:: Dakenlopers
gesignaleerd in Kortrijk ::
Sinds kort worden geregeld dakenlopers opgemerkt in Kortrijk. Het gaat
niet om criminelen met snode plannen maar om Kortrijkzanen die via de daken van
aanpalende huizen hun eigen woning binnendringen.
Wakker Kortrijk heeft ontdekt dat er een rechtstreeks verband bestaat
tussen de dakenloperij en het stratenverbod dat sinds enkele weken van kracht
is in Kortrijk. Het stratenverbod is een maatregel van Stefaan De Clerck,
waarbij mensen die iets hebben mispeuterd in een bepaalde buurt de toegang tot die
bepaalde buurt kan worden ontzegd.
In het reglement zijn echter geen uitzonderingen voorzien voor mensen
die een verbod krijgen voor de straat waar ze wonen. Roger W. uit de Doorniksewijk
is zo iemand. Na de verloren Bekerfinale van KV Kortrijk tegen Lokeren had hij uit
frustratie een vuilnisbak omgeschopt die aan een van zijn buren toebehoorde. De
politie slingerde hem op de bon en sindsdien mag hij zijn eigen straat niet
meer in.
Hij getuigt: Gelukkig ben ik bevriend met een dame die in de
Sint-Denijsestraat woont, een straat die parallel loop met de Doorniksewijk.
Wanneer ik s avonds thuiskom van mijn werk, laat zij me binnen en klim ik over
de omheining van haar achtertuin en via de dakgoot van haar buurvrouw naar de
daken van de huizenrij die tot aan mijn woning in de Doorniksewijk loopt. In de
kamer van mijn zoon heb ik een Velux laten plaatsen en daarlangs kan ik mijn
huis binnenkomen. Ik moet wel opletten dat mijn vroegere schoolkameraad Wilfried
me niet opmerkt. Ik spreek al jaren niet meer tegen hem, maar ik heb zijn dak nodig
anders moet ik een omweg maken van minstens vijf andere daken.
Roger twijfelt aan het nut van de maatregel: Ik ben een grote
supporter van Cancellara. Toen die na zijn valpartij in de Ronde van Vlaanderen
moest opgeven, was ik ongelooflijk teleurgesteld. Ik had de koers gevolgd op
café en toen ik s avonds naar huis liep, stonden daar weer vuilnisbakken te lonken
naar mij. Deze keer in de Sint-Denijsestraat. Ik heb me gelukkig kunnen
inhouden omdat ik wist dat ik anders geen toegangswegen meer zou hebben naar
mijn huis. Maar hadden die vuilnisbakken in de Zwevegemsestraat gestaan, dan
hadden ze er zeker aan moeten geloven.
Te oordelen aan de meldingen van dakenlopers die de politie dagelijks
ontvangt, is Roger W. niet de enige met een soortgelijk probleem. Een politieagent
vertelt: Neem nu het geval Ferdinand K. Die heeft een stratenverbod gekregen
voor de Oudenaardsesteenweg wegens
wildplassen in zijn eigen voortuin. Hij woont nog maar pas in Kortrijk en de
enige persoon die hij hier kent, is een collega op de Pottelberg. Ferdinand
moet telkens meer dan 2,5 kilometer daken afleggen. Hij gaat nu elke avond op
café in de hoop iemand te leren kennen die dichter bij hem in de buurt woont.
Stefaan De Clerck is alleszins niet van plan de maatregel van het stratenverbod
in te trekken. Hij gelooft dat hij recht in zijn schoenen staat, ook al beweert
de Liga der Mensenrechten het tegendeel: Ik zal zelf wel beslissen wat het
beste is voor de burgers hier. De Liga der Mensenrechten moet mij niet komen
vertellen wat ik wel en niet kan doen. Wordt ongetwijfeld vervolgd.
|