Afgelopen woensdag-nacht was het in de HCDG ,tijd voor de laatste vrijere -improvisatie afspraak van het voorbije seizoen...
Het zomerde eindelijk ( was geleden van het jongste pinkster-weekend ), het binnenterras zat afgeladen vol , de deur stond open en ook op het kleine podium in het kleine cafeetje zat een deugd- doend hartverwarmend kracht-centraaltje ,...
We werden alweer eens aangenaam verrast door een zeer alerte en oplettende trompet-virtuoos : de Bart Maris van de grote dagen , de schiterende drummer die Giovanni Barcella al altijd is , samen met al dat moois rond de kanjer van een meester- cellist -instant composer _____ tot mijn schande had ik van deze iewat oudere meneer (°1954) nooit gehoord maar wat een persoonlijke ontdekking is die vent ____ Ernst Reijseger http://www.europejazz.net/mus/reijseger.htm
Wat die hoofdvogel deed met de vijf snaren cello ____en op de koop toe ritmisch te voorschijn wist te slaan uit het blinkende iconische instrumentlichaam alsof het ook een afrikaanse bass handdrum was die hij bespeelde ... , getuigde van grote klasse , bleef onverdroten boeien en was ronduit schitterend van begin tot eind
Jubelproza ... alweer , maar dat is welverdiend Einde seizoen en dus ook tijd om nog eens samen te vatten wat die laatste twee maanden nog voor interessants te rapen viel op de diverse gentse vrije- jazz podia die ik mocht beluisteren .... en ook, daar kon worden gejubbeld
*Te beginnen met de prachtige Duo - performance van top pianist Alexander Von slippenbach en saxofonist Zeger VanDenBussche (ditmaal op alt , zoals tegenwoordig in toenemende mate gebeurt )
Die pianist komt trouwens op 11 December eerstkomend , spelen in het (vermoedelijk) Gravensteen , samen met Paul Lovens en Evan Parker ... verzekerde Rogie van de resistenza /Negocito me nog woensdagnacht .....
¨In datzelfde openluchttheater in het citadelpark concerteerden trouwens op overtuigende wijze ook de groep rond drummer John Betch : een trio met twee fransen ....Een elegante en gave fluitist en een keigoede bassist , die voorwaar moest invallen (en dat is geen peuleschil om doen ) voor de aangekondigde maar doodzieke topper van wereldklasse , Avernel
Saxofonist fluitist Jan Klare was trouwens ook aanwezig op dat festival ( de opvolger van jazz sur l'herbe ) : samen met de "beren gieren " De jongens speelden erg gedreven en energiek (zoals gewoonlijk ook erg gaaf ) , maar werden enigzins de mist in geholpen door een nogal stuntelende geluidstechniek die blijkbaar niet al te goed was ingespeeld en een paar steken liet vallen ( dat is een grote handicap voor deze doorgaans loepzuivere musici ) ....
Jordi Grognard kreeg bovendien nog af te rekenen met een zeer beperkte en ingekorte set .... jammer want deze mens heeft wel meer te vertellen dan wat in een kleine 40 minuten kan worden gestopt
Cel Overberghe en zoon + Paul Van Gysegem samen met nog een guitarist vormden de set van Co2 Oude goede wijn behoeft geen krans , zelfs geen nieuwe zakken ..... Die mensen hoeven niets meer te bewijzen , ze zijn er (gelukkig ) nog ....
De HCDG kreeg ook nog een "onverwacht " zondagmiddag bezoek van enkele gasten uit het Brusselse en georganiseerd door het =
useum (ov) 24 juni Een mooi Trio ; Sabu Toyozumi (Japan) percussie // AACM adept Guy Strale piano // van ouds de WIM-vertegenwoordiger in Brussel JiJi Duerinckx saxes // vooral een viruoze bespeler van de moeilijke sopraninosax ( naar mijn weten is alleen Abdullah Ibrahim (Dollar Brand) van origine een bekend sopranino-saxist )
Heilaas speelden ze voor drie man en een paardekop en wat plaatselijke en ingevoerde inteelt Maar dat is niets nieuws en niets eigen aan Gent ....
Nu nog volgend seizoen eens een Antoine Prawerman ? en/of Mic hel Van Schouwburg en hopelijk wat meer "volk" Laat ik maar wat wensdromen vooraleer ik in mijn jaarlijkse zomerslaap duik ....
En nu ga ik me reppen naar JazzGent ; Jo Lovano en Wayne Shorter vanavond , meer moet dat niet zijn
Enkele rythmische patronen ter leringe ende vermaeck van wie het wil uittesten en omdat rythmliek het belangrijkse ordenende principe is ( ook als harmolodisch / polyfoon/ polyrithmisch weefsel )
Legende ; vlaggetjes omhoog =tones (Bongo's / Midden en hoge conga's ) : L(mama/hermosa ) R (papa/macho ) vlaggetje omlaag : bassen (quinto ) * = cow bell ( A of bA ) kleine achtste noot = tresillo figuur ( small temple block )
Cromanti = country blues = Ashanti = Cuban Bolero = (New orleans ) Spanish" tinge " = jelly roll Morton = jazz Habanera - Swung = vertraagde afro-swing = drag = de enige gebruikte notenwaarden zijn achtste , vierde en gepunte vierde -symmetrische figuren worden vooral gebruikt door trombones die symmetrische toonladders spelen tijdens hun imrovisaties (= Bob Brookmeyer solo routines bv CD bE F#F G A bBC)// C F(b)G C / C bE #F A C / bBC #F CD / C bEF(b)GA C .... etc )
De Hot Club de Gand woensdagnachten zijn nog steeds aanraders Het blijft een broeinest van creatieve insteken op het moment zelf en het zorgt regelmatig voor verrassingen .... Uiteraard zijn er de musici die in dat cafeetje een concertje komen weg geven , maar toch niet te beroerd zijn om achteraf tot een stuk in de nacht te blijven jammen ....Maar ook musici op doorreis die elders in onze stad een concert gaven , vinden langzamerhand hun weg naar dit cafe en het unieke jamsession project( met vooral progressieve jazz en vrije improvisatie ) dat hier in de loop der jaren is opgebouwd ....
Hier enkele van de jongste hoogtepunten
28maart 2012
Might Bite
Gregor Riedel(sax) /Benjamin Sauzerau(guitaar), Jacob Warmenbol ...
_Mooi Concert met topmuzikanten en mooie jam achteraf
met ook nog twee verschillende bassisten , een paar drummers en een goede pianist
°Warmenbol is een kei
HCDG
Dat was het geval met het Oshima-Lauro trio en anderen ; Die werden onverwacht tijdens de jam geruggesteund door de bassist Taurus Mateen ...die dezelfde avond een concert had geveven in het Bijlokecentrum .....Bart Maris kwam ook al van een concert date elders in de stad .... Korom ; het knetterde , want die twee waren al goed ingespeeld ___als dat al nodig is bij dergelijke musici
De canadezen speelden een aantal zeer intimistische en boeiende sets ....Aquarellen op hoog niveau en ragfijne pentekeningen , bijna in één trek neergezet ... Ook Nathan Ellman , Lennaert Heyndels en verschillende andere aanwezige drummers en bassisten lieten van zich horen tijdens een daaropvolgende jam ....
Tijdens een van de nachten ( vergeten wanneer juist ) was er nog onverwacht en ( wat mij betreft ) zeer welkom ook een uitgebreid stuk ryhmische en boeiende piano van Christiaan Mendoza ....
Er is altijd wel iets te beleven in de HCDG .... Neem nu bijvoorbeeld Dajo De Cauter ( welke nacht dit alweer was , ben ik eveneens vergeten ) , die in de vroege uurtjes met bass en al op stap leek en in het café verscheen .... Een volumineus instrument weliswaar , maar vooral een muzikant die daar een sound uit projecteert en een muziek aan ontlokt die onmiddelijk het klein café vult . tot in de kleinste hoek ...Wat een présence ....
Volgende woensdag is er een afspraak met Ethiopische muzikanten ...Het kan blijkbaar niet op Weze hierbij aangestipt dat de ethiopische muziek erg rijke en zeer diverse tradities behelst
* De pentatonisch gestemde "Krar" ( die ook zal worden bespeeld is me gezegd ) is zelfs een van de oudste instrumenten ter wereld .....Er bestaan zowel hemitone als enhemitone pentatone stemmingen voor diverse krar formaten ....Bovendien schijnen vooral 4 toonladders belangrijk te zijn ....
*Er zijn zowel christelijke-koptische , islamitische als animistische tradities versmolten in de huidige muziek uit de hoorn van Afrika ... en vergeten we ook niet de ceremonieele muziek van het voormalige keizerlijke hof in een land dat geldt als een van de kribbes van de mensheid .....
Ter orientatie :
Tenslotte is de ethiojazz beroemd en is vooral Aster Aweke de best bekende (in de westerse wereld...... ze woont allang in de VS ) diva en vertegenwoordigster van de moderne ethiopische muziek die zich voedt met de traditie ....
Afwachten wat in de hot club eventueel zal worden gebracht .... maar ook fusion-toestanden zijn ( wat mij betreft ) erg welkom en ik ben er eigenlijk wel gerust in ....Leergierig en eveneens nieuwsgierig
Er zijn natuurlijk elders in deze stad eveneens zeer boeiende dingen zat .... Zoals in de "Resistenza ": Ik woonde daar sinds de daverende start van deze nieuwe zaak ( na de concerten van Christiaan Mendoza , Jeroen Van Herzeele en Eric Vermeulen dus ) drie uit de kluiten gewassen winterconcerten bij .... en dank zij de vermoedelijk nog jaren aan te houden perikelen met de tramlijnen en verbindingen van het openbaar vervoer in onze stad ,is die zaak vrij moeilijk bereikbaar geworden voor mij ...dat zegt dus genoeg over de zuigkracht die ervan uitgaat
DONDERDAG 10 NOVEMBER Concert Double Bill JORRIT DIJKSTRA / JOHN HOLLENBECK DUO Jorrit Dijstra (NL): saxen + fx John Hollenbeck (US): drum
Zeer indrukwekkend .... meer erover vertellen is niet nodig ... verder commentaar is kompleet overbodig Rep je als ze nog eens langskomen + ALEXANDRA GRIMAL QUARTET Seminare Vento Tour Alexandra Grimal (FR): saxen Giovanni di Domenico (IT): piano Manolo Cabras (IT): contrabas João Lobo (PT): drum
.....een fijn voorgerecht dat begon in de (kwakkel)winter met een set van een groep rond een italiaanse saxofoniste op tournee .... Gaaf en goede stijlkeuzes ... Goede piano ook .... Nog van dat
en dan het putje van de winter en de laatste weken van een verlate winter
DINSDAG 21 FEBRUARI The Solo Sessions JOHN BUTCHER set II: met PETER JACQUEMAIN John Butcher: (UK) Peter Jacquemain: contrabas (BE)
Met het concert van een Peter Jaquemain in grote doen en de loepzuivere londense saxofonist ( die voortdurend op zoek ging naar instrumentaal technische uitbreidingen van het saxofoon spelen )kreeg ik het beste concert van deze winter voorgeschoteld : alles kwam aan bod ; multiphonics , overblaastechnieken , breathy aanblazen , circular breathing .... etc .... U vraagt we draaien ....Onwaarschijnlijk wat die twee doen ....Neen , het is geen gratuit cirkus nummer wat die twee daar bakken ....
MAANDAG 27 FEBRUARI the Barcella Resistenza Sessions #10 set I: CINEMA SOLORIENS James Harrar: klarinet, bamboefluit, altsax en allerhande speeltjes (US) Eric Thielemans: drums en percussie (BE) Manolo Cabras: contrabas (IT) Marshall Allen: altsax, speelgoedkeyboard, EWI (US) set II: GIOVANNI BARCELLA / MARSHALL ALLEN / MANOLO CABRAS Giovanni Barcella: drums en poëzie (IT/Gent) Manolo Cabras: contrabas (IT) Marshall Allen: altsax, EWI (US)
Wie het meer moest hebben van electronisch speelgoed en constant een soort muziekjes voor computerspelletjes uit zijn casioo-tje zat te plukken ( vooral in het eerste deel waarbij een soort ouderwetse projectie nogal uitputtend zat te " flikkeren" op de muur ) is het icoon en veteraan altsaxofonist Marshall Allan ... Gelukkig speelde hij een prachtige tweede set ( ditmaal bijna uitsluitend saxofoontje met die speciale toon en behandeling van hem ) samen met Manolo Cabras en Gio Barcella .... De prestaties van multimedia man James Harrar kan en wil ik niet echt beoordelen ... de pulserende lichtbeeldenshow leide veel te veel mijn aandacht af .. toch hoorde ik enkele boeiende Japans-achtige koto en stem evocaties , dat is alvast meegenomen .....Maar goed het is allicht niet veel meer dan mijn persoonlijke smaak ....maar Harrar blijft toch intrigeren en ik zal het zeker niet laten om nog eens wat Harrar te proeven als de gelegenheid zich voordoet ....Laat je dus niet weerhouden ...
En ja er is veel te doen in Gent ... maar deze frekwente uitjes en aansluitende bijna verplichte (althans bij mij ) "tournee des grand ducs " kost wel allemaal een serieuse hap uit mijn budget ( zelfs wanneer er uitputtende inspanningen worden gedaan om het zo goedkoop mogelijk te houden ) in deze barre tijden ...Toch blij dat ik het nog mag meemaken na vele jaren barre luwte en woestijn die noodgedwongen mijn aandacht opeisten
De cd AORTA (1971) van bassist Paul Van Gysegem werd in 2011 opnieuw uitgebracht. Dit is ongetwijfeld de meest opmerkelijke Belgische heruitgave van 2011
Van Gysegem, Paul - Sextet::Aorta
.
Dit album is wereldwijd erkend als een klassieker van de Europese vrije jazzmatige improvisatie .
Vanaf 1969 kwamen heel wat sleutelfiguren( en culturele-politieke paria's ) van de Amerikaanse jazzwereld in de Europese contreien hun geluk beproeven ..... zoals daar zijn Steve Lacy, Sunny Murray( was samen met Allan Silva , Noah Howard en tenorist Frank Wright te horen op het "verboden " Byg-festival , van Amougies ) , The Art Ensemble of Chicago en Don Cherry
Een paar bleven in Europa rondhangen ( Lacy , Noah Howard ) ook als muzikale inspiratiebronnen en lesgevers in het toenmalige clinics en workshop circuit dat toen nog buiten de officieele academische muziek instellingen verder sukkelde ....
27-09-2010
<-- klik : Noah Howard
O.a. in Gent was er een nieuw geluid in de Belgische muziekwereld te horen. Daar organiseerde de jonge bassist Paul Van Gysegem tenslotte een festival, namelijk het intussen legendarisch geworden jazzfestival in het Gravensteen.
Aangetrokken door de avontuurlijke muziek van de Amerikaanse collega's en voorbeelden verzamelde Paul Van Gysegem enkele gelijkgezinde jongelingen ( o.a. mensen uit de toenmalige universitaire jazzclub , in die tijd voor een tiental jaren een broeinest van nieuwe talenten ) die bereid waren om samen met hem dit genre verder uit te diepen en te verkennen. en organiseerde samen met gelijkgezinden ( waaronder vooral ook de goede organisator en trompettist Patrick De Groote ) heelwat voorafgaand aan- en naast het gravensteen festival :
Legendarische optredens en gelegenheidscombinaties in de " Fox " op de korenmarkt met kenneth Terroade , Allan Silva , Robin Kennyatta ook .... en met vaste leden Ronald Lecourt , Calyer Duncan, Patrick De Groote .... Regelmatig terugkomende acts in de Zwarte Zaal waar tot ieders verrassing ook een duo kwam spelen met Mall Waldron
De nieuwe muziek ( The New Thing ) werd met Paul Van Gysegem en Kompanen plots een voldongen feit in het Gentse :
Samen met Antwerpse vertegenwoordigers van de Vrijere Europese improvisatie muziek speelde hij in de Gentse Opera een jazzfestival voor de toenmalige Brt en vooral radio-producer wijlen Miel Van Attenhove Mike Zinzen , Cel Overberghe , Fred Van hove stonden op datzelfde festival en werden in die tijd door de neerbuigende "welopgevoede " melomanen en muziek -kultuurpauzen allemaal collectief verweten slechts prutsers en beunhazen te zijn
Het Paul Van Gysegem Sextet ( ondertussen ook uitgebreid met Nederlanders Pierre Courbois en Jasper van t'Hof ) produceerde in die periode het baanbrekende album 'Aorta'.
Paul deed vrolijk verder ; Speelde met amerikaanse gastmuzikanten zoals bijvoorbeeld Ambrose Jackson
Maar nadien werd het wat stiller ....Tenslotte waren er ook nog andere besognes dan de muziek alleen , die zijn aandacht opeisten
De voorbije jaren wijdde Paul Van Gysegem zich voornamelijk aan zijn andere passie: het beeldhouwen. (net als zijn oude maatje Walter De Buck die een succesvol organisator en "folkie" werd , deed ) Maar hij bleef actief als organiserend , improviserend en progressief muzikant ...
Hij speelde in die tijd af en toe met jazzmusici van eerste orde Zo bijvoorbeeld op een Gentse jazzkroegentocht in cafe "De Turk " , een set met altist Sonny Simmons
Sonny Simmons
In 2010 eiste dan een straf concert , opnieuw in Gent , ook de aandacht van de jongere generatie Pianist Bobby Few schitterde door afwezigheid ...... maar ook meester- drummer Noél McGhie en de oude kompaan van Lacy , altist Steve Potts woonden al een tijdje in Frankrijk en waren binnen handbereik
Uiteindelijk kwam Paul , samen met Patrick De Groote en Ronald Lecourt ..... en met die hierboven laatsgenoemde twee afro-amerikanen musiceren op JAZZ IN 'T PARK en vooral in levende lijve bewijzen dat deze muziek nog niets van zijn kracht en creatief vermogen heeft ingeboet
Door het internationale succes van de heruitgave van het album "Aorta" besloot Paul Van Gyseghem in 2011 om samen met de trompettist van weleer Patrick De Groote de draad terug op te nemen.
Hij bleef in het begin van deze eeuw een icoon en af en toe ook verzamelaar /inspirator van jonge musici ( en gevestigde waarden ) Bart Maris , Jeroen van Herzeele ... Giovanni Barcella ,Eric Vermeulen ..... die allen in zijn verschillende heruitgaves van zijn groep op diverse gelegenheden aantraden ....
Eric , Jeroen , Paul , Gio en Patrick (foto Guy van de Poel). De Singer in Rijkevorsel 2012 ( = is trouwens een aan te bevelen podium )
In de gaten houden ......
Op 1 april 2012 concerteert de groep te St. Eloois Winkel
1) In de Centraal afrikaanse percussiepolyritmiek wordt de ( pizzicato bespeelde string / "jazz" ) bass meestal beschouwd als een master- drum gelegen, in het leidinggevendemama-gebied ( de bas hand drum = meestal de bass conga-achtige N'gangN'gangof de (bass djembé) bougourabou-types uit Casamanche ( in het bijzonder in de popo muziek = popo muziek is een vroege mengvorm van Bascongo-en Senegalese "evolués" muziek , voornamelijk gespeeld in streek rond de (koloniale ) haven stad Matadi ) - ten gevolge van dit gegeven gelden alle mama- master lijnen ook voor de jazz-bass
Opmerkingen Het centraal Afrikaans drum-orkest vermengd van 5 tot 8 verschillende rythmische lijnen ( verschillend gestemde drums ) Master drummers bespelen soms op hun eentje zulk een batterij van acht ( rechtopstaande N'gang Ngang ) drums of drie likembe masters bespelen drie ( een mama , een papa en een baby ) achttongige verschillend gestemde duimpiano's
Bovendien liggen nog veel andere centraal afrikaanse muziektypes( Angolese semba , m'bira en andere zimbabwaanse muziek )wat hun polyryhtmiek betreft , aan de basis van neo -afrikaanse muziek zoals choro , samba , mentho ....calypso en kaseko -winti
Ook voor neo-afrikaanse (poly) rythmieken geldt hetzelfde wat de rol van de bass betreft maar daar kan de interactie van de rythmische lijnen zich beperken minimaal tot minimaal 3 / Bass ,drum ( met "bells" of cymbals ) en alto ( in trio) zijn hierbij bij uitstek de geschikte tegenhanger
2) Het lage register van de altosax (vanaf #c1 tot en met de E ) ligt in hetzelfde gebied als de "open " tuning van de bass
ofwel #c1 #f1 B E (alto ) E A D G (bass)
Tengevolge van dit gegeven gelden voor het lage register van de alto ook alle mama-master lijnen Bovendien kan het lage register van de alto ( bij afwezigheid van de bass ) diezelfde taken vervullen als de bass
AFROBASS number one
Nota's
GROOVES
Hieronder een paar voorbeelden van een rythmolodisch uitgewerkt Zuidafrikaans SANZA rythm ( KWELA ) Het uitgeschreven stukje geld voor de ganse dodecafonische toonladder met als basis de kwela F(m)7 M9
Merk op dat er een 4x herhaalde ' bell ' lijn bestaat van 5 opeenvolgende accenten = een clave lijn die dient als ostinato l en rythmisch anker of referentiepunt
Er zijn ook 2(onderling verwisselbare ) bell lijnen van 7 opeenvolgende accenten = twee akwete lijnen ( maat 1 en 2 / maat 3 en 4 ) gevolgd door een finale 6 toon lijn over twee maten ( maat 5 en 6) : deze laatste lijn kan eveneens als ostinato 2 gespeeld worden over de ganse lengste van het stuk ..... Ostinato 1 en 2 kunnen met elkaar vermengd worden (maar dan op agogo 'double bell ' --> twee tonen ipv l )
Speel de gehele sequens zowel met een 12 /8 als met een 4/4 timing ( die laatste ook van rechts naar links ) er kan bovendien een "beguine" , een " punta " of een "kpanlogo" worden toegevoegd
Er zijn nog veel andere mogelijkheden : maar houd in gedachten dat je steeds moet beginnen met een lamel aan te slaan in de linkerhand ( meestal met de duim) en dat is geld alleen wanneer je rechtshandig bent ... anders begin je als linkshandige met de rechterhand
de rechtshandige speelt dan een "mama"-lijn (meestal een bass(drum)lijn) en de linkshandige een " papa" lijn ( een 'melody')
Hier is een KWELA SANZA in 'Voiced ' pentatoon FGA CD ( Dm7 sus4)
een voorbeeldmet wisselende Sébènes microrythmische vermengingen en onregelmatige notenwaarden en accenten KWELAP.MID (2.9 KB)
ostinato I voorbeeld in straight 8/8 KWELP2.MID (5.7 KB)
*( Hieronder vind je dezelfde Midi- audio files in het attachment )
..Andy De Clerck . Vrij traditioneel maar erg goed .(*) ..Easy Listening jazz van grote kwaliteit " Zo dien je een beetje tenor te spelen...." ( om wijlen Ome Ben Webster te parafraseren ) Een aanrader ook om thuis wat van na te genieten (**)
Prachtige begeleiding ook ; door de economisch drummende Simon Seghers , de vaste bass basis van Jouni Isoheranen , en de steengoede droomlijnen van Pierre Claes op vibra (***)
(*)Nathan Davis (saxophonist)zei ooit iets daarover in een clinic (georganiseerd door wijlen Juul Anthonissen ) die ik gelukkig mocht bijwonen in Bilzen " .....Jazz is no easy and entertaining folklore ...(a part of ) Jazz is only art by permanent modulations ..."
en verder nog zoiets als ( vrij geinterpreteerd ) ..... Jazz is gestruktureerd en repititief en vooral gestuurd door de volledige beheersing van de "know how" die in alle kunsten 'sine qua non' is .... Jazz is als het levende moment : het (her)maakt voortdurend 'life ' zowel het dragend doek als de schildering zelf ,op hetzelfde ogenblik ___ Net alsof je een film projekteert op een bewegelijke en wisselende ondergrond ___ ; Dat mag al lijken op muzikale "chaos" ( en zelfs lawaai ) voor de passieve( en vooringenomen ) luisteraar , maar het is zeker nooit chaos wanneer je het moet maken ....en je kan natuurlijk niet altijd geinspireerd zijn op elk ogenblik van je performance : maar als je elk moment kunt terugvallen op routine ( en licks van eigen makelij) komt die inspiratie toch ....
(**) Ik moet zo nodig die groep eens " life" meemaken .......want Nathan Davis (saxophonist) ; " jazz is allways life ... a jazzrecord is a fossil ... "
(***) -De kern van alle jazzsoorten is improvisatie ( al dan niet over een "arrangement ") / of zelfs ; een set parafrases op bestaande rythmo-harmolodische wendingen en leidmotiefjes uit alle soorten uitgeschreven en/of gearrangeerde muziek -Als je een "improvisatie -solo" doet , ben je automatisch de leider van de groep ... Daarom is een trio + leader , het ideale formaat voor de permanente improvisator en daarom kan iedereen in die groep aan bod komen , soleren en leider worden .... het vraagt alleen maar een gehaaide beheersing van de techniek : De mensen in deze groep bezitten dat allemaal afzonderlijk , in overvloed ... Rijkdom troef
Is de titel van een gedicht uit het songbook van John Tchicai waarbij steeds weer een aantal uitgangszinnen worden verknipt en terug aan elkaar geplakt , zodat er een steeds rythmisch wisselende en verschillende geintoneerde tekst(en) en vooral verschuivende betekenissen onstaan ... Het is natuurlijk ook ( inde eerste plaats ) een compositorisch concept van John Tchicai waarbij steeds verschillende (verwante ) riffs en licks na elkaar en door elkaar kunen worden gespeeld
Er zijn daarom ook honderden versies mogelijk In feite is het voorgeschreven pattern een soort bvan stafkaart ... De uitvoerders moeten telkens weer hun eigen reisweg uitstippelen en zoeken naar eigen vermogen en temperament ..... dit is daarom niet noodzakelijk een GELEIDE wandeling ....
Interpretatie-mogelijkheden zijn quasi onbeperkt
Er is (bijvoorbeeld ) geen vast voorgeschreven tempo : iedereen speelt (eventueel) het tempo wat hem zint ....of speelt in microverdelingen .... De riffs zelf kunnen unisono , getransponeerd ( de altsax speelt de uitgeschreven C partijen en/of de andere blazer(s) spelen elkaars getransponeerd uitgeschreven partijen zoals ze er staan ) en /of rubato en/of in hockett worden gespeeld Je kan ook van rechts naar links lezen ....
Net zoals in serieele en dodecafonische muziek kunnen de tonen van oktaaf verplaatst worden ....
etc ... etc ....
-------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------- ( my arrangement )
2 MinorBlues hexatonen , 2 Son ' Ma teodora " hexatonen ,een gemeenschappelijke basis toonladder , 2 basis vierklanken (ditties= false tetrachords ) en 2 basic triads
FREE PATTERN / MAP
__________________ ! ! AMajor(son) No #F / C Major No A <===! #C minorblues / bA minorblues <===!
(Troughout) Basic scales DE GA (#)C ===> Modulation = B#C E #F (b)A
(Chords) ==>progressions A (#)C(complementair ) bA B D E B D FG ==> scale B D E FG bA / (b)A B #C D E / B CD EFG / (SON ) Claves rythm
#C E (b)G bA B / bA B(b)D bE #F/ (minor blues ) Shuffle rythms #C #F #G B bA bD bE #F ==> scale B bE #F #G #C (Chords) ==> Progressions G DE (complementair )
De eerste zondag van de Hamsessions 2001 zit er op ; Draaglijk warm , geen regen , een mooie tuin ,vriendelijke mensen ,mooie bar en op de koop toe vooral het kruim van de impro scene in erg goede doen ; iedereen had er duidelijk zin in ..... meer moet dat niet zijn , toch ?
Ik zit deze voormiddag , nog wat te bekomen van deze overdadige feestmaaltijd ...... en mijn eerste herinneringen eraan te herkauwen in een poging ze te verwerken en voorlopig te sorteren
"Is het goed " ? vroeg Michel Mast tot tweemaal toe
Ja het was goed ,steengoed zelfs en het was bovendien beperkt gebleven tot slechts twee formaties : wat dus het beluisteren ervan veel intenser had gemaakt en erg bevorderlijk is voor een verhelderend "eureka moment" , althans bij deze rot- verwende melomaan ....
Meteen een eerste festivaldag met een dubbele aanpak ;
Flick Flack Bat Tom Wouters, drums en klarinet John Snauwaert, tenor en sopraan sax Jon Birdsong, cornet Steven Van Gool, e-bass Peter Van den Berghe, keyboards
-Een groep rond kei Tom Wouters ( demonstreerde overtuigend ___als dat nog nodig was ___ schitterend slagwerk(met allerlei melodische wendingen en suggesties ) en enkele bassclarinet riedels die het vooral van het laag register moesten hebben( hoor ik trouwens het liefste ) )
Deze formatie ging overduidelijk voor compositorische procedées , verder uitgebouwd en levendig gemaakt met ingredienten uit diverse hoeken en kanten van de wereldwijde impro-muziek -scène en waarbij het meeste draait rond de "schriftuur" (als mnemotechnisch middeltje dan en ) als startbaan voor head-arrangements en diverse parafraserende stijlfiguren /rifjesthemata ( bijvoorbeeld van de opvallend meanderende en boeiende tenorsax ) van de diverse kompanen ... een duidelijke mingus-achtige inslag ook en een fantastisch stukje verwevings-kunst met allerlei verwijzingen naar de (bop en post-bop ) traditie(s) ....Zeer opvallend :de electronische interventies die bijwijlen deden denken aan flarden echo's uit het duits cabaret van de jaren dertig en vooral aan Eisler ...
Een ontdekking voor mij ; Jon Birdsong ... een trompettist die er in slaagde vrijwel naadlos een solopartijtje van de tenorist over te nemen zonder dat het meteen opvalt , zo groot is de beheersing van de timbres , de spelen- in -de -microfoon-techniek en de verrassend diepe sonoriteit op zijn instrument ....Gestopte trompet partijen van een ongekende bewegelijke textuur die zowel hilarisch als perfekt commentaar leveren (out of tune ..) zijn een toemaatje ....
John Birdsong
Voeg daarbij de uitstekende pianist en de zeer functionele ondersteunende electrische bass en het loopt allemaal gesmeerd ... wat wordt gepresenteerd is een staalkaartje van het kunnen van de groep ; schitterend als een veelkleurig palet dat onwillekeurig naar nog meer doet uitkijken ....
Jeroen Van Herzeele Quartet (B,I) Jeroen Van Herzeele, tenor sax Fabian Fiorini, piano Jean-Jacques Avenel, contrabas Giovanni Barcella, drums
-Een tweede groep als dagsluiter en gebouwd rond de magnifieke sound van de tenorsax : Muziek bedacht vanuit het instrument als organiserende leidraad en een coltrane adept in zeer grote doen ..Bovendien aangesterkt door een driemanschap uit de elite der Belgo - italiaanse improvisatie wolven
Ook opvallend : de verschillende nummers werden bij beide groepen bijna meteen ingezet en zonder al te veel verbindende praatjes ...
Vooral in de groep van Jeroen van Herzeele gaf dit een boeiend resultaat ; een quasi ononderbroken suite wat dan vooral nog eens werd belicht door de volgehouden eenheid van stijl gedurende diens ganse performance ...Vuurwerk De grote nadruk op "omkeringen en allerlei voicing " kunnen trouwens moeiteloos de monotonie van een modale benadering overstijgen , waarbij men de rythmische inbreng van een sublieme rythmsectie zeker niet mag vergeten ....
Van de flamboyante Gio Barcella in grote doen tot en met de heftig opzwepende bassbeul Manolo Cabras (verving de doodzieke legende Avernell door een kompleet eigen inbreng ) , die zijn pizzicato spel bij tijd en wijle weet te laten klinken als de basdjembe van een virtuose afrikaanse master drummer ..... en de __voor mij tot dan toe __onbekende pianist , Fabian Fiorini, die voortaan ook tot mijn persoonlijk favoriete pianisten -lijstje behoort
Opvallend is het feit dat het hier gaat om minstens evenwaardige" leaders"... het is moeilijk om in deze groep nog het verschil te horen tussen side-man en een "leader of the pack ".. Het bestond die zondag doodeenvoudig niet : het was waarachtig een echt "collectief " van gelijkwaardigen ... een machine die slechts samen dit uniek /emergent resultaat kon bewerkstelligen . Eigenlijk past dit vehikel als een handschoen voor elk van haar samenstellende leden en illustreert het perfect, het aloude ; het geheel is meer dan de delen ...
Interessant ook om deze groep van Jeroen te vergelijken met het trio "Gratitude " enkele dagen voordien op "Jazz sur l'Herbe" , toen was geen pianist aanwezig die kon functioneren als aanvullende (supplementaire ) tegenstem op het spel van de tenor Alhoewel ook daar een uitstekende master-drummer(Louis Favre ) .... en prachtige electrische bassist (Alfred Vilayleck ) aanwezig was die af en toe er goed in slaagde die sparing-partner functie te vervullen ...en als surplus erg "afro"(althans naar mijn gevoel ) bezig met bassriedels en diverse echo's van ostinati ___eveneens een erg goed optreden trouwens
Maar met een kundig en in de groep ingespeeld pianist als deze Fabian erbij kreeg je echter veel meer kleur en complexiteit geserveerd dan de diepgang van tweestemmig gegenereerde powerchords , gebroken akkoorden , en triads ... het is doodeenvoudig een ander geheel en Jeroen had er zondag overduidelijk zin in ...in het citadelpark was het bovendien verre van ideaal ; het was namelijk ijzig koud op die late avond ...
Brugge de werf 2009 .
Tot volgende zondag ... De pinkstermaandag kan ik niet meer in mijn agenda wringen .... heilaas
Oh ja , op de valreep ... vanavond om 22 uur zitten een paar van die gasten in de El Negocito De topform waar ze momenteel in verkeren beloofd het beste ... rep je ...
Natuurlijk was er nog veel anders te beleven in de maand mei dan het "jazz sur l'Herbe " en het impro-marathon gebeuren Speciaal vielen me op ; Jeroen Van herzele met zijn jongste Gratitude trio voorafgegaan door een Duo Penotti met basklarinet (Adriaan Verwee )en drums-soundscapes (Merlijn Peridaen )....
Adriaan Verwée: is zowel beeldend kunstenaar en als jazzmuzikant.(°1975 ) -beeldhouwkunst gestudeerd en even op het conservatorium vertoefd. (1) Hoe zijn die twee kunstkriebels met elkaar verweven?
Adriaan Verwée: "Ik etaleer eigenlijk nooit dat ik de twee combineer. Het is heel organisch gegroeid. Die twee kunstvormen zijn gewoon een andere manier van expressie. Muziek is veel directer dan sculpturen maken, ook ontspannender.
Eén kunstvorm zou dus iets te eenzijdig zijn? Verwée: "Nee, het zou alleen makkelijker zijn. Het is een keuze die me al jaren achtervolgt. Je mag ook geen keuzes forceren, soms wou ik dat ik me kon opsplitsen. Mensen verwachten ook blijkbaar dat je voor één ding kiest en als ik moet kiezen, kies ik voor mijn sculpturen. Maar dan zou ik wel iets missen.
Ben je van thuis uit beïnvloed voor het ene of voor het andere? Verwée: " Mijn vader was muzikant, dus muziek was een evidentie. Maar ik ben opgegroeid aan het Citadelpark, het was letterlijk mijn speeltuin en ik wandelde als kind veel door het Museum voor Schone Kunsten. Zo herinner ik mij nog De Zeppelin van Panamarenko in de Floraliënhal die daar in 82 voor het eerst werd geëxposeerd "
(1) Blijkbaar is de combinatie beelhouwer-muzikant vrij frekwent op onze plaatselijke podia ; (folk mensen als ) Walter De Buck , Willem Vermanderen , (en de vrije impro-muzikanten ) Cel Overberghe , Paul Van Gyseghem ; Peter Jacquemyn ... om maar enkelen te noemen
Ik kon dat alles erg smaken ( Ho ja , ik heb een boontje voor basklarinet )... jammer dat het zo koud was , en dat terwijl de rest van maand lag te snakken naar een druppel water ....
Volgende dag : Roland en Han Bennink , publiektrekkers en altijd leuk ze nog maar eens te kunnen meemaken ....goede wijn behoeft geen krans ook niet wanneer hij in nieuwe zakken wordt gegoten ....Bennink ( een 'ollander zonder electrische en overbodige knalpot maar met een soepele versnellingsbak )is verrassend kwiek en nog steeds een enorm showbeest ; Het zijn twee goed geconserveerde mannnen op jaren die nog steeds ( zo te zien ) veel plezier beleven aan hun spel ...
Heu ...... Jasper's kruidentuin en Jetsky Trio heb ik gemist ....
en verder nog enkele vermeldingswaardige voorbije concerten waar ik fantastisch van heb genoten
In de El Negocito ; "A certain kind of chaos with plenty of order "
1° 16 2011 - the El Negocito Barcella Sessions: Italian Belgium Migrazione Night
Gio Barcella , Manolo Cabras Piero Bittolo Bon op alto saxophone/alto clarinet, Francesco Bigoni op tenor saxophone/clarinet en Beppe Scardino op baritone saxophone/bass clarinet De Blazers maken deel uit van "El Gallo Rojo," een zeer goed gekend Italiaans collectief van improvisatoren alsook het recording label. The trio speelt originele compositions, arrangementen voor music van Bill Frisell, The Shaggs en vele andere, en improveert
Schitterend **** Ik heb een speciale voorkeur voor de bariton/basklarinet (+ uitstapjes op ethnische fluiten = ik ben verkocht ) en en een uiterst boeiende , preciese , perfekt gecontroleerde en veelzijdige tenor : prachtig De erg goede altist levert constant versieringen en parafrasen en enig summier maar uitstekend werk op alt klarinet ( ooit had ik er ook zo eentje in mijn bezit /ik ken de kuren en moeilijkheidsgraad van dat instrument )
2° 23 2011 Presa Differente
Gio Barcella(Drums) ft. Audrey Lauro(alto sax ) en Joel Grip, (contrabassiste in o.a. formaties met Axel Dörner, Joe Mc Phee, Eve Risser, Evan Parker, Hermann Keller, Andrea Parkins, Sven-Åke Johansson, Sten Sandell, Itaru Oki ) en Audrey Lauro(sax)
Erg mooi , grote kwaliteit **** De gedreven perfectioniste Audrey Lauro in grote doen Schijnbaar met het grootste gemak levert deze francaise schitterende en moeilijke sound-experimenten op de alt en waarbij op bepaalde momenten daadwerkelijk twee tonen tegelijk worden gespeeld.....er werd /wordt ook regelmatig op de rand van het overblazen geintoneerd ...
Tsja, ik heb deze dame NIET meegemaakt op de jazzmarathon in de namiddag : (ik heb thuis ook wel nog enkele verplichtingen ) ... Maar ik heb veel goeds horen vertellen ... twijfel ik zeker niet aan , indachtig wat ik voor spetterends mocht meemaken in de el negocito
Grote bassist ook en de flamboyante drummer Gio ,die , zoals altijd, erg alert reageert en de zaak een supplementaire dimensie geeft
Bravissimo et Merci Thank You for the Music
Grote impro marathon middag / audrey Lauro , Mathias Van de Wiele , Bart Maris
3° Nathan Daems groep op de "bijloke pic nic " " Smooth jazz en de ideale schoonzoon "
Veel goede Jo Henderson achtige benaderingen in het soleerwerk van de blazer Snuifjes exotische toonladders en toonladderflarden Al met al een geslaagde en moderne persoonlijke mainstream benadering ;
Dat is een optie die al met al erg genietbaar en geschikt is voor alle soorten (ietwat gesofistikeerd ) doorsnee "kunst" -publiek op een zomerse dag Dit recept + de knappe pianist Fulco. Ottervanger , Oerdegelijke guitarist Bart Vervaeck en de lichtvoetige en erg preciese drummer Simon . Seghers en de boel kan nooit stuk Steek daaronder een modeste , maar oh zo professionele en efficiente, bass van Gommeren op de achtergrond en je hebt een uitstekend karton waarop de leader aquarellen schildert .. en dat is zeker niet denigrerend of geringschattend bedoeld mocht je dat denken ... (alleen gaat mijn voorkeur naar steviger werk uit , maar dat is natuurlijk ieder zijn meug )
Een paar dagen voordien zag ik in de vlucht een dito trio in de hot club ; Mooi maar toen nogal lam ...(Uiteraard is dit ook slechts een persoonlijke inschatting ) maar dat kan je ook altijd erg goed als sfeervolle en erg vriendelijke ( vooral niet storende ) muziekjes gebruiken : manierisme dus ( of een mindere dag , kan ook natuurlijk ) en zeker genietbaar
Een gevaar loert echter wel (naar miojn ideetje ) om de hoek = deze gepolitoerde easy listening produkten kunnen waarschijnlijk nogal makkelijk in de korste keren omgebouwd worden tot een soort behangselpapier -muziek en wel door de geldruikende entertainment apparatchiks van de( geleghenheids- )concertorganiserende-clubjes allerhande ....die willen erg graag ( nog goedkope ? ) jonge musici die momenteel in goede doen zijn , nogal eens over het paard tillen ...Want " ...over een paar jaar is er toch weer een verse lading en als die jongens van het paard vallen en ze mogelijk hun artistieke nek breken ( moge dat worden verhoed ) ...waarom dan erover malen ?
Morgen ga ik naar de eerste zondag van de HAM sessions 2011 Be there .....
Zopas een (Nieuwe ?) synthetische japanse modale (Kabuki ? ) toonladder voor bamboefluit uitgedoktert : Ik deel het graag met alle geintereseerden ....
Het schemaatje staat getransponeerd voor Bb instrumenten (in het bijzonder sopranosax ) (speel voor alto en Eb instruments alles een halve toon lager )
Dit stuk is ook uitstekend geschikt voor bassklarinet ( hoog register = zie schema : laag register alles een halve toon lager ) Dat wordt dus :
En ja natuurlijk is er vanalles gebeurt in de hot club op de "Bart Maris invites" woensdagnachten : een paar prachtige concerten , jamsession en nieuwe gasten en talenten , vielen te genieten ( te veel om allemaal over uitgebreid te gaan schrijven ) met ondermeer :
Een indische percussionist ( Khan ) = tabla en midran speler , twee maal de keigoede Steve Dellannoit met de eerste maal de uitstekende baryton Joppe Bestevaar
Joppe Bestevaar
... een accordeonist en een violiste ... de aanstormende drummer en groot talent :Warmebol Een gevestigde waarde als guitarist (stadscomponist en lod-lid ) Dick Van der Harst ( een paar weken later nog eens maar dan met de Finse bassist Jouni Isoherranen/ ) met Alt en fluit maestro : Ben Sluys, Kristof Rosseeuw en de zijnen Peter Van den Berghe , Teun Verbrugghe ...Patrick De Groote en alto Carl Grimmelprez ( kwamen binnenwaaien van een jamsession in "het onverwacht geluk" ) waren nog eens present ... veel nieuwe mensen ook ( o.a. een sopraansax )
In de negocito pikte ik nog eens Nilson Mata , Barcella , JohnSnauwaert
Het spetterende afscheidfeest van Paul Feyaarts in het damberd zag een optreden van een gelegenheidsgroep met Kristof Rosseeuw , Eric Vermeulen ,John snauwaert ( sorry maar de naam van de drummer ontsnapt me )
en ik heb uiteraard ook veel concerten gemist gemist ( o.a. Benito doet straffe pogingen om iets van de grond te krijgen in Lembeke .... eigenlijk een schande dat ik daar nog niet ben geweest )
Het bruist in Gent en omstreken en het herneemt na Pasen
Jazz sur l'Herbe in het verschiet en
Bovendien komt Sonny Rollins naar GENTJAZZ Dat is het voortreffelijkst mogelijke toetje na het ganse ( bijna voorbije ) winterseizoen ____ althans wat mij betreft
Test : hieronder staat een ( afspeelbare)midi file Het is een computer weergave van een variant van het atabaque rythm ostinato volgens de algemene(beginners ) richtslijnen voor afrikaanse percussie volgens de esthetiek van Bumba Bovic ( Centraal afrika ) op Bassdjembe
° Muziekjes spelen zonder pretenties en met vooral communicatieve oogmerken ° een uitgesponnern openingsset van ongeveer 2 uren ° De kunst van het muzikaal onderhoudend converseren
° Uitstekende jam bijdragen in het tweede gedeel met ( voor mij) nieuwe mensen De rustige maar zeer efficiente drummer :Jan Van Steenbrugge De zeer zuiver spelende trompettiste ; Marie -Anne Standaert en een vanouds bekende (ventiel) trombonist die zich weer aan het inspelen is , sinds een klein jaar(dacht ik) : Serge Hoste
° Een aandacht schenkend publiek dat bijna bij de muzikanten op schoot zit en muzikanten in dat publiek
De aanwezigen krijgen daardoor een blik/indruk in/van een collectief creatie -gebeuren terwijl het aan de gang is , vlak voor hun neus en in tegenwoordige tijd
Wat overblijft is een laatste greep op een of ander instrument , en daarna is het verleden tijd Rest nog wat herinneringen Meer moet dat niet zijn
Er was ook ( voor mij dan ) een daadwerkelijke kennismaking met ( impro-vehikels ) en " Template /default " toonladders ( allemaal in Pianoconcertpitch C ) :
7(2) Bar kochba *---> FGAb BCDEF // Fm(5) M679 (Harmonieken F Bb C Eb F C#)
(Modaal) Caravan "toonladder(Juan Tizol) = verlaagde 6de CDEFG /Ab /B --> BDF Ab (D dim5/B , Bdim5M6 etc ... ) E G C Ab (Em+5 M11) GMaj AMaj(Harmonieken)
G C E G# (Caug/G) /Ab C E G /(C/Ab) F#Maj AbMaj (Harmonieken)
1 Spaanse(joodse ) heptatoon , * (verhoogde vijfde ) CDEF (b)AB CaugM7 Bb(m)(5)(7) C(m)(5)(7) F(m)(5)(7) G(m)(5)(7) (Harmonieken ) Dm(5)/C B(7) C#Maj F# GM7 Abm(5)7 Cdim5 -9 DM7 Ebm(5)7Bbm(5)7 F# m(5)7 C(7) Dm(5)7-6-9 * Nota de (b)6(Geen V= Bar kochba ) en de (#)G (Geen grote Vi = spaans joods )
1 algerijnse stapeltoonladder (El Andalouz ) ** (Patrick De Groote idee ) C /Eb E/ FG/ Ab / B C / Eb E / F# // ( Harmonieken ) B(#)C ((b) EF) ((#)F)(GAb ) ( (b)A ) (b)B C(b)D ((b)EF) ((#)F) ( No (#)F(b)A) C F Eb F# Power chords Blauw : fula flute
* deze toonladder is inpasbaar in de Fm(5)(7)
3 afrikaanse (percussie )heptatonen binnen een octotoon ( Isa minden Fé ) Guinea
Mama en Papa Djembé Baby = ( clave / bell ) geoctaveerd (b)A Eb(#)F // (b)B(#)C (1ste versie ) (b)A (b) E(#)F // (b)B C (2de versie ) (b)A E(#)F // (b)B(#)C (3de versie ) (b)A
Basspowerchord Octotoon = (Balafon) clave Falsetto powerchord D G // (b)E (#)F // (b)B(#)C / (b)A / / D G // D G(b)A // Tenor Alt G(b)A D Sopranino subBassostinati sopraan DG (b)A (b)B(#)C(b)E (#)F / G(b)A D G ( A C (Harmonieken) )
Dat worden dan de ( in mijn aangroeiende verzameling ) referenties en frames voor weer een hoop motiefjes waarop kan worden verder geborduurd met veel ( knip & plak) werk natuurlijk
Met veel dank aan de goede ondersteuning van mijn medemuzikanten .... -de uitstekende en flamboyante ritmesectie met Japser Huyssentruyt , Giovanni Barcella & Kristof Roseeuw -Patrick De Groote voor de aanbreng van de algerijnse en de jewish toonladder idee en zijn bijdragen -de jamsession deelnemers met hun goede prestaties in het biezonder oude vriend trombonist Serge Hoste en vooral het stipte , behulpzame en erg vriendelijke gastheer en gastdame koppel Yvan en Iris
Voorwaar een cafe dat verder waardig de traditie van een mentaliteit , de goodwill en de tolerantie voor de creatieve aanpak , uitstraalt ,die ooit zo eigen was aan de geest van >Dees de Bruyne en zijn Muze Octavia
Chapeau voor dit biezondere café waar zonder veel poespas vanalles mogelijk blijkt Gelukkig bestaan er nog zo 'n dingen in mijn stad .... en Wat mij betreft is dit voor herhaling vatbaar
Tsjok
PS. De dag voordien mocht ik in de " hot club " samen jammen met : Uitstekend coming man op de drums Jakob Warmenbol (drums ) en de ( naar ik meen ) gebroeders Steven & Delannoye ( prachttenor en baritonsax ...buiten categorie ) De naam van de bassist ontsnapt me ( moest hij dit lezen , een reactie is voldoende om dit te corrigeren )
Keigoede avond , zeker weten .....
** Met dank voor de foutcorrectie , die ik vandaag van Patrick mocht ontvangen
GENT ; JAZZ STAD ? Mogelijk... maar ook altijd even vriendelijk voor de spelende musici ? Het publiek heeft zeker niet echt reden tot klagen
Regelmatig wordt er dan ook verteld dat Gent zo mogelijk een soort "elderado" zou zijn voor de muziek ... Maar wat het stadsbestuur zelf organiseert is voornamelijk in de categorie " ons kent ons " en/of gemakshalve gedelegeerd aan bepaalde clubjes
Uiteraard is "ons kent ons "(1) zowat overal de "artistieke" politiek , ook in het kleinschalige en onafhankelijke circuit en de zogenaamde "kunstzinnige " monumenten -kroegen -clubs en aanverwanten : Met name het nachtleven met haar overvloed aan artistiek flou Het is wel de bedoeling dat de stad dit alles voornamelijk gebruikt om haar imago op te krikken ___ niets mis mee ____en dat daarbij een internationale culturele erkenning is gekomen is mooi meegenomen .
Het veroorzaakt ook al eens enige belangstelling vanwege de vele toeristen die de stad aandoen en al eens een concertje komen meepikken ... dat voornamelijk is georganiseerd vanuit privé initiatief : ook 's nachts in een strategisch gelegen jazzkroeg-muziekcafe zoals de "hot club de Gand " is dat merkbaar ...Ik mocht ( als regelmatig deelnemer aan de jamsessions op woensdagnacht ) al een paar keer dergelijk toerisme meemaken
Ik heb daar ook veel nieuwe vrienden leren kennen en apprecieren en daaruit groeide voor mij een hernieuwde belangstelling voor het actief musiceren bij diverse gelegenheden en op verschillende podia ...De zaken liepen goed en lieten me toe in het begin van het jaar een beloftevol werk- agenda op te stellen ; er kwamen een hoop potentieele aanbiedingen ... maar na veel geloop en onderhandelingen bleef er welgeteld uiteindelijk slechts één enkele speelgelegendheid overeind ... Er was wel altijd iets dat eten in het roet gooide ... maar goed , vragen is vrij en refuseren staat erbij ...
Het is echter wel opnieuw een persoonlijk vrij teleurstellend gedoe ... het is geen snars veranderd en nog steeds dezelfde belaberde situatie als 20 jaar geleden toen ik het allemaal kotsbeu werd : maar ondertussen ben ik wel veranderd en realistischer geworden , ik heb zelf geen "professionele" ambities meer ... maar ik wil wel spelen met onderlegde mensen en ik wil niet aan oneerlijke concurentie doen ...
(1) = inclusief de persoonljke voorkeuren en "adviezen " van de bekende lokale en zelfsbenoemde ( in ons geval dus jazz-)pauzen die niet zelf in staat zijn ook maar wat mee te doedelen in hun gebied waar ze zo graag naar refereren )
Gisteren avond speelde een schitterend Jasper Huyssentruyt trio de eerste "flat nine jam " gebeuren van 2011 in het ' Trefpunt "...Dat beroemd etablishement is voorwaar nog steeds , na de vele erg vruchtbare en creatieve jaren , een lichtbaken van formaat en locomotief gebleven op de gentse eigentijdse podia en met zijn wortels diep in de basis . Zonder veel poespas en gratis aangeboden aan de verwittigde belangstellenden en de toevallige passant verleent het nog altijd een broodnodige staalkaart van en speelgelegenheid voor wat er in gent roert op de impro-scene
Wel eventjes iets anders dan de veelgeroemde "kultuur"huizen die voornamelijk hun artistieke programmatie politiek liever delegeren / laten bepalen door buitenlandse produktiehuizen Trefpunt is net als een frans wijnkasteel , nog steeds middenin haar wijngaarden gepoot ... ipv in een ver e- bureel (wat niet betekent dat het geen oog zou hebben voor wat van buiten komt ... integendeel )
Het optreden van J. Huyssentruyt was zonder twijfel een voltrefffer , maar vooral Lander Ghyselinck bewees hier nog eens overtuigend zijn grote klasse ; hij is blijkbaar in zeer grote form
Verassend ( voor mij dan ) ook de stuwende en gedreven swing centrale : de pure lijnen van bassist Filip Vandebril : de man is een ronduit onmisbaar onderdeel van het schitterende driekoppige rythm motortje die zich hier demonstreerde en binnen en bovenop de beklijvende composities van jasper
Daarna was er nog een goede bop-achtende bijdrage ( zoals steeds ) op basis van enkele klasiekers uit het standaard-repertoire ( onder meer ook een stukje Ellington : natuurlijk een stukje dat ook door Archie Shepp( alweer een tijdje geleden ) is geadopteerd en daardoor beter bewaard is gebleven ) van de zeer verdienstelijke sopraan-sax speler Nathan Daems en ook nog als kers op de nieuwjaars -taart eventjes een opmerkelijke Christian Mendoza ,( met een duidelijke tendens het standaard-en het real book gegeven toch een beetje opzij te schuiven / wat trouwens ook Huyssentruyt steeds weer doet : hij speelt dan ook veel eigen nummers ) en die ik voor het eerst in zulke kleine en intieme gelegenheid mocht meemaken ...
Zij die afwezig waren hebben zoals steeds ongelijk ....
Ik kijk ook met belangstelling uit naar de duidelijkere contouren van de " nieuwe" politiek van het " Damberd " ... het reeds voorbije programmeren en optreden van WOFO heb ik jammer genoeg gemist maar het is toch wel een serieuze vingerwijzing dat deze lokomotief in de kuip van Gent ,__ misschien nog meer nieuwe levenskrachten bevat en nieuwe scheuten ontwikkeld ,( net zoals een oude eik ) dan ooit vermoed na de bijna fatale aanslag (de nog steeds wat aanslepende " herinrichting van de korenmarkt "en binnenstad ) ....
(Overigens was ook veteraan inrichter en organisator Willem Zuidhof in -het trefpunt aanwezig __ vandaar de link die ik maakte met het Damberd ... )
Voorwaar een beloftevol nieuw jaar ...Wat ik ook hartelijk wens aan iedereen die dit leest ....
Ain't nobody here nomore , but us ... ain't nobody here , but us chickens Chickens just lay eggs .. Not? So what ?
we're all us black & white trash all eggs in one basket
we surfen we zappen we knippen we plakken
We spelen in en met een aaneengekleefde potpourri van liedjes van exotische eddy wally's en tura lura's , kinderliedjes , jingle's, muzakjes , cartoonsmuziek, coconut palm tree songs ,heilige dreunen voor goden uit de oertijd , verplicht aangeleerde nationale volksliederen militaire marsjes en rituele behangpapier fossielen muziek voor kunstige koningen en keizers die constitutioneel , graag de pluimen van iemand anders in hun gat plachten te steken ,of in ganzenpas paraderen op cecil B de Mille statusmuziektes
We spelen knorren , hees ,fluisterend , of klaterend ,ademstootjes en liefdeskreetjes , signalen ,morse , geroep , gebrul, geschrei , sirenes , memen ... imiteren de laatste soli van doodzieke vogeltjes uit tsjernobyl en de golf van mexico
We blazen tierelantijntjes sex op afgelikte sax ...
Vingeren de dode koude toetsen van een gamele ontstemde piano tot ze kreupele voodoo liederen en bezweringen zingen of finaal hun ziel geven
Slaan tropische onweders of malse regenbuitjes uit onze trommen inplaats van onze kop tegen de muur of op ons lief
Trompetteren de pentagrammen van de santeria en de candomblé De gele verschroeiende hitte die de genante leegte in de hoofden draaglijk moet maken
We drukken op knoppen op zoek naar iets Op ouderwetse schrijfmachines waarop je blaast of hamert
en we drukken op andere knoppen want t'is weer niets
Tot onder ons enkele koelies op de finaal verkeerde knoppen drukken .... boem , boem .... boeme boeme boem
collectief met ons allen de pijp uit gaan 'tèstiettatuutès
Waarna het flauw applaus losbarst , een bisje wordt afgehaspeld tot katzwijm volgt en tot het bevrijdende moment van de rinkelende kassa ... inpakken wegwezen ... waarna de kritiek losbarst.. ze dronken een pint , ze pisten een plas en 'tbleef wat 'taltijd was De vermeende betere kers op de verorberde taart
En uiteindelijk het liedje "in mijn stroatje zijn t'allemoal commeire " wordt gedraait als slaapmuts ...
'Terwijl we later aan de knopjes frutselen van de nieuwste veroverde bloesjes die we maar niet weten te kraken vanwege de vele drank die we moesten drinken om het nog te kunnen uithouden tussen al de knullige onbenulligheden en de onverschillige muizen die allang zijn verbonden aan de gepamperde computers met het multimedia vertier
Put eens een Neanderthaler in your house
* Ollanders raden me aan om voortaan van de paddo's af te blijven ( en minder te Brusselmansen )
Ik neem echter allang niets anders meer in dan de voorgeschreven pillen om nog in surreeel leven te kunnen blijven ____dat is trouwens hetzelfde als shit en even duur ...slapjes high worden is een neveneffect ... Het schijnt zelfs zo dat in afrika is ontdekt dat de medicatie tegen aids kan worden opgerookt en een formidabele kick geeft , die medicamenten worden dan ook ijverig gestolen ____
"De Jazz is dood , alleen de jazzfans weten het nog niet " gaat de bekende boutade Maar Hoe zit dat nu met al " dienen (free ) jazz ?"( om ook maar eens opnieuw die beladen en beruchte term te gebruiken ) Is dat nu echt een verzameling debiele exhibionistische muziekje voor belegen Snobs ? en waarom moeten trouwens ook nog steeds ,eigenzinnige dwarsliggers vereenzelvigd worden met "linksen "of met welk politiek gedoe dan ook ? ... indachtig de de Franse critici die in de jaren 70 de "New Thing" wilden inspannen in hun "revolutionaire" lalalalala karretje .... Neen : Free is GEEN " music for the people ..." alhoewel het dus dikwijls wordt gemaakt door "the people " _____"The people" kan het trouwens nooit een lor schelen _____het is op zijn hoogst anarchistisch
( Traditionele mainstream jazzmusici die het meesmuilend en stigmatiserend nog steeds hebben over de "lenin" en de " stalin " van de saxofoon ____ terwijl ze zelf nog de "panassie -achtige " -critici van 80 jaar geleden zitten te debunken ___ kan ik moeilijk nog voor vol aanzien ....klik --> OUD GELEUTER (Tsjok45) )
Free is niet -geengageerde lapzwanzerij dus ? Wel ik bedank voor het soort "engagement " dat niets anders is dan recuperatie-manoeuvers ; Muziek is geen overal inzetbaar trekpaardje dat(gratis) wordt gespeeld door nuttige idioten Die huidige overlevende free- gasten en hun na-apers zijn dus nog erger dan ooit werd gedacht ? : Van pretenties stijf staande oelewappers en straatvechters of misschien wel misbaksels , pseudo-intellekten , hoerenlopers , pooiers , zatlappen , profiteurs etc.... ? Esthetische analfabeten , diletttanten ?
Want vergis je niet , nog steeds zijn de oudbollige en kompleet overbodige "diskussies" over smaak , geuren en kleuren ,aan de gang ........ met al haar verdachtmakingen , stromannen en andere drogredeneringen . klik --> OUD GELEUTER (Tsjok45) Ook " in de muziek bestaan er veel racisten " zong R. Van Het groenenwoud ooit, met recht en reden ....
Niet alleen free , geimproviseerde muziek , avant garde en vrije improvisatie maar ook de jazz , geavanceerde rock en de wereldmuziek moeten nog steeds opnieuw hard vechten om te worden erkend en te blijven overleven in de jongste generaries ... Neen populair zijn deze muziekjes niet en dat zullen ze nooit meer worden ....
Daarom vandaag een eerste ( interesssant ) en doorwrocht want goed gedocumenteerd "opinie"stukje , opgevist op het internet http://www.at-a-lanta.nl/weia/Jazz.html<--klik Zo hoor hoor je het ook eens van iemand anders( van een sympathieke 'ollander ) De geluidsfragmentjes krijg je er gratis bij veel lees en luister plezier
P.S. ik hoop later nog andere dergelijke en degelijke stukje bij elkaar te kunnen sprokkelen
GESCHIEDENISJE VAN DE (FREE) JAZZ 'Oude' jazz
Ik ben niet zo thuis in de oudere jazzstijlen, eerst hield ik er zelfs nauwelijks van. Maar ook bij de oudere jazz zijn er stukken met grote intensiteit zoals deze blues van Bessie Smith met Louis Armstrong (0:50). Ik hou erg van heel langzame muziek, al kunnen niet zo veel musici daar mee overweg. Maar als ze het kunnen is het ook meteen onontkoombaar, zoals Bessie laat horen. Louis Armstrong speelt er op zijn trompet heel fraai omheen, ik vind hem hier op zijn mooist spelen. Later vind ik hem zwakker worden, te veel de clown uithangen, maar ja er moest brood op de plank komen en hoe dat je dat in het racistische Amerika van de twintiger en dertiger jaren? Er is een fraaie reeks documentaires geweest over de geschiedenis van de jazz, gemaakt door Ken Burns (er is ook een site bij). Daarin bleek niet alleen hoeveel racisme er in de moderne geschiedenis van de VS zit, maar ook dat de dertiger jaren muziek niet altijd zo suf is als ik dacht. Er zijn zeer gedreven swingende solo's gespeeld (ik laat er hier niets van horen), en eigenlijk hoor je al duidelijk de volgende jazzstijl aankomen, dat is de bebop, de muziek die in de oorlogsjaren is uitgevonden.
Bebop De snelheid waarmee de onderliggende akkoorden (het harmonisch ritme) veranderen gaat omhoog, het tempo van de muziek gaat meestal ook omhoog, hoor de topsnelheid in Charly Parker's 'Famous Alto Break' (0:44). Je hoort een stukje met z'n allen (tutti) en dan die break van Parker - ik hou ook van erg snelle muziek. Vervolgens soleert hij. Zijn solo's liggen me niet altijd, hij kan zinnen nogal romantisch neerzetten, op het slijmerige af, neem de laatste noten van dit fragmentje. In de break is dat heel anders! Deze break komt uit 'night in Tunesia' waarvan die dag een hele serie takes zijn opgenomen (maart 1946; de andere musici zijn niet zo heel beroemd geworden). De mooiste break zat in een versie die verder afgekeurd werd, maar de break is gelukkig wel bewaard gebleven. Hij speelt hier met een tempo van gemiddeld zo'n 720 noten per minuut, hoewel er ook nootjes bij zitten waarvan er nog een paar honderd meer in een minuut zouden gaan. Parker zei 'dit lukt me nooit meer zo'. En als ie nou van de heroine afgebleven was? Dan een ander snel bopstuk, Ko-ko (1:09), waar de uitvinders van de bebop, Charlie Parker en Dizzy Gillespie te horen zijn. (De solo van Parker lijkt een eraan geplakte andere take. De drummer is trouwens Max Roach en de opnames zijn van eind 1945.)) Ik heb een keer een interview met Gillespie gezien waarin hij zegt dat karakteristiek aan de bebop het rommelige is, een deel van de noten wordt half ingeslikt. Zoals duidelijk te horen is in Ko-ko. Maar de interviewer ging tegen hem, een van de uitvinders van de bebop nota bene, in met een heel musicologisch verhaal, nee het is wegens de akkoorden zus en zo en dit en dat! Per ongeluk dat het een witte journalist was? In ieder geval een betweter. Mij persoonlijk interesseren die akkoorden helemaal niks, maar de speciale vitaliteit van bebop wel. Met Gillespie bopte ook John Coltrane begin 1951, in 'Congo Blues' (1:26). Eerst hoor je een solo van Gillespie trouwens. De karakteristieke sound van Coltrane is hier al enigszins herkenbaar. Vijf jaar later speelde Coltrane nog steeds bopstukken, zoals Coltrane's solo in 'Salt Peanuts' (1:24) in een groep van Miles Davis. Die hoor je eerst op de trompet, hij bopte toen nog. Dat vind ik nog wel aan te horen, maar later vind ik alles van hem verschrikkelijk (er staat dus verder niks van hem op deze site). Wat een irritante interpretatie, ik vind het vallen in de categorie 'vent probeert gevoelig te doen', en dat is een van de ergste dingen die in de muziek mogelijk zijn. Toch zijn er veel mensen die Miles heel hoog vinden staan...
Vijftiger jaren
Van slechts een paar weken later dateert 'Tenor Madness' met Sonny Rollins (2:04)en met een zeer fraaie ritmesectie bestaande uit Red Garland (p), Paul Chambers (b) en Philly Joe Jones (d). (Al dit soort gegevens is overzichtelijk te vinden op een geweldige discografie van Coltrane op internet; klik 'project' voor discografien van tientallen anderen.) Rollins was de andere jonge, opkomende grote tenorist in die jaren en 'men' was ermee bezig wie de toppositie zou gaan innemen. Beetje onzinnige kwestie. Zo te horen maakten ze zich er zelf niet druk om en speelden ze lekker samen. Je hoort het eind van de solo van Coltrane en het begin van die van Rollins. Ik vind Coltrane veel prettiger, bij Rollins heb ik steeds het gevoel dat ie het laat sloffen. Dat ligt vooral aan de laatste noot van elke zin, die legt hij slap achter de tel neer, waar Coltrane ze juist scherp neerzet zodat je meteen weet dat er nog nog veel meer gaat komen. Het zijn verschillen van een paar honderdste van een seconde, maar o zo belangrijk. Vind ik. Halverwege 1957 speelde Coltrane in een groep van pianist Thelonious Monk waarin ook tenorist Coleman Hawkins speelde (1:39). Je hoort, met Art Blakey op drums, een stukje solo van Coltrane en dan van Hawk. Die is een flinke slag ouder dan Coltrane, het is in zekere zin oudere jazz, al nam hij voortdurend nieuwe elementen in zijn spel op. Hij is wel van de tenoren met 'kamerbreed' geluid, die ook orgel-tenoren-jazz speelden. Voordat ik verder ga met de serieuze Coltrane een zijstap naar die wat simpeler soort jazz. Maar het is erg vitaal en het swingt als de weet ik veel! Je hoort hier een stukje van de plaat Very Saxy met vier tenoristen uit 1959. Het stuk heet 'Lester Leaps in', het fragment duurt maar 0:48 en daarin hoor je drie blokjes waarin vier tenoren achter elkaar aan jagen! De blokjes beginnen na 1.3, 16.2 en 31.6 seconde, de volgorde is steeds Eddy Lockjaw Davis, dan Arnett Cobb, Buddy Tate en tenslotte Hawk. Ze spelen dus steeds maar 3.9 seconde! Davis en Cobb klinken nogal ruig, Tate een (heel klein) tikje rustiger, terwijl Hawkins een karakteristiek op-en-neer gaande lijn in vrijwel elke zin heeft. Het orgel wordt bespeeld door een van de weinige instrumentalistes die in die tijd de mannenbolwerken wisten binnen te dringen, Shirley Scott (haar vaste bassist en drummer spelen ook mee). Ik heb verder van haar niks maar een boppende solo hoor je op een duitse site met ontzaglijk veel fragmentjes van cd's. Klik daar op cherokee ('wma' geeft een wat beter geluid dan 'real'). Merkwaardig instrument blijft het wel, zo'n Hammond orgel. Verder met de combinatie Monk plus Coltrane. Monk liep met zijn akkoorden nogal vooruit op de rest van de jazz, en Coltrane nam al die dingen met graagte in zich op. Hij heeft ook altijd gezegd dat ie zoveel van Monk had geleerd. Je hoort eerst het begin van een Coltrane-solo bij Monk in 'Trinkle Tinkle' (0:27) uit 1957. Let op de rare akkoorden en de hoekige ritmiek van Monk op de piano. Pianisten kunnen als ze een solo begeleiden vaak erg slijmerig spelen, maar bij Monk ligt dat heel anders. Nu volgt nog een later stukje uit die solo als Coltrane meer op stoom is. Dat gaat over in de solo van Monk in datzelfde stuk (1:09). Jazz kan in een soort gefoezel ontaarden. Wel OK, maar toch ook een beetje al te shuffelig. Neem deze opname van Coltrane met het Red Garland Trio waar in 'Bass Blues' Coltrane soleert (0:38) en op dreef is maar de ritmesectie toch enigszins voorthobbelt. Op diezelfde plaat staat echter ook 'Soft Lights and Sweet Music' (0:58), waar de titel helemaal niet weerspiegelt wat voor razendsnel stuk het is. Er is vandaag de dag een soort popmuziek, ik ben de naam uiteraard vergeten, die er prat op gaat dat ze zoveel beats per minuut hebben. Maar dat bestond allang, en dan veel helderder, levendiger, swingerder, gevarieerder! Het thema klinkt nog rustig, maar de solo gaat in vliegende vaart. Als ik het goed tel speelt de bas ergens tussen de 350 en 390 beats per minuut. Coltrane speelt er dan vaak twee keer zoveel. Van trompettisten weet ik niet veel, maar op het volgende fragment uit 'Lover' hoor je na Coltrane's wervelende solo Donald Byrd soleren (1:18). Die gaat toch ook nogal voortvarend te keer in deze opname van begin 1958. Even blaast hij een citaat uit een of ander bopstuk. De ritmesectie bestaat uit Red Garland (p), Paul Chambers (b) en Louis Hayes (d). De volgende opname heeft de dezelfde bassisit en pianist, maar Art Taylor op drums. Het stuk heet 'Russian Lullaby' (0:45). Blijkbaar moeten russische kindertjes heel snel in slaap gezongen worden. Een criticus schreef na horen van dit stuk dat Coltrane 'sheets of sound' speelt, een verwoording die vaak overgenomen is. De bas speelt kalmpjes 330 tonen per minuut en Coltrane soleert daar vooral in dubbel tempo overheen. Om de nootjes dan nog zo los van elkaar te laten klinken is niet gering. Ook interessant dat we dit goed kunnen beluisteren, ook al zijn het 11 tonen per seconde. Af en toe last hij trouwens nog snellere loopjes in, dat maakt dan 990 per minuut. De solo duurt exact 2:30, dat zijn pakweg 1500 noten van Coltrane. Ik trek nogal naar de saxofoons toe, maar hier dan uit hetzelfde stuk een klein stukje uit de bop-pianosolo van Red Garland dus (0:17). In de groep met Miles Davis speelde ook altist Julian 'Cannonball' Adderley. Je hoort hier Adderley en Coltrane achter elkaar aanjagen (1:49). Elk speelt zes keer, telkens ongeveer 8.5 seconde. De alt is wat scherper van toon. Qua tempo doen ze niet voor elkaar onder - zo'n tempo is op een alt ook ietsje 'makkelijker'.
Avant garde
De vijftiger jaren lopen naar hun eind als er langzaamaan nieuwe dingen gaan gebeuren, tot dan toe was het immers vooral voortbouwen op de bebop. Eind 1958 heeft Coltrane ook gespeeld met pianist Cecil Taylor (0:56), die later de bekendste avant-garde pianist zal worden. Van diezelfde tijd dateert ook de opkomst van Ornette Coleman, hier in 'Free' (1:06). Wat je daar vooral hoort is het loslaten van de gewone akkoordenschema's, daarom heet het stuk dus 'Free'. Hij wordt altijd genoemd als een van degenen die de jazz bevrijden van allerlei keurslijven, maar ik hou niet zo van Coleman's spel. Bij Miles Davis waren weer andere ontwikkelingen gaande. Hoor Coltrane's solo in 'So What' uit 1959 (0:42). Je hoort wel af en toe de toon bijna breken, hij gebruikt dan ongewone vingerzettingen op de sax, waardoor de noot anders gaat klinken of zelfs in een dubbelklank kan overgaan. Hij schijnt door Monk op die mogelijkheden te zijn gewezen. Een ander stuk van Miles uit die tijd is 'All Blues' (saxsolo) (1:04). Je hoort aan deze stukken twee dingen. Eerstens dat Coltrane ook in niet snelle stukken met veel druk op de ketel kan soleren. Tweedens dat Miles aan het experimenteren is met sterk vereenvoudigde akkoordschema's. In 'All Blues' is er het grootste deel van de tijd geen sprake van enige ontwikkeling. Als de ondergrond zo swingend gespeeld wordt hoeft er ook niks te ontwikkelen. Het zijn Bill Evans (p), Paul Chambers (b) Jimmy Cobb (d), als ik de hoes goed begrijp. Coltrane heeft helemaal geen problemen met zoveel eenvoud (hij zal zelf later veel aan zogenaamde 'modale jazz' doen, hij vond het dus een goed idee van Miles), maar het interessante is dat hij zelf diezelfde maanden kwam met stukken waar de akkoorden juist in een krankzinnig tempo veranderen. Het beroemdste voorbeeld is een stuk dat 'Giant Steps' (met Cedar Walton op piano) heet (0:38). Luister hoe de piano-akkoorden telkens van kleur veranderen. Hoe moeilijk het stuk voor anderen dan Coltrane zelf was blijkt uit hoeveel mislukte takes ervan zijn. Bij de uitvoering hier gaat de overgang naar het thema mis. Met een andere pianist, Tommy Flannagan, toch geen prutser, mislukt het soleren. Het is misschien een beetje gemeen om het zo naar voren te halen, maar in take 3 ('Giant Steps') (0:47) breekt de solo domweg af, in take 5 ('Giant Steps') (2:04) wordt de solo steeds simpeler en simpeler. Deze take is uiteindelijk wel uitgebracht en ik laat er ook het slotthema van horen. Eerlijk gezegd vind ik het niet bepaald een mooi stuk, al is het musicologisch gezien nog zo interessant. Ze zijn doorgegaan met opnemen en in take 6 ('Giant Steps') (0:42) bestaat de 'pianosolo' nog maar uit dreutelende akkoorden met wat wanhopig gepriegel erbij... Coltrane neemt het dan maar weer over. Tegenwoordig spelen de conservatoriumstudenten dit stuk wellicht zonder veel moeite. Maar waarschijnlijk ook zonder ziel, zonder soul. We treden nu de zestiger jaren binnen. Miles Davis nam Coltrane in 1960 mee op tournee in Europa, met als ritmesectie Wynton Kelly (p) Paul Chambers (b) en Jimmy Cobb (d). Er zijn verschillende opnames van gemaakt en hier hoor je het begin van de solo van Coltrane in 'All Blues' (1:04) en dan het midden van die solo (1:30). Met die laatste dubbeltonen gaat hij nog een hele tijd door. Er werd hem toen wel eens gevraagd waarom hij zulke lange solo's speelde. 'Omdat het zoveel tijd kostte om alles te zeggen.' Terug in Amerika speelde Coltrane voor het eerst met zowel pianist McCoy Tyner als drummer Elvin Jones (afzonderlijk deed ie dat al eerder). Hoor hoe zij (met bassist Steve Davis) het intro van 'Village Blues' (0:52) neerzetten. Hoe McCoy noten ver achter de tel speelt, maar met andere noten laat horen dat ie best weet waar de beat ligt. Elvin doet dat ook, veel tikjes hangen naar achteren, maar andere sleuren de zaak juist naar voren. Ik kan me voorstellen dat Coltrane met ze verder wilde, wat een swing! Bassist Jimmy Garrison kwam er ook nog bij en dat is het klassieke John Coltrane kwartet gaan heten. Nu Ornette Coleman weer, de beroemde plaat die 'Free Jazz' heette. Coleman hield van titels die nieuwheid moesten uitdrukken: zijn eerste heette 'Something Else!!!! ', later kwamen 'Tomorrow Is the Question!', 'The Shape of Jazz to Come', 'Change of the Century'... Eind 1960 is 'Free Jazz' opgenomen (1:05). Het is een dubbelkwartet: Don Cherry (pocket-tp) Freddie Hubbard (tp) Eric Dolphy (bcl) Ornette Coleman (as) Charlie Haden, Scott LaFaro (b) Ed Blackwell, Billy Higgins (d). Ze hebben achter elkaar een heel lange opname gemaakt en wat ik liet horen was een stukje gefreak (dat was iets nieuws, zo 'free') en daarna een stukje solo van basklarinettist Eric Dolphy. De twee bassen en twee drummers hebben even nodig voor ze de ondergrond daarvoor kunnen leveren, en eerlijk gezegd vind ik het nogal conventioneel wat ze daar doen. Bassist Charles Mingus was weer op een andere manier bezig met dingen buiten het gewone jazzstramien om, door elkaar heenpraten, elkaar aanmoedigen. Hier een stukje uit 'Mingus at Antibes' (1:19), live-opnames uit 1960 van een jazzfestival in Frankrijk. Je hoort een stukje bassolo, dan komt op altsax Eric Dolphy erbij, iemand bemoeit zich daar weer tegenaan... En zo gaat het verder en wordt het een gezellige pan. Heel leuke plaat. Mijn kennismaking met de jazz was een plaat van Coltrane: hier het intro van 'Olé' (1:33) en een deel van de solo van Coltrane (1:21) te horen zijn. Hij speelt hier op sopraansax, een instrument dat hij nog niet zo lang bespeelde (wat soms ook te horen is) en waar hij later nog veel mooie dingen mee gedaan heeft. Waarom was ik meteen weg van dit stuk, toen ik het in 1969 hoorde? Ik denk vooral omdat het zo modaal is. Modale muziek is wat de hele wereld op vreselijk veel verschillende manieren doet en deed en wat alleen in Europa vanaf de veertiende eeuw langzamerhand vervangen is door harmonische of tonale muziek. En dat is hier en daar (deels) overgenomen. Bij sommige modale muziek kunnen best meerdere tonen tegelijk klinken maar de muziek is horizontaal gedacht, het gaat om wat na elkaar klinkt. Harmonische/tonale muziek is (vooral) verticaal gedacht, daarin is heel belangrijk welke noten tegelijk klinken, wat bovenop elkaar gestapeld is en hoe dat gestapel zich ontwikkelt (modulaties en zo). Mijn oudste muzikale belevenis was toen ik vijf was en een schotse doedelzakband hoorde. Die muziek is heel erg modaal, er kan niet een snaar een ander akkoord gemoduleerd worden want de grondtoon klinkt altjd maar door uit de bourdonpijpen/drones van de doedelzakken. Volgende muzikale belevenissen zaten in sommige gregoriaanse zang in de kerk - harstikke modaal. Toen leerde ik op mijn tiende afrikaanse muziek kennen, waar mijn vader een verzameling van aanlegde. Ook weer helemaal niet harmonisch/tonaal. Intussen zal ik ook wel Mozart gehoord hebben, maar het deed me helemaal niets. En dat is nog steeds zo met Mozart, wat vreselijk is dat. Bach ben ik weer wel gaan waarderen, maar hij is eigenlijk het slot van de polyfonie, en polyfonie is dat meerdere fraaie horizontale stemmen om elkaar heencirkelen. Dat die stemmen ook verticaal harmonisch gedacht zijn is niet wat me erin aantrekt. Terug in de tijd vanaf Bach is de muziek steeds meer modaal en 'dus' mooier. Tot hier heb je op deze site voornamelijk tonale muziek gehoord. Maar het is niet het tonale waardoor ik het mooi danwel interessant vind. Eerlijk gezegd laat dat harmonische gedoe me volkomen koud! Het gaat me om structuur, ritmiek, interpretatie, melodie... Maar Olé is modaal. Het is de zogeheten frygische ladder die gebruikt wordt (een term uit de gregoriaanse muziek afkomstig), de ladder die ook in flamenco erg veel gebruikt wordt en inderdaad is dit stuk enigszins spaans van kleur. (Er zit ook een melodie in van een spaans lied dat in de burgeroorlog werd gezongen, al schijnt de melodie ouder te zijn.) Je kunt bij modale muziek voortdurend de grondtoon zingen, maar je kunt ook voortdurend de hele toonladder op- en affietsen, het past altijd. Bij tonale/harmonische muziek werkt dat niet, dat gaat wringen, het klinkt 'vals' of minstens dissonant. Flamenco sprak me ook direct aan toen ik het voor het eerst hoorde, al heeft het ook iets simplistisch. Van noordindiase muziek was ik ook vanaf de eerste seconde gek, ook alweer volslagen modale muziek (en verre van simplistisch). Olé is van mei 1961, van een half jaar later zijn de fameuze opnames van vier avonden live-optreden in de 'Village Vanguard'. Dat jaar kreeg Coltrane vijandige kritieken. De critici zullen dus wel verslaafd zijn geweest aan tonale muziek, in ieder geval konden ze de ontwikkeling naar modale muziek, naar complexere ritmes en naar emotioneler uithalen in de solo's blijkbaar niet volgen. Van die concerten in de Village Vanguard is wel een plaat uitgebracht, maar het heeft heel wat jaren geduurd voordat 'The Other Village Vanguards Tapes' werden uitgebracht, met veel meer muziek van die vier avonden. En wat wil het geval? De oorspronkelijke plaat bevat de conventioneelste, minst avontuurlijke stukken (wat overigens nog steeds goede muziek is). Alleen degenen die erbij waren hebben dus echt kunnen volgen hoe de muziek van Coltrane zich ontwikkelde, uit de uitgebrachte platen kon je het niet distilleren. Bassist Jimmy Garrison speelt hier voor het eerst met Coltrane. Je hoort eerst van een modaal stuk, 'India', de overgang van de intro naar de sopraansolo van Coltrane (1:40). Het thema wordt niet gespeeld door Coltrane maar door de hoboist die die avond meespeelde, Garvin Bushell. Die heeft goed geluisterd naar hoe Coltrane het thema wilde hebben, maar toch zitten er een paar ritmische huppeltjes in die on-coltranesk zijn. Bij de naadloze overgang naar de solo, dat is na 0:30, hoor je de klankkleur veranderen en vooral dat Coltrane met meer druk speelt. De ritmesectie is het 'klassieke kwartet': McCoy Tyner (p), Jimmy Garrison (b) en Elvin Jones (d) dus. In dit kwartet kregen de bas en vooral de drums veel meer ruimte dan in de jazz van slechts vijf jaar eerder. Elvin Jones doet veel meer dan een vierkwarts- of driekwartsmaat spelen. Beluister het ook in de solo-overgang van Eric Dolphy naar John Coltrane (1:48) of in 'Spiritual' van dezelfde plaat (2:10). Bushell bromt daar op de contrafagot. De intro heeft geen vast ritme, rubato heet dat, maar toch is er steeds ritmische druk te voelen en het wordt niet van die ritmische bagger waar de romantische uitvoeringswijze van klassieke muziek zo aan lijdt. Knap ook hoe Coltrane's solo veel noten achter de tel bevat en je toch bij de les houdt. Wat kunnen de critici destijds tegen deze muziek hebben gehad? Konden ze misschien helemaal niet tegen vernieuwing? Misschien als gevolg van alle negatieve kritieken, maar hij ontkende dat, heeft Coltrane in 1962/63 een paar platen gemaakt met gemakkelijker muziek, eentje met Duke Ellington, eentje met alleen ballads en eentje met zanger Johnny Hartman. Nogal droevige troep als je het mij vraagt, quasi-emotie in plaats van emotie. Van heel andere emotionele aard is een stuk van eind 1963: 'Alabama' (alleen het thema) (1:43). Het is gemaakt na een aanslag van de Ku Klux Klan waar vier zwarte meisjes bij omkwamen. Dit stuk is ook bekend van een tv-opname, waarbij de presentator aan Coltrane vragen stelde over muziek en politiek - het gistte in die tijd nogal. Coltrane wilde daar niet op ingaan en zei dat de muziek maar voor zichzelf moest spreken. En dat doet ie. Eric Dolphy is nog nauwelijks aan bod gekomen. Dat heeft twee oorzaken, de ene is dat hij zo jong gestorven is. (Hij werd onwel bij een optreden, de artsen dachten dat ie wel stoned ofzo zou zijn en hebben niet aan suikerziekte gedacht. Ze lieten hem maar een tijdje liggen en toen was het te laat. Dolphy wist zelf overigens ook niet dat hij suiker had.) De andere reden is wat gek, het zou kunnen dat hij te aardig was. Dat kan eigenlijk niet! Maar ik bedoel dat hij bij het opnemen van platen niet zoals Coltrane aan een hecht eigen concept werkte maar dat er vaak van alles en nog wat op staat. Wie wat aandroeg kreeg geen 'nee' te horen. Maar hij hoort zeker bij de avant garde. Hij heeft in zijn eentje de basklarinet de jazz binnen geloodst, hij breidde het bereik van de altsax enorm uit, hij speelde bovendien dwarsfluit (maar daarop vind ik hem toch een stuk minder interessant). Hij speelde vaak enorme intervallen; dat is op een basklarinet wat makkelijker dan op saxen, maar op de alt doet hij het ook! Om dit allemaal te illustreren het intro van 'Epistrophy' van 'Last Date' (0:24). Deze plaat is opgenomen op 2 juni 1964 in de VARA-studio in Hilversum. Dat was een kilometer van ons huis vandaan, maar ik wist toen nog niet dat ik in de jazz terecht zou komen. Anders had ik dit zeer bijzondere concert live mee kunnen maken! De plaat heet 'Last Date' omdat hij kort daarna stierf. Er zijn nog opnames van 9 dagen later - en weer 18 dagen later was hij dood. De ritmesectie is Nederlands (en tamelijk conventioneel): Misja Mengelberg (p), Jacques Schols (b) en Han Bennink (d). Het begin van de solo van Dolphy in 'Epistrophy' (0:24) laat ik ook horen, een Monk-stuk trouwens. Dan van dezelfde plaat een stuk solo op 'Hippochristmustreefuzz' (1:19). Dolphy speelde ook soms helemaal solo, ik weet eigenlijk niet of andere jazzici dat ook wel deden, anders is Dolphy degeen die van jazz een kamermuziekvariant heeft gemaakt. Hier het begin van 'Love Me' (0:16) en het eind van 'Love Me' (0:53) op altsax, waar hij ver buiten het normale bereik van de saxofoon speelt.
Free Jazz
In 1964 gebeurde er meer. Saxofonist Albert Ayler werd ineens bekend (eerst sprak ik het als 'eeler' uit, maar het is 'ajler'). Ayler is zo'n speciaal geval, dat sommigen (velen) het meteen helemaal niks vinden, terwijl anderen er meteen mee weg lopen. Ik hoor bij de laatsten - met de kanttekening dat dat maar voor een paar jaar van zijn korte loopbaan geldt. Ik laat eerst de tune van Albert Ayler, 'Ghosts' (1:32), horen. Met een typische Ayler-melodie, waarbij het typische zit in dat de melodie overal vandaan geplukt kan zijn: middeleeuwse Europese deuntjes, militaire trompetloopjes, een stukje mars of zelfs het Franse volkslied (omgedoopt tot 'De Mayonaise'). Maar het echt typerende zit in de rubato-manier van spelen, vrij ritme dus, maar wel met een voortdurende zindering. De lengte van afzonderlijke kwartnootjes kan enorm verschillen, maar ze liggen volgens mij wel allemaal op een onderliggend 'ruitjespapier', een heel snelle puls die almaar doorgaat (ergens tussen de 300 en 400 tikken per minuut). Luister ook naar de drummer, Sunny Murray, waarvan men zegt dat hij het rime niet speelt maar 'opklopt'. Aldoor versnellende plus vertragende roffels/tikjes, ik vind dat fabuleus swingen. Murray heeft laten zien dat je ritme kunt laten horen door het niet te spelen. Ook uit 1964 nog is 'Angels', opgenomen in Hilversum (0:28). Weer in de VARA-studio en weer had ik er graag bij geweest. Je hoorde net het begin van het thema en nu de overgang naar de solo in 'Angels' (1:09). Of eigenlijk een duet, want koperblazer Don Cherry speelt op de achtergrond mee. Cherry wordt ook altijd genoemd als een van de architecten van de vrijere jazz. Je hoort Murray weer drummen, en tenslotte ook bassist Gary Peacock. In de VARA liepen klassieke musici langs de ruimte waar Ayler en consorten aan het inspelen waren. Deze jazzmuziek van heel speciale snit zal ongetwijfeld de wenkbrauwen eerst hebben doen fronsen (bij optredens van Ayler ging een deel van het publiek vaak over tot uitjouwen), maar een van die klassieke lui gaat ineens staan luisteren en zegt tegen de anderen: 'Moet je die bas horen, wat zuiver!' Ayler's muziek is misschien iets waar je aan moet wennen. Dan kan het helpen om even naar funeral music uit New Orleans (1:02) te luisteren, traditionele begrafenismuziek, met een heel breed vibrato in de klarinet. Vergelijk dat vibrato met dat van Ayler in 'Angels', waar de toon bijna breekt. Ook het ritme bij die begrafenismuziek is niet zo vast. Het gaat hier uiteraard over zwarte musici en een traditie binnen de zwarte gemeenschap van New Orleans. Dit stuk Angels heeft ook op het repertoire gestaan van De Oktopedians, een enorm workshoporkest onder leiding van Herman de Wit. Herman bracht dat stuk in toen ik bij die workshop zat. Anderen gingen het op de plaat opzoeken maar vonden heel andere stukken die 'Angels' heetten. (Zoiets was bij Ayler vaker het geval.) Maar Herman hield voet bij stuk, ik vermoed dat hij het live gehoord heeft of op de VARA-radio. Later zijn die opnames uit Hilversum op plaat uitgebracht en bleek Herman natuurlijk gelijk te hebben. De Oktopedians was een heerlijk anarchistische bende. Stel je tussen de twintig en zeventig muzikanten voor die 'Angels' spelen en allemaal het ritme net iets anders interpreteren. (Zouden daar opnames van bestaan?) Ik heb het stuk nog veel gespeeld. [In een geschiedenis van de jazz en de grote innovators daarin, past een verwijzing naar eigen muziek niet. Maar mocht je nieuwsgierig zijn dan vind je een uitvoering van 'Angels' met Rymke Wiersma (basklarinet) en Peetje Lanser (drums), die ook later bij de Oktopedians hebben gespeeld, hier (3:38 duurt het hele stuk) en een uitvoering met bassist Tony Overwater hier (4:58, nog langer dus).] In 1965 vindt bij Coltrane een explosie plaats. Halverwege het jaar experimenteert Coltrane weer met een grote groep (Olé was zo'n experiment 4 jaar eerder). Dit gaat wel even anders dan het dubbelkwartet dat 'Free Jazz' van Ornette Coleman speelde. Je hoort een stukje van het collectieve deel en de overgang naar Coltrane's solo uit 'Ascension'(0:57). Nogal heftig blazen is dat. Het geheel duurt ruim 37 minuten. Er staan gewonere solo's op de plaat van andere blazers maar ook solo's die veel meer uit alleen emotie bestaan, vrij expressionisme. Tenorist Pharoah Sanders (niet Pharaoh zoals je veelvuldig tegenkomt) bij voorbeeld. Die heeft Coltrane bij zich willen houden. Hoor hoe het vervolg was, iets later dat jaar. Zoals (modern) klassiek basklarinettist Harry Sparnaay het zei: 'In Seattle breekt de pleuris uit'. Oordeel zelf over 'Cosmos' van 'Live in Seattle'(1:19). Op diezelfde plaat staat het iets toegankelijker beginnende 'Afro-Blue' (ook Seattle) (1:02). Dit is typisch de manier van blazen die alle Coltrane-epigonen qua noten wel na kunnen doen, maar (meestal) niet qua bezieling. Die bezieling ontbreekt ook een beetje bij pianist McCoy Tyner. In de ingewikkelde maar ook in de modale stukken kon hij Coltrane heel goed partij geven, maar hier begint het te zwemmen, vind ik, zowel in de linker- als de rechterhand. De andere leden van het klassieke kwartet zijn wel op dreef - nog, moet je zeggen, want korte tijd later viel het kwartet uit elkaar, alleen bassist Garrison bleef altijd trouw. Van 1966 laat ik alleen een fragment horen met Coltrane op basklarinet: 'Reverend King' (1:52). Het is de basklarinet van wijlen Eric Dolphy... Wat precies de aanleiding voor dit stuk was weet ik niet. Het was twee jaar nadat King de nobelprijs voor de vrede kreeg en twee jaar voordat hij vermoord werd. Ook uit dat jaar een stukje live-optreden in Berlijn van Ayler met Michel Samson (0:58) (of Sampson). Deze nederlandse klassieke violist was met een concerttournee in Amerika, ging ergens jazz beluisteren, hoorde Ayler, werd daar gek van, maakte de klassieke tournee af en is als de wiedeweerga vrije muziek gaan spelen. Hij duetteert met bassist Follwell, nadat je even hebt gehoord hoe Ayler een volkslieddeuntje wist te gebruiken. Meteen verder naar 1967. Ayler was zo'n muzikant die bijzondere dingen doet maar die er niet veel mee verdiende. Coltrane, als gevestigde grootheid, loodste Ayler en anderen bij platenmaatschappijen binnen. Toen Coltrane in de zaal zat bij een optreden van Ayler speelde laatstgenoemde dit 'For John Coltrane' met Ayler op alt (2:33), twee bassisten en een cellist. Dit was op 26 februari 1967 live in Greenwich Village. Van datzelfde concert hoor je het begin van 'Truth is Marching in' (1:18) met zijn broer Donald op trompet (vergelijk ook zijn spel met de al eerder genoemde Funeral muziek uit New Orleans). Na de intro speelt Ayler een solo in 'Truth is Marching in' (1:33). Op drums speelt Beaver Harris. Vier dagen eerder (ik week dus even af van de tijdsvolgorde) had Coltrane 'Interstellar Space' opgenomen, 22 februari 1967. Voor mij is dit de absolute top van de jazz, hoeveel ander moois er ook gemaakt is. Bovendien denk ik ook dat qua intensiteit en complexiteit zoiets als dit alleen met improvisatie te bereiken is, dus niet met componeren en dat vervolgens uitvoeren. Dit zeg ik terwijl ik toch veel prachtig gecomponeerd werk ken, om wat te noemen: in de 1300's De Machaut en Landini, in de 1400's Dufay en Josquin, in de 1500's Lassus, in de 1600's Gesualdo, in de 1700's Johann Sebastian Bach, in de 1800's niks, in de 1900's Messiaen, Nono. En dan is er in die eeuw ook de jazz! Vanaf half 1965 speelde in Coltrane's groep meestal ook zijn (tweede) vrouw, Alice, op piano. Eerlijk gezegd staat haar spel me niet erg aan, het wordt wat gefoezel. Maar 'Interstellar Space' bestaat uit duetten van Coltrane met drummer Rashied Ali, die de roffel als basisbouwsteen van zijn spel heeft. Het lijkt of Coltrane met uitsluitend ritme om zich heen helemaal alle hoeken en gaten van de sax gaat opzoeken. De plaat begint met 'Mars' (0:31 - er zit nog wat belletjesgerinkel en drummen voor), dan daarvan een flink stuk solo (1:15) horen en nog een stukje solo (0:29). Dit uiterst heftige stuk muziek duurt ruim tien minuten. Bij het begin van de solo hoor je nog de 'sheets of sound' van 9 jaar eerder, in latere delen zit ongeveer alles wat met een sax kan. Het fraaie vind ik dat het een combinatie is van uiterst expressionisme maar toch met volop structuur erin, misschien juist omdat er geen piano of bas is die tonen speelt waar je rekening mee moet houden. Simpel 1 ritme-instrument en 1 melodie-instrument. Direct na 'Mars' staat op de plaat het lyrische 'Venus' (2:03), intensief lyrisch, dat wel. Ook zo'n wonderbaarlijk mooi stuk. Wie deze plaat niet heeft beluisterd, heeft een incomplete muzikale opvoeding. Eigenlijk is 'Interstellar Space' Coltrane's slotakkoord. Kort daarna is 'Expression' opgenomen, met piano en bas en met Sanders, die wel heel expressionistisch is maar veel minder structuur aanbrengt dan Coltrane. Die plaat vind ik wat minder. Van nog iets later dateren live-opnames van het 'Olatunji-concert' (23 april) en er zijn nooit uitgebrachte studio-opnames gemaakt op 17 mei - maar 17 juli stierf John Coltrane op slechts 40-jarige leeftijd aan leverkanker. Men zegt wel eens dat het lijkt of hij voelde maar kort te zullen leven en dat hij daarom in zo'n vliegende vaart verder vloog. Zowel de snelheid van zijn ontwikkeling, als de snelheid van zijn muziek is vaak enorm.
En daarna
Zoals alle altsaxofonisten last hadden van Charly Parker, in de zin van dat die de alt zo stevig op de kaart had gezet, zo werd Coltrane voor tenoristen een ijkpunt. Ook voor andere jazzmusici trouwens, door zijn vormexperimenten. Wat moet je daarna nog? Ik heb wel gehoord van mensen die nooit naar Coltrane-platen luisterden omdat ze dan neiging kregen hun sax in de hoek te gooien, te verpatsen of om te smelten. Bij mij werkt het juist andersom, ik weet goed dat ik maar 1% van de techniek van Coltrane heb, maar ik kan toch proberen met zoveel vuur te spelen? Dat is toch waar het in de muziek om draait? Live heb ik zelf pas in pakweg 1971 met de jazz kennis gemaakt. Het waren meestal concerten van nederlandse musici en het werd vaak 'geïmproviseerde muziek' genoemd, omdat uit de jazz wel iets werd overgenomen (in het bijzonder het idee improvisatie) maar omdat ook uit andere muzikale bronnen werd geput. Of misschien moest het ook een andere naam hebben omdat dit witte muziek was waarin de swing nog wel eens ontbreekt? Ik geef geen voorbeelden van waar het wel en waar het niet in orde is, naar mijn smaak. Ik geef ook geen voorbeelden omdat nogal wat van die muziek behept is met een mij in het geheel niet aansprekende meligheid. Een van de blazers die met Coltrane gespeeld hebben en die op een of andere manier erop voortbouwden is Archie Shepp. Je hoort hier een stukje van duetten van Shepp met Max Roach uit 1976 (1:10). Ik vind Shepp nogal kortademig, te korte zinnetjes, alsof hij steeds opnieuw moet beginnen. Drummer Max Roach is heel interessant, want je hoorde hem ook al op een van de eerste fragmentjes op deze site, bij het begin van de bebop. Hij is zich dus steeds blijven vernieuwen. Uit datzelfde jaar een opname van een andere oudgediende, pianist Cecil Taylor, eveneens met Max Roach. Beluister een fragment van 'Chorus of Seed' (0:50). Hij raast maar door, stukken van hem duren eindeloos. Het is erg energiek, maar ik vind het wat te droog, almaar over die toetsen racen. En de linkerhand neigt naar bombast. In '76 treedt ook een piepjong saxofonistje voor het voetlicht, David Murray. Zijn eerste concert in Europa was in Amsterdam. Het viel zo in de smaak dat meteen voor de volgende avond weer een concert werd georganiseerd, in 'De Kroeg'. Per tamtam bereikte mij dat bericht en ik was er dus bij. Heel interessant. Veel van de muziek die ik tot nu toe heb laten horen is nogal luid, geschikt voor in lawaaiige gelegenheden. Wat hier in De Kroeg te horen viel, illustreerde juist hoe de jazz veel meer kunstmuziek was geworden, geen kroegmuziek meer. Murray en zijn kwartet speelden af en toe op de grens van de onhoorbaarheid. Geen luide redevoeringen maar muziek met leestekens, spaties, komma's, beletseltekens. Een dimensie extra dus. Murray is een heel lyrische blazer van tonen die zelden recht zijn. Helaas zijn (waren) ze soms ook ronduit erg vals, maar gelukkig overheersen swing en dans in de noten. Hoor het intro van 'Flowers for Albert' (1:08) uit een live concert van vlak voor de oversteek naar Europa/Amsterdam. Die 'Albert' is Albert Ayler (op 34-jarige leeftijd verdwenen; zijn lichaam werd gevonden in de East River in New York; onder invloed verzopen? moord? zelfmoord?). Dan uit datzelfde stuk de overgang van thema naar solo (0:47). Let hier ook op de drummer. Hij speelde heel veel 'luchtslagen', slagen waarbij hij de trommels helemaal niet raakte, of slagen waarbij hij doet alsof ie nu gaat slaan maar dat ie dan even inhoudt om vervolgens toch nog de stok op het vel te doen belanden. Het swingt vreselijk, maar zonder de visuele kant komt dat niet helemaal over, beluister een gedeelte van de solo van Philip Wilson (1:21) in 'Flowers for Albert'. Ik heb het volume flink opgedraaid, want het is erg zachte muziek. Wilson bleek later een van de vele onverstandige jazzici, hij is vermoord in een drugshuis. Murray was toen een jochie van 21. Hij kan van die mooie 'slierten' spelen, met ook nog eens een enorm bereik op de sax. Hoor van diezelfde plaat een stukje duet in 'Roscoe' (0:38). Of lyriek in een duet met bassist Fred Hopkins in 'Low Class Conspiracy' (1:27), een titel die me altijd heeft aangesproken - het is een andere plaat uit datzelfde jaar. Een jaar later trad hij met een andere groep op in het Bimhuis in Amsterdam, het oude Bimhuis van voor de verbouwing (zeer binnenkort verhuizen ze, dus dan wordt het nieuwe Bimhuis het 'midden Bimhuis'). Na de pauze begonnen ze heel steels te spelen (1:38) en maar een deel van het publiek had dat direct in de gaten. De rest hoor je op de achtergond kwekken - terwijl er zulke spannende dingen gebeurden. Hoe de wildere vrije muziek van hem klinkt, hoor je later in dit stuk, dat 'Patricia lost and lonely' (0:26) heet. Van datzelfde concert nog het slot van 'Flowers for Albert' (0:57), waar ook de eerste klappen van het applaus te horen zijn. De kans is groot dat daar eentje van mij bij zit, want ik zat op de eerste rij en klap nogal eens als een van de eersten. Een op plaat uitgebracht concert van een jaar later is het London Concert (0:17). Dit was een fragmentje dat laat horen waarom deze muziek wel 'free bop' wordt genoemd, maar er is ook Ayler in te bespeuren. Die invloed van Ayler (0:25) is beter te horen op een ander fragmentje uit ditzelfde stuk, 'Blues for David'. Murray heeft erg veel platen gemaakt, waarbij vooral de studioplaten soms bagger kunnen bevatten. Ook speelt hij samen met Jan en alleman, waardoor een incoherent oeuvre ontstaat. Brood op de plank, zullen we maar zeggen. Een titel van het World Saxophone Quartet is dan ook 'For the Sake of Money'! Eerst heetten ze het 'New York Saxophone Quartet', maar bij een optreden in het Bimhuis meldde Murray dat ze zich omgedoopt hadden in 'World Saxophone Quartet'. Iedereen dacht dat het een arrogant grapje van Murray was, maar later bleek dat er een klassiek kwartet met die naam bestond en dat die bezwaar tegen de naam maakten. 'World' klink wel een tikje arrogant, een ander kwartet heeft zich dus maar '22nd Street Saxophone Quartet' genoemd. Van het wereldkwartet hier een stukje met Murray op basklarinet in 'WSQ' (1:26), een opname uit 1980. Meestal, maar hier dus niet, zit hij er op basklarinet, anders dan op de tenorsax, rytmisch nogal naast en hij kan er ook vreselijk zoet op spelen. Ik heb vrijwel geen opnames van dit kwartet, terwijl de optredens toch vaak een belevenis zijn. Het zijn vier brutale blazers die soms tegelijk heftig aan het soleren zijn, dat kan niemand op die manier. Op de plaat komt zoiets echter nooit goed over. Hier iets dat in de buurt komt, al is de ondergrond een stukje soulmuziek: 'For the Sake of Money'(0:52), uit 1990 is dat. Bij een optreden van ze in het Utrechtse Vredenburg hadden ze blijkbaar ruzie. Murray ging meters van de andere drie vandaan staan, enigszins puberaal (de andere drie zijn inderdaad minimaal tien jaar ouder). Hij blies zijn partijen wel mee, maar een echt kwartet stond daar niet. Tot hij een prachtige solo speelde, ze keken elkaar aan, lachten en waren weer een hecht kwartet. De baritonsax in het kwartet wordt gespeeld door Hamiet Bluiett. Hij heeft in 1977 een fraaie soloplaat gemaakt, 'Birthright' (1:17), waarvan hier een stukje. De altsaxofonisten van het kwartet zijn trouwens Oliver Lake en wijlen Julius Hemphill. Murray heeft ook een aantal soloplaten gemaakt, waaarvan ik bij wijze van uitzondering één stuk in zijn geheel (1:46) laat horen. Je hoort een enorm lange sliert met maar één keer een ademhaling, want hij gebruikt hier de circular breathing techniek (Bluiett deed het net ook al). Het is het idee van de doedelzak: je kunt uitademen met je wangen terwijl je intussen door je neus inademt. Ik heb wel eens een blazer bij een optreden dit heel lang zien doen, maar hij speelde daarbij nogal lelijk en het ging alleen om het imponeren (was een altist van het 22nd Street Quartet). Ach toch. Ik kan het ook, maar zoals met alle techniek geldt dat je die wel muzikaal moet gebruiken anders is het leeg. In 1988 trad Murray twee avonden achter elkaar op in het Bimhuis. Met drummer Sunny Murray, geen familie overigens, en bassist Tony Overwater die inviel (en hoe!) voor de in Amsterdam door een maagzweer gevelde Fred Hopkins. Op de tweede avond was David door het dolle heen, want hij was 's middags in Amsterdam bij de grote demonstratie geweest ter gelegenheid van de verjaardag van de gevangen zittende Nelson Mandela. Het concert begon zo, met 'Duet for Big Band' (0:50, eigen opname). Bij het einde van de eerste set (0:45) verdwaalt David helemaal door zijn enthousiasme - leuk om daar bij te zijn! Ik eindig met een duet van David Murray met drummer Rashied Ali (1:07), dezelfde die op die superplaat van Coltrane speelde, Interstellar Space. Het is 1967 tegen 1993. Heel andere blazers op eenzelfde saxofoon (Selmer Mark VI). Coltrane altijd serieus, zich steeds voortontwikkelend, Murray toch wat gemakkelijker, het avontuurlijkst in zijn jonge jaren (hij wordt binnenkort vijftig), later conventioneler (en niet meer vals...). Ook zijn de thema's van stukken nogal eens oppervlakkig. Maar: bij zijn optredens zijn er altijd wel energieke solo's te verwachten. (Er is trouwens ook van Murray een discografie op internet.) Vele muzikanten ontbreken op deze site, vooral de bassisten, drummers, trompettisten, pianisten, kortom de niet-saxofonisten. Maar het verhaal is zo al lang genoeg ..... ( volgt nog iets over oude jazz ) ..... . klik -->NAWOORD (Tsjok4)
Appendix Over Ongebruikelijke modi Ooit schreef de Ellingtoniaanse trombonist en cubaan JUAN TIZOL " caravan " Dat is een joodse "Bar kochba" toonladder = Een majeur toonladder waarvan de V trap is verhoogd De Basisakkoorden zijn te herleiden tot = de I aug M7 en de ii m7 deVII dimM6 en de VI m /sus 4 en/ of tot de triad : I augmented en de pentatoon iim7 M6
Over FRYGISCHE MODI 1.- Ab frygisch ( kerktoonladder )
2.- a gypsy minor scale / bA Zigeuner Moll
1 1/2 1 1/2 1/2 1/2 1 1/2 1/2 ( steeds acht tonen )
3.- De zogenaamde Griekse Frygische modus in (sommige ) flamenco -genres ook wel zigeunertoonladder genoemd g - a - bes - cis - d - es - fis - g - a ( steeds negen tonen ) varianten bekent uit Spanje en Portugal g - as - b - c - d - es - fis -g) (steeds 8 tonen ) en een uit Noord-Afrika ( steeds 8 tonen ) g - as - b - c - des - e - f - g 4.- Ternslotte een klein aziatische( Turkse fluit ) variant g (of fis) -as -Bes -B - des -es -e - f ( of as)
Hot club de Gand is terug De oude getrouwe mensen in de bar en ook de wat meer avontuurlijke modale en postbop moderne jazz, (far out ) improvisatiemuziek ,avantgarde en experimentele (post)free jazz instant composer / concept matige ( "everything goes" als startpunt ) muziek vocabularium ..
Zoals vanouds is het altijd de woensdag-avond en -nacht te doen ; "Bart Maris invites" : het begint steeds met een klein concertje van de gasten , die ook meestal een jamsession( eigenlijk nog meer ( voor mij dan ) een werk-laboratorium dan uitsluitend meditatie en "gesprek " ) achteraf , inzetten /mogelijk maken
De spits werd dit jaar afgebeten door gave en begaafde tenorist Steven Delannoit , de momenteel erg in het oog lopende drummer Lander Gyselinck en een geweldig pianist : Jasper Huysentruyt... dat zijn mensen die ook regelmatig met elkaar spelen
Zeer goed en boeiend ...
----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------- Toen, ik ernaar vroeg vertelde de tenorist me dat zijn geprefereerde ( en referentie ?) toonaarden F en #F , zijn ( op piano uiteraard ) (#)Fis inwisselbaar met(b)A en(#)D // ((b)B(#)C E G is de aanvullende dodecafone hexatoon ) ( dat zijn samen zes tonen uit de octotonische ( BC) DbE F#F bAA (onderstreept is de hexatoon) en #C E G bB ( 4 x ndim M6 akkoorden --> ofde tonica van de 4 ontbrekende tonen dodecafonische viertoon )
Dat is voor mij ook altijd interessant om weten = het is namelijk een goede vingerwijzing : verwijzend naar de belangrijkste in het oog te houden speelbare voicing/ stapelingen (#)F op piano , (#)D op alto ), (#)G op tenor Zie verder ---> Playing along on alto (Tsjok45)
*De jamsession begon erg moeizaam met drie blazers a capella : altsax , trompet en , ventiel -trombone (Serge Hoste moest heilaas om 11.30 vertrekken ) Het leek eerst een beetje op het zich warm blazen en aftasten van het aanwezige potentieel ... Waarna de drummer , de tenorist en vooral de pianist ( die laatste uitgebreid ) "acte de présence" gaven ...
Maar het bleef vooral wachten op Bart Maris ... Die kwam er tenslotte toch nog aanzetten , en hoe ... Een grote verrassing ook ... Een onbekende maar geweldige Argentijnse pianist op doortocht in Gent begon een solo , ik pikte daarop in ..... Maris had er duidelijk ook zin in ...kwam meespelen met zijn gebruikelijk punch , doorzicht en briljante discours .. Van toen af aan was de jam (volgens mij) eigenlijk op goede kruissnelheid gekomen ... Zeker toen uiteindelijk een bassist ( Dries )de set kwam vervolledigen Het was bovendien weer de routineuze afwisseling van de aanwezige komende en gaande muzikanten ( wat een jamsession in feite altijd is ) Heel opvallend ( althans voor mij ) ; Thomas Campaert die het drumstel nogal uitgebreid ging bespelen alsof het handtrommels waren
Merkwaardig ook de aanwezigheid tot het allerlaatste vroege morgenuur , van de keigoede pianist Jasper Huyssentruyt en het beroeren van de piano door een aanwezige barytonsaxofonist ... joop vaderlander
P.S. Voor mij eindigde het allemaal nogal ongelukkig : Mijn instument liet het namelijk afweten( in de rechterhand het middenregister =voornamelijk de D klep en in de linkerhand het hoge E klepje dat het falsetto controleert ) .... Het enige wat ik nog kon doen in dat gedeelte van het bereik van mijn instrument , was het spelen van allerlei ( niet erg controleerbare ) harmonieken en ruis , die ik dus moest afwisselen met uithalen in het allerhoogste register en cirkustruuks door op mijn riet te bijten ....( leuk om doen , dat wel... maar ook erg vervelend want je houd er de volgende dag een kanjer van een pijnlijke geschonden onderlip ( en dito embouchure )aan over )
Maar goed , je moet je maar weten te redden .... Pianisten hebben het trouwens nog veel lastiger wanneer ze op onstemde (natuurlijke piano preparee ?=De oplossing was vroeger een beetje barrelhouse en"blue notes " jukejoint piano )en aftandse piano's hun plan moeten trekken ... Spelen op kapotte instrumenten ? indachtig de raad van Ornette Coleman en de Ellingtoniaanse saxofonist-clarinettisten :" "je moet je fouten weten om te bouwen tot jouw troeven" ... moet kunnen
Gelukkig viel de schade aan mijn oude vintage buesher aristocrat alto , nogal mee ; het enige wat was " verschwunden" waren een paar kurkjes die mede de oktaafklep regelen ... de reparateur kon het euvel de dag nadien op 5 minuutjes fixen ...( en ditmaal zijn die kurkjes goed vastgeplakt ... hoop ik ) Goed , want ik had mijn instrument pas de woensdagmiddag ..uit de revisie opgehaald .. en ik had er danig de smoor in om waarschijnlijk alweer elastiekjes aan het instrument te moeten knopen
Voor de tweede woensdagnacht van het seizoen waren alvast saxofoniste Audrey Lauro en bassist Rui Salgado in gezelschap van Bart Maris aangekondigd .......... Maandag 11 /10 ook al te gast in de El Negocito El negocito kon ik niet meepikken , Hot club deGand wél
Lauro & Co gaven één enkele korte maar goede set ( ze moesten de dag nadien vroeg uit de veren ? ze waren dus vlug weg ) : Alto , bass en een violist , in het gezelschap van Giovanni Barcella .... die knakkers zijn altijd knap bezig
De jamsession achteraf kon niet echt mislopen met geroutineerde mensen als Barcella en de later toegekomen Bart Maris ... Het duurde alweer erg lang vooraleer het ding op gang kwam ... Ook guitarist Mathias Van De Wiele kwam meedoen Jammer dat er geen bassist was ...
O ja , mijn alto is weer perfect bespeelbaar , met dank aan de reparateur ... en er was ook ene Sam op de piano
chromatic <-- C G bB bEFG(b)A D (G)bB D FG+4 (-)6M9 chromatic <-- C FG(b)AbB bEF (b)A C (F) C (b)E7 G (b)B C(m)(7)+4(-)6(-)9 ->chromatic
Hieronder vindt U een van mijn concept- bewerking voor alto : de belangrijkste tonen zijn = B DE ( DE= FG de hoogste graden van de akkoorden op piano )
Free Jazz is eigenlijk al een oud beestje ... vandaar dat haar veteranen tegenwoordig meer te vinden zijn in de necrologie van de kranten dan op de levende scène ... Bovendien zijn jazzmusici nogal eens op "jongere" leeftijd vogels voor de kat ....
ALTIST NOAH HOWARD
Noah Howard is op vrijdag 3 september 2010 tijdens een korte vakantie in Zuid-Frankrijk, overleden. Howard, die in Brussel woonde, werd 67.
De in 1943 in jazz-mekka New Orleans geboren saxofonist stond mee aan de wieg van de Free Jazz-beweging. Als saxofonist werd hij sterk beïnvloed door John Coltrane en Sun Ra. Omdat zijn muziek in de eigen VS maar matig aansloeg, verhuisde Howard naar Europa:
Ikzelf hoorde Noah voor het eerst in de late jaren zestig ;met tenorist Frank Wright( A. Ayler adept ) , Sunny Murray en Allan Silva ; op het legendarische byg-festival in Amougies ... Later mocht ik deze mensen ( minus Sunny Murray ) nog meemaken op het (laatste ) Gentse free jazzfestival in het Gravensteen
Het is misschien onnodig te zeggen ( maar ik doe het toch ) dat ik Noah Howard altijd heb beschouwd als een van mijn inspiratiebronnen die ik een paar keer life mocht meemaken ; de man maakte op mij in mijn jonge jaren als beginnend saxofonist een onuitwisbare , diepe en bevrijdende indruk (samen met de saxofonisten Robin Kennyatta en Archie Shepp die ik eveneens life mocht beluisteren)
(1) Noah Howard was echter zoveel meer dan een vroege free-jazzmuzikant
Alhoewel hij gewoonlijk wordt vastgeplakt aan Ornette Coleman brengt hij een meer "tenor"-achtige aanpak op de alt Al van bij het prille begin had hij een uitgesproken voorliefde voor "eenvoudige" uitgeschreven stukken ( ook meestal van eigen hand ) Net als ( geest en stijlgenoot ) tenorist Pharoah Sanders , waarvoor hij eigenlijk de ideale alt-versie is , ging hij latere jaren ook op zoek naar zijn afrikaanse roots , dat leverde bovendien net als bij Sanders, en veel later in zijn leven een diep engagement op met de afrikaanse world music ... waarvan hieronder enkele getuigen zijn te vinden ;
De alt klinkt op deze nummers ( vooral op 2, 3, en 4 ) heel erg als de keniaanse praise music en op de zuidafrikaanse altisten rond Dollar Brand en Chris Mc Gregor ( in het bijzonder Dudu Pakwana ) Ter vergelijking :
In 1966 behoorde altist Noah Howard tot de bevoorrechte avant-gardisten. Hij speelde sinds twee jaar saxofoon en nam in één jaar twee albums voor het ESP label op: " Noah Howard Quartet" (ESP 1031) en "Noah Howard at Judson Hall"(ESP1064), dat pas enkele jaren later werd uitgebracht. Het derde ESP album, gepland voor release in 1968 (ESP 1073), haalde de productiefase niet. Wel verscheen het album "The Black Ark" (Freedom 1969) met trompettist Earl Cross en drummer Muhammad Ali, dat een positieve ontvangst kreeg Werk was in de USA schaars, ondanks het feit dat hij in 1971 met Ornette Coleman, Sun Ra en Sam Rivers de New York Musicians Organisation oprichtte. Daarom koos hij in 1972 definitief de weg naar Parijs zoals meerdere al of niet getalenteerde lotgenoten.
In Europa, waar hij al sinds 1969 optrad met Frank Wright en Bobby Few, wist hij redelijk naam te maken in de 70-er en 80-er jaren met concerten in clubs en bij festivals. Het album "Schizophrenic Blues: The Noah Howard Quartet Live In Berlin (FMP 1977) werd opgenomen in de Berlijnse club Quartier Latin met trompettist Itaru Oki in Albert Ayler achtige free jazz stijl.
In de 70-er en 80-er jaren speelde Howard vaak samen met trompettist Earl Cross en de melodieuze geestgenoot en eveneens in Parijs bivakkerende pianist Bobby Few. Het samenspel met Few werd vastgelegd op het album "Traffic" (Frame 1983). Zonder Few probeerde hij in die periode tevergeefs zijn Afrikaanse muzikale roots te vinden in Kenia.
I am Lieve Fransen Noah 's wife since nearly 30 Years . I was with Noah when he had a sudden brain hemorrhage and he died in my arms in the hospital in Nimes 36 hours later . It was unbearable and at the same time good to be with him. I want to... thank all of you of the love and support . The only thing he would have liked is to continue living to share the music in his soul with all of us .Please continue his legacy and share photos and music with each other and with me. I will post more recent photos and text after being evacuated with Noah back to Tervuren where we lived for 18 Years Lieve 04 september
In de vroege jaren zeventig was Noah uiteraard geregeld present op de Gentse jazz-scène ( Damberd , Cirque Central , Abas Jour )inclusief de leiestreek (Zonnedans , D'hondt d'Haene ... ) Hij speelde in het Damberd een legendarische "cutting contest" met de engelse punk-jazz altsaxofonist Xero Slingsby ,( ook een van mijn altsax modellen ) die hem ( zo werd verteld ) bijna weg speelde qua virtuositeit en vooral zeggingskracht en afwisseling ...ik heb dat jammer genoeg gemist ...
Vanuit Belgie maakte hij tournees door de hele wereld. Met trompettist Youssef Yancy speelde hij regelmatig in de tweede helft van de 80-er jaren.
Howard schakelde langzaam over naar jazz rock middels de groep Today en vervolgens naar free funk met de cd "Migration" (1990), omdat er voor free jazz steeds minder emplooi was. Een kortstondige opleving met een free jazz tournee door de USA in 1997 bracht daar geen verandering in
Een veelbelovend, rumoerig gestarte free jazz loopbaan eindigde zo in betrekkelijke rust.
In Tervuren had Howard zijn eigen jazzclub en dito label,AltSax. In totaal blikte Howard 28 albums in.
Zijn laatste plaat, "Voyage" (2010), getuigde van Howards interesse in wereldmuziek.
Het album 'The Black Ark' uit 1969 wordt als zijn magnum epos beschouwd.
In memoriam Noah Howard
" MUSIC IS MY SOUL "
Noah is the "Preacher", his idea of the importance of the vibrations of sound as the 'it' behind all of the universe was both accurate and brilliant. (Robert Kaplan)
Als representant van de Amerikaanse avant-garde was Howard begin jaren zeventig in Frankrijk , Belgie en Nederland vaak te en daar dan doorgaans in gezelschap van tenorist Frank Wright.
Binnen het Frank Wright-Noah Howard Quartet gaf de altist met zijn lyrische aanpak tegenwicht aan het spierballenvertoon van Wright.
Howard werd in New Orleans geboren, zong daar in het kerkkoor en werd met het jazzvirus besmet toen hij de solo van tenorist Paul Gonsalves hoorde in de Newport-versie van Duke Ellingtons 'Diminuendo And Crescendo In Blue'. Trompet was zijn eerste instrument, maar op zijn zestiende koos hij voor de altsax. In 1965 verhuisde Howard naar New York, waar hij deel ging uitmaken van de toenmalige zwarte avant garde .
Twee jaar later vond het roemruchte festival voor nieuwe muziek in het Belgische Amougies plaats, het eerste bruggenhoofd van de jonge generatie vrije muzikanten uit New York in Europa. Velen bleven hier hangen; ook Noah Howard vestigde zich in Parijs, om later naar Brussel te verhuizen.
De Amerikanen waren overdonderd door de aandacht die ze in Europa van de pers, radio, televisie en platenfirma's kregen. "In drie dagen in Europa kreeg ik meer publiciteit dan gedurende de vijf jaar dat ik in New York zat," vertelde Howard Valerie Wilmer, de schrijfster van 'As Serious As Your Life'. "De belangrijkste invloeden, en niet slechts in muzikale zin, kwamen van saxofonisten John ColTrane en Albert Ayler. Ik heb veel met Albert gewerkt. Als personen en als artiesten waren Albert en ik erg close. Hij begreep mij, als jong artiest die iets wilde bereiken," zei hij ooit.
Zijn vroegste werk is gedocumenteerd op ESP Disk, Musidisc en een aantal andere kleine labels. Essentiële platen zijn 'The Ark' (1969), 'Live At The Village Vanguard' (1972), 'Message To South Africa' (1979) en 'In Concert' (1997). Op zijn meest recente cd, 'Voyage', die eerder dit jaar uitkwam, verwerkte hij niet-westerse invloeden.
Het zal je maar overkomen. Je bent geboren en getogen in New Orleans, je schopt het tot bandlid van Sun Ras Arkestra, brengt platen uit op ESP, tourt de wereld rond, wordt aanzien als één van de meestinvloedrijke post-Coleman saxofonisten uit de jazzgeschiedenis. En dan zit je plots in de lobby van een Brussels hotel te praten met een blogger
Je bent opgegroeid in New Orleans. An sich is dat al een mooie voedingsbodem om met muziek te beginnen, maar wat heeft je precies geïnspireerd om met muziek te beginnen?
Een verhaal dat altijd terugkomt, lees het maar na op mijn website, is dat ik een groot deel van mijn jeugd doorgebracht heb in een baptist church. Ik werd dus al vrij snel onderworpen aan gospel muziek, wat altijd wel een invloed zal blijven. De harmonie en de power die de muziek uitstraalde heeft altijd een effect op me gehad. Ik zong een tijdje in een koor en begon daarna trompet te spelen. Nu, trompet is niet bepaald mijn favoriete instrument om te bespelen. Je hebt maar 3 pistons, moet veel te hard blazen. Ik heb veel bewondering voor mensen als Miles Davis en Dizzy Gillespie die het wél deden. Maar ik begon dus saxofoon te spelen. Jazz was sowieso altijd dominant in New Orleans. Er zat gospel (1) in die muziek, veel latin invloeden.( spanish Tinge , caraibische muziek , creoolse muziek ) (1b) Je had al die muziek van Fats Domino, Ray Charles, Louis Armstrong(1c) etc Als je in New Orleans woonde werd je quasi onmiddellijk in die muziek gegooid. Zolang de rode draad in de muziek maar gospel(2) en blues(2) ( en NO. Rythm & blues (3) was, dan ging ik ervoor.
---> voor C major / Am6-7 (hexatoon) CD(E) FGA (BC)E of (pentatoon ) CD(E) FGA (BCE) CD FGAB CDEFGA FGABCE CD FGA / FGABC / FGA CE /
Belangrijkste power chords = FA Sol --> (dittie)CD FG = CF(C4 ) CG( C5) DG(D4) en sol la -->(Triad ) D(E) GA = DG (D4) DA(D5 ) (1.b)- voornamelijk gebaseerd op Shuffle ,(--> 2 .1.2.2.1. <--) habanera/Cromanti( 3.1 /2.2. 1.3/22 ) en lundu(-->1.2.1./2.2.<--) rythms en op het systematisch gebruik van tresillo's (op de cymbalen) waaronder de beguine (8/8 332 of 323 ) afgewisseld met Tchabada-figuren(op 4 triolen 3.21 /3. 3 en 3. 2 /2 2 .3 of 3.2/ 3. 22 ) op de ride cymbal en punta's op de high hat ... 1010 0101 0110 1001
< >(bell note(arsmstrong) B R L B= open bass R tèt stroke L= tàt stroke (1C.-) 4/8 -->111/0 <-- ( stop time ) 4/4 --->0/1 1 1 (mentho bass)
(2.-)Consensus Scales : 10 tonen toonladders Black Go(d)spell : CD(b)E FGA (b)B bD Dm7sus4 / (b)E (b)B afro-Blues :C D(b)E F (b)GA (b)B bD Am(5)67sus4 / F (b)B
Nota ; Daarbij worden de III de V en VII trap soms vervangen door een " blue note"verbuiging naar beneden Coltrane vervangt systematisch de ii (d) door de 9+(bE )
(3) Dr John , Voodoo rythms (8/8 : 112 /112(papa legba) , 121112 , 121/211 121/121 (choro)) Sly and the Family Stone ,Aretha Franklin , Ike & Tina Turner -Memphis bass = 2222/22211
Wat die gospel betreft zit die invloed er bij jou héél sterk in. Misschien zelfs nog meer dan dit bij Albert Ayler het geval was. Aanzie je de muziek die je maakt als iets spiritueel?
Niet persé religieus, maar zeker wel spiritueel. Ik denk dat het een algemeen feit is dat muziek in eerste instantie een projectie van een gevoel is en dàn pas een projectie van geluid. Het is waar als je zegt dat mijn muziek soms pure gospel is. Wat mij boeit aan gospel is dat het enorm uitgelaten is maar wel in functie staat van de harmonie. Dat is dan ook ongeveer wat ik probeer te doen met mijn muziek.*
* Maar dat betekent niet dat Noah Howard heel strak akkoordenschema's ging draaien of erger nog "platen" ging naspelen ( toendertijd ook een "must" in het Gentse mainstram millieu = een doodlopend straatje waar nog steeds ( vooral guitaristen, en niet van de minste ) in vast zitten ) Veel van het podium-werk van Noah in die voege europese jaren is practical joke showmanship en deels intuitief ...ik herinner me nog een plaatselijk beroemd/bekend jazztenorist uit het Gentse die hem een "harmonische kluns" vond ...een cirkusnummer
Hoe ben je voor de eerste keer in aanraking gekomen met freejazz en vrije improvisatie?
Mijn eerste aanvaring met free Music moet in 1956 geweest zijn toen ik naar Duke Ellington ging kijken in Newport (uitgebracht als één van de meest essentiële Ellington live lps, nvdr.). Tijdens Diminuendo and Crescendo in blue speelt Paul Gonsalves een legendarische 27-chorus solo. Vandaag is dat misschien niet de grote vernieuwing, maar we spreken hier van het pre-Coltrane tijdperk. Later ging ik dan in het Sun Ra Arkestra gaan spelen wat ook een logische keuze was toendertijd. Als jazzmuzikant raakte je bijna nooit in de grote bigbands als die van Count Basie of Duke Ellington. Het was een fantastische tijd. Op het ene moment waren we pure ragtime aan het spelen, 3 seconden later konden we al in space zitten. Het was magisch om met Sun ra te mogen werken.
In 1966 verschijnt dan plots, op het grote ESP label, je eerste plaat met eigen quartet. Hoe is dat gekomen?
Ik was op dat moment heel goed bevriend met Albert Ayler die toen de grote naam op ESP was. Hij had over me gesproken met Bernard (Stollman nvdr.). Hij zei letterlijk tegen Bernard je moet die gast uibrengen!. Dus wij op vraag van Bernard een soort repetitiedemo opgenomen. Toen we de tape lieten horen op zijn bureau vroeg hij plots: wanneer kunnen jullie opnemen?. Dat was een zaterdag. Nog voor ik kon vragen wat hij zei vroeg hij opnieuw: kunnen jullie komende maandag om 10.00 uur smorgens in de studio zijn?. We hadden op dat moment gelukkig al een band, maar echt veel hadden we nog niet samen gespeeld. Maar op de één of andere manier zijn we erin geslaagd om die plaat alsnog op te nemen.
Een andere essentiële Noah Howard plaat is ongetwijfeld the black ark die momenteel opnieuw gereleased wordt via Boweavil records. Het is vreemd dat quasi 90% van je werk beschikbaar is via ESP of via je eigen altsax records label. Hoe komt het dat een legendarische plaat als the black ark zolang in de obscuriteit verdwenen is? En hoe ben je bij Boweavil terecht gekomen?
Die plaat is destijds op polydor uitgekomen. Zij vonden het evenwel niet de moeite om die plaat opnieuw uit te brengen. Op een bepaald moment liep ik rond in Japan en zag ik die plaat plots liggen uitgebracht op een label waar ik nog nooit van gehoord had. Na een tijdje had je dan het internet waar de prijzen voor die originele plaat én zelfs de prijs van die bootleg enorm hoog was. Ik zat dus al even met het idee om de plaat opnieuw uit te brengen via altsax. Begin dit jaar moest ik optreden in de Spitz club in Londen met Peter Evans, Chris Corsano en John Edwards. Daar zag ik de man van Boweavil die me quasi direct vroeg om the black ark opnieuw uit te brengen. Ik vind het vooral super dat hij zowel een cd als een vinyl versie uit heeft. Het gekke is dat die plaat nog maar net uit is, en dat hij op cd bijna weer uitverkocht is.
Ook voor Arthur Doyle betekende deze plaat heel veel aangezien dit zijn eerste opname als muzikant was. Hoe kwam je bij hem terecht?
Ok, dit kan misschien wat vreemd klinken, maar de bedoeling was initieel om met Pharoah Sanders te werken op the black ark. Pharoah was op dat moment niet beschikbaar omdat hij een platendeal had. Arthur Doyle was toen net bezig. Hij komt uit de generatie die zowat op ons gevolgd is. Ik leerde hem kennen dankzij Sunny Murray, met wie hij op dat moment vaak speelde. Toen ik hem de eerste keer hoorde spelen dacht ik dit is gewoon dé nieuwe Pharoah. Hij was toen ook zo iemand zijn ding deed zonder enige vorm van compromis. Arthur Doyle was dan ook de meest natuurlijke keuze op the black ark. Een beetje zoals Mingus vrij toevallig Eric Dolphy ontdekte eigenlijk
Doyle was toen nog een nieuwe naam. Mohamed Ali kunnen we aanzien als je vaste drummer op veel platen. Ook Juma Sultan kennen we via zijn werk met Jimi Hendrix. Op the black ark vinden we nog een aantal minder bekende namen terug zoals Earl Cross en Leslie Waldron. Achteraf nog iets van hen gehoord? Is het een bewuste keuze om met nieuwere muzikanten te spelen?
Het grappige is dat heel veel mensen zo freaked out zijn als het op Juma Sultan aankomt. De kerel speelde inderdaad bij Hendrix, maar hing ook heel vaak bij ons. Er werd toen vaak gejamd en vooral mij was het dan ook normaal om Juma tussen 2 tours te vragen om op the black ark te gaan spelen. Earl Cross was een heel begeesterde trompettist die ook nog speelde met Archie Shepp en Rashied Ali quintet. Hij was een enorm talent en zeker één van de belangrijkste drijfveren op the black ark. Hij is jammer genoeg vrij snel overleden. Leslie Waldron is dan weer een ander verhaal. Ook hij was vrij nieuw en een enorm talent. Kort na de plaat heeft niemand ooit nog van hem gehoord. Hij was verdwenen en we weten niet waar hij nu is.
Net zoals op het meeste van mijn werk zijn er inderdaad een heleboel namen die op dat moment quasi onbekend waren. Maar uiteindelijk is dat geen alleenstaand feit bij mijn muziek. Charles Mingus werkte ook vaak met minder bekende muzikanten. Het was Mingus die me duidelijk maakte dat jonge muzikanten minder geblokkeerd zijn in hun eigen stijl en makkelijker jouw composities konden interpreteren. Ik begin met zon jonge kids dan meestal als geen gek te repeteren. Eens ze er klaar voor zijn neem ik de partituren weg en hops het resultaat is hopelijk een goeie freejazz plaat. Meestal werkt die chemie wel. The black ark was één van die monsteralbums waar alles gewoon perfect zat. Dàt voordeel en het feit dat die muzikanten vaak zelf hun eigen weg gaan binnen een nieuw generatie maakt het mijns inziens makkelijker om op die manier te werken.
Ontdek je tegenwoordig nog vaak muzikanten waar je snachts wakker van ligt
De eerste naam die onmiddellijk in me opkomt en eigenlijk in ieders hoofd zou moeten opkomen is Chris Corsano. Ik speelde met hem en Peter Evans in de Spitz. Corsano is zo iemand die op dezelfde manier met muziek omgaat als wij dat deden, maar met frisse ideeën en een verrassend nieuwe energie.
Nog interessant was je samenwerking op Uhuru Na Umoja met Frank Wright. Daar speelde je met Art Taylor op drums. Was dit de enige freejazzplaat die hij ooit opgenomen heeft?
Dat was echt leuk om te doen. We verbleven toen allemaal in Parijs. Ik en Frank Wright werden uitgenodigd door de mensen van BYG om daar een festival te spelen en 2 platen op te nemen. Eerst ging Frank (Wright) 2 platen opnemen, daarna ging er een onder mijn naam uitkomen. Maar Frank werd nooit betaald voor zijn 2 platen, en bracht ik er dus ook nooit een uit op BYG. Tenzij dan die Uhuru Na Umoja, die we met Art Taylor deden. Art had toen een klein drumstelletje staan waarop we altijd repeteerden. Ik zei tegen hem ok, ik moet morgen naar de studio, ga je mee? We repeteren 5 uurtjes, vragen of ze de machines willen opzetten en beginnen op te nemen. Ik schreef de muziek uit en we begonnen eraan. Er staat op de plaat dat het een Frank Wright plaat is, maar eigenlijk waren het mijn songs. Maar inderdaad, het is zowat de enige freejazz plaat die Art ooit opgenomen heeft. In Parijs waren we eigenlijk blij dat we elkaar hadden. Zelfs Kenny Clarke heeft nog opgenomen met ons.
Wat me opvalt in je carrière is dat je af en toe de brute gospelfreejazz afwisselt met een heel down to earth salonjazzplaat met 80 r&b en wereldmuziekinvloeden. Je laatste plaat desert harmony met Omar Faqir is ook daar een voorbeeld van. Is het een andere Noah Howard kant of past het eigenlijk gewoon perfect in het plaatje volgens jou?
Ik ga niet gaan zeggen dat het in het freejazz plaatje past, maar anderzijds ga ik het daarom zeker geen minderwaardig werk noemen. Ik reis heel vaak en soms vind ik het belangrijker om impressies te maken, schilderijen te maken met geluid. Desert Harmony werd gemaakt tijdens een lange reis die ik maakte naar het middenoosten. Freejazz is mijn stijl, gospel is mijn stijl. Maar het is normaal dat ik af en toe die andere invloeden, die wereld die voor me ligt ook wil opvangen.
Na deze opsomming van anekdotes, tours etc is het niet verwonderlijk dat ik me afvraag hoe je in Godsnaam al zo lang in Brussel woont en hoe je in het orkest van Paul Ambach (boogie boy) terecht gekomen bent?
Op een bepaald moment had ik een overkill aan tours die op me afkwamen. Nadat ik die afgewerkt had ben ik een tijdje in Afrika gaan verblijven. Gewoon, in alle rust en kalmte deed ik daar wat safaris. Ik leerde er een vrouw kennen die in België woonde, en voilà 25 jaar later zit ik er nog altijd. Het moet aan Paul Ambach zijn oren gekomen zijn dat ik daar verbleef en hij belde me om te vragen of ik in zijn band wou gaan spelen. Ik had op dat moment niet echt iets te doen dus deed ik dat uit amusement. Paul heeft een neus voor goeie muzikanten en de band die achter hem staat is quasi altijd steengoed. Hijzelf is ondanks zijn leeftijd nog altijd een beest van een frontman. Telkens als hij zijn micro in het rond zwiert vragen we ons nog af op wie de microfoon zal vallen.
Noah Howard/Bobby Kapp June 29, 2007 Live at The Empty Bottle/Chicago
American-born free jazz alto saxophonist Noah Howard has died at the age of 67 years early morning Friday, September 3rd, 2010... A free jazz artist of the 60s and 70s, Mr. Howard came to critical acclaim again after returning to free jazz in the 90s due to recorded efforts with Cadence Jazz among other labels...first recorded in 1966 and finding a lukewarm reception to his music he moved to Europe living in Paris then Brussels...(image of Noah Howard by Noah Howard)
( Lieve Fransen ) "He went everywhere, Africa, India, all over Europe... He met many musicians, many artists. He loved to see different music and the people making it."
He has recorded 28 records, among them Black Ark (1969), Live at the Village Vanguard (1972), Patterns Message to South Africa (1979), Live at the Unity Temple (1997), Live in Paris (2001), Dreamtime (2002), Desert Harmony (2007) and Voyage (2010).
Noah performed with Kenny Clarke, Sun Ra, Bougie Boy, Archie Shepp, Gino Vanelli (Diamonds Awards),Johny Dyani, Chris Mcgregor, New Jazz All Stars, Art Taylor, Takashi Kako, Michael Smith, Andrew Cyrille, Wilbure Ware, Sunny Murray, Bille Dixon, Itaru Oki, Clifford Thorton, Leroy Jenkins, Ray Applenton, Ivo Van Der Borght, Alan Silva, Rashid Ali, Bobby Few, Jan Verheyen, Khan Jamal, Francois Tusoues, Jack Gregg, George Brown, Art Lewis, Ron Burton, Walter Metz, Dirk Joris, Boulou Ferret, Art Ensemble of Chicago, Youssef Yancy, Louis Mohollo, Dave Burell, Han Bennick, Misha Mendelberg Oliver Johnson, Kent Carter, Frank Wright, Albert Ayler, Donald Garret, Jerome Cooper, Chris Henderson, Frank Lowe, Milford Graves, Ted Daniels, Jean Jacques Avenell...and many others
Het Gentse seizoen is alvast gestart in "El Negocito" ...
Vorige week was er een sessie met G Barcella , Manolo Cabras, een zangeres, en (onverwacht ) Patrick De Groote Heel eventjes ook de tenor van Jeroen Van Herzeele ( het was trouwens zijn verjaardag ), maar jammer genoeg had hij het verkeerde mondstuk meegebracht ...Jammer Uitgesteld is echter niet afgesteld ...
Giovanni Barcella, flamboyante italiaanse drummer en gentenaar, gaat op muzikale tocht met enkele muzikale verwanten onder zijn leitmotief : " ....Ik decomponeer de hedendaagse esthetiek -schoonheid zo je wil- omdat ze verdriet noch dood duldt, niet ingaat op't wereldlijk carnaval en zichzelf niet meer bevraagt. Haar format -een lege huls- bevestigt enkel wat de cultuurindustrie toelaat, wat haar goed uitkomt binnen reeds uitgezette bakens. Mij rest enkel revolte, om zo dichter poëzie te naderen..."
El Negocitoging vollen bak voor de de tweede Barcella Monday Night Sessions; dees keer met Nilson Matta (US) en John Snauwaert (BE)
Oh ja , Barcella hield moeiteloos stand en vormde met N Matta een unieke tandem ....
Nilson Matta Bij het grote publiek minder bekend, maar onder muzikanten een grootheid op de contrabas Matta is één van de topbassisten van de laatste 20 jaar en is ritmisch ongeëvenaard.
Wereldklasse
Zonder uitzondering zijn er altijd lovende kritieken van pers en collega muzikanten. Sinds zijn aankomst in New York in 1985 is hij de meest gevraagde bassist van de top-Amerikaanse muzikanten. De lijst van artiesten met wie Matta heeft samengewerkt is erg indrukwekkend. Een kleine greep: Joe Henderson, Yo Yo Ma, Paquito D'Rivera, Gato Barbieri, João Gilberto en Hermeto Pascoal.
De oorspronkelijk uit Brazilië afkomstige Matta houdt zich tegenwoordig vanuit zijn woonplaats New York bezig met eigen projecten en het geven van onderwijs en masterclasses in binnen- en buitenland.
John Snauwaert is een muzikale ontdekkingsreiziger die steeds op zoek gaat naar contacten met andere culturen. Zo leerde hij in New York Nilson Matta kennen, een virtuoos bassist van Braziliaanse afkomst.
Snauwaert , bevestigde wat ik al had gehoord op jazz in 't Park Leuk om hem eens mee te maken in een kleine informele club ....hij speelde met groot gemak ,( in deze weliswaar voor een beslagen saxofonist ideale trio combinatie) allerlei flarden van thema's en enkele geweldige soli samples
Gedegen , beluisterbare mainstream van het modernere post-hardbop type ... Het ganse gebeuren werd terecht kort en (zeer) goed , gehouden ....
El Negocito wordt verwacht :
oktober
maandag Oktober, 4 2010 10:00 PM - the Barcella Invite: The Shoreditch Trio (IT) met Gianni Mimmo
maandag Oktober, 11 2010 10:00 PM - met Carlos Zingaro (PT), Rui Salgado (PT), Audrey Lauro (FR) en Bart Maris (BE)
maandag Oktober, 18 2010 10:00 PM -met Zeger Van Den Bussche (BE) e.a.
maandag Oktober, 25 2010 10:00 PM- met Will Bernard (US) e.a.
november
maandag November, 1 2010 10:00 PM - tbc
maandag November, 8 2010 10:00 PM - tbc
maandag November, 15 2010 10:00 PM- met Mäâk (BE)
maandag November, 22 2010 10:00 PM - the El Negocito Barcella / Dajo Session
maandag November, 29 2010 10:00 PM- met Anja Kowalski (D) en Ben Sluijs (BE)
december
maandag December, 6 2010 10:00 PM - the El Negocito Barcella / Lander Gyselinck Session
maandag December, 13 2010 10:00 PM - Barcella / Van Herzeele Duo