dag jan dag jongen ga zitten man jaja languit met pet en al de stoelen zijn gemaakt van onbreekbare verbeelding
ha mieke welkom of het niet geeft dat je geen kralenkrans kon vinden die past bij je kringloopjurk welnee je bent zo warm zo helemaal van vlees en bloed
hey boy kreeg je alweer de bons schuif aan er is genoeg aan droom en neen je hoeft hier geen shirt van bickenbergh je bent perfect en vol
madam hoe heet je hondje zo alleen op straat met kerst kom effe binnen toe er is hier plaats voor velen
hoezo vies jan is een beste kerel mieke heeft een hart van goud boy kan swingend gras afrijden en jij madam ja
wij hebben armen zachte armen die komen er zo aan voor jou
oh kijk kijk toch er valt een ster in onze ogen
we gaan nu samen de langste nacht in met klein geluk en zomaar liefde
in alle glazen gloeit de wijn dat wonderbarend luchtkasteel
Categorie:SeiZoenen
Oervlek
zie mij hoe ik zuig op mijn
lip mijn vingertop blauw van de nijvere inkt
ik zou een
gedicht in haar poesie-boek schrijven mijn klasmaatje marie-josé
het kader was klaar de viooltjes
gedroogd tussen krantenpapier en beeldig gekleefd in de hoek van een
blad uit haar album met gouden snee
links lag het lint -ze wist
dit niet nee- dat ik stiekem bewaard had gestreken gekoesterd een
strik uit d'r haar
nu nog, nu nog enkel...
een vlek! dikke
droppel een ramp maar het blad begon zachtjes te golven in 't blauw dat daar lag als een
meertje te klein voor een zwaan voor een zwaan?
toen is het
begonnen
de ho van mijn mond blies bomen in 't rond een konijn aan
de rand een riviertje dat uitliep tot onder het geel van het lint
dat nu vol van gebladerte stond en ik schrok en ik dacht en ik draaide
en keerde het blad als een caleidoscoop
daar lag het verhaal van de
vloeiende vlek die voorgoed in mijn denken kroop
Categorie:Dichten & zo
Winterwende
er zullen gasten komen zie de tafel
vlekkeloos het stijfgestreken laken wacht
de zon werd
bijgehaald ze schijnt in bollen onder de takken van een
afwasbare spar
bubbels begroeten omarmen verwarmen breken het ijs en de thermometer
in kwieke kwinkslagen blijft het kwik een avond lang op het vloerkleed lachen om de scherven
Categorie:SeiZoenen
Shoppen
languit ligt de trein op mij te
wachten nacht is buiten
van de dag rest nog de buit verpakt in
namen zakjes doosjes die ik straks weer openmaak en heel de
stad een beeldverhaal ook de trein de zachte
zetels uitstal
op de keukentafel
Categorie:Ik-verzen
Dolce far niente
werken is een vader weelde is een
moeder
ik zuig mij aan haar welgevallen vol van tijd en wieg gedragen op haar rug de uren zoet
de zon is keurig en de
maan zit goed
waaraan ik niet begin hoeft niet voleind er blijven altijd dromen over eind
Categorie:Ik-verzen
Knor
knorretje is knor geworden knor gaat in de
pan ik trek mijn harnas aan
mannen trekken
knor op zijn stro
mijn oren staan op uit ik ben niet
thuis ik heb het niet gehoord het mes heb ik slechts in een flits...
spreek mij niet aan het is al goed ik pomp aan zijn poot en jah ik
roer verdomme
mannen zetten de ladder
op
daar hangt knor binnenste buiten als een gulle gave van de goden en al wat in en aan en
van hem is wordt in blije dank aanvaard
alleen... wanneer de avond
valt over de paarse boerderijen de Coebergh allen rozig heeft gekleurd
ga
ik naar huis langs het modderig slachtveld
daar
zie ik zijn
snuitje liggen zo bleek zo... zo van hem mijn harnas valt in
duigen en het regent op het grafje van mijn vriend
Categorie:Belevenissen
Brood op de plank
ik heb een kat ze is van huis ik heb een wolk die overdrijft een dak een regenpijp die
vangt er is de tafel haar verzameling van stoelen rond een blad
met enkel
korenvelden boterbloemen volle
koeien scharrelkippen zout-met-zout bruingebrande koffieboeren lezen
Multatuli en zijn rede tot de hoofden
dat belooft
Categorie:Vr.Vorm-rest
Poëmata
il faut les cajoler, ma belle
bestaat er
wel een raad die eleganter wandelt op de loper tussen tong en hemel
neen!
kom in mijn armen arme woorden die ik kreeg, gevleid natuurlijk, kom,
ik zal jullie omkleden met muziek en beelden die verschuiven als
uit wolken geplukt
Categorie:Dichten & zo
Verstilling
nu hangen
er geen hazen meer in koele kelder te besterven totdat het vuur de
wijn de lach van warme vrouwen geuren kleuren
weeft doorheen orgieën
onverzadigbaar.
de dichter is mijn
jager nu hij brengt de buit die lichter is dan 't blad waarop ze
ligt
een woord
dat hij getroffen
heeft gehaald voor mij uit 't grijze
van teveel
Categorie:Dichten & zo
Romantisch uitje
o dichter minne- streel voor mij de
lier gevleugeld lied je hand zozeer nabij de adem van het al het grenzeloze zijn waarin wij
jij en ik en tussen ons niets anders
dan...
hij knabbelt iets kraakt een walnoot pelt de driehoek
van een beukennootje spuwt de pellen
uit
half-time ik heb het koud als de arbiter fluit
Categorie:Dichten & zo
Liefde
we leggen
alles voor elkander neer de zaden die we droog bewaarden binnenshuis een
winter lang
om beurten keuren we de gaven eerst nog trillen
handen aarzelt een voet
even later laten we elk oordeel varen
duiden onbevangen de gebaren naderend
het nu het uur de
eeuwigheid een ogenblik het splijten van het niets
het zwellen van
de vliezen eindelijk uiteindelijk het water in de
wijn
Categorie:Over mensen
De scrabblepoëet
nee meneertje vraag me niet ik hou
niet van vol zinnen vind ik saai zo wol lig ik luier liever
onder bovenlaken van katoen geef ik tussen slaap en waken blokjes
weg gooi ze op een hoop
van zege
Categorie:Dichten & zo
Product
hup hup zei de vader toen hij mij aardde er zwaaide die dag wat de moeder nam mij in het ei van haar
buik
de vader die zag dat het goed was sloot zelf-genoegzaam de
poort
hij had nog gezegd wat je hebt wat je zoekt wat
je verder wilt kunnen zit opgeplooid achter je ogen
was het dat maar
geweest ik was graag begonnen maar ik kwam te laat er lag al
een straat
Categorie:Korte verzen
Positivo
zo hangt de bleekgestreepte regen hier als zie ik hem
tussen andere
gordijnen neem de blauwe die met pluis
van wolken of de
zachtste zegt men waarop roze ligt
te wachten tot de avond valt hoewel
nog vaker wordt de stof
geprezen waarop mensen staan die vriendelijk
langsheen hun hond
handjes wuiven ook kon ik die frisse kiezen
lentegroene
jonge blaadjes boterbloemen boerenjongens en een
koe
maar de bleekgestreepte regen is van zilver...
ik wil denken dat hij mij gekozen heeft
Categorie:Over dingen
De trouwerij
Beurré Hardy en Bonne Louise d'Avranches beloven jullie trouw als man en vrouw tezamen in dezelfde schaal te rotten elkander na te zijn in vreugd en rouw?
ze keken wat opzij, dan naar de Dubbel Flip die hen in deze monotone slaap verbond
met links van hem Comtesse de Paris en rechts de bastaardzoon van dikke Saint Rémy
de peren in de kerk kregen op slag het buikbruin van dit zoeterig vertoon
de Gieser Wildemannen en de Winterjannen pokdalig in hun huid maar vast in 't vlees
die hoopten dat nu snel de klokken zouden luiden onder de wimpels op de torenspits
maar wee o wee die toren was op sterven na dood: de top eraf de lol 't gelui voorbij!
ze schaakten schielijk de Triomphe de Vienne en klommen met de buit de hoogte in
ja, zo is het geschied, geloof me toch! Triomphe mocht op de toren staan en staat er nog.
Categorie:Parlando
Zalig gestoord
er mogen in gedichten geen roze slierten meer
verschijnen aan de horizon de kim de einder en de monotone zon zijn
afgeschaft te fnuikend voor lantaarnopstekers die voorbijgaan aan de
mens waar hij gezeten
op het laatste bankje naast een doodgezwegen
park zich uit voldragen leegte een amfitheater bouwt en lacht en wijst en
huilt en slaat gemeend zijn handen in elkaar wanneer antigone het zand niet
vindt eurydike het struikelen moet overdoen en orfeus' lier
verloren in een apenbroodboom hangt
zeg niets als je hem bezig ziet
die heerlijk wijze gek leg niet je hand al was het maar heel even op zijn arm
genees hem niet zijn ziekte is zijn troost zijn roeping en zijn leven
Categorie:Over mensen
De negende maan
Een speeltuin slaapt. In 't roestige scharnieren van
schommels krassen griffels op een lei. De glijbaan doffer, nergens
snoeppapier, een vergeten jasje hangt gewezen bij
het hek dat ik
omzichtig open. Jij, was jij maar hier mijn kind, je grappig zwieren, jij
tomeloze, tuimelende meid. Nu wil je enkel nog mijn zuchten sieren.
Je
daagt mij uit? Ik hoor je klare lach ik zie je plots uit fotolijsten
springen. Je zipt de jaren tot een ogenblik.
En óver vragen, vóór het
weten van sta ik met ons en met vandaag te zingen. Jij werd geen jij, je
blijft voor altijd ik.
Categorie:Sonnetten
Nachtdier
op vlakke dagen loop ik een
zeloot gelijk stoot ik mijn tenen aan pietluttigheden en hun schaduw
zelfs
nacht is beter
hol om in te wonen weten dat de namen
slapen en dat haast haar pool gevonden heeft
alleen nog
leeft het teken aan een wand
die verder dan de sterren is
Categorie:Ik-verzen
De dichter
in open veld stelt hij zijn ziel
tentoon achter een wemeling van woorden
dat frêle bladerdek
waaronder licht beweegt op willig toeval want
zijn goden dobbelen, niets is voorzien alleen de
maan
al eeuwen
Categorie:Dichten & zo
In rook
ik roep zo graag de kleine ballerina als mijn
gedachten stokken in de wielen van mijn doen
zij danst ze los en
dun met froezel en op rode spitzen
kruidig
blad gerold in vlas en kemp
naar alle hoeken van de kamer
verder nog het raam de straat en dan
ze zijn niet weg wie weet hoe
ver ze gaan
Categorie:Over dingen
Scheppen
waar wij van weten moe verlangen naar
vergeten gaten scheuren in kalenders gisteren naast morgen kleven op
dat ene blote nu menen we te scheppen
jong papier uit oude
zijde in de kuipen losgescheurd dun gespreid op het stramien klitten
alle vezels samen
en er ritselt iets als nieuw
Categorie:Over dingen
VoilÃ
een pardoesje konkelfoes je op een
speelgoedtamboerijn
koop een wijsje voor een prijsje heb j'er een bij
Albert Heyn
laat nu muisje in het huisje dansen op een
pieprefrein
red je hachje ho dat mag je met een
kronkelknoopjesrijm
wip nu baasje over haasje baasje zal tevreden
zijn
Categorie:Dichten & zo
Ontaard
armzalig straatlicht heeft de rosse kater
afgelikt hij loopt nu geel de kop bijna gebogen staart
gestroomlijnd bang en dun trekt hij een streep onder de dag
waar is
nog diepe nacht te vinden droomt hij, malse muizen, minoe wil hij wel
verkrachten maar hij weet allang niet meer hoe hij dat moet
ontmand
zoekt hij het parkje op de restjes uit het schoteltje de doos de vod de
geuren van het vrouwtje dat hem voedt
Categorie:Over dieren
Niksen
ik ben de grote nikser ik niks de hele
dag wanneer er niks te niksen valt ben ik geheel van slag
dan tol ik als bezeten bezeten door een beest een kriebelbeest een
kleintje maar die jeuken nog het meest
ik krab wat hier ik krab wat daar verjaag de muizen uit mijn haar ik vijl mijn nagels bij
ik koter met een schuivertje het smeersel uit mijn oor mijn navel doe
ik dagelijks onder het niksen door
vanbuiten ben ik aangekleed vanbinnen ben ik hol dat is 't wat me niet lekker zit doe mij maar buikje-vol
die kleren kunnen dan ook
uit het niksen is gedaan sluit mijn ogen dim het licht 'k ben heel en
al voldaan.
Categorie:Op rijm gezet
Mimespeler
Liever zonder woorden want het is zoveel meer. (Alles - Herman van Veen )
een poppetje op hoge benen komt
met een stapel dozen aan
hij neemt het deksel van die ene die er niet
is en keurt de schoen
hij vetert hem geduldig meet de
eindjes tussen duim en vinger af
ik weet een warme schoen van bruin
in zijn getaande hand geblonken in zijn ogen
hij past hem aan de
knie omhoog
dan kijkt hij op, naar mij in mij, dwars door me heen, en
uit de doos die op de grond nog open staat
neem ík de tweede schoen hij
reikt de veter aan
wij zijn gearmd naar huis gegaan
Categorie:Over mensen
Spleen
dat veilig wonen in de diepste kronkel van
mijn slakkenhuis
het weten weer waar blinde bloei begon
zonder deadline mee te krijgen wel het laken van de dood nog
opgeplooid voor ooit
het regent op de blote bomen ben ik nu
thuis?
Categorie:Ik-verzen
Stoelendans
vannacht is er een mening uit mijn bed
gerold
ze klettert van de trap en ik er achterna. ik kan ze ei zo na
nog vangen, draag ze naar de tafel die nog slaapt
ik trek alle
stoelen open leg mijn arm over een rug leuning van links
nu
jij
haakt in de sport je voet om op te staan schuift mij met
stoel en al nabij
nu wij
hoewel ongezouten uitgekookt en in
het midden onze mening is aanvechtbaar we beginnen dus we vlechten
handen in elkaar
nu zij
speeksel sputtert tegen dat...
het
gaat regenen we zijn nog net op tijd om de mening te verdelen
ik
knijp de spons
Categorie:Nonsens-Bizar
Zo maar zondag
en is er mijn
liefste een schoner berusten dan dat in de kruimels van brood op het
bed?
de klokken verfrissen met kwistige droppels aloude geluiden het plein
de wereld is klein waar het boek ligt geopend op genesis twee van twee
Categorie:Korte verzen
Ruïne Sint-Baafsabdij - Gent
stenen los gezameld ooit slechts ruw gekapt en nu
na eeuwen
nog verankerd in elkanders onvolkomenheid aanvaard en aangewend de
kromme lijnen rechtgevoegd met scherven schier
in dorpen van nooit
weer hoor ik de bouwers zingen
Categorie:Over dingen
De hof van Heden
de meester snurkt zijn neus
voorbij te lang gepraat van pronkappels en opgedirkte
peertjes
gezongen van hoe zoet -of was het zuur- de druiven zijn en
deze avond
en ik zit vergaapt te luisteren
ineens...
de
aarde trilt de grond het zwarte wriemelende mierenrijk bijt in mijn
kont nachtschadelijk sluip ik het jaagpad op
naar mijn geliefde hij
wiens zaad herrijst uit rottigheid
naar mijn van vreemde
okselluizen uitgepluisde stokkend toegesproken onvolprezen rood uit groen
genezen
heilige tomaat
Categorie:Nonsens-Bizar
Van een aardappel
hij groeide gestaag en aan ieders
oog onttrokken de grond die zijn wezen bewoog
bewaarde het ook tot de
zomer kwam en een ijzeren hand hem uit d'aarde nam
hij was niet de
grootste hij had niet die vorm maar zijn ziel was zo zuiver geen enkele
worm
rook er rottigheid in en zo bleef hij behoed tegen ziekten en
vlekken en overmoed
dus werd hij gekozen gekoesterd en lief in een badje gelegd tot genoeglijk gerief
bij een gaarstomend klaarkomend
voorgeslacht dat geschild en gepit in de pannen wacht
op het vuur, dan vermangeld, verenigd ligt als een romig geheel zonder aangezicht.
uit
doem en ellende gereformeerd uit sterven en erven een leven
geleerd
gewenteld in wit van een glibberig ei werd hij dooier en kiem en
als grote 'wij'
nog gerold in de kruimels van oudbakken brood dat hem
samenhang, vastigheid, sterkte bood.
hij berust, wist uit heel het gedoe veel
te leren tot hij bruisend van wellust mocht reïncarneren,
in de olie die werd
op de vlammen gezet, naar zijn laatste bestaan als...
patatkroket!
Categorie:Op rijm gezet
Aan mijn kastanje
de lente, liefste, weet je nog hoe
teder-groen je bladeren zich spreidden als rokjes onder witte
bloesemlijfjes
hoe zij daarna met open handen zich overgaven aan de wind bereid om
vruchten te ontvangen
toen werd het zomer. een venijn verkleurde ze
geniepig bruine vlekken zag ik, veel te vroeg
jij treurde en ik kon alleen maar kijken je hield je sterk, je stam
gerecht, je takken weids al wist je zeker dat je niet genas
nu wordt het winter en ik kom je troosten wanneer je bladeren zijn
losgelaten ben je als alle anderen... op rust
en niemand zal nog zien hoe ziek je was
Categorie:Over dingen
Boerenkost
Het is gedaan met al die tierelantijnen. Vandaag gestampte boerenkost: een lap van vers geregeld
spek, kabuis en pap van gort met krenten oftewel rozijnen
en kannen
bier daarbij. Geen snelle hap gelijk op 't land de schichtige konijnen nog
knabbelend in struikgewas verdwijnen en keutelen van danig
repjerap.
Laat pezewevers boterhammen smeren met schaars een likje
uitgemolken vet, het zout het smout de koffiebonen wegen.
Wij zitten
aan! O neen we zijn geen heren met tandenstokertjes en stijf
servet. We zijn gerijpt gekeerd
gekeurd. Belegen.
Categorie:Sonnetten
Oma en ik en oma
ik was een kind en ik kon
in haar ogen zijn ze hadden -nu weet ik het weer- de kleur van
korenbloemen tegenlicht gehouden
we speelden veel ze zorgde goed
voor teddybeer terwijl ik broodjes haalde voor de poppen waarvan de
kleinste ziek was en ze keek ernaar toen ik het zei bezorgd en ik keek ook
bezorgd en er was geen verschil
ik werd een meisje en ze zag met
welgevallen mijn te smalle truitjes en gebaarde naar haar dochter met
dezelfde blik als ik 'en jij, was jij nooit twaalf misschien' nog was er
geen verschil
maar even later toen ik dacht dat ik
waarschijnlijk onder stroom zat en die jongen die zo'n mooie mond had
ook
-gezien de vonken-
toen is er iets gebeurd
ze viel
zomaar ineens ik had het eerst nog niet bemerkt mijn ogen keken al veel
verder dan de hoeken van de tafel thuis
een lijntje bloed zo
helder rood als bloed van mij liep langs haar wang en schilderde een grote
klaproos op haar jurk
er was... verschil
Categorie:Parlando
Stoepkinderen
dit is de keuken zij heeft het krijtje
het jongetje volgt hoe zij de
lijnen trekt niet recht en niet gelijk maar wel van hoek naar
hoek aaneen
hij hurkt nu ook ze kijken naar de keuken
in
zijn hand achter zijn knietjes houdt hij een kleine auto vast
maar
dat is hij vergeten
zij heeft geen deur getekend nu nog niet
Categorie:Over mensen
Conceptueel zwart
zwart toch? gedurfd een helft horizontale een helft verticale penseeltrekken
nee maar nee het is geen zwart zie jij dan niet
die blauwe schijnen
schijnen?
je hoofd op tien voor tien
je schouders
vijf na zeven
niet te zien dan
hoe het licht?
het blauw
van de gordijnen?
het is niet dood-
gewoon maar zwart
we moeten leren
ernstig kijken
hoe 't spiegel-speelt
met onze voeten
*bedenkingen bij een schilderijtje dat een mijn broer van een échte kunstenaar kreeg, én ophing!
Categorie:Belevenissen
Zijn schoenen
En dat hij al zou sterven zo. Zijn
schoenen waren nog niet eens versleten en in het huis de tegeltjes niet
afgewerkt.
Ik liep nog lange tijd te zoeken naar zijn
zwijgen waarmee hij mij op dwaze woorden wees die ik dan
overdacht totdat zijn oog beaamde.
Hij leerde niet hij toonde
enkel ruimte. Pa...
Ik weet het nu - niettegenstaande - alles
was volbracht.
Hij heeft het ook geweten.
Categorie:Over mensen
Oud en eenzaam
in een nisje op antarctica wonen serafien en monica
monica heeft rode ogen
witte haren blauwe lippen
serafien vertelt verhalen uit een ver
geleden tijd
monica geeft hem te drinken sneeuw smelt in haar
holle hand
samen volgen ze de wolken weten zich op een
perron
met één voet al op de treden van de sneltrein naar de
zon
in hun nisje op antarctica slapen serafien en monica
*de titel is van een boek van Gerard Reve
Categorie:Over mensen
Blue screen of death
dotje is nu dood alle draadjes
dolgedraaid het blauwe zwijgen
zijn oog geblindeerd troosteloos kijk ik hem aan een cycloop met
staar
de oude muis ligt verdwaasd aan een zwart infuus de prullenbak
gaapt
ik speel piano het azerty van mozart beethoven is doof
er belt iemand aan ik zeg dat ik uien hak trek de stekker los
*herinnering aan de crash van mijn allereerste PC, °2000 en liefdevol "DOT" genoemd.
Categorie:Haiku-Senryu
Van die dip-dagen
er kruipen trage dagen over straat
moedwillig naast het zebrapad
hun loze monden schurend aan
asfalt dat fluistert rond een
spoor van kouder bloed
armoedig is hun kleed
tot op de buik versleten
ze lonken naar de overkant
de stoep is veel te hoog
het regent in hun ogen
de nachtwacht brengt
ze zacht weer thuis
legt ze te slapen naast
vergeten dromen
Categorie:Over dingen
Van een baksteen
de klinkaard de blote met handen getemde
klei die ik zie en die kerken schraagt kathedralen
voegt met het vuur van de ovens de kleur
die nog smeult in de as van de droom
heb ik lief
de hellere zachte die huizen beademt
nadat het potsierlijk behang van de muren
gevallen, plamuren van pleister allang zijn
verschuurd met het staal van de tijd
heb ik lief
want gewarmd in de zomers gestrengd
en gesneden gevormd naar de hand
van de bouwer gebrand in de ogen
van zieners en dichters -mijn aarde- ik
heb u lief
Categorie:Over dingen
Die god van mij
"Help uzelf, zo helpe u..." juist!
mijn god is warm ik
noem hem liefje en hij mij ook ik trek hem elke avond overspelig in
mijn bed
we giechelen wat af ze mogen het niet horen ze weten er
niet van van ons
en als ik hem vergeet te roepen roept hij mij
en zegt: awel? dan zeg ik: nou! en ik vertel het hem
hij lacht mij
altijd uit keer op keer op keer op keer 'leer nou toch eens te
wachten want zo ver kun jíj niet kijken'
hij heeft gelijk
een
stoute mug heeft ondertussen in mijn oor gebeten
awel? en hij: ho
ow! de horretjes vergeten?
Categorie:Ik-verzen
Muzenissen
ik vroeg de muze of ze even bleef of ze
een vrolijk lied voor me wou zingen ze keek ver weg van mij langsheen de
dingen het open venster in terwijl ik schreef
verdwaalde woorden zocht,
herinneringen mijn ogen sloot in dromen dook dan scheef- gezakt weer
rechtkwam en - toe maar, vergeef het haar - op zoetgevooisde zuchtjes
gingen
haar tas haar lapjesjas haar strohoed door het raam. en zij
daarbij. voorbij! het wachten heeft nu niet langer zin ik ga
ervoor:
ik bak een ei en een sonnetje. klachten? hier is het zout. ik
heb een houten oor ik fluit de blues en gaar, diep in gedachten
Categorie:Sonnetten
Plannen
we willen niet meer we zullen niet langer we
kunnen misschien iets anders doen dat stukken beter maakt
een
linkere schoen aan de rechtervoet een weekdagse pluim op een zondagse hoed de
duim op het oog van een vingertop
de boeddha voor één dag ontdoen
van schuinse buikgedachten
zijn lach wat luider zetten
Categorie:Korte verzen
Palaveren
het was een groots moment we zaten aan
naarmate het gehalte geest ging stijgen in ons bloed begonnen we te vliegen
de vrouw in mijn vizier dreef jaren weg van hier naar later naar
wanneer het kind...
een heer vloog traag terug in hoe het was geweest
rechts zat een jongen rampen te voorspellen de freule links
bezong een duif met in haar bek een maagdelijke buxustak
we deinden uit
opeens begon het midden van het tafelblad te gloeien er daalden
tekens in een graal van licht een alfa en een omega herinner ik mij
nu
ze losten in elkander op het was een vreemd moment
uit voorverwarmde kopjes dronken we de koffie na
Categorie:Over mensen
Vleugels van papier
elke morgen dromen we:
de lavendelwitte vogel dat hij neerstrijkt op
het blote tafelblad
de vleugels spreidt en breed blijft
liggen kleed wordt voor het altaar van de dag
dan gaan we
zitten
delen brood en breken woorden over of omtrent be-treffend
zus en zo maar treffen nooit
we roken best gezellig door al valt de as borduren onze wensen op een roze wolk
tot ons uit oogpunt van de naald de draad ontglipt
dan
maar de goden haten
Categorie:Over mensen
Aan de late dag
hoe schoon zijt gij mijn dag als
ge begint te knikkebollen de handen in uw schoot geen schaduw nog
verkruipt
het blauwe uur duurt maar heel even dan slapen alle bomen zwart op het
vertrouwd-verkleurde laken boven mijn stad
in huis kalmeren schemerlampen laaiende peertjes uit de wandklok
druppelen seconden de avond in
een haastige auto trekt een doffe streep geluid over de dode straat
ik schilder in gedachten nevelslierten die verder boven open weiland hangen
en misschien, heel misschien zijn daar wel warme dieren
Categorie:Ik-verzen
Sonnet voor Sophia
In verre tijden toen de appels
rood begerenswaardig aan de bomen groeiden wijl Adam en zijn Evaliefje
stoeiden nog op hun hoede voor wat Hij verbood
de Schepper van hun leven en de dood: van die waaraan de vreemde bloesems
bloeiden de boom der goeden en van de verfoeiden wie daarvan plukte stond
aan onheil bloot.
Maar het gebeurde! Hij heeft het gezien! "gij dwazen!" vloekt Hij. Sophia
misschien -die hij nog vlug vantussen scherven raapt-
zou Zij, getooid met Waardigheid en Woord de zoete balsem brengen naar het
oord zal Zij het doen, terwijl Hij zich verslaapt?
Categorie:Sonnetten
Diepdenken
op het vuur staat de pan en daarin ligt de
pap en daarbij staat het vrouwtje te denken
haar ogen die gaan van 't plafond naar de muur op zoek naar de
zin van 't bestaan
bij de vloer kijkt ze dwars door de wereldbol heen met daaronder
alleen stomme luchten
geen engel geen duivel niets is er wat zich aan haar zoekende
ziel openbaart
tot een woord uit het diep van de pap in de pan haar bevrijdt van de
mist in haar hoofd
het zegt blob en ze wéét nu, iéts weet ze al zeker: de pap in haar
pannetje kookt.
Categorie:Over mensen
Vertwijfeling
Er staat een wezen op de horizon. Het
waaiert niet het wenkt niet maar het kijkt. Het blinkt over het water en het
wijkt geen ogenblik. Ik wandel in de zon,
gestrand. De maten, het
gewicht geijkt, de heup geolied, vaste passen on- bewogen, schouders
losgezwierd. Het won- der mensenkind dat even God gelijkt.
Maar in
mijn nekvel is een haak geslagen: ik werd geënterd hoewel ik geen
boot geen luchtschip ben met volle buik. Ik breek
voorzichtig want ik
kan ze niet verdragen die ogen in de verte en hoe groot het antwoord is,
hoe bang de oversteek.
Categorie:Sonnetten
Self´oMatic
in de morgen grijs geblokt alleen maar
schouders heeft hij ingeslikt zijn kop wil hij mij welkom pinken uit
zijn nek denk ik ik pin terug
schudt hij de kaarten? kwispelt
hij?
ik leg mijn hand en voel hem brommen niet gemeen maar
vierkant één en al gedienstigheid
dag vrind zeg ik
hij groet
terug heel keurig
uitgeprint
Categorie:Over dingen
Peptalk
ze kwam we praatten wat
over het vlinderhondje en dat het nog heel jong is en dat ze het een keer mocht meenemen één keer maar bij haar man op palliatieve
haar man, goh, niet eens stervensoud en dat zij daar zelfs inderhaast nog voor de kerk getrouwd zijn hij met zuurstofmasker en morfinepompje zij met mascara
die vormde nu een zwarte streep vanuit haar linkerooghoek terwijl ze het vertelde aan mij en aan dat meisje in het wassalon
ze ging
we hebben geluisterd we vonden het vlinderhondje zo schattig
Categorie:Parlando
Liefde's lust
Mijn vader had een toverdoos vol wonderbare
dingen een wollen wolk een zijden zoen een naamwoord dat kon
zingen
een wereld met een kop eraan waarop ie dan kon staan en een
kassei die huilde om de regen en de maan
een kromgegroeide
rechtelijn een vierkantig rondeel een vleugellamme koekoeksklok en een
zwart-wit penseel.
Er zaten ook nog rijmen in die rijmden
almaar door en dweepten met, wat er ook was een fijnbesnaard
gehoor.
Mijn moeder zeurde aan de vaat "Wat doe je daar nou mee met
al die rommel? En vooral met 't deinen van de zee!"
Daar werd mijn
vader droevig van. "...haar ziel loopt leeg, o nee..." Hij haalde toen die
zijden zoen en dichtte haar daarmee.
Categorie:Op rijm gezet
Erato
ik was een zwijn, mijn lief ik schuurde aan jouw flanken juk en jeuk van 't lijf
ik vrat je bras als was het godenspijs en zoog de dooiers uit je glibberige ogen
erato zou je heten zei je zong je schreeuwde je mij uit mijn slaap
terwijl ik droomde van voor jou te bijdegrondse dingen zoals kabouters
aan de vaat en bezems die vanzelf doorheen de kamers gingen
je krijgt vandaag de buitenwacht. ik zie je weer vannacht dan zal ik
knorren bij je oor en jij, jij zult verbaasd vertellen dat wij, erato, jij en ik
gewaagd zijn aan elkaar
Categorie:Dichten & zo
Luchtschrijven
kijk nu hoe ik schrijf
zonder pen met een veertje zo licht uit het nest van een eider gewaaid op
het kleed naast mijn bed tussen pluizen en stofjes van niets
zo
onthecht zonder blad op de ruit van de nacht in mijn wazige adem de neus al
wat nat van te dicht op het glas
weet ik mij een stip in de
lucht trek ik vlokkende strepen nog één en nog één, een ster over
huizen hun stenen gezichten waarachter wellicht...
maar ik schrik want
zo vuil zo gebobbeld gebuild als ze stommelings staan in het schuine
geschijn van het straatlicht zo had ik ze nooit eerder gezien
het
veertje gekrompen mijn adem terug naar het binnen van kamer met kleed en
het bed onder dons voor het broed van de eider
meer niet
Categorie:Dichten & zo
Writersblock
Gobelijn in alle staten tolt zijn enkels
in een knoop gedraaid de haren wild, de witte snor verwaait de klanken die
hij poogde saam te rapen tot een woord.
Verdraaid!
Wie heeft er in mijn trukendoos gegraaid wie heeft er mij bestolen?
Moet ik nu net als alle gortdroge meneren een kopje krant gaan
slurpen bij de boterham één natte stomweg platte traan verpinken soms,
vertellen kijk, na dagen werd een hond gevonden in een put. Hij ademde nog
dood gewoon?
Categorie:Dichten & zo
Stil even
de dag gaat plat ik zie het
aan mijn schoenen ze neuze-neuzen op de mat de rechter links de linker
rechts wat maakt het uit ze zijn een paar
ik had de vaat nog kunnen
vragen hoe het voelt om dagen schots en scheef gestapeld overeind te
blijven staan heb ik maar niet gedaan
zo net voor 't slapen gaan
Categorie:Ik-verzen
Wervelwind
het rukt zich los de wind slaat door weet zich met zich geen blijf meer
-YES WE CAN-
de dingen denken dat het is
gekomen
voor hoge ramen dansen
flarden kranten ongericht
een colablik raced in de goot met een fles van ouwe klare de cola haalt het aan de meet en wordt ontvangen door een menigte klein vuil
het is de stormloop van het stof der aarde het is verheffing en onthechting bevrijding en beweging almaar door
het vrije vliegen is het
enkel
het landen
dat moet nu nog komen
Categorie:SeiZoenen
V-echtgenoten
de papegaai ligt op de grond
ruift weerbarstig in de winter
daagt de goden de kanarie
de hyacintenbollen
uit
geen gedagje meer voor mij stoere stilte. hij bezint. de bek verzegeld. kopje krabben kan niet langer boos oogt hij me weg
als de slaap hem overmant frazelt hij iets over treinen dat ze staken dat het ijzelt dat de bruggen onder water staan
zou hij weten van mijn koffers in de gang zal het kraken van de trap mij niet verraden nu ik ze weer boven draag en ga zoeken
naar
het warmste dekentje voor hem?
Categorie:Parlando
Vermist
hij wist: dag pa het ga je goed
hij zei het niet
hij voelde ma d'r open armen al keek ze weg
hij zag ze niet
hij trok de wijde wereld in onttrok zich aan de wetten van het huis aan al wat voor z'n goed van hem geëist werd
hij ging - o neen - hij vloog! de vleugels die al lang vanuit zijn schouders groeiden waren zo dwingend geworden
en hij genoot, mijn god, wat mocht hij nu genieten!
maar toen de avond viel en de zoveelste nacht toen sliep hij ergens in, de vleugels toegevouwen over hart en buik
daar huilde hij
maar zei het niet.
Categorie:Parlando
Toe nou...
mol mol mol kom es uit je hol zelfs al ben je stekeblind maak me één keer welgezind
zijn je poten goed bedeeld is je snuitje scherp oh, je pelsje is zo zacht laat me één keer, deze nacht strelend langs je rugje gaan
één klein keertje in de palm van mijn warme hand dan leid ik je zachtjes weer naar je onderland
Categorie:Op rijm gezet
Kieskoorts
een taals kabaal
klabettert tussen tong en tanden lettert al wie stompt
ze hebben
oren snuiven hoorbaar ook
hij merkt de vuisten in hun uitgezakte
vesten verraderlijk
de schrik slaat toe dat ooit... daarom beloofd:
hij laat hen nooit met lege handen
Categorie:Korte verzen
Voor wie...
voor wie een strak sonnetje schrijven wil zo eentje naar de regel van de ouden en later dan een écht om van te houden kaboem kaboem die kletste op z'n bil
die meet en telt scandeert en weegt als zouden de lettergrepen nu eens zwaar dan licht in rotten opmarcheren naar hun plicht getrimd getemd in vijf- of zevenvouden
maar als de avond valt zijn daar de vinders de liefste Chibiabos draait de lier er danst muziek de vleugels vrij en vlinders
ontelbaar zij, met elegante zwier een rondedans gelijk van blije kinders verstrooien het sonnetje op papier
Categorie:Sonnetten
Thanatos
dat ik nog zo graag zou leven later als ik over-leden ben
nu sterf ik elke dag een beetje meer en geef ik aan de aarde weer wat ik van haar gekregen heb
mijn ijdel zorgen de vergaarde tafels stoelen kasten vol herinnering de vrienden dingen en een lijf dat hoorde wat de mensen zegden vogels kende en de wolken zag
ze neemt het zo gedwee terug mijn aarde, als een wijze moeder doet met de scherven van te dwaze overmoed.
zal ik nog wonen buiten haar?
Categorie:Ik-verzen
De rechtbank
zeven roze varkenskoppen zaten voor ze droegen zwart-satijnen tabbaarden
onder hun dikke nek een witter nog dan Dashgewassen stijve geplisserde
zeverlap
het meisje werd geroepen twee zware blonde vlechten wogen op haar stoute borstjes
wacht maar tot ik groot ben!
-zeg iets- zei een miss verstandig buiten schot boven gebreide blauwe kousen
-waarover-? er viel een stilte als na de doodstrijd van een bromvlieg
-over het afval-
dat was een lapsus
het meisje zag ze praten de koppen
ze zei, zonder te spreken: hoe houden uedele heren in godsnaam die zeverlappen zo wit
toen zakten de blauwkousen van miss verstandig af
het meisje groette boog, flikte in de gauwte nog een revérence
Categorie:Nonsens-Bizar
Herfstblues
de oude boom liet
aan de storm een dikke tak
jong is de wonde
*
een kind in windjak met boekentas langs de ka bootjes onder zeil
*
de geraniums staan uitgedund bij het raam opa ziet nu meer
*
bloesems walsen nog op mijn jurk in de droger buiten rijpt het fruit
*
blaadjes vallen niet ze mogen één keer vliegen los als vogels zijn
Categorie:Haiku-Senryu
Van de poezen Mup en Rufus
Mup en Rufus, zus en broertje
sliepen warmpjes bij elkaar
Op een dag, ik zag 't gebeuren
begon Rufus haar te keuren
dat liet ze gewillig toe
van spelen werd ze nimmer moe.
Rufus wilde verder gaan
er kwam ergens iets op gang
een gedrevenheid als nooit tevoren!
Daardoor liet hij zich bekoren
om wat dieper in te gaan
op haar vrouwelijke charme
maar de jongeheer, ocharme
kende nog niet goed zijn baan.
Zoekend naar 't bevrijdend plekje
reed hij driftig op haar kop
zij vergaf hem, maar de sloeber
liet haar plotsklaps in de steek
hij verdween over de daken
en is nooit meer weergekeerd.
Mup is onlangs overleden,
heeft haar hele kleine leven
likjes op haar kop gewreven.
*dit is het waar gebeurd verhaal van de poezen van mijn dochter. Rufus was een zeer mooi symetrisch zwart-wit gekleurd katertje. Mijn dochter troostte zich met de verbeelding dat hij 'naar Parijs vertrokken was en daar fotomodel was geworden'.
Magere troost... er was veel oprecht verdriet, toen.
Categorie:Belevenissen
Dit is een lied alleen voor kinderen
ik zou je willen zeggen, pukkelkop
of meisje dat een moodswing om de tien
minuten kent, doe maar, wind je niet op
over sonnet, rondeel en Tante Trien
die plotsklaps alles beter lijkt te weten
van rijm en metrum, jambe of alexandrijn
en zelf de vrijheid neemt de kreten
en gefluister recht uit het hart
zomaar in fladderende vlinders te herkennen
of in een appel die te rotten ligt
op oma's aanrecht want de kinders
zijn niet gekomen deze zondag, neen
wat sneu, maar voor de kleine vliegjes
maakt dit alles helemaal niet uit
ze lijken vrij en lustig in hun doen
en dansen vrolijk om de appel heen
*de titel is van Dimitri van Toren
Categorie:Op rijm gezet
Kleine herfstsonate
de bladeren verkleuren aan de bomen
omen
een trage rups kruipt naar een ander leven
even
haastig gaat de kruisspin aan het spinnen
innen
het duistert vroeg, ik sluit de ramen
amen
Categorie:SeiZoenen
Ik zie
Ik zie Dali
een nest vol ogen waarop de wereld broedt en kuikens baart van allerlei pluimage op hoge poten 't meest een enkele keer een dodo
maar die speelt niet meer mee
hoewel want uitgeleefd en naderhand herboren
inwisselbaar
als doden zijn in dromen
Categorie:Over dieren
Traumdeutung
plots...
[de daken bloosden onder de opkomende zon]
zat daar een grote vogel
machtig, donker-purper glansden
de veren op zijn borst
ik opende wijdarms het raam
ik riep hem niet
of toch
hij spreidde langzaam zijn vleugels
zo statig, behoedzaam schier
verlangen zwol in mij
hij naderde werd groter donkerder de lucht
werd zwart er was geen open blauw geen vluchtweg meer