HISTORIEK
Hoe de vereniging is ontstaan en wat er allemaal veranderd is op die vijftig jaar kunnen we volgen nu in de Historiek der folkloristische vereniging DIE HAMSE WUITENS .
De start werd uiteraard genomen, op de stichtingsvergadering van 28 juli 1956 te 20.00 U, in café St. Pieter gelegen op het St. Pietersplein het varkensmarktje.
Het was een samenkomst met door enkele vastberaden Wuitens, die reeds sporen hadden verdiend in en rond het Hamse verenigingsleven, mannen die niet meer aan hun proefstuk toe waren. Deze vergadering werd geïnspireerd door het gemeentelijk feestcomité, en had doel een vereniging op te richten, tot bijzondere opluistering van de Hamse folklore , en om een nog mooiere tint te geven aan de cavalcade. De vergadering werd geopend door de heer VAN GOETHEM Alfons, die aan de aanwezigen de uiteenzette wat het doel van de nieuwe maatschappij zou zijn . De hoofdzaak was,het vormen van een groep, een carnavalgroep die speciaal in het teken stond van DE HAMSE WUITEN. Nadien zou men overgaan tot het verkiezen van een bestuur. Er werd hard gewerkt, verschillende voorstellen werden met aandacht aanhoord. Het moest iets mooi worden,waar de Hammenaren konden mee uitpakken. En inderdaad men kwam tot voldoening, tot resultaat .
Het eerste bestuur van de jong geboren vereniging zag er als volgt uit :
Voorzitter VAN GOETHEM Alfons
Ondervoorzitter TILLEY Frans
Secretaris DE STROBBELIER Richard
Hulpsecretaris VAN GOETHEM Frans
Schatbewaarder WATERSCHOOT Maurice
Artistiek Adviseur TILLEY Rene
Bestuursleden BOCKLAND Henri
VAN HAVER Paul
VAN GOETHEM Guillaumme
CLAUS Aimé
FIERENS Alois
VAN DEN BOSSCHE Marcel
VAN BEEN Adrien
DE FERRERE John
Deze personen zijn de stichtende leden van de nieuwe groep. Er werd vlug gewerkt, men sprak reeds van een tweede vergadering, Iedereen had als opdracht meegekregen om te na denken over een naam. Op die bewuste samenkomst, was het de Heer VAN GOETHEM Frans die voorstelde: Carnavalsvereniging DIE HAMSE WUITENS als naam te nemen. Dit voorstel werd door iedereen aangenomen, en dus ook goedgekeurd. Er was een bestuur, het kind had een naam, er waren reeds goede vorderingen geboekt. Maar er werd in snel tempo verder uitgebouwd, Volgende stap oordeelde het bestuur, was het opstellen van standregels, wat mocht en wat niet mocht. Zo had men reeds een agendapunt voor de volgende vergadering, die reeds de volgende week zou plaatsvinden. Van doordrijven gesproken, deze ploeg wist van aanpakken. En de standregels kwamen er, na rijp beraad, in de schoot van het jonge bestuur. Na de laatste wijzigingen te hebben aangebracht, werd het statuut voorgelegd aan het gemeentebestuur, met de hoop de goedkeuring te bekomen. Een zucht van verlichting de standregels werden aangenomen. Er kon worden verder gewerkt. Nu kwam het grote ogenblik, de volgende vergadering, kwam een artistieke adviseur aan het woord, en ontrolde het ontwerp van de praalwagen en de kostuums van de groep, die hij getekend had. Het was werkelijk prachtig en iedereen was het erover eens dat dit als definitief mocht worden beschouwd. De tijd ging verder, en we schrijven 07 september 1956 Toen werd de volgende stap ondernomen, regelrecht naar het gemeentehuis. Daar werden de heren van het bestuur verwelkomd door de Heer Burgemeester VAN DRIESSCHE en Schepen. De Heer VERMEIRE Paul sprak het welkomstwoord uit. Hier was het doel van de samenkomst, een goede verstandhouding te scheppen tussen de nieuwe vereniging enerzijds en het gemeente bestuur anderzijds. Hier verliep alles weerom in harmonie. De voorzitter van de carnavalgroep DIE HAMSE WUITENS nam het woord en bedankte op zijn beurt de Heren van het gemeentebestuur voor hun begrip en warme ontvangst. En er kon weer verder gebouwd worden.
De Folklorische vereniging "Die Hamse Wuitens" bestaat uit verschillende subgroepen, die samen een geheel vormen in de parade Hieronder vindt U de verschillende subgroepen van de vereniging:
De schilddragers
|
De reuzen
|
De dansmeisjes
|
Het muziek
|
De keurgroep
|
Het wuitensschip
|
De vendeliers
De vereniging "Die Hamse Wuitens" is ook de thuis van de Hamse reuzen,
Polydoor, de Hamse reus met drietand in de hand
en de Vierling.
|
De legende van de Hamse reus "Polydoor"
Ook hier aan onze kronkelende Durmeboorden moeten destijds ook Reuzen gewoond hebben. Lindanus van Teneramunda door Sanderus als <onwederleglijksten> schrijver aanzien, maakt er melding van in zijn schriften (1612) Sanderus in zijn boek 'Verheerlijkt Vlaanderen' ten jare 1735 uitgegeven en handelende over het <gebied van Hamme> geeft ons eene beschrijving van het reuzenbeen in de Durmebedding gevonden. In de kerk van deze plaats ziet men het Dijbeen van een mensch, hetwelk voormaals in de Durme gevonden , en tweemaal zo groot als dat van andere menschen is, mits het vier voet en anderhalve duim in de lengte en daar op zijn dunst is, dertien duim in de omtrek begrijpt. Frans De Potter en Jan Broeckaert, die talrijke opzoekingen deden in de oude kronieken en de aloude volkslegenden nauwkeurig onderzochten en aantekenden voor hun groot werk 'De geschiedenis van de Gemeenten der provincie Oost-Vlaanderen' geven volgend relaas bij de geschiedenis der gemeente Hamme onder rubriek 'Sagen en sproken' .
' Over langen, langen tijd woonde er te Hamme een reus. Een andere reus had zijn verblijf over de rivier de Durme, in t land van waas. Op zekeren dag, dat beiden in twist waren over hunne lengte, gingen ze samen naar Tielrode, waar men toen juist de kerk bouwde, om te zien wie van hen, met zijne hand, aan het hoogste van den muur kon reiken. 't Verschil moet niet groot zijn geweest daar ze alle twee in lukten een steen op de muur te leggen. Nu beweert men, dat zij gedrie waren, zonder juist te zeggen waar de drie woonden, en dat zij in Tielrode bijeen kwamen, niet om hunne wederzijdse lengte te kennen maar om de kerk te bouwen, t geen zij konden doen zonder een stelling te gebruiken. Een der reuzen, die aan dezen kant van de rivier woonde, had schuit nog pont van doen om over te varen: niet dat hij er over kon met een wipje maar hij waadde door het water zonder door de diepte of de stroom weerhouden te zijn. Links in het portaal der kerk van Hamme hangt het dijbeen van enen der reuzen. T heeft vier voet zes en een halve duim lengte ( Waasche maat ) en op de dunste plek een diameter van dertien duim. In vroegere tijden uit de Durme opgetrokken, word het zorgvuldig bewaard; geen Hammenaar, of hij zal u spreken over het reuzenbeen. De straat waar de lange man te Hamme zou gewoond hebben, behield de naam Reuzestraat . '
In Hamme zal er dus ook een reus gewoond hebben en wel in de tijd dat de eerste kerkjes hier ten lande gebouwd werden. De geschiedschrijver Van Den Bogaerde (1825) in zijn historie van < het land van waas > plaatst het oprichten van het kerkje aan den oever van de Durme te Tielrode voor de 10° eeuw. Waar de reus van Hamme woonde, is niet te bepalen. Betrok hij de verstekte burcht die aan de eerste monding van der Durme schijnt gestaan te hebben
of was hij maar een eenvoudige visscher, allenlijk gekend en geroemd voor zijn buitengewone lichaamsbouw en zijn overgrote kracht ? Woonde hij verder, dieper het land in ook mogelijk daar zijn naam gegeven werd aan den weg, dewelke alle lieden daar in den ronde nog kunnen aanwijzen, gaande van aan de Durme, Hoogen Akker, over den Kouter en verder naar de plaats, de RoodeLieve Vrouw, waar naar t algemeen gevoelen, de galg zou gestaan hebben ? Zij zullen ons ook bevestigen, dat de akkergronden in den Reuzenweg of Reuzenstraat gelegen, door den reus zou vertrappeld en doortrapt zijn geweest, dat de teeltlaag niets is dan zand en wat men ook doe, en ondanks alle zorg, de vruchten altijd klein, nietig en vernepen zijn !
Wat er ook weze, van den Reus van Hamme werd er nooit kwaad gezegd. Hij schijnt geen boosaardig karakter gehad te hebben, noch strijd noch vechtlustig, dus net als de tegenwoordige Hammenaars ! - nog door zijn tijdsgenoten gevreesd geweest te zijn zoals een Finhard en een Druoon Antigoon ! Honderden jaren geleden vond men in de rivier, bij uitspoeling mischien het overgroot dijbeen waarvan voormelde schrijvers de afmetingen en de beschrijving geven. En welke Hammenaar twijfelt (?) of t moet voorkomen van den reus.
Maar wat men toch niet Loochenen kan is het bestaan van dit reuzenbeen, zo zorgvuldig bewaard en dat nu, Opgepoetst en liggend in een schrijn, voor iedereen zal te zien zijn op den dag der plechtige intrede van den reus in zijn dorp.
De legende van "De fameuze vierling"
Echter is er nog zelden of nooit gesproken over de kinderen van Reus Polydoor, je weet wel, de vier kleine reusjes, met name DOLFYDOOR JACKYDOOR- LUCKYDOOR en WILLYDOOR. Met aan hun linkerschouder de kleine groene ronde studentenpetjes,jawel depetjes van de toenmalige hoogstudentenclub MOEDER POLYDOOR.
Na een grondig speurwerk hebben wij DIE HAMSE WUITENS deze vier kinderen te danken aan de voornoemde hoogstudentenclub. U weet het zeker nog wel, de verantwoordelijken van het stelen van het kanon in 1964 en jawel in 1965 verdween de cup in het amerikaans theater in Brussel.
In de maand maart 1966, verscheen er in de binnenlandse en buitenlandse pers een bericht wat voor opschudding zorgde, een schreeuwerige vierling geboren in HAMME, van een ongehuwde moeder, pappie zou met mammie trouwen. Ook vernamen wij in LA FIGARO,PARIS JOUR en LE PEUPLE des qaudruples a Hamme. Hamme stond weer eens op stelten, en de journalisten liepen de deur van de burgerlijke stand plat! Echter werd al snel duidelijk dat het om een carnavalstunt ging. Gezien carnaval voor de deur stond. Maar
. In Hamme kun je nooit weten
.scheef de pers.
Hoe dan ook, de vierling was een feit in 1966. Dhr LUC BOEL , of zijne hoogvrolijkheid Prins BOELYDOOR 1 was prins carnaval, en tevens lid van de hoogstudentenclub MOEDER POLYDOOR. En om al de begrippen vierling folklore en Moeder Polydoor in één verband te brengen, werd uiteindelijk verkozen Reus Polydoor zal verijkt worden met vier reuzen, op hem gelijkend maar van een kleiner formaat. Op deze wijze wordt Reus Polydoor de fiere symbolische vader van de vierling.In 1968 mochten wij ze plechtig in ontvangst nemen. Ze werden gedoopt en gingen voor het eerst in de stoet.
De vier peters waren:
DOLFYDOOR Dhr Burgervader Adolf ROSSCHAERT
Peter lap was Dhr Willy Dhave JACKYDOOR Dhr JACKY VAN GOETHEM LUCKYDOOR Dhr LUC BOEL WILLYDOOR Dhr WILLY VERMORGEN
Wel te verstaan waren op de burgervader na, de vier peters de lolbroeken van MOEDER POLYDOOR, dat is duidelijk. Zo nu weten we waar onze fameuze vierling vandaan komt en hoe die bij de vereniging is gekomen en ook onze dragers weten nu aan wie zij dit gewicht dat zij telkens moeten torsen tijdens onze vele stoeten te danken hebben.
|