Het sneeuwde en veranderde de daken in suikerwafels,
de boomtakken werden als met Brugs kant verweven,
de klokken luidden. Engelengezang bereikte mij
en stilletjes zong ik mee. Ik wasemde op het raam
vol kerstbloemen bijna dichtgevroren, loerde door een gaatje
en zag pakken dikke sneeuwvlokken dwarrelen in dolle dans,
begeleidend alle kerkgangers die er tegen optornden.
Ik zag enkel nog het raam, alles leek zo wit en helder
ook buiten lieten de lantaarns hun licht klaarder schijnen
Op t plein fonkelde de kerstboom overvol schittering
en één engeltje ontsnapte en tokkelde fijntjes op mn venster
want niemand mocht ontbreken:
Het Kind was geboren!
Verward slaperig kijk om me heen, wat was dit?
Uit bed nu loer ik benieuwd naar buiten: geen sneeuw!
Het had niet gesneeuwd want de straten liggen droog,
de boomtakken hebben hun Brugse kant van zich afgeschud,
enkel de donkere hemel is verzadigd van sterren...
Slaapdronken wurm mij in m sloffen en dikke winterjas
en trek de deur in verwarring achter me dicht.
Ik voel de vergane bladen onder mijn voeten knisperen,
kijk naar het donkere van de hemel en één ster flikkert vurig
wijl ik inwendig hoor fluisteren stil; vannacht is t Kerstnacht
en ik weet wie dit is en ik dank haar.
Ja, het Kind is geboren!
Verstild vervoeg ik d anderen en schuifel de dorpskerk binnen.
Kristin Kerstnacht 2013.
afbeelding : Schilderij Breughel museummayervandenbergh.be