Bericht voor nieuwe bezoekers aan deze site:
Dit is een blog, dat betekent dat je in het middengedeelte van deze site mijn recentste belevenissen kunt terugvinden. Je kunt hier telkens de laatste 20 berichten die ik heb achtergelaten lezen, de recentste staan bovenaan.
Wie hier voor het eerst komt begint dus helemaal onderaan de site of in het archief bij mei 2006
Wie oudere berichten wil lezen klikt in de rechter kolom op archief.
Klik op het zonnetje hieronder om te zien welk weer het momenteel is in de regio waar ik rondhang.
Na ons uitje naar de Suikerberg, gingen we nog iets drinken met een aantal hostalgenoten : 4 Mexicanen (die bezeten waren van Capoeira en die in Brazilië waren om deze sport nog beter onder de knie te krijgen), een Noor (die speciaal naar Rio gevlogen was om een oude geliefde te bezoeken maar twee uur na zijn aankomst prompt aan de deur gezet werd), een Braziliaan, een scheve Israëliet, twee Italiaanse zusjes, Lucky Ruben en ikzelf. Het werd een gezellige boel en we sloten de avond af met een pintje op Ipanema Beach omstreeks half vijf.
Maandag waren we eigenlijk van plan om verder te reizen naar Parati, een klein koloniaal stadje zo´n 200 km ten zuiden van Rio de Janeiro dat aan de kust ligt. De Italiaanse zusjes Lucia en Cinzia hadden het lumineuze idee om Ihla Grande te bezoeken voor een tweetal dagen en ze vroegen ons of we geen zin hadden om hen te vergezellen. Dit leek ons best gezellig en zo geschiedde. Maandagmiddag gingen we de bus op richting Angra Dos Reis om vandaar de boot te nemen naar Ihla Grande. Ihla Grande is een eiland dat voor de Braziliaanse kust ligt en was vroeger een pirateneiland, even later een eiland waar mensen met lepra gedropt werden en tot zo´n vijftig jaar geleden was er een gevangenis waar criminelen opgesloten werden.
Tijdens de bootreis leerden we een Braziliaan kennen die gerant was van een hostal op het eiland. Hij beloofde ons mooiste kamer van het eiland aan een zeer degelijke prijs. Waarom hij dit deed blijft voor ons nog steeds een raadsel maar hij hield zich wel aan zijn woord : Lucia, Cinzia, Ruben en ik kregen de kamer met een eigen balkon (met twee hangmatten : niet onbelangrijk) en dit met zicht op zee en de talrijke vissersbootjes die de kust rijk was. Dit alles voor de prijs van ongeveer 8 euro per man per nacht. Ongelooflijk! Dezelfde avond nog genoten we in de hangmatten op ons balkon van een aantal caiperiñas. Dinsdag werd een dagje genieten op een verlaten strandje. ´s Avonds was er een BBQ voorzien in een ander nabijgelegen hostal en na het eten barstte het feestje los. Het werd opnieuw een onvergetelijke avond ondanks het feit dat het water met bakken uit de lucht viel.
Op woensdag namen we opnieuw de boot richting Angra Dos Reis. Daar werd ook meteen afscheid genomen van de Italiaanse zusjes waarmee we een leuke tijd beleefden. Zij namen de bus richting Rio de Janeiro om vandaar naar Sao Paulo te reizen en in Sao Paulo het vliegtuig te nemen richting Buenos Aires (Argentinië) waar Lucia studeert. Ruben en ik namen de bus richting Parati waar we vanavond gearriveerd zijn. Morgen doen we het stadje zelf aan in de voormiddag en in de namiddag gaan we even de zee op. Als het mogelijk is nemen we morgenavond de bus richting Sao Paulo om dan vrijdag van daar naar Iguacu te vliegen. Er zijn nog veel plannen en we hebben nog een tweetal weken om deze werkelijkheid te maken. Brazilië maakt vast en zeker een heel goeie indruk op me en het bevalt mij (en Ruben ongetwijfeld ook) heel erg. Het wordt zeker opnieuw een onvergetelijke trip.
Na een lange en vermoeiende reis van een slordige 23 uur kwam ik op vrijdagavond aan in Rio de Janeiro. Gelukkig is alles goed verlopen al had ik geen zo´n goed gezelschap als toen ik naar Mexico vloog in december. In de aankomsthal zat Ruben me netjes op te wachten. We namen samen de bus richting hostal, waar Ruben reeds een tweetal dagen verbleef. Het hostal is eigenlijk vrij goed gelegen, op zo´n 200 meter van het gekende Ipanema beach dat naast Copacabana tot de gekendste stranden van de wereld behoort.
Eens ik al mijn bagage in het hosal gedropt had, gingen we nog kort even de buurt verkennen en namen we ook nog even de tijd om een stukje te eten. Uiteindelijk zat ik na 27 uur wakker zijn in mijn bed.
De volgende dag kuierden we wat rond in de stad en kwamen we zo in de buurt Lapa terecht. Van daaruit gingen we verder naar de Corcovadoberg. Op deze berg staat het 38 meter hoge Christusbeeld dat onlangs tot de wereldwonderen opgenomen werd naast de Chinese muur, het Colosseum in Rome,...Om tot de top te komen dienden we een treintje te nemen dat volgepropt was met toeristen. Maar dit was nog niks vergeleken met de massa mensen op de top van de Corcovadoberg. Echt ongelooflijk hoeveel volk daar was en hoeveel zotte stunten de mensen uithalen om toch maar een unieke foto te hebben van het beeld met al dan niet zichzelf er bij...Eerlijk gezegd lieten wij er ons ook toe verleiden...
Gisteravond pikten we een wedstrijdje voetbal mee : Vasco Da Gama - Atletico Minas Grais. Dit bleek een klassieker te zijn zoals wij Club Brugge - Anderlecht hebben...Wat we daar zagen is niet te vergelijken met wat we in België hebben...Relletjes voor de wedstrijden alom, en de politie die er eigenlijk niks aan doet en gezellig staat te kijken, 20.000 gekken samen in het stadion die 90 minuten zingen en het voetbal beleven op een manier die wij niet kennen, vuurwerk,...echt alles erop en eraan. Enig minpuntje was dat de gekende voetballer Romario niet meespeelde omdat hij zich wat ziek voelde. Toch zagen we hem vanop zo´n 10 meter in de loge zitten en genieten van de 4-0 overwinning die Vasco Da Gama behaalde.
Na het voetbal konden we nog meegenieten van de beachvolleybalfinale vrouwen. Op 13 juli zijn in Rio de Janeiro de Panamerikaanse spelen van start gegaan en wordt er in diverse sportdisciplines gestreden om de gouden plak. Op het strand van Copacabana was er een beachvolleytempel opgezet. Kaartjes om deze bij te wonen waren nogal duur maar vlak achter het stadion konden met een massa enthousiaste mensen de finale bijwonen op groot scherm. Deze finale werd beslecht tussen Cuba en...Bräzilië. Brazilië won die ook...Na de finale kuierden we over de stranden van Copacabana en Ipanema naar ons hostal.
Vandaag werd een (luie) stranddag. We besloten wel om de zonsondergang mee te pikken vanop de Suikerberg. We waren net op tijd boven met behulp van de kabellift. Vanop de berg heb je een prachtig zicht op Rio de Janeiro, zoals we ook vanop de Corcovadoberg hadden...We zagen het donker worden (vanaf half zes gaat de zon hier onder) en genoten nog even van de vele lichtjes die de stad rijk is...
Morgen verkassen we naar Paraty, een kustplaatsje zo´n 200 km ten zuiden van Rio de Janeiro.
Foto´s komen binnen enkele dagen online en een vervolg van het verhaal ook.
Mijn uittocht uit Bolivië deed me mn beide handjes samenleggen dat ik met de fiets op reis ben getrokken en niet steeds de onnoemelijk slechte bussen inmoest. Om tijd te winnen nam ik in Bolivië toch nog eens een bus richting Braziliaanse grens. Er werd me verteld dat de rit 18 uur in beslag zou nemen, maar omdat we om de haverklap stilstonden om wielen te vervangen en de motor te laten afkoelen werden het uiteindelijk 30 uren. In zo´n gammele bus is dat lastiger dan een hele dag op de velo!
De grensovergang tussen Bolivia en Brazilië was mijn allerlaatse van deze reis en meteen ook de eerste die me echte problemen oplevert... Voor het binnenkomen van Bazilië heb een bewijs nodig van inenting tegen gele koorts. Ik heb die inenting al lang geleden gehad en natuurlijk weet ik dus die inentingskaart nergens meer zijn. Ik had gehoopt dat wat goede uitleg of wat smeergeld me toch gemakkelijk over de grens zou brengen, maar niets is minder waard. Ze sturen me terug naar Bolivië waar ik 20 dollar zal moeten betalen voor de inenting, maar als klap op de vuurpijl moet ik bovendien nog eens 10 dagen wachten vooraleer ik het land in mag... Ik trek er me niet veel van aan en ga zonder stempel in mijn paspoort toch het land in tot de volgende stad. Ik probeer de volgende dag met een extra portie dollars in de hand nog eens, maar net als ik mijn hele uitleg heb gedaan en mn geld wil boven halen schiet de brave man achter me mij te hulp. Hij is blijkbaar arts in de stad en kan me gratis een inenting bezorgen. Bovendien verwijt hij de douanebeambte voor alles wat mooi en lelijk is en zorgt ervoor dat ik toch meteen het land in mag...
Met fiets en al en met alle papieren netjes in regel trek ik richting Pantanal. De Pantanal is een groene zone met de omvang van Frankrijk waar de beestjes het nog voor het zeggen hebben. Met een netjes georganiseerde tour trek ik samen met nog wat andere avonturiers doorheen rivieren op zoek naar kaaimannen en krokodillen. Bij de eerste die we vinden blijven we een kwartier staan gapen, maar ondertussen heb ik ze in alle maten en gewichten gezien; genoeg voor de volgende 20 jaar... We trekken te paard de wildernis in, gaan met een bootje naar pirana´s vissen en maken heel veel lange wandelingen doorheen de schitterende natuur... Na een dag of 4 enthousiast foto´s nemen gaat het met de bus verder naar Campo Grande. In de enige stad van enig formaat in deze uitgestrekte wildernis kijk ik naar de finale van de Copa America voetbal. 5 jaar nadat ik samen met Kurt getuige was van de Braziliaanse viering van het winnen van het wereldkampioenschap wou ik dit voor geen geld van de wereld missen! Brazilië veegde de vloer aan met favoriet Argentinië en won met droge 3-0 cijfers. Toch bleef het feestje ingetogen, de Copa America lijken ze niet zo héél belangrijk te vinden en bovendien waren ze niet te spreken over het spelniveau op weg naar de finale (ondanks een 6-0 in de kwartfinale)...
Daarna wou ik graag met de bus verder tot Sao Paolo om van daaruit Rio de Janeiro binnen te fietsen, maar niet 1 buschauffeur wou mijn fiets meenemen... De laatste 1600 km met de fiets afleggen is jammer genoeg geen optie omdat ik dan wel heel veel te laat zou zijn om vdb in Rio te gaan verwelkomen. In Campo Grande valt echter niets te beleven dus stap ik maar op een bus naar Rio en kom daar een dag of 2 te vroeg op mijn eindbestemming aan. Ik heb een beetje een dubbel gevoel bij mijn aankomst in Rio... Ik ben superblij dat ik mijn eindbestemming na een onvergetelijke tocht goed en wel bereikt heb, maar aan de andere kant was ik toch graag Rio binnengefíétst en bovendien betekent dit zowat het einde van mijn grote fietsavontuur... Gelukkig moet het iets mindere gevoel al snel plaats ruimen! Rio is een fantastische stad en in het hostal word ik alweer met open armen ontvangen. Ik spring snel de douche in en meteen trek ik met een internationaal gezelschap het Braziliaanse nachtleven in. Ik hou het hele toeristische gedoe tegoed voor als vdb hier is, dus doe ik 2 dagen en 3 nachten niets anders dan de allerleukste bars en clubs afschuimen en crashen op de beroemdste stranden van de wereld.
Op vrijdagavond ben ik ruim te laat om vdb te gaan oppikken, maar gelukkig heeft ook hij een pak vertraging, dus is er geen vuiltje aan de lucht. Beiden zijn we klaar om er andermaal 3 onvergetelijke weken van te maken en we zijn alvast in stijl begonnen! Ik laat Christophe zelf aan het woord over zijn eerste dagen hier en binnenkort laat ik ook de vele leuke foto´s op jullie los. Hou het hier dus in de gaten...
Zowel in een dorpje als in de stad ben ik met het fototoestel in de aanslag de straat opgetrokken voor een mini-reportage van 'het leven zoals het is: Bolivië'. Bedoeling was om vooral mensen en de gewone taferelen op de gevoelige plaat vast te leggen. Het langzame leven van elke dag, de tafereeltjes waar ik jammer genoeg niet meer vreemd van op kijk. Omdat de mensen steeds de schaduw opzoeken zijn de kleuren niet altijd ideaal en omdat ze liever niet gefotografeerd worden en ik me ook schaam om ostentatief foto's van hen te staan nemen, is de kwaliteit soms bedenkelijk. Maar ik hoop vooral dat ik een beetje een beeld kan scheppen van het dagelijkse leven hier. Hoewel, als ik me niet vergis hebben de fanaten van Peking-Express al een portie 'Bolivië zoals het is' achter de kiezen.
Het lijkt wel of ze het met opzet doen! Vrijgezellenfeesten en huwelijksfeesten terwijl Ruben er net even niet is... Speciaal voor de trouw van Christophe en Cindy bleef ik nog een weekje langer in het land. Maar tijdens mijn afwezigheid slaagden achtereenvolgens meneer en mevrouw Embo, meneer en mevrouw Strumaantje en meneer en mevrouw Lenny erin zich in de echt te verbinden. Vandaag 07/07/07 is het dan de beurt aan meneer en mevrouw Krukke. Ik was er graag bijgeweest, want de kans dat Krukke (hier op zijn vrijgezellenavond omringd door Strumaantje, Zwaaf en Vdb) weer één van zijn legendarisch lompe stunts uithaalt is behoorlijk groot. In gedachten ben ik er alvast bij en als alles goed gaat is er straks ook even online contact. Tot sebiets Dieter en in afwachting alvast een dikke proficiat voor beiden!
De afgelopen weken waren dus superleuk geweest, maar nogal hectisch. Ik keek er naar uit om het weer wat rustiger aan te gaan doen, maar verrassend genoeg viel dat niet mee. De bedoeling was om in twee rustige dagen ontspannen de 160 km van Potosí tot Sucre te gaan afhaspelen. Ik wist maar al te goed dat het verlaten van Potosí wel eens spannend zou kunnen gaan worden. Boze mijnwerkers en studenten spannen over het hele land al enkele dagen samen om alle grote steden lam te leggen door middel van wegblokkades. Niets van verkeer raakt de 5 grootste steden van het land in of uit. 'Leven en laten leven', denkt Lucky Ruben dan en ik beproef mijn geluk toch. In de stad zelf passeer ik enkele studentenblokkades, maar die laten me met de glimlach passeren. Enkele kilometers verderop ziet het er minder rooskleurig uit. De mijnwerkers zijn een stuk radicaler dan de studenten en er ontstaat een hevige discussie of ze me laten passeren of niet. Ik slaag er in om met de glimlach de gemoederen te bedaren en uiteindelijk wenst het gezelschap me een vrolijke reis... Twee 'zwaantjes' hebben het gebeuren blijkbaar van op een afstand gevolgd en komen verhaal bij me halen. Ze zijn ontzettend verbaasd dat ik met fiets en al de stad uitgeraakt ben en dringen er voor mijn eigen veiligheid op aan om me een tijdje te escorteren. Mij lijkt het volledig overbodig, maar het is weer eens wat anders. Zo'n tiental kilometer lang rijden beide heren statig voor me uit. Als ik aanstalten maak om een foto te nemen gaat het vingertje streng de lucht in en duchtig heen en weer. Als ze er uiteindelijk genoeg van hebben kan ik vluchtig toch nog een wazig kiekje nemen. Ik bedank ze uitgebreid voor bewezen diensten en ze verzekeren me dat ik nu veilig verder kan. De politie: uw vriend!
Rustig peddel ik dus verder en na bijna 50 km gebeurt dan toch het ondenkbare! Na bijna 9 maanden en bijna 10 000 km op het Amerikaanse continent: een klapband!! Eerlijk is eerlijk, de achterband verloor al een tijdje geleidelijk aan minieme hoeveelheden druk. Te lui om mijn handen vuil te maken om een klein gaatje te zoeken en te plakken pompte ik elke dag een klein beetje bij... Uiteindelijk eist dat dus zijn tol. In volle afdaling en in een bocht is het van dat. Een plofje en de hele fiets gaat zwaar aan het slingeren. Een klapband op zich is geen probleem, uiteraard heb ik een reservebinnenband bij, maar bij het slingeren van de fiets is weer maar eens een spaak gebroken. Sinds ik in Peru vrede moest nemen met een minder sterke spaak is het evenwicht uit het acheterwiel ver zoek en nu breekt dus nog een spaak. Omdat het vooral bergaf gaat en ik vrees voor meer schade bij grote snelheden ga ik aan het liften. Dat valt natuurlijk niet mee, want er geraakt niets van verkeer de stad in of uit. Na goed een uur stopt dan toch een vrachtwagen en ik kan achteraan bij de rest van het liftende gezelschap.
Aangekomen in Sucre (zo'n 1500 m lager en dus lekker warm) besluit ik mezelf dan toch nog maar eens in de watten te gaan leggen. Het was geleden van toen ik in Noord-Peru ziek was dat ik nog eens echt goed onderdak had en dat is toch al bijna 2 maanden geleden. Bolivië is bovendien dé plaats om jezelf te verwennen. Voor de prijs van een goedkoop motel in de USA neem ik hier mijn intrek in een 4*-hotel recht op de Plaza de Armas. Er staat een ventje in apenpak klaar om de deur voor me te openen, ik heb een gigantisch en stevig bed, een warme douche mét druk op het water, een wc-bril, kabeltelevisie en als klap op de vuurpijl... een enorm ontbijtbuffet!
From Pisco in Peru I continued by bike to the town of Ica and I spent a couple of days in the beautifull lagoon of Huacachina. This lagoon is right on the side of sand desert that is bigger than the Sahara in Africa. It was the perfect spot for some relaxing, but also for crazy rides in sandbuggies and for a lot of sandboarding. After the break, the ride continued to Nasca, where I flew over the famous Nasca-lines. From Nasca I realized that I had to start moving a bit faster so I went to Arequipa by bus. It was great to come back to one of my favorite cities after 6 years and to see some old friends again. I already knew the area around Arequipa, Puno and the Titicaca-lake, so I started a busmarathon to La Paz. The highest capital in the world stroke me as dirty, chaotic and very touristy, but it's amazingly cheap and there's heaps to do in the area. That's how I had my kicks on the famous 'deathroad' downhillmountainbiking and I went climbing the 6088 metres high (19 976 feet) mountain Huayna Potosi. Exhausted as I was after that climb I took another bus to Uyuni. This is way off my route, but it has a 3-day excursion through the surreal saltflats and the extraterrestrial landscapes surrounding them! This was certainly worth the detour!! Rightnow I'm in Potosi, the highest city in the world. Tomorrow I start riding again and in a few days I will leave the Andes mountains behind me and head for warmer areas again...
It looks like it will be a close call on the vote on the right side of the blog. The vote is about the length of my hair by return to Belgium. At this very moment there is a tie of 94 votes between '11cm' and 'you will never come back at all'. Let me know what your opinion is! (btw: the 3 mm when I left was f*cking comfortable! and also a bit sexy?)
Op de poll over mijn haar gaat het er al de hele reis lang razend spannend aan toe. Oorspronkelijk ging het tussen drie resultaten, maar hoe langer hoe minder mensen lijken te denken dat ik mijn haar nog weer afscheer vooraleer ik terugkeer (dat was nochtans belachelijk comfortabel!!) Met precies 383 stemmen is er voorlopig een ex-eaquo met 94 stemmen voor zowel '11cm' als 'Jij komt helemaal niet meer terug'.
Met nog iets meer dan een maand te gaan voor de oorspronkelijk voorziene terugvlucht heb ik het nog niet gemeten, maar begint het toch vulgair lang te worden en komt de 11cm misschien wel in de buurt. Aan de andere kant: ik amuseer me hier hoe langer hoe meer en bovendien lijken er rare dingen aan de hand te zijn ivm met mijn terugvlucht. Een teken aan de wand voor de laatste optie?
Tijdelijke aanbieding: 'mini Lucky Ruben' hier gepresenteerd door Chester. Vervaardigd uit soepel plastiek is het gadget in alle mogelijke bochten te plooien, maar toch is het lekker zacht genoeg voor een warme knuffel! Praat echt!
Prijs: 30 Schriftelijk te bestellen via het secretariaat op het gekende adres. Aanbod geldig tot 9 augustus 2007.
In Bolivië zijn ze er nogal trots op om het te kunnen hebben over de hoogste... De hoogste hoofdstad van de wereld, het hoogste voetbalstadion van de wereld, het hoogst bevaarbare meer van de wereld, de hoogste top van het continent en nu ben ik in de hoogste stad van de wereld. Potosì is vooral bekend voor de mijnen waar alles nog in erbarmelijke omstandigheden en manueel gebeurt. Gisterenvoormiddag ben ik daar dus eens een kijkje gaan nemen en een mens zou er stil van worden. Het doet me eens te meer beseffen dat ik het getroffen heb als leraar in België en ik vrees een beetje als er weer eens een begint te zagen over zijn werk als ik terug ben, dat die een schop in zijn kont krijgt en hier eens mag komen kijken... http://www.youtube.com/watch?v=sQ6r7qNmNYc
Voorlopig hang ik nog wat rond in het verder wel gezellige stadje Potosì. Morgen spring ik weer voor een paar dagjes de fiets op en zeg zo voor goed (wat deze reis betreft) vaarwel aan het Andesgebergte.
De zoutvlaktes hadden indruk op me gemaakt en het leek me een uitgelezen plek om met de fiets nog eens helemaal van de wereld te zijn. Bij terugkomst van de excursie bleef ik dus in Uyuni plakken en pakte de volgende dag mijn boeltje om te fietsen tot ik niets anders meer zag dan wit en blauw... Het lijkt allemaal fake en toch is het puur natuur! Alleen op de wereld, geen teken van leven te bespeuren! Geweldig!
Eerlijk is eerlijk, jullie zijn niet de enigen die mijn dagen zitten af te tellen. Ik ben me ten volle bewust dat het begint in te korten en dus gaat het aan een iets intensiever reistempo. Na de tweedaagse klim waren we rond 16u terug in La Paz. Om 19u zat ik al in de lokale nahtbus naar Uyuni. In het busstation had ik gelukkig nog iets kunnen eten en was er zelfs een warme douche (vooral geluk voor wie die nacht naast me op de bus moest zitten). In de bus zit nog een toerist, een Israeli. Ik heb in mijn hele leven nog maar weinig Israeli's ontmoet die me niet op mijn zenuwen werken. Ze zijn over het algemeen ontzettend arrogant, luidruchtig en vuilpotten. Amid lijkt de uitzondering op de regel te zijn en bij aankomst in Uyuni gaan we die morgen meteen op zoek naar het goedkoopste agentschap voor een driedaagse excursie richting zoutvlaktes en dergelijke.
Een paar uur later zitten we in een LandCruiser. In ons gezelschap een chauffeur, een kokkin, twee Britten en een Japans koppel. We zetten koers richting zoutvlaktes. Deze plek ligt eigenlijk behoorlijk ver van mijn route af, maar ik had er al zoveel leuke dingen over gehoord dat de omweg wel gerechtvaardigd leek. En ik heb het me geen seconde beklaagd. We zitten hier constant tussen 3500 m en 5500 m hoogte, maar ooit was dit een oceaan. Bij het verschuiven van de platen raakte een stuk oceaan gevangen tussen reizende bergen en het water evaporeerde, maar het zout blijft voortbestaan. Resultaat is honderden kilometers (2000 km2) schitterende zoutvlaktes. Het betoverende landschap lijkt niet van deze planeet te zijn... We passeren bij een 'eiland' bezaaid met cactussen en overnachten in een hotel dat volledig van zout is gemaakt. Alles, maar dan ook werkelijk alles is van zout. Dat gaat van de muren, over stoelen en tafels tot zelfs de bedden...
De volgende dagen rijden we verder doorheen buitenaards lijkende taferelen. We komen nabij Chili waar ik voor de lol even de grens overspring en vlakbij de Argentinie. Het landschap varieert van dorre woestijn, over actieve vulkanen, tot sprookjesachtige lagunes bij besneeuwde bergen. Bij de vele stops leeft de spiderman in mij zich uit op de vreende lavaformaties. De extreem koude nachten proberen we te verzachten met grote hoeveelheden Boliviaanse en Chileense wijn. Ik moet zeggen dat het werkt! De ochtend van dag drie zijn we nog maar eens voor dag en dauw uit de veren. De zonsopgang maken we dit keer mee van bij geisers. De atieve vulkaanbodem puft onafgebroken sulferrook uit. In de bodem borrelt een heet goedje onder onze voeten. De stoom die het geheel afstoot stinkt naar rotte eieren, maar is zo lekker warm dat we er toch met veel plezier gaan bovenhangen. Rond 6u30 geeft de thermometer een temperatuur van -15 graden Celsius aan. Aangekomen bij natuurlijke warmwaterbronnen twijfel ik dan ook geen moment om de duik te maken. Voor de zoveelste keer word ik gek verklaard, maar al snel volgen mijn reisgezellen mijn voorbeeld en komt er nog wat volk het hete water in. Ik weet niet hoe het paradijs er uitziet, maar dit komt volgens mij aardig dicht in de buurt!
Drie dagen lang heb ik me op een andere planeet gevoeld. Geen tekenen van beschaving, enkel een aaneenschakeling van de vreemdst mogelijke landschappen, coole activiteiten en bovendien aangenaam gezelschap...
Toen ik in La Paz was vierden ze daar 'San Juan', de langste en koudste nacht van het jaar... Reden om alles waar ze beslag op kunnen leggen in brand te steken, om tonnen vuurwerk af te steken en om liters gluhwein naar binnen te gieten. Je kunt je dus gaan inbeelden dat het daar op meer dan 5000 meter alweer een ijskoude nacht zou gaan worden. Ik was echter voorbereid en met vele lagen kleren kruip ik in een dikke slaapzak en trek daar nog eens mijn eigen flinterdunnen slaapzakje boven. Rond 18u zitten we er al in, want het is de bedoeling om om middernacht op te staan en ons klaar te maken voor een zoveelste avontuur.
Mijn nachtrust verloopt jammer genoeg ver van ideaal. Er liggen in de berghut 12 dapperen (gidsen inbegrepen) en er zijn er duidelijk enkelen die last hebben van de ademhaling. Er wordt naar hartelust gesnurkt en aan weerszijden heb ik een Deen die heftig in mijn gezicht ligt te blazen. Bovendien heb ik voor het eerst verschijnselen die wijzen op soroche (hoogteziekte). Ik heb schele koppijn en veel zin om over te geven. Het ene moment zweet ik me te pletter in al mijn kleren en enkele minuten later lopen koude rillingen over mijn rug. Van slapen komt amper of niets in huis. Ik draai en keer me in alle mogelijke posities en maak van pure ellende enkele uitstapjes naar buiten. Een bijzonder heldere maan verlicht de witte bergflanken en dit fraaie tafereel verzacht de pijn toch een beetje. Als we om middernacht gewekt worden voor het ontbijt twijfel ik ten zeerste of ik hier wel wil aan beginnen. Opgeven staat niet in mijn woordenboek, maar ergens niet aan beginnen gaat me veel beter af. Terwijl iedereen zich enthousiast begint op te maken blijf ik nog even liggen, maar de blijde gezichten om me heen steken het vuur toch aan de lont. Ik sleep me van mn flinterdunne matrasje en bij het stevige ontbijt prop ik mn mond vol met cocabladeren. Als grondstof voor cocaine en de verdoving van tandartsen missen deze bladeren hun effect niet. De hele dag lang lopen we er met zn allen naar hartelust op te kauwen...
Rond half 2 `s morgens staan we paraat. Ik heb van het agentschap alle nodige materiaal en kledij in bruikleen gekregen. Lekker warm en comfortabel. Ik lijk wel zo'n beetje op de kleurboek van een driejarige; maar soit... Vandaag verloopt het volledige traject over ijs en sneeuw. Onder de stevige sneeuwlaarzen komen crampons. Dit zijn ijzeren onderstukken met gemene tanden waardoor het zo goed als onmogelijk wordt om weg te glijden en waarmee je je lekker in de sneeuwwand kunt vasthaken. We hijsen ons alle drie in een harnas en worden met een klimtouw en elkaar bevestigd. De bedoeling hiervan is dat de valpartij van een ongelukkige opgevangen wordt door de anderen die aan het touw hangen. Tot slot krijgen we ook nog een stevige ijsbijl mee. Na een korte uitleg en een beknopte oefensessie vatten we de klim aan. De hoop is om binnen 6 uur de top te berijken en daar de zon te zien opkomen...
Eenvoudige stroken zitten er op deze hoogte en op deze ondergrond nooit bij. Ondanks het feit dat ik bijna niet heb geslapen voel ik me toch in m'n nopjes. De maan verlicht nog steeds de hele omgeving, er zijn ontelbaar veel sterren aan het firmament en ik heb er nu wel lekker zin in om dit varkentje eens te wassen. Snelheid maken is niet de bedoeling. Voetje voor voetje schuifelen we vooruit. Elke inspanning kost hier pakken energie en het is zaak om nog wat over te houden voor "de muur". Na enkele uren gestaag opwaarts stappen wacht ons een eerste technische strook. We moeten een dertigtal meter recht omhoog. De ijsbijl gebruikten we voorheen gewoon als veredelde wandelstok, maar nu bewijst hij echt zijn nut. Telkens weer moet je dat ding hoog boven je hoofd in de ijswand zien te kloppen. Daarna gebruik je de combinatie van arm- en beenkracht om lijf en leden wat omhoog zien te werken. Doseren zit er hier niet in. Eenmaal boven moeten we allemaal even gaan zitten om naar adem te happen. Met veel plezier stel ik vast dat ik een pak sneller recupereer dan mijn gezellen en hier begin ik er in te geloven dat ik de top wel haal. Langzaam maar zeker tsjokken we verder. We zijn betrekkelijk laat vertrokken en nu beginnen we 1 voor 1 lijken op te rapen. Sommigen volharden in de boosheid, anderen keren met tranen in de ogen terug, zij halen het niet... Na een urenlange combinatie van afzien en genieten is het zover! We staan voor "de muur"... Al van heel ver zagen we hem blinken. Onmenselijk lijkt het als je er eenmaal voorstaat. Je bent helemaal aan het einde van je krachten en dan krijg je dit op je boterham. De enige mogelijkheid om de absolute top te bereiken is een imens steile wand van meer dan 250 meter hoog. Door het hoge steigingspercentage is rust of recuperatie op dit stuk geen optie. Het is alles of niets. Velen houden het ten einde raad op niets en wachten hier op de zon. Ook 1 van de Denen ziet het niet zitten... We kunnen hem echter overtuigen en na een preventieve pauze en een laatste stuk chocolade, een slok water en een nieuwe lading cocabladeren gaan we er tegenaan. Verstand op nul en tot het uiterste gaan, daar hou ik van! Ijsbijl inkloppen en omhoog. Ijsbijl inkloppen en omhoog. Ijsbijl inkloppen en omhoog... Ruim een uur doen we er over, maar het gevoel op de top is onbeschrijflijk!! De timing is perfect, aan de horizon zien we de kleurschakeringen en langzaam maar zeker komt de zon boven de grillige horizon piepen. Compleet uitgeput moeten we er even gaan bij liggen. Aan de andere kant van de berg zien we de schaduw van deze prachtige piek uitstrekken over de hoogvlakte tot aan het Titicacameer. In de bergvallei hangt een wolkendek dat samen met de opkomende zon voor een onvoorstelbaar kleurenspel zorgt... Trots nemen we de tijd om er even bij stil te staan. 6088 meter! Nog goed 2500 meter scheiden ons van het dak van de wereld, zo heb ik weer iets om van te gaan dromen...
Het gevoel op de top is voor mij weer een energiebom geweest, maar de Denen hebben het moeilijk. De afdaling weegt zwaar door op de dijbenen en er moeten heel veel pauzes ingelast worden. Na ruim drie uur dalen komen we afgepeigerd terug bij het highcamp. Tijd voor een lichte maaltijd, de rugzakken weer inpakken en nog een uur of 2 verder dalen...
Ook dit is weer maar eens een onvergetelijke ervaring geweest. Terwijl jullie daar mijn dagen zitten af te tellen heb ik het gevoel dat het steeds maar beter wordt en dat er geen einde lijkt te komen aan de aaneenschakeling van hoogtepunten!!
Geduld oefenen leer je in Zuid-Amerika op de harde manier. Nu is het ook even aan jullie... Ze schoppen me buiten uit het internetcafé, dus moeten jullie eventjes geduld oefenen om te weten of we uiteindelijk de magische kaap van de 6000 meter hebben weten te overschrijden!
Morgen meer nieuws over de beestachtige klim en de onvergetelijke dagen die daarop volgden. Er is ook een nieuw filmpje op weg en zoals beloofd komen er ook een heleboel schitterende foto's online.
Na een uiteindelijk toch nog leuke afdaling van de deathroad wil ik weer mijn eigen grenzen verkennen. Vanuit La Paz zie je overal de majestueuze berg 'Huayna Potosí' uitdagend loeren. Deze imposante mastodont van 6 088 meter hoof is bij alpinisten vanover de hele wereld beroemd en berucht vanwege "La Pared" of "De Muur"... Op een hoogte van ruim 5800 meter wacht de dappere klimmer namelijk een beest van een afsluiter. Door velen begeerd, lang niet voor allen weggelegd besluit ik de uitdaging aan te gaan.
De klim wordt over twee dagen verdeeld. Ik vertrek vanuit La Paz samen met twee sportieve Denen van 22 jaar en een lokale gids. We krijgen een heleboel klimuitrusting mee, maar de eerste dag is dat alleen maar extra belasting. We vertrekken namelijk op een geplaveid pad. De temperatuur is hier nog om en bij de 15 á 20 graden en met de zware rugzakken (met klimlaarzen, crampons, ijsbijl, slaapzak, eten en drinken, ...) is het zweten geblazen. Langzaam maar zeker vervaagt het pad en uiteindelijk houdt het op te bestaan. De lucht wordt ijler, de temperatuur daalt, de omgeving wordt ruwer en robuuster en het gevoel dat we een berg aan het beklimmen zijn maakt nu echt zijn intrede.
Die dag zwoegen we ons tot het 'highcamp'. Op 5130 m hoogte wacht ons een berghut waar we in de vooravond moe maar tevreden onze zware rugzakken kunnen droppen. We genieten van een zoveelste schitterende zonsondergang en duiken heel vroeg de slaapzak in voor wat een ijskoude nacht beloofd te worden...
Ik vertelde jullie al dat La Paz zelf me niet echt kon boeien, maar dat de omgeving des te meer te bieden heeft. Één van die dingen kon ik als fietsreiziger onmogelijk links laten liggen. In de buurt van La Paz loopt namelijk "el camino de los muertos", vrij vertaals naar "the deathroad" of "de dodenweg". Op een hoogte van goed 4700 m start een duizelingwekkende afdaling. Oorspronkelijk gaat het over een goede asfaltweg, maar al snel verandert het traject in een kiezelpad. Aan de linkerkant is er nonstop een gigantische afgrond terwijl je tot 1300 meter daalt, werkelijk indrukwekkend. De dodentol op dit pad bleef in de eerste helft van 2006 op 43 slachtoffers steken. Voor wie het lot wil tarten worden vanuit La Paz tours georganiseerd om deze afdaling te fietsen. Ik informeer om dit met de eigen fiets te doen, maar dan kan ik geen verzekering krijgen en dat wil ik mijn oudjes toch niet aandoen... Ik krijg een blitse Trek met vering en schijfremmen onder mijn kont geschoven en zie het helemaal zitten! Toch valt het me in den beginnen zwaar tegen. Ik zit met twee koppels opgescheept en de twee gidsen willen de groep koste wat het kost samen houden. Het stuk op de asfaltweg moet ik me beperken tot het bestrijden van de kou en de vaak. Op de offroad laat ik af en toe een groot gat om dat in 1 ruk toe te knallen en dus kan ik me al iets meer uitleven. Jammer genoeg beperkt de bewolking en de regen het zicht, dus van mooie vergezichten is amper sprake. De dieperik inkijken is echter steeds weer zeer spektaculair! Toch moet ik er steeds gaan bijdenken dat ik met mijn eigen volgeladen tweewieler af veel en veel gekkere afdalingen heb gereden. Net terwijl ik me zit te bedenken dat het eigenlijk zonde is van mijn geld, komt de achterste gids naast me rijden. Hij heeft in de mot dat ik wel met een fiets overweg kan en dat ik me begin te vervelen. Hij komt me vertellen dat er ons maar een half uurtje meer rest en dat ik me daarin mag uitleven. Ik kan de glimlach op mijn gezicht niet verbergen en vraag hem hoe ik weet waar het afgelopen is. Hij gaat ook aan het lachen en daagt me uit. Er wacht ons een lekker stuk afdaling en een slotklimmetje van zowat anderhalve kilometer, boven is een dorpje. Als ik voor hem in het dorpje aankom hoef ik de 38 dollar niet te betalen!! Ik check nog even of hij het wel meent, maar nog voor ik antwoord krijg gaat hij er als een bezetene vandoor. Het is duidelijk dat hij de afdaling kent als zijn broekzak, dus moet ik me beperken tot het op een veilige afstand volgen van zijn spoor. Na een tijdje kijkt hij om en zie ik de verbazing op zijn gezicht dat ik nog volg. Hij is merkbaar vastberaden me er af te rijden en drijft de risico's wat op. Het is onverantwoord dat ik in deze natte steenslag met de dieperik aan mijn linkerkant de limieten opzoek, maar wie dit hier af en toe heeft gevolgd weet dat er geen stoppen aan is als de adrenaline eenmaal de bovenhand haalt. We leven ons helemaal uit, tot op de limiet en erover. Meer dan eens voel ik zowel voor- als achterwiel schuivers maken. Meer dan eens komen beide wielen los van de grond en meer dan eens kom ik akelig dicht bij de afgrond, maar ik bijt me vast in het achterwiel van de gids... Zodra het slotklimmetje begint ga ik naast hem rijden. Hij kijkt me met vragende ogen aan en een tikkeltje arrogant geef ik hem een 'Paul-Herrygers-schouderklopje'. Ik ga recht op de trappers staan en met een paar stevige lendenrukken laat ik hem voor goed achter. Gedreven door de adrenaline en de bijna 10 000 trainingskilometers ga ik niet meer neerzitten en maak er 1 lange sprint van. Terwijl ik sta na te genieten komt de brave man met een groen lachje op zijn gezicht ook aangereden. "Coureurs scheren toch hun benen?", zegt hij. Hij daagt nooit toeristen met geschoren kuiten uit, maar dit keer heeft hij duidelijk buiten de waard om gerekend... Nog maar eens Lucky Ruben dus! Ik slaag er in Bolivië sowieso al niet in om mijn dagbudget van 25 euro uit te geven en dan laten ze me de leukste dingen ook nog eens gratis doen...
Onvergetelijke avonturen, pakken adrenaline, extreme kou, uitzonderlijke hoogtes, buitenaards mooie landschappen, heel veel goed gezelschap, nog maar eens de grenzen van mijn eigen kunnen afgetast... Alle ingrediënten om van de afgelopen week één van de meest memorabele van de reis te maken!! Nu heb ik weinig tijd, want het avontuur gaat aan superhoge snelheid voort, maar binnenkort komen jullie weer sterke verhalen en enkele van de allerbeste foto´s tegemoed!
Tot die tijd: alvast een heel leuke vakantie voor alle collega´s en studenten!
Ik heb even een versnelling hoger geschakeld. 't Is te zeggen, ik heb er een busmarathon opzitten. Vanuit Arequipa was het zowat 5 uur bus tot Puno aan het Titicacameer. Ook Puno en het meer (dat we uit de aardrijkskundeboeken kennen als het hoogst bevaarbare meer ter wereld) ken ik al, dus wou ik er niet al te lang blijven. Ik hoopte met de boot de oversteek naar Bolivië te kunnen maken. Dat kan, maar het prijskaartje valt me met 150 dollar toch een beetje tegen. Ik laat er geen gras over groeien en stap meteen op een bus naar Copacabana. Na nog eens ruim 3 uur bussen kom ik aan in Copacabana, nog niet mijn bekende eindbestemming in Rio de Janeiro, maar de Boliviaanse versie. Ik pik nog maar eens een schitterende zonsondergang mee en besef al snel dat hier verder niet veel te zien is... Ik zet mijn busmarathon dus verder en nog eens 3 uur later kom ik afgepeigerd aan in La Paz.
Er zijn nog maar weinig hoofdsteden die mij hebben weten te bekoren en ook al is La Paz de hoogste hoofdstad van de wereld, het vormt voor mij niet echt een uitzondering. Ik heb al veel reizigers gekruist die laaiend enthousiast waren over deze stad, maar op het eerste zicht lijkt de charme mij ver zoek. Oorspronkelijk zie ik enkel veel chaotische drukte, viezigheid en een opeenhoping van toeristen... Naar mate de tijd vordert moet ik mijn mening alweer een klein beetje bijschaven. Ik weet dan toch een leuk pleintje te vinden en slaag erin om de toeristenmeute wat te ontlopen. Bolivia is zonder twijfel met voorsprong het allergoedkoopste land van deze reis. Als ik in La Paz dan ook nog eens op een zwarte markt stoot die zowat de omvang moet hebben van het grondgebied Torhout, moet ik mijn koopwoede wat proberen te temperen. Mijn enige lange broek zag al een tijdje af. Hier en daar een hapering of een gaatje stoorden me niet, maar sinds gisteren liep ik letterlijk en figuurlijk met heel mijn gat bloot. Op zoek naar een lange broek dus. In België kan ik het met mijn lange, magere benen soms al eens moeilijk hebben om een broek te vinden, maar nu zit ik dus in Bolivië... Ik loop al zowat drie weken tevergeefs te zoeken naar slippers in een maat 46 en vrees een beetje voor de queeste naar een broek. Tot mijn grote verbazing vind ik betrekkelijk snel iets wat aanvaardbaar is. Het lijkt nog steeds alsof ik onder een trein heb gezeten (om de woorden van mij moedertje eens aan te halen), maar ik kan er toch mee over straat komen en mijn kont is tenminste bedekt. Ik moet me echt inhouden op deze gigantische markt. Alles van elektronica, over kleding tot voeding gooien ze hier echt aan belachelijke dumpprijzen naar je kop; maar een fietsreiziger die al een lijvige Spaanstalige bijbel meesleurt moet toch wat opletten...
Na Nasca was de volgende bestemming op mijn agenda Arequipa. Tussen Nasca en Arequipa liggen andermaal honderden kilometers dorre woestijn en een stevige klim tot goed 2800 m hoogte. Ik vertrek vol goede moed uit Nasca voor een totale afstand van net geen 600 km en omdat er wat haast begint bij te zijn hoop ik die in 5 dagen te kunnen overbruggen. Die hoop wordt echter al snel de kop ingedrukt. Een ziedende wind raast doorheen de woestijnlandschappen rondom Nasca en natuurlijk heb ik die recht op kop! Een uur lang bied ik dapper weerstand, maar ondertussen ga ik ook aan het rekenen. Met deze briesende rotwind kom ik amper vooruit en wordt het een hele opgave om binnen de week in Arequipa te raken... In mijn koppeke overloop ik ook nog eens wat er nog allemaal op mijn verlanglijstje staat vooraleer ik op 20 juli vdb oppik in Rio, en dat is nog héél wat!! => Ik keer mijn kar en laat me terug naar Nasca waaien om daar op een nachtbus naar Arequipa te wachten.
Arequipa is 1 bom nostalgie voor mij! Het was 6 jaar geleden mijn eerste stop in Peru en de plaats waar ik afspraak had met de drie gezellen die al een paar dagen langer het land teisterden. Bovendien had de stad een hele goeie indruk op me nagelaten! Ze zijn trots op het feit dat ze 360 dagen per jaar in volle zonneschijn baden, de bijnaam 'de witte stad' hebben ze niet gestolen, van in de hele stad zie je de prachtige vulkaan 'el Misti', een feestje is er nooit veraf en bovendien hebben we daar nog vrienden rondlopen. Ik doe mijn aankomst van toen nog eens over. Ik kom 's morgens ongeveer rond hetzelfde uur op de plaza de armas aangefietst als ik er toen afgezet werd door een taxi. Ik ga aan hetzelfde tafeltje zitten waar ik destijds genoot van mn allereerste ontbijt op Zuid-Amerikaanse bodem. Ik was er toen nog van overtuigd dat ik met 2 euro een batje deed, ondertussen weet ik wel beter... Daarna ga ik op het bankje voor de kathedraal zitten. Daar hadden we in 2001 afgesproken en lieten de f*ckers me zowat een uur wachten... Ik huppel verder met een brede glimlach door de stad en haal op elke hoek weer een nieuwe herinnering boven.
De volgende dag heb ik om 10u een date met Brenda. In de goeie ouwe tijd hadden Pieter, Thijs en Thomas zowaar elk een verovering gedaan in Arequipa. Ik zit zo niet in mekaar, dus moet ik het stellen met het opzoeken van hun exen... Milagros antwoordt niet op haar mails en Krum woont tegenwoordig in Duitsland, maar met haar zus Brenda heb ik al een tijdje afgesproken dat we er samen nog eens zouden op uit trekken. Belachelijk stipt ben ik op de plaats van afspraak en maak me op om een poosje te wachten. Brenda is namelijk een volbloed Latina en leeft dus ook volgens de latino-klok. De tijd gaat snel, want er is heel wat heibel in de stad. De bevolking is razend omwille van de aanhoudende stijgingen van belastingen en taxen. De laatste taxverhoging op de brandstof deed ook bus- en taxiprijzen stijgen en dat raakt hier rechtstreeks het overgrote deel van de bevolking. Het gevolg is een algemene staking van alle diensten, niet 1 wagen in de stad en een heleboel betogingen. Rond kwart voor 11 bel ik Brenda toch eens op. Die blijkt nog thuis te zitten want door de staking kan ze met geen middelen in het centrum geraken. We verzetten de afspraak met een dagje en samen met de pas ontmoette Amerikaanse Deborah geniet ik de hele dag van het spektakel dat zich in de stad afspeelt.
Bij de tweede poging tot afspraak ben ìk het die een ietsje te laat is en Brenda staat me zowaar al op te wachten. Ik moet twee keer kijken, want in 6 jaar tijd is er veel veranderd. Ze is een paar kilootjes bijgekomen en aan haar hand hangt tegenwoordig een dochter van 2 jaar oud... Het is een blij weerzien en uiteraard hebben we elkaar heel wat te vertellen. Met z'n drieën rijden we de hele omgeving van Arequipa af om op alle toeristische bezienswaardigheden bijzonder spontane foto's te nemen. Ook nu weer moet ik bij de familie langs en het zal jullie niet verwonderen dat de ontvangst nog maar eens superhartelijk is. Met de hele zwik gaan we uit eten en ik word de oren van mijn lijf gevraagd.
Het toeval wil dat er die avond net feest in de stad is. 'Fête de la musique', op diverse plaatsen in de stad geven muzikanten het beste van zichzelf. Daar kan ik natuurlijk niet op ontbreken! Samen met 3 Zweden ga ik de sfeer opsnuiven. Het gevolg is dat ik het de volgende morgen moeilijk heb om het bed uit te geraken. Toch sta ik om half acht al gepakt en gezakt klaar om opgepikt te worden door Don Julio. De vader van Brenda en Krum vindt het onverantwoord dat ik zo in mn eentje tot het busstation zou moeten fietsen en komt me dus samen met zn vrouwtje oppikken. Ze doen me nog beloven dat ik Krum een bezoekje breng in Berlijn; ik heb daar allerminst een probleem mee. Wat me minder bevalt is het kleinigheidje dat ze nog meegeven voor haar: een immense bijbel is nou niet meteen wat een fietsreiziger graag meesleurt. Maar goed, zo heb ik leesvoer voor als er zich ooit eens een dood moment zou aandienen.
Toch een beetje met zware benen van het minivoetballen rijd ik verder tot Nazca, bekend van de mysterieuze lijnen. Nabij de stad Nasca zijn in de harde woestijnbodem gigantische figuren getekend die enkel vanuit de lucht waar te nemen zijn. Met mn veloke passer ik langs de bewuste terreinen en merk er inderdaad nix van. Langs de Panamericana staat gelukkig een uitkijktoren en vanop die toren zijn twee figuren waar te nemen. Voor het bezichtigen van de overige figuren stap ik de volgende morgen samen met een Hongaars koppel en een Peruaanse piloot in een mini-vliegtuigje. Er zijn heel veel kriskras lijnen te zien, maar er zijn ook heel duidelijke afbeeldingen waar te nemen. De figuren beelden vooral dieren uit. Zo is er een aap, spin, kolibrie, walvis, condor, ... Maar er zijn ook handen, een boom een een mannetje dat ze hier als 'de astronaut' bestempelen.
Over de oorsprong en betekenis van de lijnen (die variëren in ouderdom van 2500 jaar tot 1500 jaar, maar pas zo'n 100 jaar geleden ontdekt werden) is heel wat onduidelijkheid en onenigheid. Archeologen houden het op symbolen om de goden te eren en gaan er van uit dat ze gemaakt werden door een heel ver gevorderde Nasca-beschaving uit die tijd. Critici werpen heel wat argumenten op om die stelling te ontkrachten. Hier in de streek zijn geen apen noch walvissen en die beschaving mag dan al gevorderd geweest zijn, ze konden de figuren onmogelijk vanuit de lucht gezien hebben... Bovendien zijn ook heel wat grote trapeziums en driehoeken te zien. Wat moeten die voorstellen? Archeologen gokken op ceremonieplaatsen, anderen houden het op afdrukken van spaceshuttles. En wat doen we met 'de astronaut'? Leuk detail vind ik dat de handen die afgebeeld zijn op de bodem maar 9 vingers hebben. Ook de aap heeft maar 9 vingers. Ook Maria Reiche (die de lijnen ontdekte, onderzocht en in kaart bracht) had maar 9 vingers...
Voor een Excel-bestand met heel wat gegevens zoals afgelegde afstand, gemiddelde en maximale snelheden enzovoort klik je op onderstaande link. Download file now. The link above will open an Excel-file with a detailed log of every single ride I made during this trip.