Wanneer ik door mijn Vlaanderen ga
ontmoet ik vele bomen,
het zijn vrienden zonder wederga
vol liederen, liefde en dromen.
Zie hoe de slanke popel trilt,
hij slaat geen wijlken over,
zie hoe de vlier zijn kracht verspilt,
al torsend het zware lover.
Aanschouw der linde bladerkroon,
zo kunstig fijn van snede,
verbeeldt zij niet de lieve woon
van zoet geluk en vrede.
Zie op de hagedoorn zijn struik
nu witte bloesems pralen,
in het najaar zal die sneeuwen pruik
veranderen in koralen.
Aanschouw de berk met zijden kleed,
en ginds de wilg, hij staat er
vol gouden katjes en gereed
te buigen over het water.
17-04-2016, 00:00
Geschreven door André
|