Inhoud blog
  • Zipf & Pareto
  • Machtswetten
  • Enkele referenties
  • De kuddetheorie & het urnschema van Pólya
  • De mathematische fundering van de kuddetheorie
    Zoeken in blog

    Beoordeel dit blog
      Zeer goed
      Goed
      Voldoende
      Nog wat bijwerken
      Nog veel werk aan
     
    stijfvreters blog over taal
    bespiegelingen over Verkavelingsvlaams en kuddegedrag
    18-10-2008
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.De paradox: verburgerlijking en informalisering
    De participatie van voorheen 'proletarische' bevolkingsgeledingen aan het maatschappelijke leven heeft natuurlijk geleid tot een massale influx van omgangvormen die oorspronkelijk beperkt waren tot de 'onderkant' van het sociale verkeer: in intieme contacten, onder leden van de lagere klassen, enz. Als gevolg daarvan werd uiteindelijk de hele cultuur geïnformaliseerd. Dat is dan gebeurd in alle landen waar het naoorlogse proces van verburgerlijking is ingezet (te weten: de Westerse): de postmoderne revolutie met haar onthiërarchisering van de hogere versus lagere cultuur, die zich in de jaren '60 en '70 in elk van deze samenlevingen heeft voltrokken, valt precies op deze manier te verklaren.

    Eén en ander leidt evenwel tot een paradox. Tegen de bovenstaande redenering kan namelijk opgeworpen worden dat informalisering net het tegendeel van verburgerlijking beduidt: verburgerlijking zou in die optiek betekenen dat de proletarische bevolking - samen met hun hogere socio-economische status - ook de burgerlijke levensstijl overneemt. Het feit dat zulks niet gebeurt, maar dat integendeel de hele sociale omgang versoepelt in de richting van het lagere niveau, wordt dan ook geïnterpreteerd als eerder een 'verarbeiderlijking van de burgerij' (in plaats van 'verburgerlijking van de arbeidersklasse').

    Voor het Nederlands in Vlaanderen houdt dit in dat de opmars van het Verkavelingsvlaams de these als zou Vlaanderen verburgerlijkt zijn ronduit weerlegt. Verburgerlijking zou namelijk hebben neergekomen op een verdere verspreiding van het VRT-Nederlands (dat inderdaad ooit door een kleinschalige Vlaamse maatschappelijke elite als voertaal gekozen is).

    Met name wordt hierbij steevast ingehaakt op het gebrek aan een zogenaamde spraakmakende gemeente - dat is dat deel van de bevolking dat door haar invloed en uitstraling het taalgebruik binnen een taalgemeenschap constitueert; sociaal gezien valt de spraakmakende gemeente normaliter natuurlijk samen met de maatschappelijke elite (d.i. de geëmancipeerde toplaag in de samenleving). In zekere zin mag zelfs gesteld worden dat dit standpunt in de Vlaamse taalpolitiek het orthodoxe is. In het Taalcharter van de VRT - hét officiële document van wat voor vele Vlamingen hét referentiepunt bij uitstek inzake taalzaken is - staat bijvoorbeeld:

    "In Vlaanderen wordt de standaardtaal immers niet of nauwelijks gedragen door een 'spraakmakende gemeente'. In onze buurlanden wordt die mede gevormd door politici, bedrijfsleiders en academici, maar in Vlaanderen kan hun taal bezwaarlijk een voorbeeld worden genoemd." (Hendrickx 1998)

    Oftewel, enigszins lapidair samengevat: in Vlaanderen vandaag de dag is er geen spraakmakende gemeente, omdat degenen die het kunnen zijn - de maatschappelijke elite - geen correct (VRT-)Nederlands spreken.

    De redenering loopt evenwel mank. Het probleem is dat de burgerij (oftewel, de maatschappelijke elite) als socio-economische entiteit - met name: de bezitters van kapitaal, en dan niet alleen in economische zin, maar ook 'cultureel kapitaal' (kennis) en 'sociaal kapitaal' (connecties) - wordt vereenzelvigd met een bepaalde levenswijze, te weten: de "burgerlijkheid", die er dan typisch voor wordt geacht (met soms de welbekende associaties - stijve gemaniëreerdheid of zelfs bekakte formaliteit, etiketten die inderdaad nogal eens op het Algemeen Nederlands worden geplakt). Dat is echter geenszins zo; de burgerlijke levensstijl is niet meer dan een historische toevalligheid. Ter illustratie: als de negentiende-eeuwse bourgeoisie toevallig puntmutsen was beginnen dragen in plaats van hoge hoeden of de Engelse bolhoeden, dan hadden wij vandaag de dag dát wellicht stijf en bekakt gevonden. De gelijkschakeling van burgerij met burgerlijkheid is dan ook wat de marxistische denker Georg Lukács reïficatie noemt: de (foutieve) beoordeling van sommige toevallige en accidentele elementen als integendeel wezenlijk en onveranderlijk (overigens zijn er interessante verbanden tussen Lukács' reïficatie-begrip en de nominalistische zienswijze omtrent 'universalia' uit de Middeleeuwse Scholastiek; daar komen we later nog op terug). Dat kapitaalsverhoging (nogmaals: niet louter in economische zin) zou samenhangen met een toename in vormelijkheid of plechtstatigheid is dus hoegenaamd niet noodzakelijk. In de twintigste eeuw is de naoorlogse informalisering daar wel een mooi voorbeeld van.

    18-10-2008 om 00:00 geschreven door stijfvreter  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (1 Stemmen)
    Tags:Vlaanderen, verburgerlijking, informalisering, paradox, reïficatie, nominalisme


    Archief per week
  • 24/08-30/08 2009
  • 03/08-09/08 2009
  • 27/07-02/08 2009
  • 06/04-12/04 2009
  • 23/03-29/03 2009
  • 16/03-22/03 2009
  • 26/01-01/02 2009
  • 08/12-14/12 2008
  • 20/10-26/10 2008
  • 13/10-19/10 2008
  • 06/10-12/10 2008
  • 22/09-28/09 2008
  • 15/09-21/09 2008

    E-mail mij

    Druk op onderstaande knop om mij te e-mailen.


    Gastenboek

    Druk op onderstaande knop om een berichtje achter te laten in mijn gastenboek


    Willekeurig Bloggen.be Blogs
    lieve
    www.bloggen.be/lieve

    Blog tegen de wet? Klik hier.
    Gratis blog op https://www.bloggen.be - Meer blogs