. We worden verwelkomd door een leeuwerik.
Alouette, gentille alouette Alouette, je te plumerai la tête Je te plumerai la tête ( 2x ) Et le bec, et le bec Et la tête, et la tète Alouette, alouette Alouette, gentille alouette ...
Ik herinner me dat dit een Frans liedje was dat mijn mama nog geleerd had op de lagere school. Ze kende ook nog een ander. Anne-Marie herinnert zich de woorden.
Au clair de la lune Mon ami Pierrot Prêtes-moi ta plume Pour écrire un mot Ma chandelle est morte Je n' ai plus de feu Ouvres-moi ta porte Pour l' amour de Dieu.
Heerlijke herinneringen! We dalen en komen weer in de mist terecht. Opzij van het pad onder de bomen een mooi, oud kapelletje met zijportaal en een gebeeldhouwde kop van Sint-Jakob boven de eenvoudige toegangspoort.
En dan midden in een onooglijk dorp: de kathedraal van Santa María de Villabade, een gotische kerk bovenop wat ooit een klooster was, gesticht door Franciscus van Assisi.
Castroverde is de enige plek waar we nog boodschappen kunnen doen maar we hebben nog brood en toespijs.
Voor de kerk staat er een mooie fontein: een groepje kinderen onder een druppende paraplu. We wandelen langs stille gehuchten, met kleine boerderijen. Soms op asfaltweggetjes, maar meestal op onverharde paden onder de bomen: kastanjes, eiken, berken, sparren. Hier en daar een jonge aanplant van eucalyptus.
In Souto de Torres voorbij het kerkje fotograferen we het eenvoudige calvariekruis met aan de ene zijde Jezus, aan de andere kant Maria in een lange mantel. Onder Jezus’ kruis staat Jakobus afgebeeld.
De aangekondigde frisdranken- en koffieautomaat in Vilar de Cas is dicht,maar de volgende in Santa María de Gondar is super geschikt voor onze picknick. Uitnodigend in de schaduw: enkele plastic stoelen met 2 tafels onder een parasol. Net wat we nodig hadden.
Voorbij een nieuwe grindgroeve zien we de eerste graffiti op de camino primitivo aan een betonnen bushokje onder en eeuwenoude kastanje.
Jammer genoeg is even verder het pad gesloten. " Finca particular: prohibido el paso". We moeten 1,5 km lopen langs een drukke autoweg. We naderen Lugo, een grote stad van 90 000 inwoners. De autosnelweg over. Hier is het wel vreselijk heet op een braakliggend terrein met heidestruiken, stekelbrem en uitgebloeide brem. Toch een troost: heerlijke geur van boerenjasmijn en bloeiende liguster. Voorbij de spoorweg, op naar de oude stad.
Lugo heeft een zeer goed bewaarde Romeinse omwalling. Indrukwekkend: 4 tot 7 m dik, 12 m hoog, 2 km lang. Opgebouwd uit graniet, leisteen en cement uit de Romeinse tijd. Langs de Poort van San Pedro komen we het oude centrum binnen. Daar vlakbij ligt de nieuwe albergue. Aangekomen om kwart voor 3. Goed gestapt!
We gaan samen een menu del día eten op het plein dichtbij de kathedraal, waar eeuwenlang aan gebouwd werd. Hé, we kunnen binnen in de kerk en krijgen als pelgrims een gratis rondleiding in het Frans. In de absis steek ik enkele elektrische kaarsjes aan voor een innig O-L-Vr-beeld: la Virgen de los Ojos Grandes. De Maagd biedt haar borst aan en Jezus kijkt verzaligd naar haar op. In deze kathedraal hebben ze ook een splinter van Jezus' kruis!
Ik fotokopieer enkele pagina's uit de Duitse pelgrimsgids en zoek op internet ook de Spaanse wegbeschrijving op voor de volgende etappes: de noordelijke , oudere route via Friol - Sobrado dos Monxes. De meeste pelgrims die ik ondertussen al ken wagen zich er niet aan, ze kiezen voor de vertrouwde gele pijlen en caminopaaltjes met de schelp.
Over de Romeinse muur teruggewandeld tussen de joggers en afgesproken met Anne-Marie in Santa Irene over 3 dagen. Ik zal enkele dagen alleen stappen ...
Ik ben Anne Verschoore
Ik ben een vrouw en woon in Mater (Oudenaarde) en mijn beroep is lerares Nederlands en Engels met pensioen.
Ik ben geboren op 24/04/1953 en ben nu dus 72 jaar jong.
Mijn hobby's zijn: ons plaatselijke Tabitakoor op keyboard begeleiden, Spaanse les volgen en uiteraard wandelen..