Ratzingers oneigenlijke strijd (1)
Paus Benedictus XVI is afgetreden maar insiders weten dat zijn koers verder zal gevaren worden: reeds tijdens het pontificaat van Joannes-Paulus II was het kardinaal Joseph Ratzinger die als voorzitter van de geloofscongregatie de scepter zwaaide. Ratzinger zette zijn 'politiek' tijdens het pontificaat van Benedictus XVI voort en hij zal dat ook blijven doen tijdens het pontificaat van zijn opvolger. Maar wat precies is de koers welke Ratzinger de kerk wil laten varen in de eerste decennia van het derde millennium?
De politiek van de kerk was tot voor kort nog die van de bevrijdingstheologie. De zogenaamde bevrijdingstheologie ontstond waar christenen - en bij uitstek missionarissen - werden geconfronteerd met de schande van de armoede en dan vooral met de tegenstelling tussen het rijke noorden en het arme zuiden. Immers, na het tijdperk van de kolonisaties werden door het rijke westen in de derde wereld dictaturen in het leven geroepen die tot doel hadden de plundering van bodemschatten alsook de uitbuiting van hele bevolkingsgroepen op een verkapte manier te continueren: derde wereldlanden werden dan zogezegd niet langer door het Westen gepluimd maar door hun eigen dictators. De bevrijdingstheologie is een aanpak van dat onrecht welke niet vies is van politiek engagement en in de praktijk betekende dat een marxistische benadering van de wantoestanden. Uiteraard marxistisch, want het waren Friedrich Engels en Karl Marx die ten tijde van de industriële revolutie de uitgebuite werkende klasse in het Westen weerbaar maakten tegen de bezittende klasse en dat unieke verzet stond uiteraard model bij de (christelijke) pogingen om nu ook de derde wereld te bevrijden.
Eendracht maakt macht en Marx' devies luidde dan ook: arbeiders aller landen verenigt u! Maar de wetenschap dat eendracht macht maakt, is niet het monopolie van slechts één sociale klasse: ook de bezittende klasse vormt één blok. Het hoeft dan ook niet te verwonderen dat reeds bij de aanvang van de politieke engagementen die ontsproten aan de bevrijdingstheologie, de machthebbers uit de derde wereld, de Romeinse curie tot de orde riepen met het dringende verzoek om de missionarissen te doen ophouden met het opstoken van hun werkvolk tegen hen. Ondergeschikten zijn immers gehoorzaamheid verschuldigd aan hun oversten omdat alle macht van boven komt - zo staat het in de bijbel en dat is Gods eigen woord: koning David heerste in Gods naam en in zijn spoor doet elke gekerstende koning dat. Het opruien van werklieden tegen hun patroons is equivalent met het opruien van kinderen tegen hun ouders; dat is het opruien van de mens tegen God, het atheïsme of de goddeloosheid: de mens die zijn eigen god wil zijn!
De verkapte samenzwering tussen de onderdrukkers in de derde wereld en de heersers in de kerk die immers tweeduizend jaar geleden hun macht van het Romeinse Rijk ontvingen, krijgt dankzij het werk van Ratzinger het aanschijn van een dringende geloofskwestie en meer bepaald van een strijd tegen het atheïsme, tegen de zelfverheerlijking van de mens, tegen het humanisme en tegen het relativisme. Uiteindelijk moet een zoveelste slavenopstand worden onderdrukt - een opstand die ontstond in de schoot van rebellerende christenen aan de basis en die door christelijke gezagsdragers in de kiem werd gesmoord. Wat er op wijst dat uiteindelijk de klassentegenstellingen alle andere categorieën overstijgen, met andere woorden dat zij ons bestaan funderen.
Ratzinger verwijt het aan de bevrijdingstheologie dat zij in haar strijd tegen leed en onrecht, het geloof vervangt door wetenschap en actie, en dit vanuit de marxistische invalshoek. Maar dat moet mislukken, zo houdt Ratzinger ons voor, omdat het marxisme de menselijke vrijheid miskent en verknecht in plaats van te bevrijden: het marxisme zou het nihilisme, het relativisme en het pluralisme verabsoluteren terwijl de absolute waarheid zou verketterd worden tot een louter fanatisme.
Het is bekend maar het blijft verbazen met hoeveel gemak geoefende redenaars met wat getheoretiseer hun toehoorders compleet van de wijs kunnen brengen. De bevrijdingstheologie is volledig gericht op de bevrijding der verdrukten, maar kijk: Ratzinger noemt de bevrijdingstheologie marxistisch en derhalve verknechtend, en die onzin gaat er kennelijk in als zoete koek. Er valt ontegensprekelijk heel wat te zeggen over de verhouding tussen geloof en rede, maar daar heeft een kind met een waterbuikje allerminst een boodschap aan: dat kind heeft nood aan brood en derhalve recht op brood, maar omdat het niets krijgt, moet het zijn brood leren opeisen. En wie dan predikt dat dit opruiïng of diefstal is, is boven elke twijfel verheven allesbehalve een vader voor dat kind.
(J.B., 4 maart 2013)
(1) Voor een beknopt overzicht van de standpunten van Joseph Ratzinger inzake de koers van de kerk, zie bijvoorbeeld: RATZINGER, J., Europas Kultur und ihre Krise, Leicht gekürzte Fassung des Vortrags am 28. November 2000 in der Bayerischen Vertretung im Berlin (in der Reihe 'Reden über Europa'), Die Zeit 50-2000 en RATZINGER, J., Relativism: The Central Problem for Faith today, Guadalajara, Mexico, mei 1996.
|