Voor dag en dauw trippelt Zoonlief onze slaapkamer binnen.xml:namespace prefix = o ns = "urn:schemas-microsoft-com:office:office" />
Mama, opstaan! fluistert hij.
Ik zucht, grommel wat en draai me om.
Zijn handen schudden me door elkaar. Echt, mama, t is tijd. We moeten naar de bakker.
Dan herinner ik het me weer. We zouden Manlief vandaag trakteren op een ontbijt op bed. Dus gooi ik de dons van me af en sluip achter hem aan de kamer uit.
Eerst fietsen we naar het dorp om broodjes en koffiekoeken te kopen. Dan pers ik sinaasappels uit, kook eieren, en beleg partjes meloen met parmaham. Zoonlief schikt fijne vleeswaren en kaas op een bord en aardbeien in een schaal. Ik maak koffie en thee en zet een fles champagne in een koelemmer. Zoonlief plukt bloemen in de tuin en kiest kleurrijke kaarsen uit. Voorzichtig stappen we de trap op met grote volle dienbladen. We stallen alle heerlijkheden uit op de commode. Het boeket krijgt een plaats op het nachtkastje van Manlief. Hij bekijkt ons met een glimlach. Zoonlief vrolijkt de kamer op met de kaarsen. Ik zorg voor klaptafeltjes. En Manlief zet de hoofdeinden van het bed overeind.
Even later zitten we met goed gevulde borden in onze slaapstee, Zoonlief knus tussen ons in.We genieten van al het lekkers en van elkaar.
Na een tijd houdt Zoonlief het voor bekeken en huppelt zingend naar beneden. Hij wil een film zien. Wij schenken nog een glas champagne in en praten in elkaars armen over al die dingen waar er op een doordeweekse dag zo weinig tijd voor is.
Net als we nog wat dichter naar elkaar toe kruipen, een hand onder mijn nachtkleed verdwijnt en ik mezelf verlies in een langgerekte zoen weerklinken er voetstappen in de gang
|