Ik heb lang niets meer
geschreven, want het ontbrak me aan inspiratie. Ik schrijf wanneer ik me
angstig voel of onzeker, emotioneel of kwaad. Ik schrijf wanneer de chaos in
mijn hoofd de bovenhand krijgt en ik niet meer weet hoe dingen een plaats te geven.
Ik schrijf wanneer er niemand is om te zeggen dat het wel goed komt, dat ook
slechte dingen verdwijnen en er na regen altijd zonneschijn komt. Ik schrijf om
dingen los te laten en om te kunnen leven, nooit om te vergeten, maar om mezelf
terug te vinden tussen de scherven van wat is geweest.
We leven in een
gebroken wereld, vol gebroken mensen met gebroken ideeën en wensen. In een
wereld waar het makkelijker is om bang te zijn dan gelukkig, makkelijker om weg
te lopen en je te verbergen dan te vechten. Waar kleine dingen soms groot zijn
en grote dingen ook. In een wereld waarin je soms jezelf verliest en ook
anderen. En in die wereld proberen we te blijven geloven en hopen en dromen en
zin te geven aan wat is en is geweest en nog komen moet.
En elke dag zoek ik
een lichtpuntje, iets om te waarderen, iets dat me vertelt dat er schoonheid is
en liefde. Ik zoek naar de glimlach van een toevallige voorbijganger, een
autobestuurder die me even doorlaat wanneer ik de oprit afrij, een
winkelbediende die me een fijne dag wenst en een vriend die vraagt hoe het met
me gaat en oprecht geboeid is door het antwoord. Iemand waaraan ik niet hoef te
zeggen dat alles prima is wanneer dat niet zo is.
Achter mijn oogleden
prikken tranen die niet willen stromen. Misschien omdat ik al te vaak heb
gehuild, omdat er ook daaraan grenzen zijn. Misschien omdat ik geleerd heb
sterk te zijn en altijd vrolijk. Misschien omdat het soms gewoon heel moeilijk
is om los te laten. Angst, verdriet, pijn, eenzaamheid,
soms is het
eenvoudiger om vast te houden aan wat we kennen, ongeacht of het goed of slecht
is voor ons.
Er zijn dagen waarop
ik zou willen schreeuwen. Hard, lang en zonder einde. Er zijn dagen waarop ik
gelukkig ben en even mijn zorgen ben vergeten. Er zijn dagen waarop ik alles
aan kan en andere waarop het minste geringste me naar de keel grijpt en naar
adem doet happen. Er zijn dagen waarop de enige met wie je wilt praten geen zin
heeft om te luisteren en andere waarop je wil luisteren, maar niemand wil
praten.
Ik vraag me vaak af of
anderen dat ook kennen. Dat je hoofd zo vol zit dat het op ontploffen staat of
dat je leeg bent en niets anders dan stilte en rust wilt. Of ze de verlammende
angst kennen wanneer ze te lang stilstaan bij dingen en de onuitputbare kracht
die muziek kan oproepen.
We leven in een
gebroken wereld en soms ben ik een gebroken mens. Maar niet altijd
soms vind
ik de woorden om het van me af te schrijven en dan gaat het weer een tijdje
beter. En soms vindt een ander de juiste woorden en voel ik me, al is het maar
heel even, geborgen en beschermd.
|