De school in Serekunda, wat een schatten van kindjes.
De kindjes van de Kobisala Nursery Shool in uniform.
De klas voor en na we ze onderhanden namen. Wat vinden jullie ervan? Wij zijn er erg fier op.
We leggen de laatste handjes aan ons werk.
Het eindresultaat.
De kleermaker maakt je op één dagje een galajurk.
Het hoogtepunt van de reis. Nu moet er niet meer geleerd worden. THANK YOU WECHEL !
Even door het hotelcomplex kijken.
Vis, vismijn, werk ... eten en inkomen.
Ons reisverhaal ...
03-04-2008
Woensdag, 26 maart 2008.
Vandaag gaan we met Mia naar Serekunda een school bezoeken. Mia woonde hier 12 jaar en is nu verhuisd naar Sanyang. Om 9 uur arriveert Mia met een taxibus voor ons alleen. De chauffeur is een buur en vriend van haar hier in Sanyang. We zullen vandaag nog veel vrienden van haar tegenkomen. Serekunda is arm, arm, arm. In de school aangekomen worden we verwelkomd door een hele klas zingende kindjes in oranje uniformen. Ook de leerkracht heeft zijn Hollands oranje T-shirt aan. In een klasje van 8 op 4 zitten zo'n 60 glunderende gezichtjes te zingen. Het klasje is wel al gezelliger dan die van Sanyang maar het staat er dan ook al een deel langer. De leraar van de klas is heel kindvriendelijk. Als ze ons op de speelplaats zien komen stormen ze naar buiten, geven handjes, vliegen ons om de hals, zingen en dansen. De leraar klapt in zijn handen en ze gaan netjes achter elkaar in de rij staan en dan naar binnen. Daar dreunen ze al de kennis die ze bezitten op : de dagen van de week, de werelddelen, .... en alles op een melodietje gezet. Als ze je hand te pakken krijgen, laten ze die niet meer los en ze willen ook heel graag gepakt worden. We delen snoepjes uit : alle handjes gaan de lucht in maar ... ze blijven wel op hun plaats zitten. Op een wip is het snoepje uit het papiertje, in hun mond en de papiertjes liggen allemaal netjes op de grond (zo is dit land : afval mag gedropt worden op de grond). We hebben ballonnen bij en willen die uitdelen. Daarom laten we ze een voor een naar buiten komen door de deur maar dat werd een heksenspel. Overal handjes die 1 (of2,3,4..) ballonnen aanpakken. Ze verstoppen ze in hun zakje van het uniform, in hun sleffers, in hun handjes ... of achter hun rug. En dan moest er geblazen worden. Alleen de leraar en ik durfden dat aan : we waren een half uur aan een stuk ballonnen aan het opblazen en knopen. Plots weent een kleintje, haar ballon is gescheurd en wat zie ik : een ander meisje geeft zomaar haar ballon af. Verdomme, ze hebben niks en geven het weinige dat ze hebben dan nog af. Ik geef haar vlug enkele nieuwe ballonnen, dat heeft ze echt wel verdiend. Dan is het tijd voor de groepsfoto : met zijn allen in, op en rond een dikke boom. Precies aapjes zijn het, zo lenig. De bel gaat : de kinderen mogen naar huis, maar ze blijven liever op school rondhangen. We gingen samen met hen op weg en aan de zijweggetjes gingen ze één voor één naar hun eigen thuis. Terug op zoek naar een taxi : wat een hectische bedoening. Een van de chauffeurs kent Mia en wil ons voor een goede prijs naar Banjul brengen. We hebben nog een tweede taxi nodig en hij kent wel iemand die ons mee wil wegbrengen. Eerst stoppen we nog aan een restaurant om te eten en de chauffeurs beloven ons om over 1,5 u. terug te komen. De frit met kip en de frit met pepersteak is best te pruimen, maar Ans en ik hebben frit met cordon bleu gevraagd. Het uitzicht van de schotel is oke, het vlees echter ... De buitenkant is gefrituurd, dat gaat nog en binnen in vinden we enkele gesneden worstjes en kaas maar de rest is soepvlees dat zo taai is dat een roofdier de pezen nog niet stukgetrokken krijgt. Alle, dan eten we maar wat meer fritjes. Mia laat de rest van het vlees inpakken voor haar hond (later ontdekken we dat ze er geen heeft, voor wie was dat lekkere maal dan?) Als onze buik vol is zien we ook de lekkers taarten staan, maar daar gaan we echt niet meer aan beginnen want de taxi's staan al terug klaar. Als we in Banjul uitstappen maakt de chauffeur van Jan,Wim en Ans kabaal omdat hij meer wil dan de afgesproken prijs. We geven niet toe en verbazend vlug doet hij er het zwijgen toe en vertrekt. Al vlug weten we hoe dat komt : de filmcamera met zoveel mooie en dierbare momenten ligt nog op de achterbank. Ans springt in een andere taxi waarvan de bestuurder weet wat er aan de hand is, ze denkt dat Mia achteraan is ingestapt en vertrekt voor een helse achtervolging. Mia is echter niet ingestapt en we maken ons wel wat zorgen. De politieman, die Mia alweer kent, denkt dat we hem niet meer terugzien (de camera) maar enkele minuten later is Ans terug en ze zwaait met de teruggehaalde camera, die de taxichauffeur al in zijn handen had. We geven de achtervolgende taximan een beloning en zijn allemaal even content dat het toch goed is afgelopen. Dan zien we een speeltuin en het paleis van de president waar we toch wel even onze ogen opensperren : dat is geen armoede. Als we een paar minuten later echter weer tussen de marktkramers zitten is het verschil rijk en arm wel schrijnend. En ook hier weer afbieden geblazen, ze zeggen zelf : it's a monkeybusiness here. Ik kan voor Annelies en ons Kirsten 2 mooie houten fruitschalen kopen en vind hier ook prentkaarten zodat we de familie iets kunnen sturen (kwestie van te bewijzen dat we wel echt in Gambia waren). We nemen terug een taxi en laten ons naar Bakau brengen. Hier wandelen we door een echte sloppenwijk tot aan Crocodile Pool. Daar kun je de krokodillen even aaien onder toezicht van een bewaker. De pool zit echt wel vol van die lieve beestjes en van sommige denk je dat het namaakdieren zijn tot ze hun bek open of hun ogen opendoen. Als we thuiskomen valt het donker reeds in en Buba met zijn oom ofzo brengen ons een zak appelsienen. Die zijn klein, oranjegroen van schil. Je moet ze helemaal afschillen en daarna bovenaan het topje eraf snijden. En dan zuigen maar, al het sap eruit : lekker sappig en zoet, alleen moet je de vele pitten die erin zitten erbij nemen.