En
liegt de laatste paus dan niet?
Iemand
is pas homosexueel als deze persoon homosexuele daden pleegt - aldus
het standpunt van de katholieke kerk sinds oudsher. En die stelling
werd niet zelden geïllustreerd met het voorbeeld van de dief, want
het is duidelijk dat iemand pas een dief kan worden genoemd als hij
eerst een diefstal heeft gepleegd. Pas zijn daad maakt een mens tot
dief, of tot homosexueel - aldus de kerk.
Nu
beweert paus Franciscus bij zijn Braziliëbezoek dat de kerk niets
heeft tegen homosexuelen maar wel iets tegen homosexuele daden.
Edoch, volgens de hoger vermelde theorie van de kerk zelf, kunnen er
helemaal geen homosexuelen bestáán als er niet eerst homosexuele
daden werden gepleegd omdat het - andermaal volgens de leer van de
kerk - deze daden zelf zijn die iemand tot homosexueel maken, precies
zoals het zijn diefstal is die iemand tot dief maakt.
De
leer van de katholieke kerk in acht genomen is het met andere woorden
volstrekt onmogelijk om tolerant te zijn jegens homosexuelen en
tegelijk intolerant tegenover de daden welke iemand tot homosexueel
maken, eenvoudigweg omdat er geen homosexuelen kunnen zijn zonder
homosexualiteit.
Nu
bestaan er over geloof en moraal heel wat meningen en de menselijke
sexualiteit op zich blijkt nog steeds een ondoordringbaar mysterie,
zodat wij er inhoudelijk uiteindelijk weinig zinnigs of definitiefs
kunnen over zeggen. De tweeduizend jaar oude religie die het
katholicisme is, heeft omtrent homofilie altijd een afwijzend
standpunt ingenomen, dat zij ook theoretisch onderbouwde en dat
niemand die in ernst naar waarheid zocht, ongemoeid liet. Maar in
deze tijd liggen de kaarten ineens anders.
Is
de kerk haar boekje te buiten gegaan? Heeft haar eigenste megalomanie
haar gestrikt? Had zij het gehouden bij haar interpretatie van de
bijbel, dan had zij misschien nog een kans gemaakt, want
gezagsargumenten hoeven niet per se te worden verantwoord voor wie de
liefde tot de Vader het eerste gebod is. Edoch, de kerk heeft ook
willen verkláren waarom het zo is en niet anders; zij is de
verlichte Geest gaan spelen, alsof zij ook over de rede het
meesterschap had - de rede die nu eenmaal de troef is van een ándere
zoon Gods, met name Lucifer.
Heel
terecht keert men zich nu zelfzeker van haar af: gammele stellingen
kunnen niet goddelijk zijn want zij kunnen niet eens waar zijn. Over
moraal, geloof of sexualiteit hoeft men niet eens iets te weten om
vast te kunnen stellen dat een uitleg geheel oneigenlijk is. De leer
van de kerk is hier helaas geen sluitende theorie, zij heeft veel weg van
een verzinsel, om niet te zeggen een aperte leugen.
(J.B.,
29 juli 2013)
|