Rustig genieten van gedichten, liedjesteksten, muziek, vertellingen, prenten en foto's.
Welkom in mijn thuishaven. Zoals het klokje thuis tikt, tikt het nergens.
11-08-2012
Angelusklok. Pol De Mont 1857-1931 Wambeek
Bleeft gij 's avonds, door de velden dwalend, terwijl ver in het westen bloedig de zon zinken ging, nooit naar het gestamp staan luisteren van het verre klokje, het Angelus meldend?
Niets op aarde streelt de oren gelijk die klanken, zwevend zacht, haast zuchten, in het ronde stijgend, een vurig zielsgebed, op de koele wieken, ten hoge, ten hemel.
Nooit is het aardrijk zo plechtig gelijk die stonde, alles zwijgt, nauwelijks durven de muggen gonzen, heinde en verre houdt heel de natuur de adem in, om vroom mee te luisteren.
Geheimnisvol, in die heilige stilte, waar zij schroomvol schuilen in de schemerschaduw, plengen (1) wierrookdampen hun geuren, op duizenden bloemen.
Almaar voort, verweg in de donkerblauwe verte, klinkt puurzilver het klokje en weeft om heel het boomrijk dorp heen, een web van klanken, zinderend en Goddelijk.
(1) plengen: storten
11-08-2012, 15:35
Geschreven door André
10-08-2012
De Leie. Maurice Roelants 1895-1966 Gent, Lennik
Wij wandelden langs de Leie en spraken stil, een koele wind waaide onze wangen kil, diep uit het water scheen de matte maan, wij voelden de avond aan onze zijde staan,
Onze woorden ruisten vol geheimen zin, wij drongen dicht bijeen en speelden min, het was koud, wij gingen traag, zeer traag gearmd, toen heeft jouw hart mijn hart gewarmd.
In het diepste van de koude nacht, wijl ik moe en eenzaam dool en treurig dacht, is door mijn hart die oude smart gegaan.
Ik heb schreiend voor de zwarte vaart gestaan, verleden min, verleden droefenis, heb ik geleden in gedachtenis.
10-08-2012, 07:40
Geschreven door André
09-08-2012
Spelevaren. G.H.Priem 1865-1933 Amersfoort
Het hoge riet ruist vrolijk, de wind, blaast blij in het zeil en duwt het schuitje voort, langs lis en biezen en wat klompen steen.
De kleine kleuters gieren het uit van pret, de allerkleinste, die niet mee kan gaan, zit op moeders arm het kinderspel gade te slaan.
Hij verlangt naar het einde van zijn kleinkindertijd, om ook te kunnen varen in een schuit, met zeil en mast en wimpel bovenal.
Zo zijn wij, grote kinderen, allemaal, wij wensen ouder, ouder steeds te zijn, dromen van een schuitje, idyllisch fraai.
Een levenstochtje vol plezier, bij zonnegloed of bleke maneschijn, dromend drijft ons bootje naar de zee.
Wij zien niet hoe aan der klippen rand, een klein, zwart schuitje, alrede ligt, en Charons (1) koude hand ons zwijgend wenkt.
Wij gaan maar verder en begrijpen niet, dat alles nu voorbij is, voor altijd, een leven van spelevaren en dromerij.
(1) Charon: hij is in de Griekse mythologie de veerman die de overledenen naar het dodenrijk voert.
09-08-2012, 09:44
Geschreven door André
08-08-2012
Het paard. J.B. Schepers 1865-1937 Heerenveen, Haarlem
Melancholiek luidt het klinken van de bellen, aan de haam van het paard, dat stapvoets sloft in het zand, het opgeschoffeld stof zweeft naar de kant, en ganse zwermen vliegen vergezellen.
Het beest dat schuurt en kopschudt van hun kwellen, de kop omlaag door het lastig net omrand, zo trekt het dier langs het hoge, dorre land, de tweewielskar blijft eentonig schellen.
En naast hem loopt een man, zijn evenbeeld, in het grauw gekleed met schokkige, lome gang, verweerd zijn hoofd en haar, de hand vereelt.
Staag klapt de zweep, doch maakt zijn paard niet bang, zij hebben saam te lang hun werk gedeeld, en sukkelen voort hun leven lang.
08-08-2012, 08:06
Geschreven door André
07-08-2012
Sterren. Urbain Van de Voorde 1893-1966 Blankenberge, Leuven
De nacht gloort koud als gepolijst zwart marmer, de sterren, wier geheimen geen droom meer deelt, maken mij nog een lieve illusie armer, met het precieze van hun roerloos beeld.
Mathematische orde, niets verheelt mij van de waan, dat wij behoed zijn door een Beschermer, mijn bloed vloeit niet meer inniger en warmer, als toen ik mij zalig dacht door het licht gestreeld.
Het sterrenlicht in oneindige diepten storten, dat slechts het geloof ons weedom kan bekorten, weet nu ik, wiens laaste heilsdroom verdwijnt.
Sterren, macht van ruiten en trapezen, uw strakke lijning is het dat mijn wezen, doet spreken over het eeuwige licht dat hier schijnt.
07-08-2012, 00:00
Geschreven door André
06-08-2012
Zwaluwnesten. Augusta Peaux 1859-1944 Nijmegen
Bij de zwaluwen in de duisternis, tussen de lemen wanden, als buiten de blauwe hemel is, en de voorjaarsgroene landen.
Kleine heidentempels, koud en stil, onder de noorder luchten, voor een ziel, die zon en zomer wil, zij zijn lichtschuw en ontvluchten.
Koele tempelduisternis, van de hete landen, in die kleine zwaluwnesten waarin leven is, zon en zomer branden.
06-08-2012, 00:00
Geschreven door André
05-08-2012
Schilderkunst. Johannes Vermeer 4 1632-1675
7. dame staande aan het virginaal 8. meisje zittend aan het virginaal
05-08-2012, 16:38
Geschreven door André
De regenboog. Li Guangtian 1906-1968 China
Jij en ik, twee gezonde kinderen, spelen na een regenbui, op het gras bij de rivier. Blote voeten, trappen de dauwparels stuk, die hier liggen één voor één. Bij het horen van ons lied, houden de wolken aan de hemel, even stil en de zon luistert mee.
Jij en ik, wij zien de regenboog aan de hemel, de iris in het oosten. Jij stopt met spelen en vraagt: lijkt die regenboog niet op een brug, zo lang en zo hoog, zij reikt tot de overkant, in één boog? Ja, de regenboog is de brug naar de hemel, de enige weg om het geluk te bereiken.
Jij en ik, wij wandelen in de late namiddag, in het open veld, dicht bij de rivier. Geen wolken, geen regenboog, de zon schijnt, het is droog. En weer vraag je aan mij: lijkt die brug over de rivier, niet op een regenboog, zo lang en zo hoog, zij reikt tot de overkant, in één boog?
Zonder iets te zeggen, neem ik je stil bij de hand, de regenboog over.