Dunkirk is een oorlogsfilm van
de producer en regisseur Christopher Nolan (°1970-) die dit jaar in de
bioscopen getoond werd. De film verhaalt operatie Dynamo, de reddingsactie
van de Britse marine en luchtmacht voor hun door de Duitsers ingesloten troepen
in Noord-Frankrijk.
Ik heb
de film deze maand gezien en maak van mijn historische (oudheid) blog gebruik
om enkele van mijn indrukken in de vorm van een film-beoordeling aan mijn
lezers door te geven.
Duinkerken in
1940 is weliswaar geen oudheidgeschiedenis maar ligt toch al zevenenzeventig
jaar achter ons en de generatie van achttienjarigen toen, zijn door de dood
ingehaald. De geschiedenis van de uitredding van het grootste deel van het
Britse expeditieleger in 1940 was bepalend voor de uitkomst van de Tweede
Wereldoorlog die in september 1939 als een Europese oorlog tussen Groot
Brittannië geallieerd met Frankrijk tegen Nazi-Duitsland begonnen was. De
aanleiding was de onoplosbaarheid van het Pools-Duitse geschil omtrent de
vrijhaven Danzig en de Poolse corridor door voormalig Duits gebied naar de
Baltische Zee geweest. Hitler-Duitsland eiste in de zomer van 1939 de terugkeer
van de vrijstad Danzig naar het Reich en de toelating van Polen tot het
aanleggen van een extra autobaan en spoorlijn vanuit het Reich naar het sinds
1919 via het opgelegde vredesverdrag van Versailles, afgescheurde Oost-Pruisen.
Een jaar eerder in de zomer van 1938 was er de crisis rond Tsjecho-Slowakije
geweest dat aanvankelijk weigerde zijn Duitstalige gebieden aan het Reich af te
staan. In de lente van 1938 was Oostenrijk bij Duitsland ingelijfd, de zogenaamde
anschluss en het was voor Hitler-Duitsland de logica zelve dat ook de overige
Duitstalige gebieden in de sinds 1919 geschapen randstaten (na de ontmanteling
van de Oostenrijks-Hongaarse dubbelmonarchie) zoals Tsjecho-Slowakije, deze
gebieden zouden afstaan. Door bemiddeling van vooral Chamberlain, de premier
van Groot-Brittannië toen, was een conflict afgewend en werden de Tsjechen
aangemaand tot het opgeven van alle verzet en ging het zogenaamde Sudetenland met
zijn Duits-Oostenrijkse bevolking zonder strijd naar Groot-Duitsland. Toen de rest
van de meer-volkerenstaat Tsjecho-Slowakije daarop binnen zes maanden
desintegreerde als een gevolg in de eerste plaats door de afscheuring van de
Slowaken van de Tsjechen-staat op 14 maart 1939, gevolgd door de Hongaren en de
Polen die ook hun deel van de Tsjechen-staat opeisten, hield Chamberlain-Engeland,
Hitler-Duitsland hiervoor verantwoordelijk. Een direct resultaat was een Britse
garantie aan Polen in het voorjaar van 1939. Dit land was namelijk het volgende
doel van Hitler-Duitsland tot rechtzetting van het in 1919 te Versailles
opgelegde vredesverdrag.

Kaart uit een Belgische schoolatlas van
april 1939. Men merkt dat de algemene verwachting was dat Duitsland het uiteindelijk
toegestaan zou worden alle verloren gebieden in het oosten ten gevolge van het
vredesverdrag van Versailles in 1919 opnieuw te verkrijgen.
Duitsland
werd in 1919 als enige schuldige voor het uitbreken van de Grote Oorlog in 1914
veroordeeld en verplicht tot herstelbetalingen aan de overwinnaars, daarnaast
werd aan de nieuw opgerichte staat Polen een transithaven aan de Baltische Zee
geschonken met een Poolse corridor door Duits land naar de zee. In het westen
ging het Duitstalige Elzas-Lotharingen terug naar Frankrijk en verkreeg België
het Duitstalige gebied van Eupen-Malmedy-Sankt Vith. Het was de tijd van het
landjepik. In het noorden ging een gedeelte van Sleeswijk-Holstein met haar Deense
inwoners terug naar Denemarken. Het Duitse koloniale rijk in Afrika en Azië
werd onder de overwinnaars verdeeld waarbij Engeland de vetste delen toegewezen
kreeg. Ook de Belgen kregen een stukje van Duits Oost-Afrika in de vorm van het
mandaatgebied Roeanda-Oeroendi. De Belgen hadden dan weliswaar tijdens de
eerste wereldoorlog Tabora, de hoofdstad van Duits Oost-Afrika veroverd, maar
ook zij werden door de Engelsen en Fransen te Versailles in 1919 gedicteerd
betreffende wat kon en niet kon. De Britten pikten Duits Oost-Afrika: Tanganyika,
in en de Belgen kregen slechts twee kruimeltjes van de grote taart.
Ik
schrijf deze inleiding ter aantoning van de schuld die de overwinnaars van
november 1918 dragen in verband met het uitbreken van een tweede wereldoorlog
slechts twintig jaar later. Engeland dat zich in mei 1940 in Vlaanderen
militair verpletterd zag droeg in wezen medeschuld aan het tweede conflict met
Duitsland als een gevolg van hun behandeling van een verslagen vijand in
1918/1919.
In
november 1918 was er in het oorlog moede Keizerrijk Duitsland revolutie uitgebroken
en werd er om een wapenstilstand met de geallieerden verzocht op basis van een
te onderhandelen vredesverdrag. Dat vredesverdrag is er in juni 1919 gekomen echter
niet op basis van onderhandelingen maar als een dictaat van de overwinnaars. De
Engelse blokkade van de Duitse zeehavens werd in november 1918 ook niet
opgegeven maar doorgezet tot de zomer van 1919 met als resultaat
honderdduizenden hongerdoden in het algemeen verzwakte Duitsland. De Duitse
delegatie in Versailles in 1919 mocht niets onderhandelen maar kreeg integendeel
een ultimatum voorgeschoteld waarbij zij het vredesdictaat konden tekenen of de
volledige bezetting van Duitsland door de geallieerden verkiezen. Zij tekenden
het document waarbij belangrijke delen van hun territorium met bevolking naar
vreemde overheersing ging en hun koloniaal rijk voor hen volledig verloren
ging. Bovendien aanvaarden zij de schuldige voor het uitbreken van de grote
oorlog geweest te zijn met de verantwoordelijkheid tot het betalen van buitenproportionele
herstelbetalingen aan de overwinnaars die zichzelf tot slachtoffer
declareerden. De jonge Duitse republiek die na het vertrek van de keizer
uitgeroepen was had geen schijn van kans zich als volwaardige democratie te ontwikkelen
noch te handhaven. De straten werden in de jaren twintig van de twintigste eeuw
beheerst door de met elkaar rivaliserende communisten en nationaalsocialisten,
twee extreme antidemocratische bewegingen die elkaar naar het leven stonden. De
Duitse communisten werden gedirigeerd vanuit Moskou-Rusland.
Het
tsaristische Rusland was in 1917 met de novemberrevolutie (oktober volgens de
juliaanse kalender) door de communisten onder leiding van Lenin neergeslagen en
deze hadden daarop een vredesverdrag met het Keizerrijk Duitsland gesloten.
Nadat de communisten via een bloedige burgeroorlog orde op zaken in Rusland
gebracht hadden maakten dezen zich op om daarna de rest van de wereld met hun
communistische boodschap te veroveren. De Komintern of communistische
internationale was door Lenin in maart 1919 te Moskou opgericht met het doel van
het oprichten van communistische partijen in de landen van het westen. Hun doel
was over de gehele wereld een internationale proletarische revolutie te
bewerken ter vestiging van de dictatuur van het proletariaat. De leiding van
dit alles geschiedde sinds 1922 vanuit Moskou met de nieuwe dictator Stalin aan
het hoofd. Het geïndustrialiseerde Duitsland was voor hen een belangrijk doel
van waaruit zij hoopten de rest van Europa te kunnen onderwerpen.
Voor de
westerse grootmachten van 1919 was Sovjet-Rusland sindsdien een bedreiging en
werd het land als een paria behandeld. Zij waren niet uitgenodigd in
Versailles.
Het Tsaristische
Rusland was een van de medeschuldigen voor het uitbreken van de eerste
wereldoorlog in de zomer van 1914. Het was de mobilisatie van het Russische
leger geweest dat de dominostenen in beweging bracht. De grote oorlog die in
1914 uitbrak kwam ook zo maar niet uit de lucht vallen maar was al jaren
daarvoor gepland en voorbereid. Er waren vier hoofdschuldigen voor het
conflict: Frankrijk, Rusland, Engeland en Duitsland. In deze volgorde
maar alle vier gelijk wat hun verantwoordelijkheid betreft. Vooreerst Frankrijk
dat sinds de oorlog van 1870 aan de terugwinning van Elzas Lotharingen werkte
door middel van nieuwe bondgenootschappen aangezien het te zwak was om
Duitsland alleen aan te pakken. Hun eerste bondgenoot was Rusland waar de tsaar
droomde van een Groot-Slavisch Rijk met Rusland als leider. Rusland s doel was
hier de neerwerping en ontmanteling van de Oostenrijks-Hongaarse
Dubbelmonarchie met vele Slavische volken binnen haar grenzen zoals Tsjechen,
Slowaken, Polen, Oekraiëners, Roethenen, Kroaten, Slovenen en Serviërs. Oostenrijk-Hongarije
was echter een bondgenoot van het Keizerrijk Duitsland en kon aldus niet
aangepakt worden zonder met Duitsland in conflict te geraken. Hier raakten de
belangen van Rusland en Frankrijk elkaar met Duitsland als een
gemeenschappelijke hinderpaal die verwijderd moest worden. Voor Frankrijk was
dit de voorwaarde tot het verkrijgen van Elzas Lotharingen en voor Rusland de
voorwaarde tot aanhechting van de Oostenrijks-Slavische gebieden bij hun Rijk.
Deze
coalitievorming tegen Duitsland werd echt gevaarlijk toen Engeland aan het
begin van de twintigste eeuw besloot om een verbond met Frankrijk te sluiten,
gericht tegen Duitsland. Zij hadden hun zinnen op het koloniaal rijk van de
jonge Duitse staat gezet en begeerden de wereldwijde Duitse export van goederen
te vervangen door Britse producten. Made in Germany was een van de redenen
voor het uitbreken van de grote oorlog in 1914. Het was sinds 1904 wachten op
de juiste gelegenheid om de militaire machinerie in beweging te zetten. Deze
gelegenheid deed zich voor toen de Oostenrijkse kroonprins en diens echtgenote
in juni 1914 door een Servische terrorist in Sarajevo in de Oostenrijkse (Slavische)
provincie Bosnië-Herzegovina vermoord werden. Oostenrijk legde de schuld voor
het moordcomplot bij het naburig Servië dat echter door Rusland gesteund werd.
De opgestelde dominostenen begonnen te wankelen en de eerste dominosteen viel
toen Rusland besloot te mobiliseren tegen Duitsland, de beschermer van Oostenrijk-Hongarije.
Binnen de maand stond Europa in brand. Duitsland was de vierde medeschuldige
voor het uitbreken van de eerste wereldoorlog. Uiteraard wist Duitsland via
zijn kanalen van de geheime diplomatie tussen Frankrijk en Rusland tegen hen
gericht en hadden zij zich militair voorbereid tot het neutraliseren van de
dreiging. Een oorlog op twee fronten tegelijkertijd werd terecht als zeer
moeilijk betracht en daarom was het plan voorzien om vooreerst in het Westen
Frankrijk te verslaan door middel van een oprukken door het neutrale België
heen in een omsingelingsslag voor het Franse leger dat tegenover Elzas en
Lotharingen ontplooid was. Na het verslaan van het Franse leger zou het
Russische leger aan de oostelijke grens aangepakt worden en verslagen. De
bedoeling was om een vergroot Duits bastion tegen het oosten op te richten.
Toen men vernam dat Engeland de Frans-Russische as vervoegd had zag Duitsland
als enige tegenmaatregel de uitbreiding van haar zeevloot in de Noordzee. Een
actie die Engeland nog meer reden gaf ter uitschakeling van de Duitse militaire
macht. Hun bedoeling was om de Duitse eenheidstaat door de legendarische Bismarck
opgericht te herleiden tot de oorspronkelijke staat van de verschillende
vorstendommen.
De
Belgische koning Albert I werd door de Duitse Keizer benaderd voor toelating
van het doortrekken van het Duitse leger op weg naar Frankrijk met als beloning
voor België de terugkeer van de verloren provinciën aan Frankrijk:
Frans-Vlaanderen, Artesië en Picardië. De Belgische koning, de Saksen-Coburger
Albert I, mocht dan wel van Duitse afstamming zijn grondwettelijk was hij op
dit domein ondergeschikt aan de regering. België was in 1914 een Franstalige
unitaire staat met een Nederlandstalige meerderheid die monddood was en haar
rechten miste. Moest er in 1914 een federale staat België bestaan hebben zoals
we die vandaag kennen dan had er vermoedelijk in de kamer een fiks debat
plaatsgevonden over het voorstel van de Duitse keizer. De mogelijke uitkomst van
zulk een hypothetisch debat vandaag voorspellen is onmogelijk.
De
kanonnen van Augustus deden in 1914 hun werk en de verschillende nationale
legers kwamen in beweging voor een frisse vrolijke oorlog waar iedereen van
dacht dat het met Kerstfeest 1914 allemaal voorbij zou zijn. Het resultaat was
uiteindelijk een bloedbad dat meer dan vier jaar zou aanhouden en zou
resulteren in een verscheurd Europa met fascisten en communisten in vele landen
als nieuwe realiteit.
Hoewel
het historisch vandaag geduid kan worden dat er vier schuldigen waren en niet
alleen Duitsland werd dit laatste land in 1919 als de enige schuldige
gebrandmerkt en gestraft. Engeland en Frankrijk kwamen uiteindelijk verzwakt
uit dit conflict en waren in 1938 niet in staat het nieuwe
nationaalsocialistische Duitsland aan te kunnen. Daar komt bij dat de Britse
regeringen voor dat Chamberlain het roer overnam in Sovjet-Rusland een groter
gevaar zagen dan in Nazi-Duitsland. De invoering van de dienstplicht en
uitbreiding van het Duitse leger in 1935 werd aanvaard, alsook de
militarisering van het Rijnland door Duitsland in 1936. Het vlootverdrag tussen
Baldwin-Engeland en Hitler-Duitsland waarbij Duitsland toegestaan werd zijn
vloot tot de sterkte van een derde van de Britse vloot uit te breiden was
getekend met in het achterhoofd de dreiging van Stalin-Rusland dat zijn leger
en marine alsmaar uitbreidde tot een niveau dat gelijk was aan de sterkte van alle
legers wereldwijd samen. Het is geweten dat Baldwin-Engeland die zich in
Spaanse burgeroorlog van 1936-1939 neutraal opstelde, de fascist Franco verkoos
boven een mogelijke Bolsjewistische overwinning in Spanje. Te laat besefte men
dat in Duitsland sinds 1933 een psychopathische dictator aan de macht was die
zijn eigen programma zoals uiteengezet in zijn boek Mein Kampf aan het
uitvoeren was. Men had in de jaren twintig de jonge Duitse republiek als
volwaardig moeten behandelen en het vredesverdrag van 1919 herzien. In 1933 was
het voor dit mogelijk scenario te laat.
De
Britten begonnen pas echt aan hun herbewapening na de München-akkoorden van
1938 en vertrouwden op het Franse leger toen zij op 3 september 1939, drie
dagen na de Duitse invasie van Polen, Duitsland de oorlog verklaarden. Buiten
het doorvoeren van een maritieme blokkade en het trachten te betrekken van
zoveel mogelijk neutrale landen bij het conflict, hadden zij geen plan voor het
voeren van hun oorlog. Daarbij komt dat Nazi-Duitsland een pakt gesloten had met
Stalin-Rusland, een land dat hun van alle grondstoffen nodig voor het voeren
van een oorlog voorzag. De zeeblokkade mocht dan weliswaar werken maar was een
lachertje als een gevolg van de Russische leveringen aan Duitsland. Als een
gevolg van dit bijzondere pakt tussen Russen en Duitsers was Duitsland
bovendien in staat om in de lente van 1940 al zijn divisies, zijn gehele leger
in het westen te ontplooien. Het restant-Polen en Tsjechië werden door
politie-eenheden en gewapende arbeidsmannen (O. T.) in bedwang gehouden.
Ik
schrijf deze inleiding tot het beter begrijpen van de toestand op 10 mei 1940
toen de Duitse legers hun offensief tegen het westen begonnen.
De film Dunkirk brengt
zulk een inleiding niet en plaatst de kijker ineens voor de omsingelde
geallieerde legers in Noord-Frankrijk en Vlaanderen. Er wordt een aantal van
400.000 soldaten vermeldt die dienen geëvacueerd te worden, wat onmiddellijk
vragen oproept. Het Britse expeditieleger in Frankrijk bestond uit slechts tien
divisies met in totaal iets meer dan 200.000 man, de helft van het getal dat de
filmmaker opgeeft. De overige zijn dan Fransen en Belgen hoewel dat niet
vermeld wordt en het vermoeden laat dat Britten bedoeld zijn. Als de sfeerfilm
van Nolan begint zien we een kleine groep Britse soldaten Duinkerken
binnentrekken waar zij echter onmiddellijk door zowel Franse als Duitse soldaten
onder vuur worden genomen.

Tegelijkertijd
dwarrelen flyers uit de lucht op de soldaten neer. De flyer toont een kaart met
de frontlijn van 24 mei 1940 en de boodschap dat de geallieerde legers
omsingeld zijn en beter hun wapens kunnen neerleggen. De film is nog geen tien
minuten bezig of de eerste schoonheidsfouten doen zich al voor. Op 24 mei
stonden de Duitsers namelijk nog niet in de straten van Duinkerken maar ruim
daarbuiten zoals de kaart overigens laat zien. Op 24 mei was ook het Belgische
leger nog niet uitgeschakeld maar woedde de slag aan de Leie met een
betreurenswaardige hoge tol aan mensenlevens aan Belgische zijde. De Belgen
komen nochtans in de film niet aan bod. Het kleine neutrale België had op 10
mei 1940 een leger van 600.000 man gemobiliseerd dit in contrast met de Britten
die sinds hun oorlogsverklaring van 3 september 1939 slechts iets meer dan 200.000
man in Frankrijk gestationeerd hadden. Maar zoals eerder opgemerkt vertrouwden
zij op het Franse leger. Tot hier even mijn eerste indruk van de film die
vooral sinds ik de trailer bekeken had wel wilde zien. De trailer toont al iets
van de audiovisuele kracht van de film met speciale effecten die alleen met de
huidige computertechnologie mogelijk zijn.
Nolan
toont het Duinkerkenepos van 1940 vanuit drie invalshoeken: land, zee en lucht.
De verschillende personages in de film worden niet geïntroduceerd maar men zit
meteen middenin de gefilmde chaos van Duinkerken zonder enige verhaalstructuur.
Dat hij
slechts een patrouille van drie Spitfires toont die over het kanaal opereren
ter bescherming van de geallieerde schepen ervaarde ik teleurstellend als historisch
niet correct. De RAF Royal Air Force had namelijk zestien eskaders jagers over
het kanaal ingezet of ongeveer 250 vliegtuigen waarvan er een honderdtal
verloren gingen. De Duitsers verloren ruim honderddertig vliegtuigen gedurende
de geallieerde evacuatie. Hoewel de film Dunkirk prachtige animatiebeelden
van drie ingezette Spitfires weergeeft geeft dit niet een correct beeld weer
van de armada van vliegtuigen die dagelijks over het kanaal en boven de
stranden strijd voerden. Ook aan Duitse zijde toont Nolan in de film een
eenzame Heinkel-111 bommenwerper die een schip in het vizier neemt en daarop
door de Spitfires onderschept wordt. Het is een prachtige historisch correcte
animatie van Heinkel s en Stuka s maar ik had meer vliegtuigen in de lucht
afgebeeld.

© Hans-Adolf
Jacobsen, Dünkirchen, 1958
Hierboven
ziet u een situatiekaart van het frontverloop op 24 mei 1940. Rechtsboven op de
kaart ziet men de opstelling van het Belgische leger aan de Leie. Op de
rechtervleugel van het Belgische leger zitten de Britten opnieuw in hun
stellingen aan de Frans-Belgische grens, vanwaar ze op 10 mei 1940 naar de
Dijle-stelling in België waren vertrokken. Na de Duitse doorbraak bij
Sedan op 14 mei 1940 waar een geheel Frans leger op de loop ging, trokken de
Britten zich volgens plan samen met het Belgische leger terug op de Schelde en
daarna als een gevolg van de gelukte Duitse doorbraak naar het kanaal, trokken zij
zich verder terug op hun oorspronkelijke stellingen aan de grens. Buiten
achterhoedegevechten heeft het Britse leger in mei 1940 nooit een echte
veldslag dienen uit te vechten. Op de kaart ziet men ook duidelijk dat indien
de Duitsers een wig tussen de Britten en het Belgische leger hadden kunnen drijven,
de Britten gelegerd aan de Frans-Belgische grens, Duinkerken nooit hadden
kunnen bereiken. Het is de slag aan de Leie en het volhouden van de Belgen tot
de avond van 27 mei dat de Britten redde. Dit heeft nooit in de
geschiedschrijving over de tweede wereldoorlog die overigens door
Anglo-Amerikanen gedomineerd wordt, veel aandacht gekregen. In de film van
Nolan ook al helemaal niet.
Een
volgende vaststelling die ik in de loop van de film deed is dat nooit of
nergens iemand van hoog tot laag de naam God in de mond neemt. Vandaag in de
derde generatie van de ontkerkelijking in Europa heel normaal maar niet in
1940. Een tijd terug las ik in de krant dat de Belgen vandaag de koelste
godsdienstminnaars in Europa zijn. Ik neem aan dat de situatie in Engeland
vandaag iets beter is.
Wanneer
men echter een historische film maakt zoals die van Nolan over Dunkirk 1940,
dient het historische kader te kloppen. En dat correcte historische kader was
dat God en religie een onlosmakelijk deel van de Britse cultuur was.
Het land was samen met zijn Dominions en Commonwealth het grootste protestantse
land ter wereld met bovendien koning Georges VI als hoofd van de Engelse kerk,
de C.O.E. Church of Engeland.
Op
zondag 26 mei 1940 riep koning Georges VI de Britten tot een National Day of Prayer op dat door
miljoenen Britten over heel het eiland werd opgevolgd. Zie link: https://www.youtube.com/watch?v=1zbUqeYnyxw
Men
besefte op 26 mei dat het noodlot toesloeg en dat menselijk gezien de kans
groot was dat het Britse expeditieleger zou ondergaan met alle gevolgen van
dien. Het wonderlijke is dat het zeewater in het kanaal daarop extreem kalm
werd, iets dat in geen dertig jaar was voorgekomen en dan nog gedurende tien
dagen, de periode van de inscheping vanaf de stranden bij Duinkerken. De
inscheping vanaf de stranden met kleine boten was alleen mogelijk omdat de zee zo
vlak als een spiegel was met haast geen deining. De dag na de inschepingen
beukten de golven opnieuw tegen de stranden aan.
De film
van Nolan laat hier niets van zien. Integendeel de opnamen tonen de
moeilijkheid van het inschepen in sloepen bij gewone deining toen de film
gedraaid werd. Ik nodig mijn lezers uit om op het internet enkele documentaires
over het Dunkirk-epos op te zoeken en in het bijzonder op de wonderlijke kalme
zee te letten. Zie o.a. de link: https://www.youtube.com/watch?v=PGjGdksK37Y
De
inscheping vanaf de stranden maakte het mogelijk uiteindelijk ruim 335.000
soldaten (geen 400.000) in te schepen waarvan ongeveer 200.000 Britten en
135.000 Fransen.
Toen
alles voorbij was werd op zondag 9 juni 1940 in alle kerken in Groot-Brittannië
een Day of National Thanksgiving gehouden. Dit laatste nogmaals ter
illustratie dat God en religie geen dode letter in het Engeland van 1940 waren.
Ik heb
in 2007 een boek over de tweede wereldoorlog gepubliceerd waar ik in het
bijzonder metahistorische accenten trachtte te leggen. Hierna een citaat uit
mijn boek dat betrekking op het wonder van Duinkerken heeft:

Citaat:
HET WONDER VAN DUINKERKEN.
De manier waarop de Britten 338.000
geallieerde soldaten vanuit Duinkerken konden redden kan als een wonder
omschreven worden. Menselijk kunnen speelde zeker een rol en de prestaties van
de Royal Navy en de RAF die boven de stranden een ware luchtslag uitvochten
waren mee bepalend. Maar het feit dat het Kanaal zelf opmerkelijk rustig was en
dat Hitler op 24 mei zijn 'Panzers' tot staan had gebracht, waren feiten waarop
het Britse opperbevel geen invloed had. Voor wie geestelijke ogen en oren heeft
is de hand Gods in dit gebeuren zichtbaar. Een armada van schepen aller aard
bracht met achterlating van hun materieel, het leger veilig naar Engeland. Deze
geslaagde terugtocht gaf Engeland gelegenheid om de strijd verder te zetten en
was een garantie op hoop voor bezet Europa. We moeten bedenken dat indien het
Britse expeditieleger zou zijn vernietigd Engeland evenals Frankrijk om een
wapenstilstand had moeten verzoeken. Bij de aanvang van mijn werk heb ik
kritiek geleverd op Engeland, vanwege het feit dat het met Frankrijk een
bepaalde politiek tegen het Duitsland van 1918 heeft gevoerd dat het zaad van
de Tweede Wereldbrand in zich droeg. Door de uithongering en vernedering van
het Duitse volk na 1918 hebben Engeland en Frankrijk een pad gelegd voor de
duistere machten die bezit hebben genomen van de Duitse ziel. Wanneer nu echter
in 1940 het nationaalsocialistische Duitsland zijn 'Nieuwe Orde' opdringt aan
Europa zodat Engeland alleen overblijft om weerstand te bieden tegen dit
goddeloze systeem dan dwingt deze realiteit ons tot sympathie voor Engeland. In
Engeland is nu een regering van nationale eenheid aan de macht met Winston
Churchill als eerste minister en bezield om de strijd verder te zetten.
De nationaalsocialistische leer is een
ideologie die bezit wilde nemen van de hele mens ook van zijn denken. Het facet
dat na de Tweede Wereldoorlog vooral belicht werd is de rassenleer. Dominerend
in de nationaalsocialistische leer is het antisemitisme en de superioriteit van
de Germaanse mens. De rassenleer was niet exclusief nationaalsocialistisch maar
vindt men al terug bij Nietsche en andere denkers uit de negentiende eeuw. Door
de slechte leefomstandigheden in Duitsland na 1918 en in de jaren twintig
vinden de nazi's in het Duitse volk een voedingsbodem om hun waanideeën aan de
man te brengen. Duitsland diende machtiger te worden. Het diende als
'Herrenvolk' Europa te regeren. Het nationaalsocialisme legde de nadruk op 'het
volk', het eiste een onvoorwaardelijk opgaan van het individu in de gemeenschap
en de gehoorzaamheid aan één leider: " Führer befehl, wir folgen"!
Een andere slagzin was: Du bist nichts, Dein Volk ist alles. De Joden werden
aangewezen als de schuldigen voor alle tegenslag van het Duitse volk en daarom
vervolgd. Uiteindelijk was een 'Endlösung' voorzien, waarbij door genocide
4.851.200 Europese Joden enkel en alleen al in de vernietigingskampen
Auschwitz, Chelmno, Belzec, Sobibor, Maidanek en Treblinka, vergast en
gecremeerd zijn geworden. Daarbij komen nog de ontelbare honderdduizenden die
in westelijk Rusland in 1941 al bij het oprukken van de Wehrmacht ter plaatse
van kant werden gemaakt. Het totaal moet ongeveer liggen bij zes miljoen Joden,
allen slachtoffer van deze rassenleer. Dat deze leer demonisch geïnspireerd was
is duidelijk en het is opmerkelijk dat het 'protestantse' Engeland, als volk de
geestelijke kracht heeft om de 'Nieuwe Orde' te weerstaan. Zo werd het zelfs de
enig resterende macht in Europa om het joods-christelijke cultuurgoed te
bewaren.
DE ROL VAN ENGELAND IN HET LOT VAN EUROPA
God zond de wind, luidde de historische
uitspraak over het wonder van de vernietiging van de Spaanse armada in 1588.
God verbood de wind te waaien, zou de uitspraak kunnen zijn over het wonder
van de redding uit Duinkerken in 1940... Het hierna volgende citaat gaat over
dit wonder: Want als gedurende deze dagen de wind was opgestoken zou een
complete zeeramp het gevolg zijn geweest. Het inladen van de soldaten op de
stranden zou trouwens praktisch ondoenlijk zijn geweest. Maar de zee was en
bleef kalm en spiegelglad, een week lang. Dat was ongewoon in het Kanaal. Een
dag na afloop van de operatie stak de wind op en beukten hoge golven de
verlaten stranden.
De laatste vierhonderd jaar is het handelen
van Groot-Brittannië als protestantse natie dikwijls bepalend geweest voor het
verdere bestaan van een vrij Europa. De eerste bedreiging was die van Philips
II van Spanje die Europa wilde verenigen en de contrareformatie met haar
absolutisme grondvesten. De enige gevaarlijke tegenstander was Engeland. In de
zestiende eeuw was alleen Noordwest-Europa namelijk redelijk veilig
overgebleven doch verdeeld. Duitsland bijvoorbeeld bestond als eenheidsstaat
nog niet maar was samengesteld uit tientallen vorstendommen. Noord-Nederland
had zich weliswaar boven de grote rivieren tegen de opdringende Spanjaarden
kunnen handhaven maar dit alles zou voor Philips II gevallen zijn bij een
geslaagde landing in Engeland. Daarom geloof ik ook dat God verantwoordelijk is
voor de vernietiging van de Spaanse Armada op weg naar Engeland in 1588. Een
volgende antichrist die zich aandiende was Napoleon die in de achttiende eeuw
Europa wilde verenigen en zijn nieuwe orde vestigen. Ook toen was het alleen
Engeland dat deze dictator weerstond en garant stond voor een nieuw en vrij
Europa. De Conventie van Wenen volgend op de slag bij Waterloo in 1815 zag de
langst durende vrede die West-Europa ooit kende. Tijdens de Eerste Wereldoorlog
1914/1918 was het Engeland s alliantie met Frankrijk en Rusland dat het tij
voor Frankrijk deed keren. Het verloop van de geschiedenis kennen we. In 1940
stond Engeland weer alleen tegen de zoveelste dictator die zich op het
continent aandiende. Ditmaal echter was het een tot de tanden toe bewapende
despoot die erop uit was zijn duizendjarig rijk te vestigen. Engeland had
militair onvoorbereid, deze man de oorlog verklaard en zag zich nu haast totaal
verpletterd. Het kleine Britse expeditieleger van slechts 200.000 man was na
amper tien dagen strijd omsingeld in Vlaanderen en Noord-Frankrijk met slechts
één uitweg: de zee. Het is hier dat ik meen dat de HERE God weer heeft
ingegrepen. Net zoals bij de vernietiging van de Spaanse Armada gebruikte Hij
de natuurelementen. Alleen met dit verschil dat de zee nu kalm bleef wat de
inscheping vanaf de stranden bij Duinkerken mogelijk maakte. Wanneer men enkele
degelijke werken over de Tweede Wereldoorlog naslaat, dan blijkt dat er
inderdaad iets ongewoons met de zee gaande was tussen 21 en 31 mei 1940. Mijn
eerste citaat was dat van L. J. Hartog
uit zijn boek en morgen de hele wereld.
Deze onderzoeker stelt dat de zee een week lang kalm en spiegelglad was en dat
één dag na afloop van de evacuatie van het Britse leger de wind opstak en hoge
golven op de verlaten stranden beukten. Dat er iets met de zee aan de hand was
vinden we in verschillende studies terug. Het hierna volgende citaat spreekt
boekdelen: De zee is wonderbaarlijk kalm; bij de minste achter-vloed zou het
gebruik van de stranden onmogelijk zijn, wat tot gevolg zou hebben dat het
effect van de evacuatie tot de helft zou worden teruggebracht"
Een ander wonder waren de 'toevalligheden'
van het weer dat dikwijls in het nadeel van de Luftwaffe werkte. Vermoedelijk
had Göring de evacuatie niet kunnen verhinderen maar hij had veel meer schade
kunnen toebrengen. Telkens waren er wolken, regen en mist, op voor de
Luftwaffe ongelukkige momenten. Er vonden zware luchtaanvallen plaats op 27
en 28 mei, en op 1 juni. Telkens was er de volgende dag een mistlaag die de
Duitsers verhinderde om de resultaten van hun bombardementen te evalueren.
Positief voor de Duitse Luftwaffe was het feit dat zij zelden de dichtbevolkte
stranden met mitrailleurvuur bestookte. Ook werden er nooit fragmentatiebommen
gebruikt die een verschrikkelijke tol aan levens op de stranden geëist zouden
hebben. Vreemd is dat de Luftwaffe tijdens deze periode, Dover en andere
ontschepinghavens niet aanviel. Duizenden geallieerde soldaten meer zouden
gesneuveld zijn. We moeten bedenken dat indien het Britse Expeditieleger zou
zijn vernietigd Engeland vermoedelijk net zoals Frankrijk, een wapenstilstand
met Nazi-Duitsland had moeten sluiten. Zeker met betere voorwaarden dan deze
die Frankrijk accepteerde, maar het had in ieder geval geresulteerd in een
Nazi-Duitse heerschappij van het Europese continent. Dit is een variant dat
zich in deze tijdsperiode had kunnen voordoen. Italië was aldus ook buiten de
oorlog gebleven. Er zou geen oorlog in de Balkan of de Middellandse Zee hebben
plaatsgevonden en Duitsland zou er vermoedelijk in 1941 in geslaagd zijn het
Rode Leger te vernietigen. Het resultaat zou vermoedelijk een nazificering van
het hele continent geweest zijn met alle gevolgen van dien. Dit alles werd
vermeden door de redding van het Britse leger van de stranden bij Duinkerken.
Dit is een hypothese en moet als een variant beschouwd worden. Ik besef dat we
in een postchristelijk tijdperk leven en dat mijn betoog over een Goddelijke
tussenkomst over het slagveld rondom Duinkerken en vooral over de zee voor vele
van mijn lezers als wereldvreemd moet overkomen. Dit ongeloof neemt echter de
realiteit niet weg van die andere dimensie en van de geestelijke machten die
hun strijd om planeet aarde voeren. De strijd van duisternis tegen Licht is
naar mijn mening voor wie wil zien waar te nemen. Einde
citaat.

© De
Fabribeckers, de veldtocht van het Belgische Leger in 1940, 1966
Het laatste schip dat Duinkerken verliet
was de Belgische trawler A5 van het Marinekorps in de nacht van 2 op 3 juni
1940 met 240 Franse soldaten en hun officieren aan boord.
De evacuatievloot bestond volgens Churchill
uit 693 Britse en 168 geallieerde vaartuigen aller aard, hoewel deze cijfers
tussen de verschillende auteurs afwijken. De vermelde geallieerde vaartuigen
waren vooral Nederlandse en Belgische schuiten.
Hierna
een boekbeoordeling van de hand van Jan van Barneveld:
De
Vlaamse auteur Robert de Telder heeft een bijzondere belangstelling voor
geschiedenis. Bijbelse geschiedenis in zijn boeken Van Noach tot Christus en
Kroniek van het oude Israël. Wereldgeschiedenis van de oudheid in Kronos,
waarin hij de chronologie van de oudheid aan een kritisch onderzoek onderwerpt.
Zijn vlijtig verzamelen en onderzoeken van feiten en gegevens, gebeurtenissen
en ontwikkelingen heeft hij in bovengenoemde boeken voor ons ten nutte willen
maken. De Tweede Wereldoorlog door het oog van een Belg is een interessant
historisch document. Drie zaken spelen door het hele boek heen. De persoonlijke
ervaringen van zijn vader, die een deel van de oorlog als dwangarbeider in
Duitsland doorbracht. Wat de Holocaust en de demonie van Hitler en ook Stalin
betreft probeert de schrijver metahistorische accenten te leggen. Hij legt ook
een vinger bij de zegen en de vloek (Gen. 12:3) over Europese landen die
samenhangt met hun behandeling van het Joodse volk. In zijn uitvoerige
literatuurlijst treffen we dan ook het beroemde boek aan van Normann Grubb: Op
de bres, het leven van Rees Howells. De hoofdmoot van dit boek is de
geschiedenis van de Tweede Wereldoorlog. De ontwikkelingen van de oorlog in
landen als Frankrijk, Denemarken, Noorwegen, Nederland, Oost Europese landen en
vooral België komen ter sprake. De Duitse opmars, het doorzettingsvermogen van
Churchill (zijn boek De Tweede Wereldoorlog is een belangrijke bron voor De
Telders boek), het 'halt!' van Stalingrad, de opmars van de geallieerden, alles
komt uitvoerig toegelicht met kaarten en foto's ter sprake. Door een
gedetailleerde inhoudsopgave is het goed mogelijk om het boek ook als
naslagwerk te gebruiken. Een paar gevoelige onderwerpen die ter sprake komen en
waarbij de 'neutrale Belg' zijn menig niet verdoezelt, zijn de rol van de Rooms
katholieke kerk, van paus Pius XII en het onbarmhartige en onnodige plat
bombarderen van Duitsland door de geallieerden (terwijl de spoorlijnen naar
Auschwitz Birkenau intact bleven, JvB). Ik werd tijdens het lezen wel wat
overweldigd door de grote hoeveelheid feiten die in een enorm tempo op me
afkwamen. Maar ja, zo ging het in Tweede Wereldoorlog.
Jan van
Barneveld
Hierna
een opgave van boeken die ik raadpleegde tot het schrijven van mijn
filmbeoordeling:
Winston
Churchill, DE TWEEDE WERELDOORLOG, 1948
Hans-Adolf
Jacobsen, Dünkirchen, 1958
De
Fabribeckers, de veldtocht van het Belgische Leger in 1940, 1966
Raymond
Cartier, DE TWEEDE WERELDOORLOG, 1968
STANDAARD,
GESCHIEDENIS VAN DE TWEEDE WERELDOORLOG, 1977
Norman
Grubb, OP DE BRES, HET LEVEN VAN REES HOWELLS, 1980
L. J. Hartog,
EN MORGEN DE HELE WERELD, 1985
J.
Cleeremans, LEOPOLD III IN HET JAAR 40, 1986
Roger
Keyes, LEOPOLD III deel 1 & 2, 1986
John
Lukacs, DE KRACHTMETING, 1992
Guido Knopp, Hitler Eine Bilanz, 1995
Edward
Radzinsky, STALIN, 1996
J. H.
J. Andriessen, DE ANDERE WAARHEID, 1998
John
Lukacs, HITLER EN DE GESCHIEDENIS, 1999
Gerd
Schultze-Rhonhof, Der Krieg, der viele Väter hatte, 2003
John
Lukacs, Vijf dagen in Londen, 2005
Viktor
Suworow, Dmitrij Chmelnizki, Ueberfall auf Europa, 2009
Met
vriendelijke groet,
Robert
De Telder
Recente publicaties:
EXODUS, 2016, zie link: http://www.bravenewbooks.nl/books/102331
De Zonaanbidder, 2016, zie link: http://www.bravenewbooks.nl/books/87999
TIJD en TIJDEN, 2015, Zie link: http://boekscout.nl/shop/ViewProduct.aspx?bookId=5579
De Assyriologie
herzien, 2012, zie link: http://www.bravenewbooks.nl/books/76234
De Tweede
Wereldoorlog door de ogen van een neutrale Belg, 2007, zie link: http://www.bravenewbooks.nl/books/69343
Apocalyps, 2009,
(dit boek is uitverkocht maar op een PDF-document gratis
op eenvoudig verzoek per email bij de auteur verkrijgbaar).