Druk op onderstaande knop om te e-mailen (vragen, suggesties, opmerkingen, toevoegingen,...).
Je kan ook de 'reageer'-knop gebruiken onder elk bericht.
GASTENBOEK
Dit is onder meer de plaats om je mening te geven over de blog 'Tilloenk vruger'. Of om te lezen wat anderen ervan vinden.
Druk oponderstaande knop om een berichtje achter te laten in mijn gastenboek
TILLOENK VRUGER
DEZE BLOG BEGON OP 29 NOVEMBER 2005 EN STOPTE EI ZO NA OP 16 APRIL 2011 NA HET BEREIKEN VAN 1000 ITEMS OVER HET VERLEDEN VAN TILDONK.
MAAR HET BLOED KRUIPT WAAR HET NIET GAAN KAN,
DUS AF EN TOE MAG JE JE NOG AAN WAT MOOIS VERWACHTEN...
Jan Gordts
Een tijdje terug bezochten we met het Verbond voor Heemkunde Vlaams-Brabant het prachtige bedevaartkerkje van Sint-Jezus-Eik, o.l.v. de gids Jean-Pierre Binnebeek.
Na afloop gingen we samen, zoals het naar goede traditie past, een 'pot' drinken in een van de nabijgelegen etablissementen. En daar kwamen we van de gids het fijne te weten over de oorsprong van het Leonardkruispunt, wellicht het bekendste kruispunt van het land, want dagelijks in het nieuws wegens de files...
Hij was zo vriendelijk om ons een tekst hierover te bezorgen, die we hieronder brengen.
Alhoewel het niets met Tildonk te maken heeft, vonden we het verhaal leuk genoeg om het op de Tilloenk-blog te brengen.
Straat na straat van Huldenberg, Loonbeek, Neerijse, Ottenburg en Sint-Agatha-Rode, schuimt hij af op zoek naar de betekenis van de bijnamen der bewoners. Enig!
LEONARD EN HET BOS
Het is heel lang
geleden gebeurd, in een tijd waarin nog geen autos bestonden zodat iedereen
zich te voet of met paard en kar moest verplaatsen.Er leefde in die tijd een eenvoudig man
dichtbij een groot bos1.Hij
woonde samen met zijn ouders, broers en zussen.Zijn naam was Antoine Leonard Boon2, maar iedereen noemde hem Leonard.
Het landbouwersgezin
woonde in een klein dorp dat een merkwaardig oord was dat Jezus-Eik heette, op
zich al een naam om niet te vergeten.Dagelijks kwamen er bedevaarders van heinde en verre hun liefde en dank
betuigen aan Onze-Lieve-Vrouw, want Jezus-Eik was een oord van toewijding aan
de Moeder Gods.
Het gezin waarvan
Leonard deel uitmaakte, hield ook een herberg en u begrijpt waarom :met landbouw viel er niet zoveel te verdienen
; het gezin telde zeven kinderen en een tweede inkomen was nodig om al die
mondjes te voeden3. Bedevaarders waren graag
geziene gasten.
Enkele jaren voordien
hadden grote verkavelaars een flink deel van het bos gerooid4.Enkele boerderijen waren er opgetrokken en werkkrachten waren er welkom5.Nu was er eindelijk veel werk in de buurt.
Op een dag stierf
Jean-Baptiste, de vader van Leonard6.Snel werd het grote gezin ontmanteld.De oudere broers verlieten het nest7 en iedereen zocht zijn eigen weg.Zo ook Leonard : hij was een werklustig
man.Ik word stukadoor zei hij.En zo gebeurde het.
Maar de roep van het
bos en de herinneringen aan zijn jeugd en de herberg van zijn ouders brachten
hem op een idee.Dwars door het woud
liep een weg die Jezus-Eik met de grote stad verbond : de Caseijde Domaniael8.Daar kwamen reizigers en wandelaars te voet of met paard en kar voorbij
; ook waren er landlopers die de doortocht door het woud onveilig maakten.
Leonard dacht : Als
ik langs deze weg een uitspanning maak, kan ik misschien de voorbijgangers iets
verkopen.
Het duurde niet lang
of Leonard liet een woonwagen midden tussen de bomen, niet ver van de weg,plaatsen.Hij had de beste plaats uitgekozen want een paar honderd meter verder
kruiste de weg een tweede baan die ook druk gebruikt werd9.
Leonard betrok de
wagen.Rond de klassieke Leuvense
stoof waarvan de buis boven het dak uitstak, had hij een bed, een kast, een
tafel en een paar stoelen geplaatst.Als
hij zijn stoof liet branden bleef de rook als een mist tussen de bomen hangen
en hulde zijn woonst in geheimzinnigheid.Onder de woonwagen had hij ook een gracht gegraven die hij als kelder
gebruikte.Daar kon hij proviand
stockeren, al het heerlijks dat hij zijn gasten wilde bieden.
Boven de ingangsdeur
had één van zijn vrienden het volgende opschrift geschilderd :
A lambulance estaminet Leonard Boon
Vive le bon faro.
Zijn woonwagen was dus
meer dan een gewoon staminee.Het was
een ambulance, een plaats waar mensen in nood altijd hun toevlucht konden
nemen.Je wist tenslotte maar nooit met
al die landlopers en boeven in het woud.
Maar eerst en vooral
kon je bij Leonard je dorst lessen. Faro bijvoorbeeld was een welbekende
biersoort die in de nabije stad gebrouwen werd.
De klanten lieten niet
op zich wachten.Koetsiers kwamen er hun
pint pakken terwijl hun paarden een korte pauze gegund werd. Voorbijgangers en
reizigers konden er even uitblazen : dames in mooie lange jurken en heren op
hun paasbest.Het bier vloeide
rijkelijk.Als het weer het toeliet
werden de klanten buiten bediend onder een primitief zeildoek.
Leonard was een
joviaal en sterkgebouwd man.Hij trok de
klanten aan.Het was aangenaam met hem
enkele ogenblikken door te brengen want hij had immer iets te vertellen.Ook was hij altijd bereid hulp te
verlenen.Zijn woonwagen in het bos was
voor velen een zekerheid. Men wist dat, in geval van nood, Leonard de geschikte
man was om je toevlucht bij te zoeken.
Maar mooie liedjes
duren niet lang.Op een dag kreeg
Leonard bezoek van het bestuur van Water en bossen.Toon ons je papieren eens, Leonard.Leonard had nooit stappen ondernomen om een
vergunning aan te vragen.Zonder
toelating mag je hier niet blijven ; als je hier niet snel weg bent, zal je
gerechtelijk vervolgd worden, dreigden ze.
Dit was een streep
door de rekening.Leonard werd verplicht
op staande voet zijn kroeg te sluiten.De wanhoop nabij trok hij nog diezelfde dag het bos in.Doelloos zwierf hij tussen de prachtige
beuken.Wat moet ik nu in godsnaam nog
beginnen op mijn leeftijd? dacht hij.Tot hij ineens, ter hoogte van het Kapucijnenbos10, een jonge jager op zich af zag komen
lopen.
Kan u mij helpen,
mijnheer? vroeg de jonge man.Zijn
jagerstenue was van de allerfijnste kwaliteit.Zo een mooi kostuum had Leonard nog nooit gezien.Hij sprak ook een beleefde en verzorgde taal:
Ik ben verdwaald en loop hier reeds de hele dag in het rond.Ik zou voor het donker wordt naar de stad
terug willen.
Leonard stelde de
jongeman gerust.Hij kende het woud door
en door en was graag bereid hem uit zijn benarde situatie te helpen.Terwijl zij samen door het bos liepen
vertelde hij zijn slechte ervaringen met de administratie en drukte zijn
vertwijfeling uit.De jongeman luisterde
aandachtig maar zei niets.
Toen Leonard de
jongeman de weg uit het woud had getoond, namen ze afscheid van elkaar.Toen zei de jonge jager.Misschien kan ik u helpen.Mijn naam is Boudewijn, ik ben officier bij
de grenadiers en ... kroonprins11.En hij voegde daaraan toe : Ik zal deze zaak
laten onderzoeken.Hij noteerde de naam
van Leonard in een boekje dat hij op zak had en nam de richting van de stad en
het koninklijk paleis.
Leonard kon zijn oren
niet geloven. Opgewekt keerde hij terug
naar zijn woonwagen enheropende
terstond zijn staminee.
Enkele dagen later
kwam de marechaussee12 op
bezoek.Zij kwamen wel vaker iets bij
hemdrinken, maar die dag brachten zij
een opzienbarend bericht : Leonard, wij hebben heel goed nieuws voor jou: je
mag je wagen hier laten staan.
Leonard was opgetogen
en begon dadelijk plannen te maken.Hij
zou uitbreiden; zo legde hij achter de wagen een vijvertje aan. Zijn energie
kon niet op.Hij plantte zes sparrenbomen,epiceas, om zijn uitspanning duidelijk te
markeren in die uitgestrekte beukenkathedraal. Ernaast installeerde hij een
breed terras, kocht twee waakhonden en een zestigtal kippen die vrij in het bos
rondscharrelden.Naast lekkere dranken
kon hij op zijn menu met één specialiteit uitpakken : Omelet op zn
juzekeseiks.
Het staminee trok
opnieuw veel volk.Het waren gouden
tijden.Leonard was alom bekend.Sommige reizigers maakten zelfs een omweg om
bij hem in de vrije natuur een pint te komen pakken en een omelet te eten.
Toch begonnen al
spoedig allerlei geruchten de ronde te doen dat Leonard toch de woonwagen zou
moeten verlaten.Dat liet hij niet
zomaar gebeuren : in Jezus-Eik woonde de Hofmaarschalk van de koning die
Leonard goed kende13.Mijnheer de Comte, vroeg hij, zou u voor
mij geen goed woordje kunnen doen en Prins Boudewijn op de hoogte
brengen?.In minder dan geen tijd werd
het gerucht de kop ingedrukt en Leonard kon zijn zaak verderzetten.
Toen gebeurde wat niet
mocht gebeuren.De jonge prins werd
ziek, zwaar ziek.Na vier dagen stierf
hij ; het verdriet van de koning, zijn familie en de hele bevolking was
groot.Het land was zijn kroonprins
kwijt14.
Ook Leonard vernam het
droevige nieuws.Hij wist wat hem boven
het hoofd hing.Het duurde niet lang of
de mannen van de administratie sloegen opnieuw toe.Ditmaal was het menens.Leonard moest opdoeken.De droom was uit: hij moest zijn levenswerk
tussen de bomen achterlaten.
Leonard vestigde zich
in een huisje aan de rand van het woud dat hij eigenhandig had gebouwd, maar op
grond die niet van hem was.Zo duurde
het niet lang of hij moest opnieuw verhuizen. Toch bleef hij daarna aan de rand
van het woud wonen en wel in een herberg die hij zelf uitbaatte15.
Ongelukkig was hij
niet.Op late leeftijd vond hij toch nog
de ware en stichtte een gelukkig gezin met drie kinderen, een zoon en twee
dochters16.Het waren gelukkige jaren.Maar
zijn verhaal is nog niet gedaan.
Achter zijn huis,
midden in het bos liet een prinses17 het Kasteel
van de Eenzaamheid bouwen18.Zij betrok het kasteel met haar vier kinderen
en wou de toegang tot het domein dwars door het goedje van Leonard laten
trekken.Daarvoor zou het huis gesloopt
moeten worden en Leonard werd verplicht voor de zoveelste keer een andere
woonst te zoeken.Ditmaal werd het hem
echter teveel en enige tijd later overleed hij19...
zijn huis werd nooit afgebroken.
Het is vijf voor acht.
De wagens flitsen in een hels tempo voorbij.Aan de overkant staan ze in vijf rijen aan te schuiven; de twee tunnels,
over mekaar gebouwd,kunnen het verkeer
haast niet meer aan.De decibels halen
topwaarden, de pollutie is niet meer te meten.
Als enige getuigen
staan zes epiceas er een beetje triest bij; ze vallen wat uit de toon tussen
hun hoge broers.Kippen scharrelen er
niet meer rond.De vijver is gedempt en
de woonwagen reeds lang verdwenen.
(nota JG: de epicea's zouden recent omgehakt zijn; de plaats waar de woonwagen ooit stond is nog steeds zichtbaar)
Niemand weet nog wie
hij was en waar de naam vandaan komt.
Op de radio wordt de
verkeerssituatie toegelicht: Lange file op de E411 tussen Jezus-Eik en het
Leonardkruispunt.
Jean-Pierre Van
Binnebeek
Bibliografie
Het Leonardkruispunt. R. Deraemaeker. Brabant,
januari 1991, Samen, mei 1991 Zoniën, december 1991.
Groetjes uit Oudergem. L. Schreyers.Uitg. Het streekboek. 1993.
1. Het
Zoniënwoud.
2. Antoine
Leonard Boon werd op 23 oktober 1842 te Jezus-Eik (Overijse) geboren.
3. Jan Baptiste Francotte en Maria
Désirée Kumps hadden 3 kinderen : Désiré, Charles en Eugène.In een tweede huwelijk hadden Maria Désirée
Kumps en Jean-Baptiste Boon 6 kinderen : Antoine Leonard (°1842), Hendricus
(°1845), Felix-Theophilius (°1847), Anna Maria Adelaïde (°+1850), Cornelius
(°+1851) en Rosalie Désirée (°1852).Er
bleven 7 kinderen in leven.
4. Bij wet van
26 augustus 1822 werd het meer dan 12000 ha grote Zoniënwoud eigendom van de
Koning der Nederlanden, Willem I van Oranje.Twee dagen later werden deze goederen bij koninklijk besluit geschonken
aan een op te richten maatschappij die zou heten Algemeene Nederlandsche
Maatschappij ter Begunstiging van de Volksvlijt later beter bekend onder de
naam Generale Maatschappij.Deze
maatschappij werd opgericht om de economie van het land een nieuw élan te
geven.Het was pas na 1830, de
onafhankelijkheid van België, dat grote perifere delen van het woud werden
verkocht.Jezus-Eik werd direct
getroffen : 856 ha bos gingen verloren want deze verkoop werd spoedig gevolgd
door ontbossing.Dit werd het keerpunt
in de ontwikkeling van Jezus-Eik.
5. In de buurt
van de Welriekendedreef lieten de eigenaars boerderijtjes bouwen die zij
verhuurden aan de landbouwers die het ontgonnen land bewerkten en het overige
bos rooiden.Jezus-Eik kende in die tijd
een toevloed aan werkkrachten.
6. 2 maart
1870
7. Désiré
Francotte vertrok naar Mortret en werd er rijkswachtbrigadier ; Charles
Francotte werd koetsier te Luik ; Eugène Francotte en Hendricus Boon vestigden
zich te La Louvière en werden er mijnwerker ; Felix-Théophilius Boon werd
brouwersgast te Fayt.
8. De weg werd
tussen 1725 en 1730 door het Zoniënwoud getrokken, in 1736 tot Overijse, in
1768 tot Waver en onder het Hollands regime tot Namen.
9. In
september 1831 besloot de bestuursraad van de Société Generale een rechte weg
dwars door het woud te trekken tussen Sint-Jansberg en de Vier Armen te
Tervuren. Vanaf 15 november 1833 werd het toegelaten op deze weg te rijden.
10. Het
Kapucijnenbos ligt tussen Tervuren en Jezus-Eik ; het dankt zijn naam aan het
Kapucijnenklooster dat er in 1626 gebouwd werd met toelating van aartshertogin
Isabella, die daartoe aan de Kapucijnenorde een stuk bos schonk. In 1796 werd
het klooster door het Franse bewind afgeschaft en in 1798 verkocht om gesloopt
te worden.
11. Boudewijn
(Brussel 4 juni 1869 23 januari 1891) was de oudste zoon van Filips, graaf
van Vlaanderen en van Marie von Hohenzollern-Sigmaringen.Na het overlijden van de enige zoon van
Leopold II (zijn oom) in januari 1869 werd hij de vermoedelijke troonopvolger.
12. Militair
politiekorps.
13. Graaf
Charles de Marnix was hofmaarschalk van Koning Leopold I.In 1853 kocht hij van de koning 290 ha bos
dat in het noordelijk gedeelte van Jezus-Eik ligt.Daarna breidde hij zijn bezittingen nog
uit.Vanuit 2 pachthoeves liet hij zijn
landerijen bewerken. In 1875 erfde zijn zoon Ferdinand het domein en liet er
een kasteel bouwen op de grens met Eizer.
14. Het is
nooit duidelijk geweten waaraan de jonge prins gestorven is : griep,
longontsteking, nierbloeding ?
15. Hij baatte
er de Laiterie des Trois Fontaines uit, het laatste huis van de stad, aan de
rand van het bos.
16. Op 4
augustus 1894 huwde hij met Catharina Debecker (Oudergem, 6 januari 1869- 21
februari 1960). Ze kregen samen 3 kinderen : Marie Anne Boon (°Oudergem, 26
augustus 1895), Jean Baptiste Boon (°Oudergem, 27 maart 1898) en Josephine Boon
(°Oudergem, 25 januari 1902).
17. Prinses
Marie dArenberg (Duchesse de Croy) (19 juni 1870 - 9 september 1953), weduwe
van Hertog Charles de Croy overleden op 28 september 1906 in Hongarije.
18. Het
Château de la Solitude werd gebouwd op een domein van 11,3 ha gekocht op 19
oktober 1909.Het kasteel werd bewoond
door de prinses en haar vier kinderen (Charles, Isabelle, Englebert en Antoine
de Croy) in 1913.
19. Oudergem, 25 februari 1912
De woonwagen van Leonard in het bos (foto JP Van Binnebeek)
Antoine Leonard Boon, de man naar wie het Leonardkruispunt werd genoemd (foto JP Van Binnebeek)
Reacties op bericht (0)
Figuur van de maand:
Fernando Botero
°Medellin (COL) 19/04/1932
https://nl.wikipedia.org/wiki/Fernando_Botero
Zoeken in blog
ZOEKEN IN DEZE BLOG
Ben je benieuwd of je familienaam voorkomt in de blog? Of zoek je info over bvb. het klooster, 'varkens en beren', de vaart, ... Breng je zoekterm hierboven in en je krijgt onmiddellijk ALLE artikels waarin deze term voorkomt!
ZEKER EENS PROBEREN!
DE FOTO'S IN DE BLOG
Gebeurlijke miniatuurfoto's in het middengedeelte kan je doorgaans vergroten door erop te klikken.
De foto's in de linker- en rechterkolom echter niet, ze zijn dan ook veeleer bedoeld als opsmuk. Het gros kwam je wel al eerder tegen in een artikel in het middengedeelte.
.
WARM AANBEVOLEN
Voor slechts 34 € word je lid van HAGOK, de Haachtse Geschied- en Oudheidkundige Kring.
Als lid kan je de meeste activiteiten van HAGOK gratis meemaken. Ontvang je HOGT, een glossy magazine met tientallen kleuren- en andere foto's; elk jaar goed voor meer dan 300 blz. streekgeschiedenis, heemkunde, genealogie, archeologie, alsook wetenschappelijke bijdragen over de dorpen van de driehoek Aarschot-Leuven-Mechelen.
Als lid kan je de artikels over Tildonk, naast alle andere reeds verschenen artikels, en dat zijn er ondertussen meer dan 1000 (!), ten allen tijde gratis online raadplegen. Over Tildonk zelf verschenen doorheen de tijd heel wat uitgebreide bijdragen:
Jan Gordts, Jacobus Evers (°1828), een 'filius septimus' of zevende zoon
Arnold Bonne, Jan Gordts & Freddy Vens, De grauwzusters van Roeselare en andere vluchtelingen tijdens de Eerste Wereldoorlog in Tildonk
Jan Gordts, 1848, de jonge Tildonkenaar Gaspar Gielielmus Engelborgs overlijdt in den vreemde
Kristien Suenens, Een man, duizend vrouwen. De ursulinen van Tildonk
Jan Gordts, 'Ge moet niet alles geloven wat in de gazetten staat...'
Jan Gordts, Vondelingen te Tildonk op het einde van de 18de eeuw
Jan Gordts, De memoires van Tildonks brugdraaier Jozef Mommaers, alias 'Jef van de brug' (1873-1968)
Jan Gordts, Lucienne De Keuster (1923-2015) dochter van de sassenier van Tildonk. Een vergeten partizane
Jan Gordts, Lokalisatie van enkele 18de-eeuwse gronden te Tildonk. Een oefening
Peter Dejaegher, Het gevecht aan de Lips (1266)
Jan Gordts e.a., Begin september 1944: de bevrijding van Haacht en omgeving
Jan Gordts, Betwisting rond een in 1820 te Tildonk gevonden geldpot
Ward Caes, Een zilvermunt van keizerin Maria Theresia of een pot bier in 1750?
Jan Gordts,
'Life in a Belgian Convent: A Sydney Girl Abroad'. Een relaas uit 1913 door
Maie Mason, Australische oud-leerlinge van de Tildonkse ursulinenkostschool
Jan Gordts,
Liedeken op de groote moordery geschied tot Tildonck in den nagt op Gulde Mis
(1837)
Jan Gordts,
Marie Antoinette Caroline van der Gracht de Fretin en het kasteel ter Elst te
Tildonk
Jan Gordts,
Voorjaar 1814. Het veldleger van "de Zwarte Hertog" Frederik Willem
van Brunswijk strijkt neer in onze dorpen
Roger Casteels, Uittreksels uit het frontblad
'Het Kanton Haacht onder de wapens' - (Thildonck)
Jan Gordts, Wat
mispeuterden de Tildonkenaren zoal een goede honderd jaar geleden? Een verhaal
van onder meer ‘varkens’ en ‘beren’
François van der Jeught, Een nieuwe Van den
Gheinklok voor de kerk van Tildonk in 1601
Jan Gordts, Het Tildonkse ursulinenklooster,
litho op postkaart 1903-04
Jan Gordts en Guido Abts, De preekstoel met de
verkeerde parochieheilige
Germaine Verheyt, 'Maurice Neefs, een
oorlogsslachtoffer uit Tildonk
Jan Gordts, Openbare boedelverkoop in 1771 van
de Tildonkse hoeve van 'de Tafel van de Grote Heilige Geest van Leuven' (Hof
Ter Leeps)
Jan Gordts, Leerlingenwerving voor de internationale
kostschool van de Tildonkse ursulinen in de 19de en 20ste eeuw
Jan Gordts, Bijna vier eeuwen Tildonkse
pastoors (1626-1999)
Willy Van Langendonck, De waternaam Lips
Hubert Simonart, Tildonk-Banneux 1933-2008.
Een uitzonderlijke band
Jan Gordts, Het testament van kanunnik
Philippus Van ’t Sestich (+ Tildonk 15 oktober 1764)
Jan Gordts, De Tildonkse processie van weleer
Willy Van Langendonck, Het toponiem Tildonk
Jan Gordts, Een Tildonks politiereglement uit
1837
Jozef Hamels, Renners uit onze regio: Maurice
Croon
Jan Gordts, De Tildonkse galg
Roger Casteels, Dagboek van de ursulinen van
Caen over hun belevenissen te Wespelaar en Tildonk tijdens de Eerste
wereldoorlog
Jan Gordts, Tildonk ten tijde van de
Oostenrijkse Successieoorlog (1741-1748)
Louis Swiggers, Over Tildonkse dorpsfiguren:
Jakke Vanden Acker, alias Sinterklaas; de smed; Jef van Woil; Lewie Van
Krieken; Plien Borreman
Jan Gordts, De geschiedenisles van
schoolmeester Paulus Goossens over Tildonk (1856)
Roger Casteels, Het Tildonkse ursulinenklooster
en de Eerste Wereldoorlog
Jan Gordts,Tildonk beschreven rond 1830 in de
'dossiers d'expertise' van het kadaster
Jozef Hamels, Renners uit onze regio: met
Tildonkse connectie
Henri Vannoppen, De familie de Behault du Carmois tegen de achtergrond van de samenleving van Tildonk
Jan Gordts, De Tildonkse notarissen in de periode 1758-1920
Jan Gordts, De bewogen carrière van Leon Vincart, gevolmachtigde minister van België in Venezuela (°Huy, 22 april 1848 - +Tildonk, 6 juli 1914)
Maurice Vandenheuvel, In 1945 was het klooster van Tildonk een Brits legerhospitaal
Jan Gordts, Knechten op de vuist in het 18de eeuwse Tildonk
Jan Gordts, De Tildonkse reuzen Jan en Babs in de kijker
Jan Gordts, Over oude Tildonkse pachthoven. Het hof ter Elst, van pachthof van de abdij van Affligem tot kasteelhoeve van de families Van 't Sestich en Snoy
Jan Gordts, Over oude Tildonkse pachthoven. Het hof te Bettenrode, win- of pachthof van vele heren
Jan Gordts, Gaf Sus Artoos zijn naam aan de Tildonkse wijk Sussenhoek?
Maurice Vandenheuvel, Het Janssenskapelletje (1852) en de familie Janssens te Tildonk
Jan Gordts, Het Tildonks Sticht in de periode 1818-1832, voorloper van het latere ursulinenklooster
Jan Gordts, De Tildonkse handbooggilde van St.-Sebastiaan in het begin van de 18de eeuw
Jan Gordts, Tildonkse notarissen in de periode 1758-1920
Henri Vannoppen, Schilderijen en kunstwerken rond de notarisfamilie Verzyl te Tildonk
Jan Gordts, De grote kloosterbrand te Tildonk in 1928
Henri Vannoppen, De familie de Behault du Carmois tegen de achtergrond van de samenleving in Tildonk
Jan Gordts, Indische bedevaarders op bezoek te Tildonk in 1935
Maurice Vandenheuvel, Met Tildonkenaars op de vlucht in mei 1940
Jan Gordts, Het ploeg-handmerk van Louis Van Bolle, schepen van Tildonk (1664)
Marleen Rosier, Het Ursulinenklooster te Tildonk. De Art Nouveauzaal
Roger Casteels, Op 26 mei 1940 verloor Tildonk 2/3 van zijn onderwijzerskorps
Marleen Rosier, Het Ursulinenklooster te Tildonk:een bouwhistorisch en iconografisch overzicht
Jan Gordts, 12/8/1942: een Engels gevechtsvliegtuig stort te pletter in Tildonk
Jo Vandesande, Een 18de-eeuwse kaart van Tildonk en Wespelaar
Jos Cools, Tildonk
Jan Gordts, Een drievoudige moord te Tildonk in 1837
Henri Vannoppen, Een beeld van de gemeenten Haacht, Tildonk en Wespelaar rond 1830
Jo Vandesande, Motten en heerlijkheden te Tildonk. Deel II: De heerlijkheid Lauwendries
Jo Vandesande, Motten en heerlijkheden te Tildonk. Deel I: De heerlijkheden Tildonk, Ter Borcht (Nieuwenborg) en Oudenborg, vanaf hun ontstaan tot omstreeks 1650
Bart Minnen, Getuigenissen uit 1390 over de verdeling van de tienden te Tildonk