Inhoud blog
  • Overlijden Robert De Telder
  • Corona
  • Chronologische schema's - afbeeldingen - vanaf de Grote Vloed tot de Spraakverwarring
  • Joeja
  • De eerste drieduizend jaar, hoofdstuk 1
    Zoeken in blog

    Beoordeel dit blog
      Zeer goed
      Goed
      Voldoende
      Nog wat bijwerken
      Nog veel werk aan
     
    KRONOS
    chronologie - archeologie - oudheid
    23-03-2017
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Het zeventigste jubeljaar: oktober 1987/september 1988

    Met mijn boek ‘KRONOS’ dat anno 2000 door de uitgeverij Aksent met een oplage van tweeduizend exemplaren werd gepubliceerd, bracht ik aan de hand van de sabbat- en jubeljaartelling van William Whiston (1667/1752 AD), een nieuwe berekening van de regeerperioden van de koningen van Juda en Israël. De geleerde William Whiston was een Engelse theoloog, historicus en wiskundige. Hij is vooral bekend door zijn vertaling van de Joodse Oudheden en andere werken van Flavius Josephus van het Grieks naar het Engels.

    De Jubeljaren, waarvan William Whiston vanuit de Bijbel, de apocriefe Makkabeeënboeken en de werken van Flavius Josephus tien jubeljaren historisch op de tijdsbalk kon duidden, werden door hem als een tijdslijnketting naar het verleden toe gebruikt. Met zijn gegevens werkte ik op millimeterpapier een eerste tijdsbalk af en gebruikte de historische sabbat- en jubeljaren als navigatiepunten om als het ware in de tijd terug te reizen. De regeerperioden van de koningen van Israël en Juda vulde ik op de tijdsbalk opnieuw in met dezelfde historische sabbat- en jubeljaren als navigatiepunten. De val van Samaria valt nu aan de hand van de jubeljaren van Whiston in het jaar 717 v. Chr. De dood van Salomo en de scheuring van het Verenigd Koninkrijk van Israël valt nu in het jaar 967 v. Chr. Dit zijn twee voorbeelden. Het optreden van Jezus Christus in de synagoge van Nazareth, zoals beschreven door de evangelist Lucas in hoofdstuk vier, viel gelijk met het begin van het dertigste jubeljaar van het jaar 27/28 AD.

     

    De verleiding is er bij mij om vanaf 27/28 AD naar de huidige tijd toe te rekenen. Wanneer we de wijze van rekenen van Whiston voor de jubeljaren hanteren, arriveren we in oktober 1987/september 1988 voor het zeventigste jubeljaar, sinds de instelling ervan. Wat was er zo bijzonder aan het jaartal 1987? Het jaartal 1987 maakte deel uit van een ketting van opvallende jaartallen eindigend met een zeven, in de geschiedenis van de Joden en de staat Israël. Zo was het bijvoorbeeld anno 1897 dat het eerste zionistische congres te Bazel in Zwitserland plaatsvond waar Theodor Herzl (1860/1904) bij wijze van spreken de eerste steen legde voor een Joodse staat in het oude land der vaderen. In 1917 veroverden de Britten tijdens de eerste wereldoorlog Jeruzalem op de Turken, gevolgd door de zogenaamde ‘Balfour-declaratie’ waarin de Joden werd toegestaan een thuisland in Palestina op te richten. De verovering van Jeruzalem door de Britten in 1917 sloot vierhonderd jaar Turks/Ottomaans bestuur af. In het jaar 1517 hadden de Ottomanen het gebied van het oude Israël en de stad Jeruzalem op de Arabieren veroverd.

    In 1947 op 29 november stemde de VN met een meerderheid van landen in voor de deling van Palestina in een Joodse en een Arabische staat. De Arabische landen stemden tegen. Een jaar later werd in mei 1948 de staat Israël opgericht. In 1967 veroverden de Israëli’s tijdens de derde verdedigingsoorlog: Judea, Samaria, de Golan-hoogte, Gaza en de Sinaïwoestijn op de geallieerde legers van Syrië, Jordanië en Egypte. In 1977 veranderde de leider van Egypte Sadat van kamp, reisde onverwachts naar Israël en bood zijn vrede aan.

     

     

    Mocht Israël (en met hen de Ekklesia) dan tegen het jaar 1987 aan in verband met de ontwikkeling van het herstel van Israël in het oude land der vaderen, met een ander opmerkelijk voorval rekenen? Misschien met de wederkomst van de Messias? Het was in ieder geval een verwachting die in de evangelische christengemeenschap van de jaren zeventig en tachtig van de vorige eeuw, sterk leefde. Men rekende toen weliswaar niet met de jubeljaren van Whiston maar wel met een periode van veertig jaar vanaf de oprichting van de staat Israël in 1948, en arriveerde aldus in het jaar 1988 voor de mogelijke wederkomst van de Heer Jezus. Een periode van veertig jaar werd als de lengte in tijd van een Bijbelse generatie gezien. Men had dan het geslacht van de Israëlieten in gedachte dat tijdens de veertigjarige periode in de wildernis, na de exodus daar gestorven was. De bestsellers van Hal Lindsey zoals de boeken ‘The late Planet Earth’ maar vooral ‘Counting down the Eighties’, versterkten zeer het gevoel dat de Heer wel eens spoedig zou kunnen terugkeren. Maar zoals we allen weten is dit in 1988 niet gebeurd.

    Tijdens de lange periode sinds 1948, een mensenleven haast, is het nationaal herstelde Israël in de media uitgegroeid van een David naar een Goliath. De nieuwe staat Israël kon nochtans in 1987 nog op heel wat sympathie van de Belgen (ook seculiere) rekenen. De verdedigingsoorlogen van 1949 en 1967 van Israël tegen de Arabische buurlanden, lagen nog niet zo ver achter de rug. In juni 1967 had het jonge Israël op zes dagen tijd een machtige Arabische coalitie van drie legers verslagen, met als resultaat de verovering van Oost-Jeruzalem en de Tempelberg. Het sinds 1949 door Jordanië bezette oostelijke deel van Jeruzalem met zijn heilige plaatsen, werd op één dag veroverd en later werd Jeruzalem tot de ondeelbare hoofdstad van de staat Israël uitgeroepen. Het was een strijd van David tegen Goliath geweest. Gods hand was zichtbaar geweest en de boeken van Hal Lindsey werden toen zelfs als evangelisatiemateriaal gebruikt.

     

    Ik meen echter vandaag dat de periode 1948/1988 een scharniermoment betekende met uiteindelijk als resultaat een uitstel van de (weder)komst van de Messias. Het begin van het zeventigste jubeljaar van okt1987/sep1988 zag overigens ook geen bijzondere gebeurtenis. Integendeel, op zwarte maandag 19 oktober 1987 vond een beurscrash plaats die wereldwijd zware economische gevolgen had. Geen enkele belofte aan een Jubeljaar verbonden, ging toen in vervulling. Korte tijd later begon in Israël de eerste Intifada. Een opstand van de Arabische bevolking tegen het Israëlische militaire bestuur in Gaza, Juda en Samaria. Op 8 december begon de opstand in Gaza die zich daarna naar de Westbank uitbreidde. Wat volgden waren stakingen en demonstraties waarbij de Israëlische soldaten met stenen bekogeld werden. Anderhalf miljoen Arabieren kwamen spontaan in opstand zodat men van een algemene volksopstand kon spreken. Ik schrijf spontaan, omdat de opstand aanvankelijk gebeurde zonder dat de PLO leiding, toen in ballingschap in Tunis sedert 1982, er zeggenschap over had. Wel volgden later gemeenschappelijke communiqués waarbij werd opgeroepen tot gecoördineerde stakingen en demonstraties tot het weigeren van Israëlische belastingen en het plegen van burgerlijk verzet. De opstand zou tot ongeveer 1993 duren, of zo een zes jaar waarna de Oslo-akkoorden gesloten werden.

     

    Ik meen dat er al eerder signalen waren die Israël had moeten opmerken. Zo was er in 1973 de Jom Kippoer oorlog. Op hun heiligste dag van het jaar werden zij door de geallieerde legers van Egypte en Syrië overvallen. Een offensief dat zij konden terugslaan maar niettemin als een schokgolf door Israël ervaren werd. Wat was de reden? Waar bleef de beloofde zegen en bescherming van Boven over de Grote Verzoendag? Een aparte dag toch waarop zij van hun vijanden gevrijwaard hadden moeten zijn.

    Ik veronderstel dat de oorzaak bij hun handelen ligt op de wijze van het afsluiten van de onafhankelijkheidsoorlog van 1948/1949. Dit was een eerste verdedigingsoorlog geweest tegen een Arabische poging hen in zee te drijven. De strijd werd uiteindelijk door Israël gewonnen maar resulteerde in meer dan 711.000 Arabische vluchtelingen (inclusief vrouwen, kinderen en grijsaards) die op de vlucht voor het oorlogsgeweld gingen. Tijdens de eerste vredesconferentie te Lausanne in Zwitserland (27 april tot 12 september 1949) weigerde de jonge staat Israël alle vluchtelingen naar hun huizen en bezittingen te laten terugkeren. De internationale vredesconferentie te Lausanne viel (heel opmerkelijk) haast tussen de twee bloed-manen van 1949, in. Dat jaar deed dit astronomisch fenomeen zich voor op 13 april of 14 Nisan met Pesach en op 7 oktober of 14 Tisjri met Sukkot. Het was het eerste jaar van een tetrade van bloed-manen, want in 1950 herhaalde het astronomisch fenomeen zich. We kunnen vandaag alleen maar raden naar het resultaat indien de staat Israël in de geest van de Thora (Exodus 22:21-24), deze onfortuinlijke mensen naar hun huizen had laten terugkeren. De Arabisch-Palestijnse vluchtelingen van 1949 werden door de Arabische buurlanden ook niet opgenomen, maar in vluchtelingenkampen als ontheemde staatlozen ondergebracht. Ik bedenk tegelijkertijd dat er toen ook een andere vluchtelingenstroom op gang kwam. Een exodus van honderdduizenden Joodse mensen uit de Arabische landen vond spontaan plaats, die richting de nieuwe staat Israël trokken. Deze mensen werden allen in Israël gehuisvest, wat in contrast staat tot de onfortuinlijke gevluchte Palestijnen die in hun gastlanden geen asiel kregen maar in kampen werden ondergebracht.

    Vooral de Gazastrip die tijdens de onafhankelijkheidsoorlog door Egypte bezet en geannexeerd was, werd een uitvalsbasis van de Fedayin of Palestijnse commandogroepen, die raids op Israëlisch grondgebied uitvoerden. Deze plaag werd zo erg dat Israël anno 1956, Frankrijk en Engeland in hun militaire actie tegen Egypte, vervoegde. In 1956 meenden Frankrijk en Engeland hun vergane koloniale invloed over Egypte nog te kunnen uitoefenen nadat Nasser, de toenmalige leider van Egypte, het Suezkanaal genationaliseerd had, door middel van een militaire invasie. Israël werd verleid aan deze actie deel te nemen en bezette voor korte tijd een eerste maal Gaza en de Sinaïwoestijn. Voor een korte periode want de nieuwe grootmacht in de wereld sinds het einde van de tweede wereldoorlog: de VS, eiste en verkreeg de terugtrekking van Britten en Fransen uit de kanaal-zone.

    Indien de staat Israël de Arabische ontheemden van 1948/1949 naar hun huizen had laten terugkeren waren er vermoedelijk in 1956 geen vluchtelingenkampen in Gaza geweest en had Israël zich neutraal in het conflict kunnen opstellen. Vermoedelijk. Ik besef dat het herschrijven van de geschiedenis onmogelijk is.

    Persoonlijk geloof ik nochtans dat de kans reëel was dat indien de gevluchte Arabische bevolking van 1948/1949 naar hun bezittingen in de nieuwe staat Israël had kunnen terugkeren, zij zich net als diegene die toen besloten hadden niet te vluchten, uiteindelijk de verkregen burgerrechten zouden verkozen hebben boven een eventuele verzetsstrijd. Ik herhaal dat het een persoonlijke mening is, op het terrein merk ik nochtans vandaag dat de Arabische bevolking van Israël, binnen de grenzen van 1949, zich positief tot Israëlische staatsburgers ontwikkeld heeft.

    Het is anders gelopen. Het probleem was overigens niet alleen de Arabische ontheemden van 1948, maar ook de haat van de Arabische buurlanden-regimes die geen staat Israël in Palestina wilden aanvaarden. De staat Israël wordt sinds 1948 als een doorn in het Arabisch-Islamietische vlees ervaren, een doorn die verwijderd moet worden. De religie is misschien wel de grootste struikelsteen tot het bekomen van een algemene vredesoplossing. De Bijbel en de Koran zijn twee openbaringen die tegenover elkaar staan. De Bijbel leert een derde herstel van Israël in het oude land der vaderen en de Koran sluit een derde herstel van Israël in Palestina uit. Hierna een citaat dienaangaande uit de Koran naar de vertaling van Professor Dr. J. H. Kramers, 1976, de zeventiende soera:

    17:1 Heilig is Hij Die Zijn dienaar bij nacht voerde van de Heilige Moskee naar de Verre Moskee welker omgeving Wij hebben gezegend, opdat Wij hem enkele Onzer tekenen zouden tonen. Voorwaar, Hij is de Alhorende, de Alziende.

    17:2 Wij gaven Mozes het Boek en maakten het tot een richtsnoer voor de kinderen van Israël, zeggende: "Neemt niemand buiten Mij als Voogd."

    17:3 "O, nageslacht dergenen die Wij met Noach (in de Ark) droegen! Hij was inderdaad een dankbare dienaar."

    17:4 En Wij maakten aan de kinderen van Israël in het Boek bekend: "Voorwaar, tweemaal zult gij op de aarde verderf teweeg brengen en voorzeker zult gij uitermate aanmatigend worden."

    17:5 Toen dan ook de tijd voor de eerste van de twee bedreigingen kwam, zonden Wij Onze dienaren, toegerust met grote macht tegen u uit, die de huizen binnendrongen; dit was een belofte die in vervulling ging.

    17:6 Nadien gaven Wij u macht over hen en Wij hielpen u met rijkdommen en kinderen, en maakten u groter in getal.

    17:7 (Zeggende) "Indien gij goed doet, doet gij goed voor uzelf; en indien gij kwaad doet, is het tegen uzelf. En toen de tijd was gekomen voor de tweede (bedreiging), zonden Wij (andere volkeren) om u met schande te treffen zodat zij de Moskee zouden binnendringen zoals zij er de eerste keer binnen gingen om alles wat zij veroverd hadden te verwoesten."

    17:8 "Het kan zijn dat uw Heer u barmhartigheid zal tonen; doch indien gij terugkeert, zullen Wij ook terugkeren en Wij hebben de hel tot een kerker voor de ongelovigen gemaakt."

     

    Soera 17:4 beschrijft Israël negatief als een aanmatigende verderfbrenger en dat zij dit in hun lange geschiedenis slechts tweemaal vergund werd te zijn. Van een derde herstel is er geen sprake. Het volgende vers vijf beschrijft de vernietiging van de tempel van Salomo in 586 v. Chr. door de Babyloniërs. Het jaartal en de historische context halen we uit de wereldgeschiedenis. Vers zeven van de zeventiende soera beschrijft de vernietiging van de tweede Tempel te Jeruzalem door de hand van de Romeinen onder leiding van Titus in 70 AD. Het is vers acht dat een accepteren van een Joodse staat in Palestina door Islamieten in wezen onmogelijk maakt: “doch indien gij terugkeert , zullen Wij ook terugkeren en Wij hebben de hel tot een kerker voor de ongelovigen gemaakt." Een derde blijvend herstel voor Israël in het oude land der vaderen wordt uitgesloten.

     

     

    Het is tegen deze godsdienstige achtergrond dat alle oorlogen van de Arabische buurlanden sinds 1948 begrepen kunnen worden.

    Een volgende verdedigingsoorlog voor Israël was die van juni 1967. Een Arabische coalitie onder leiding van Nasser bereidde zich voor tot de tweede poging sinds 1948 om Israël van de kaart te vegen en de Joden in zee te drijven. Het draaide anders uit en op zes dagen tijd veroverden de Israëli’s alle Bijbelse gebieden ten westen van de Jordaan, de Sinaïwoestijn incluis. Opnieuw echter was er een vlucht van Arabische mensen voor het oorlogsgeweld. Meer dan driehonderdduizend mensen vervoegden de rangen van de Arabische ontheemden van 1949, in de buurlanden waar ook deze in kampen terechtkwamen.

    Naar mijn mening had de Israëlische regering in 1967 de Westbank moeten annexeren en de Arabische inwoners aldaar burgerrechten geven. Ik herhaal dat het herschrijven van de geschiedenis onmogelijk is. De staat Israël besloot het veroverde gebied als mogelijke pasmunt voor een vredesregeling te gebruiken. Die vrede werd hun echter niet gegund, de Arabische regimes korte tijd later vergaderd in Khartoem, kozen voor de strijd en weigerden een staat Israël in het gebied te erkennen. Het is de geschiedenis ingegaan als de drie nee ’s van Khartoem: geen vrede met Israël, geen erkenning van Israël en geen onderhandelingen met Israël.

    De jaren 1967 en 1968 zag weer een tetrade van bloed-manen die gelijk met de Joodse feesten Pesach en Sukkot vielen op: 24 april en 18 oktober 1967 en op 13 april en 6 oktober 1968. In 1968 was de nieuwe staat Israël exact twintig jaar oud en bereikte hier de volwassenheid. Men was trots op wat bereikt was maar keek weg van de veroorzaakte problemen.

     

    In november 1977 reisde de Egyptische leider Sadat van Egypte, die van kamp had gewisseld, plotseling als een donder bij heldere hemel naar Jeruzalem en bood 'zijn' vrede aan. Een vrede die de staat Israël aanvaarde en in feite een stop voor een mogelijke annexatie van Samaria en Judea betekende. De eerder veroverde Sinaïwoestijn werd na de Camp David-akkoorden in fases aan Egypte teruggegeven en zelfs de nieuw gestichte Joodse stad Jamit aan de beek van Egypte in de Sinaï, werd in 1982 met bulldozers platgewalst, alvorens het gebied terug naar Egypte ging. De Westbank, het Bijbelse Samaria en Judea, zou volgens Sadat autonomie moeten krijgen, uitmondend in zelfbestuur. Een vraag van Sadat waar de Israëlische regeringsleiders positief op ingingen. De PLO wees dit echter af.

    Dit geschiedde slechts tien jaar na de oorlog van 1967 waar het voortbestaan van de staat Israël op het spel stond en men de beschermende hand van God had moeten zien. Sinds 1973 met de Jom Kippoeroorlog waren er vier jaar verlopen. De actie van Sadat was unilateraal genomen en werd door de overige Arabische landen niet gevolgd. Egypte werd van dan af als een paria behandeld en geïsoleerd.

     

    De reden dat het zeventigste jubeljaar in 1987 geen bijzondere zegen zag ligt naar mijn mening in de houding van de leiders van Israël ten overstaan van het in bezit nemen van de Bijbelse gebieden en hun handelen naar de inheemse Arabische bevolking toe. Men is namelijk niet naar een verlaten gebied teruggekeerd en de inheemse Arabische bevolking zijn geen Kanaänieten meer zoals ten tijde van Jozua of Filistijnen zoals ten tijde van Saul en David, maar ditmaal nazaten van Ismaël (Genesis 21:17) op wie ook beloften Gods rusten. Sindsdien is het echter van kwaad naar erger gegaan.

     

    Na de val van de Berlijnse muur in 1989 en vervolgens het einde van de koude oorlog, volgde de conferentie van Madrid in 1991. Onder leiding van Sovjet-Rusland en de VS zaten Israël en al zijn buurlanden aan de onderhandelingstafel. De Palestijnen hadden samen met de Jordaanse delegatie een vertegenwoordiging. De PLO van Arafat zat alsnog geïsoleerd in Tunis. Het was de eerste keer in de geschiedenis sinds 1948 dat alle partijen aan één tafel zaten. Dit laatste was dan wel het enige resultaat van de vergadering, naast het feit dat de Palestijnse afvaardiging akkoord ging om over een autonomie van de bezette gebieden met Israël verder te onderhandelen. Een tweede ronde is er niet gekomen. Hetzelfde jaar verdween de Sovjet-Unie om plaats te maken voor een soort Gemenebest van landen met Rusland als leider.

    Wat volgde waren de Oslo-onderhandelingen waar Israël onder begeleiding van de VS, tot een akkoord met de PLO kwam. Het akkoord voorzag in autonome gebieden voor de Arabieren in Gaza, Samaria en Judea en dit volgens etappes. Wat de Israëlische premier Rabin in gang zette heeft hij niet kunnen beëindigen. De man werd in het openbaar in Israël vanwege zijn vredespolitiek vermoord. Zijn opvolgers waren minder bereid tot het opgeven van land zonder een allesomvattend akkoord.

     

    Met 11 september 2001 of het bekende Amerikaanse 09.11 ‘nine eleven’, ontbrandde de ‘War on Terror’ van de VS tegen Al Qayda en deze strijd kreeg alle aandacht. De druk op Israël van de VS om tot een vergelijk met de Palestijnen te komen werd minder. In december 2007 pas volgde opnieuw een poging tot het bekomen van vrede voor het Midden-Oosten. In Annapolis, Maryland, aan de oostkust van de VS vond een megaconferentie plaats met 49 verschillende delegaties, allemaal hoofdrolspelers op het terrein. Belangrijkste landen van buiten het gebied waren de EU, Rusland, China en India. Iran was niet uitgenodigd noch Hamas dat Gaza controleert. Maar ook Annapolis leverde geen algemene vredesregeling op. De volgende VS-administratie was die van Obama die gedurende acht jaar tot 2016 het presidentschap over de VS zou uitoefenen. De ‘War on Terror’ werd voortgezet en tegelijkertijd pogingen ondernomen zodat de staat Israël tot een vredesregeling met de Palestijnse autoriteit zou komen. Het voorstel van Obama was om via een landswap van gebied langs de grens van 1949, tot een vredesoplossing te komen met nieuwe grenzen zodat twee staten, een Joodse en een Arabische tot stand zouden kunnen komen. Een algemene vredesconferentie is er tijdens de Obama-administratie niet gekomen. De hoofdreden was dat geen van beide partijen tot concessies bereid waren. Een onoplosbaar probleem bleef vooral de sinds 1967 eengemaakte hoofdstad van Israël: Jeruzalem. De Palestijnen eisen de oostelijke helft van de stad als hoofdstad op, met de grenzen volgens de demarcatielijn van 1949 toen het Jordaanse leger Jeruzalem binnenrukte en annexeerde. Een eis die voor Israël onbespreekbaar is.

    Een andere reden was de algemene toestand in het Midden-Oosten met een aanslepende burgeroorlog in Syrië en een nieuw regime in Bagdad-Irak dat moeizaam zijn soevereiniteit over haar grondgebied dient te herstellen. Met het aantreden van de nieuw verkozen president Trump in 2017 lijkt het dat voorlopig alle druk op Israël weg is tot opgeven van land in Samaria en Judea in ruil voor een algemene vrede met de Palestijnse autoriteit. Gaza werd in 2005 door de Israëli ’s volledig ontruimd, ook de nederzettingen. In de nasleep van de Israëlische terugtrekking brak er een bloedige burgeroorlog in Gaza uit waarbij Hamas het won van Fatah en daarna een rakettenplaag richting Israël opstartte.

     

    De door velen naar uitgekeken tetrade van bloed-manen in de jaren 2014/2015 waar de Joodse feesten Pesach en Sukkot mee gelijk vielen (Pesach 15 april en Sukkot 8 oktober 2014, Pesach 4 april en Sukkot 28 september 2015) zag geen bijzondere gebeurtenis plaatsvinden. Tenzij dan de onoplosbaarheid van het conflict tussen Arabieren en Joden.

    Dat de bloed-manen van 2014/2015 geen bijzondere gebeurtenis zag plaatsvinden, toont volgens mij aan dat er inderdaad een scharniermoment van uitstel sinds de periode 1947/1967 heeft plaatsgevonden.

     

    Over zulk een scharniermoment van uitstel in de geschiedenis van het oude Israël hebben we een voorbeeld in het Oude Testament. In het tweede jaar na de exodus trokken de Israëlieten onder leiding van Mozes, van de berg Gods op naar het Beloofde Land. Twaalf verspieders werden daarna aan de grens uitgezonden. Dit is een geschiedenis die algemeen bekend is. De twaalf verspieders verkennen gedurende veertig dagen het land, komen terug met druiventrossen die ze amper kunnen dragen, bevestigen dat het een land van melk en honing is, kortom een vruchtbaar land van overvloed. Maar tien van de twaalf verspieders overtuigen het volk dat het land onneembaar is vanwege de sterkte van de inwoners. Met zekerheid zouden zij ten onder gaan moesten ze trachten het land in te nemen. Het zijn alleen Jozua en Kaleb die geloof hebben en het land willen binnentrekken. Het volk echter laat zich overtuigen door de tien ongehoorzame verspieders en weigert binnen te trekken. Het resultaat is dat alle volwassenen van twintig jaar en daarboven gedoemd worden in de woestijn aan de rand van het Beloofde Land te verblijven, tot zij daar allen gestorven zijn (Numeri 14:28-35). De nieuwe generatie zou samen met Jozua en Kaleb, achtendertig jaar later in 1443 v. Chr., het Beloofde Land binnentrekken.

     

    Tegelijkertijd betekende de ongehoorzaamheid van de Israëlieten een uitstel van oordeel over de Amorieten en de andere bewoners van het land Kanaän. De maat van hun zonde was nochtans vol.

    Genesis 15:13 Toen zeide Hij tot Abram: Weet voorzeker, dat uw zaad vreemd zal zijn in een land, dat het hunne niet is, en zij zullen hen dienen, en zij zullen hen verdrukken vierhonderd jaren. 14 Doch Ik zal het volk ook rechten, hetwelk zij zullen dienen; en daarna zullen zij uittrekken met grote have. 15 En gij zult tot uw vaderen gaan met vrede; gij zult in goeden ouderdom begraven worden. 16 En het vierde geslacht zal herwaarts wederkeren; want de ongerechtigheid der Amorieten is tot nog toe niet volkomen. 17 En het geschiedde, dat de zon onderging en het duister werd, en ziet, daar was een rokende oven en vurige fakkel, die tussen die stukken doorging. 18 Ten zelfden dage maakte de HEERE een verbond met Abram, zeggende: Aan uw zaad heb Ik dit land gegeven, van de rivier van Egypte af, tot aan die grote rivier, de rivier Frath: 19 Den Keniet, en den Keniziet, en den Kadmoniet, 20 En den Hethiet, en den Fereziet, en de Refaieten, 21 En den Amoriet, en den Kanaäniet, en den Girgaziet, en den Jebusiet.

     

    De tijd was in 1482 v. Chr. rijp voor hun verwijdering uit het land, maar als een gevolg van Israëls ongeloof kregen zij achtendertig jaar respijt, uitstel van executie. Mozes behoorde tot het vierde geslacht. Hij ging terug tot op Levi, een van de twaalf zonen van Jakob/Israël.

    Misschien kunnen we in het licht van deze geschiedenis de lijn doortrekken naar het moderne Israël en de Arabische buurlanden. Wel wil ik nogmaals opmerken dat de Arabieren vandaag geen Amorieten of Amalekieten zijn, maar ook Semieten die in de lijn van de aartsvader Sem hun oorsprong terugvinden. Op hen rusten uiteindelijk ook beloften van herstel in het komende Messiaanse Vrederijk. Zij zijn wel sinds de dagen van Ismaël tegenstanders van Israël en betwisten het recht op het Beloofde Land. Zie TIJD en TIJDEN, 2015, hoofdstuk: De Assyriërs en Abraham, blz. 47-58.

     

    Wordt vervolgd…

     

    Met vriendelijke groet,

    Robert De Telder

     

    Recente publicaties van Robert De Telder

     

    EXODUS, 2016, zie link: http://www.bravenewbooks.nl/books/102331

     

    De Zonaanbidder, 2016, zie link: http://www.bravenewbooks.nl/books/87999

     

     

    TIJD en TIJDEN, 2015, Zie link: http://boekscout.nl/shop/ViewProduct.aspx?bookId=5579

     

    De Assyriologie herzien, 2012, zie link: http://www.bravenewbooks.nl/books/76234

     

    De Tweede Wereldoorlog door de ogen van een neutrale Belg, 2007, zie link: http://www.bravenewbooks.nl/books/69343

    23-03-2017 om 09:20 geschreven door Robert De Telder  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (2 Stemmen)
    >> Reageer (1)
    20-03-2017
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.De Bijbelse farao SISAK

    2 Kronieken 12:1 Het geschiedde nu, als Rehabeam het koninkrijk bevestigd had, en hij sterk geworden was, dat hij de wet des HEEREN verliet, en gans Israël met hem. 2 Daarom geschiedde het, in het vijfde jaar van den koning Rehabeam, dat Sisak, de koning van Egypte, tegen Jeruzalem optoog (want zij hadden overtreden tegen den HEERE), 3 Met duizend en tweehonderd wagenen, en met zestig duizend ruiteren; en des volks was geen getal, dat met hem kwam uit Egypte, Libyers, Suchieten en Moren; 4 En hij nam de vaste steden in, die Juda had, en hij kwam tot Jeruzalem toe. 5 Toen kwam Semaja, de profeet, tot Rehabeam en de oversten van Juda, die te Jeruzalem verzameld waren, uit oorzaak van Sisak, en hij zeide tot hen: Alzo zegt de HEERE: Gij hebt Mij verlaten, daarom heb Ik u ook verlaten in de hand van Sisak. 6 Toen verootmoedigden zich de oversten van Israël en de koning, en zij zeiden: De HEERE is rechtvaardig. 7 Als nu de HEERE zag, dat zij zich verootmoedigden, geschiedde het woord des HEEREN tot Semaja, zeggende: Zij hebben zich verootmoedigd, Ik zal hen niet verderven; maar Ik zal hun in kort ontkoming geven, dat Mijn grimmigheid over Jeruzalem door de hand van Sisak niet zal uitgegoten worden. 8 Doch zij zullen hem tot knechten zijn, opdat zij onderkennen Mijn dienst, en den dienst van de koninkrijken der landen. 9 Zo toog Sisak, de koning van Egypte, op tegen Jeruzalem; en hij nam de schatten van het huis des HEEREN en de schatten van het huis des konings weg; hij nam alles weg; hij nam ook al de gouden schilden weg, die Salomo gemaakt had. 10 En de koning Rehabeam maakte, in plaats van die, koperen schilden; en hij beval die onder de hand van de oversten der trawanten, die de deur van het huis des konings bewaarden. (Statenvertaling)

     

    De naam Sisak is een Bijbels-Hebreeuwse naam die de Kroniekschrijver aan de farao van Egypte gaf, die in het vijfde regeringsjaar van koning Rehabeam, Juda binnenrukte en de Tempel en het paleis van Salomo te Jeruzalem plunderde. Volgens de Joodse Seder Olam-overlevering betekende de naam Sisak: verlangen of begeren. Sisak rukte volgens de overlevering tegen Jeruzalem op omdat hij de ivoren troon van Salomo begeerde. De troon van Salomo nam Sisak ook daadwerkelijk naar Egypte als buit mee. Indien deze Joodse overlevering correct is heeft het geen zin om de identificatie van de Bijbelse naam Sisak of Shishak op basis van linguïstische gronden met Egyptische namen te zoeken. De Hebreeuwse naam Sisak is namelijk een scheldnaam en geen eigennaam. 

    De orthodoxe egyptologen hebben nochtans sinds het ontcijferen van de hiërogliefen de identificatie met de Libiër Sjosjenq I van de tweeëntwintigste dynastie gezocht, op basis van linguïstische gelijkenissen. Ook baseerden zij zich op de bewaarde tempelmuren-reliëfs in Egypte waar een veldtocht van Sjosjenq naar Kanaän beschreven staat. Bij nader onderzoek blijkt echter dat de naam Jeruzalem op de lijst van veroverde steden niet voorkomt, en de beschreven campagne hoofdzakelijk noordelijk van Juda uitgevoerd werd. Het leger van Sisak dat in de Bijbel beschreven wordt telde 1.200 strijdwagens en 60.000 ruiters wat een strijdmacht was die geen enkele Libische farao ooit op de been bracht. Sjosjenq I en Sisak zijn dus wel degelijk twee verschillende personen met een tijdsverschil van ongeveer twee eeuwen op de tijdsbalk.

    Dat de Libische dynastie met Sjosjenq I als onderdeel van de Aton-farao’s in de achtste eeuw v. Chr. thuishoort, heb ik in mijn boek De Zonaanbidder, 2015, blz. 167-172, aangetoond.

     

    Onder revisionisten van de geschiedenis van de oudheid bestaat er geen overeenkomst betreffende de identificatie van de Bijbelse farao Sisak met een naam uit de Egyptische koningslijsten.

    Dr. Immanuël Velikovsky (1895/1979) identificeerde (naar mijn mening overtuigend) Sisak met farao Thothmosis III van de achttiende dynastie.

     

     

    Volgens zijn revisie verhuist de achttiende dynastie van de vijftiende eeuw v. Chr. op de tijdsbalk, naar de tiende eeuw v. Chr. Dit is een identificatie en plaatsing op de tijdsbalk die ik in mijn boek TIJD en TIJDEN, 2015, volgde maar dan gerangschikt binnen het Bijbels-historische kader van de koningen van Juda en Israël op basis van de sabbat- en jubeljaren.

     

     

    Ook de geleerde Dr. Donovan A. Courville (1901/1996), in zijn opus magnum ‘The Exodus Problem and its Ramifications, 1971, die een herziening van de plaatsing van de Egyptische dynastieën op de tijdsbalk uitwerkte, volgde wat de achttiende dynastie betreft, de eerdere identificatie van Velikovsky van Sisak met farao Thothmosis III.

     

    De Evangelische Omroep volgde aanvankelijk de identificatie van Sisak met Thothmosis III in haar prachtig gedocumenteerde uitgave van 1982: het ontstaan van Israël – de geschiedenis van het Oude Testament, blz. 152, en gaf uitgebreid aandacht aan het studiewerk van Dr. I. Velikovsky.

     

    Maar toen kwam de egyptoloog David Rohl met zijn reconstructie van de regeerperioden van de farao’s op de tijdsbalk, en de E.O. ruilde Velikovsky in voor Rohl. In 1995 zond de E.O. de videoreeks op televisie uit: FARAO’S EN DE BIJBEL. Dit was een bewerking van de driedelige TV serie: Pharaohs and Kings: A Biblical Quest, vertoond op Channel 5 in het Verenigd Koninkrijk. De egyptoloog David Rohl lanceerde hier een nieuwe chronologie waarbij Ramses II met de Bijbelse Sisak geïdentificeerd wordt en brak volledig met het werk van Velikovsky. David Rohl noemt zichzelf een agnost, maar beschouwt niettemin de grote lijnen van de Bijbelse geschiedschrijving als historisch correct, (zolang zij niet worden tegengesproken). In zijn bestseller ‘A TEST OF TIME, Chapter Eleven, Navigating by the Stars. The Ugarit Solar Eclipse’, verbindt hij de regeerperiode van farao Amonhotep IV en met name diens twaalfde regeringsjaar met een genoteerde zonsverduistering over Oegarit. Het jaar 1012 v. Chr. werd zodoende zijn ankerjaar en vertrekpunt op de tijdsbalk ter rangschikking van de overige farao ’s van de achttiende dynastie, gevolgd door de negentiende dynastie. Het is farao Ramses II van de negentiende dynastie die volgens David Rohl te identificeren is met de Bijbelse Sisak. Rohl maakt de identificatie van Ramses II met SISAK onder andere ook via een linguïstische overeenkomst met de afkorting van Ramses II’ naam: SYSW.

    Rohl ’s tijdsconstructie maakt echter van zowel Saul als David tijdgenoten van farao Amonhotep IV van de achttiende dynastie, en ondergeschikt aan hem. Op basis van het eerder geciteerde Bijbelgedeelte uit 2 Kronieken 12:8 staat deze constructie haaks op wat de Bijbel over deze epoque leert. Saul, David en Salomo waren onafhankelijke vorsten en geen knechten of vazallen van farao, dat maakt 2 Kronieken 12:8 zondermeer duidelijk. Het is pas na de dood van Salomo tijdens het koningschap van Rehabeam dat zij vazallen van Egypte zouden worden. Dit is een belangrijk detail en bepaalt of een onderzoeker de Bijbel als gezaghebbend bestudeert en gebruikt, of niet. David Rohl negeert het Bijbelgedeelte 2 Kronieken 12:8 schaamteloos omdat het niet in zijn reconstructie past.

    Over de constructie van Rohl schreef ik eerder al op dit blog een reactie. Zie het artikel van 12.09.2016: Hoelang heersten de Hyksos over Egypte? Zie link: http://www.bloggen.be/robertdetelder/archief.php?startdatum=1473631200&stopdatum=1474236000

     

     

    Het bewijsmateriaal dat Velikovsky levert ter identificatie van Sisak met Thothmosis III komt uit primaire bron en is aldus overtuigend. Farao Thothmosis III heeft namelijk zijn meegebrachte buit uit Jeruzalem laten afbeelden op zijn tempelmuren te Karnak in Egypte. De geroofde voorwerpen uit de tempel te Jeruzalem en uit het paleis van Salomo kunnen alle op de reliëfs van de tempelmuur te Karnak teruggevonden worden. De afbeelding bovenaan komt uit het boek ‘Eeuwen in Chaos’ van Dr. I. Velikovsky en geeft voor elk voorwerp een nummer met verklaring. De vaten bijvoorbeeld op de zesde rij zijn de sprengbekkens zoals vermeld in het Bijbelboek 2 Kronieken 4:8. De in het daaropvolgende vers genoemde met koper overtrokken deuren kan men rechts op de tiende rij vinden: het getal-symbool vermeldt 33 exemplaren. Op de derde rij, boven in het midden, zijn een viertal kandelaars met lampen goed te herkennen ( 2 Kronieken 4:20) De meest rechte kandelaar heeft drie lampen links en drie lampen rechts (zie Exodus 25:35 en 37:21), de andere drie hebben aan iedere kant acht lampen. De versieringen met aan dieren en/of planten ontleende motieven komen overeen met diegene die in 1 Koningen hoofdstuk 7 vermeld worden. Verder zijn al deze religieuze voorwerpen op een merkwaardige manier beeld-loos. Zeer opvallend ook is het ontbreken van afgodsbeelden. Ook erotische symbolen die bij heidense godsdiensten van deze tijd gebruikelijk zijn, vindt men niet op de tempelmuur van Thothmosis III te Karnak afgebeeld. En heel opmerkelijk is het correcte getal van het aantal gouden schilden dat farao Sisak alias Thothmosis III uit het Huis van Salomo, het huis van het Woud van de Libanon roofde: driehonderd (zie 2 Kronieken 9:15). Dit getal vindt men ook op de tempelmuur te Karnak in Egypte terug.

    Over Salomo ’s huis: woud van de Libanon, schreef ik eerder op dit blog een artikel op 09.03.2015, zie link: http://www.bloggen.be/robertdetelder/archief.php?startdatum=1425855600&stopdatum=1426460400

     

    Alhoewel het baanbrekende studiewerk van Dr. Immanuël Velikovsky dikwijls doodgezwegen en/of verguisd wordt, blijft zijn bewijslast wat de identificatie van Sisak met Thothmosis III betreft rotsvast overeind. Men kan op onderdelen van Velikovsky ’s werk van mening verschillen of afwijzen maar niet heel zijn werk. Ik gebruik zijn boek ‘Ages in Chaos’ uit 1952 nog regelmatig als naslagwerk. Ik ben zelfs de gelukkige bezitter van een eerste druk-exemplaar dat ik in Antwerpen in een antiquariaat op de kop kon tikken. Het is blijkbaar alleen in zulke gespecialiseerde boekhandels dat men de werken van Velikovsky nog kan vinden, het resultaat van een geestelijke moord op een autodidactische onderzoeker en auteur die in wezen het startschot tot het revisionisme van de geschiedenis van de oudheid heeft gegeven, en wiens startblokken de ‘verguizers’ gebruiken.

     

    In mijn boek ‘TIJD en TIJDEN, 2015, hoofdstuk: Prinses Ano, de Egyptische vrouw van Jerobeam I, blz. 217-219, geef ik aandacht aan een bijzonder onderdeel van Velikovsky ’s studie. In zijn boek ‘Eeuwen in Chaos’ (Ages in Chaos), hoofdstuk vier, verwijst Velikovsky naar de Egyptische prinses Ano van de achttiende dynastie en een vaas met haar naam erop die in het Metropolitan Museum of Art in New York bewaard wordt. Velikovsky vestigt de aandacht op het feit dat de naam identiek is met de naam die de Septuagintvertaling van de Bijbel voor de vrouw van Jerobeam, de eerste koning van het tienstammenrijk en rivaal van Rehabeam, opgeeft. Velikovsky verwijst daarbij in de voetnoten van zijn studie naar het Egyptische kunstvoorwerp met opslagcode: 10.130.1003 van het Metropolitan Museum of Art in New York. Ik surfte na het lezen van het hoofdstuk op het internet naar het Metropolitan Museum of Art, tikte het code nummer in en tot mijn verrassing kwam, via de informatie uit een uitgave van een boek van ten slotte vijfenzestig jaar terug, het kunstvoorwerp op het beeldscherm tevoorschijn, zie link: http://www.metmuseum.org/art/collection/search/543952

    Het fascinerende is dat deze vaas en prinses tot de Egyptische achttiende dynastie behoren en farao Thothmosis III alias Sisak met Salomo en Rehabeam verbindt.

    Hierna het betreffende Bijbelcitaat van het Grieks naar het Engels vertaald:

    Septuagint III Kings 12:24

    And there was a man of mount Ephraim, a servant to Solomon, and his name was Jeroboam: and the name of his mother was Sarira, a harlot: and Solomon made him head of the levies of the house of Joseph: and he built for Solomon Sarira in mount Ephraim; and he had three hundred chariots of horses: he built the citadel with the levies of the house of Ephraim; he fortified the city of David, and aspired to the kingdom, And Solomon sought to kill him; and he was afraid, and escaped to Susakim king of Egypt, and was with him until Solomon died….

     

    … And Jeroboam heard in Egypt that Solomon was dead: and he spoke in the ears of Susakim king of Egypt, saying, Let me go, and I will depart into my land: and Susakim said to him, Ask and request, and I will grant it thee. And Susakim gave to Jeroboam Ano the eldest sister of Thekemina his wife: she was great among the daughters of the king, and she bore to Jerobaom Abia his son: and Jeroboam said to Susakim, Let me indeed go, and I will depart.

     

     

    Onze huidige Bijbelvertalingen (1 Koningen 11:40) zijn gebaseerd op de Masoretische tekst en geven geen verwijzing naar het tweede gedeelte uit de Septuagint zoals hiervoor geciteerd. Volgens mijn mening kan het niet anders dan dat de Septuagint vertalers van de Hebreeuwse Bijbel in de derde eeuw v. Chr. in Egypte, historisch genoteerde bijzonderheden kenden en dit aan de Bijbelvertaling hebben toegevoegd. Zij hadden hoogstwaarschijnlijk toegang tot dezelfde bronnen die Manetho de Egyptische historicus, enkele jaren later ten tijde van koning Ptolemeüs III zou gebruiken voor de samenstelling van zijn Egyptische geschiedenis (zie Flavius Josephus, Tegen de Grieken Boek I, 73). Een werk dat samen met andere kostbare boeken definitief verloren ging bij de laatste brand van de bibliotheek van Alexandrië in 642 AD het jaar dat Arabische moslims Egypte onder de voet liepen.

     

    Wordt vervolgd…

     

    Met vriendelijke groet,

    Robert De Telder

     

    Recente publicaties van Robert De Telder

     

    EXODUS, 2016, zie link: http://www.bravenewbooks.nl/books/102331

     

    De Zonaanbidder, 2016, zie link: http://www.bravenewbooks.nl/books/87999

     

    TIJD en TIJDEN, 2015, Zie link: http://boekscout.nl/shop/ViewProduct.aspx?bookId=5579

     

    De Assyriologie herzien, 2012, zie link: http://www.bravenewbooks.nl/books/76234

     

    De Tweede Wereldoorlog door de ogen van een neutrale Belg, 2007, zie link: http://www.bravenewbooks.nl/books/69343

    20-03-2017 om 00:00 geschreven door Robert De Telder  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (5 Stemmen)
    >> Reageer (0)


    Archief per week
  • 02/11-08/11 2020
  • 22/06-28/06 2020
  • 08/06-14/06 2020
  • 01/06-07/06 2020
  • 18/05-24/05 2020
  • 04/05-10/05 2020
  • 27/04-03/05 2020
  • 13/04-19/04 2020
  • 06/04-12/04 2020
  • 27/01-02/02 2020
  • 20/01-26/01 2020
  • 31/12-06/01 2019
  • 23/12-29/12 2019
  • 16/12-22/12 2019
  • 09/12-15/12 2019
  • 02/12-08/12 2019
  • 25/11-01/12 2019
  • 18/11-24/11 2019
  • 11/11-17/11 2019
  • 04/11-10/11 2019
  • 28/10-03/11 2019
  • 21/10-27/10 2019
  • 14/10-20/10 2019
  • 07/10-13/10 2019
  • 30/09-06/10 2019
  • 23/09-29/09 2019
  • 16/09-22/09 2019
  • 09/09-15/09 2019
  • 02/09-08/09 2019
  • 26/08-01/09 2019
  • 19/08-25/08 2019
  • 12/08-18/08 2019
  • 05/08-11/08 2019
  • 29/07-04/08 2019
  • 22/07-28/07 2019
  • 15/07-21/07 2019
  • 08/07-14/07 2019
  • 01/07-07/07 2019
  • 24/06-30/06 2019
  • 17/06-23/06 2019
  • 10/06-16/06 2019
  • 03/06-09/06 2019
  • 27/05-02/06 2019
  • 20/05-26/05 2019
  • 13/05-19/05 2019
  • 06/05-12/05 2019
  • 29/04-05/05 2019
  • 22/04-28/04 2019
  • 15/04-21/04 2019
  • 08/04-14/04 2019
  • 01/04-07/04 2019
  • 25/03-31/03 2019
  • 18/03-24/03 2019
  • 11/03-17/03 2019
  • 04/03-10/03 2019
  • 25/02-03/03 2019
  • 18/02-24/02 2019
  • 11/02-17/02 2019
  • 04/02-10/02 2019
  • 28/01-03/02 2019
  • 21/01-27/01 2019
  • 14/01-20/01 2019
  • 07/01-13/01 2019
  • 01/01-07/01 2018
  • 24/12-30/12 2018
  • 17/12-23/12 2018
  • 10/12-16/12 2018
  • 03/12-09/12 2018
  • 26/11-02/12 2018
  • 19/11-25/11 2018
  • 12/11-18/11 2018
  • 05/11-11/11 2018
  • 29/10-04/11 2018
  • 22/10-28/10 2018
  • 15/10-21/10 2018
  • 08/10-14/10 2018
  • 01/10-07/10 2018
  • 24/09-30/09 2018
  • 17/09-23/09 2018
  • 10/09-16/09 2018
  • 03/09-09/09 2018
  • 27/08-02/09 2018
  • 20/08-26/08 2018
  • 13/08-19/08 2018
  • 06/08-12/08 2018
  • 30/07-05/08 2018
  • 23/07-29/07 2018
  • 16/07-22/07 2018
  • 09/07-15/07 2018
  • 02/07-08/07 2018
  • 25/06-01/07 2018
  • 11/06-17/06 2018
  • 04/06-10/06 2018
  • 28/05-03/06 2018
  • 21/05-27/05 2018
  • 14/05-20/05 2018
  • 07/05-13/05 2018
  • 30/04-06/05 2018
  • 23/04-29/04 2018
  • 16/04-22/04 2018
  • 09/04-15/04 2018
  • 02/04-08/04 2018
  • 26/03-01/04 2018
  • 19/03-25/03 2018
  • 12/03-18/03 2018
  • 05/03-11/03 2018
  • 26/02-04/03 2018
  • 19/02-25/02 2018
  • 12/02-18/02 2018
  • 05/02-11/02 2018
  • 29/01-04/02 2018
  • 22/01-28/01 2018
  • 15/01-21/01 2018
  • 08/01-14/01 2018
  • 01/01-07/01 2018
  • 25/12-31/12 2017
  • 18/12-24/12 2017
  • 11/12-17/12 2017
  • 04/12-10/12 2017
  • 27/11-03/12 2017
  • 20/11-26/11 2017
  • 13/11-19/11 2017
  • 06/11-12/11 2017
  • 30/10-05/11 2017
  • 23/10-29/10 2017
  • 16/10-22/10 2017
  • 09/10-15/10 2017
  • 02/10-08/10 2017
  • 25/09-01/10 2017
  • 18/09-24/09 2017
  • 11/09-17/09 2017
  • 04/09-10/09 2017
  • 28/08-03/09 2017
  • 21/08-27/08 2017
  • 14/08-20/08 2017
  • 07/08-13/08 2017
  • 31/07-06/08 2017
  • 24/07-30/07 2017
  • 17/07-23/07 2017
  • 10/07-16/07 2017
  • 03/07-09/07 2017
  • 26/06-02/07 2017
  • 19/06-25/06 2017
  • 12/06-18/06 2017
  • 05/06-11/06 2017
  • 29/05-04/06 2017
  • 22/05-28/05 2017
  • 15/05-21/05 2017
  • 08/05-14/05 2017
  • 01/05-07/05 2017
  • 24/04-30/04 2017
  • 17/04-23/04 2017
  • 10/04-16/04 2017
  • 03/04-09/04 2017
  • 27/03-02/04 2017
  • 20/03-26/03 2017
  • 13/03-19/03 2017
  • 06/03-12/03 2017
  • 27/02-05/03 2017
  • 20/02-26/02 2017
  • 13/02-19/02 2017
  • 06/02-12/02 2017
  • 30/01-05/02 2017
  • 23/01-29/01 2017
  • 16/01-22/01 2017
  • 09/01-15/01 2017
  • 02/01-08/01 2017
  • 26/12-01/01 2017
  • 19/12-25/12 2016
  • 12/12-18/12 2016
  • 05/12-11/12 2016
  • 28/11-04/12 2016
  • 21/11-27/11 2016
  • 14/11-20/11 2016
  • 07/11-13/11 2016
  • 31/10-06/11 2016
  • 24/10-30/10 2016
  • 17/10-23/10 2016
  • 10/10-16/10 2016
  • 03/10-09/10 2016
  • 26/09-02/10 2016
  • 19/09-25/09 2016
  • 12/09-18/09 2016
  • 29/08-04/09 2016
  • 22/08-28/08 2016
  • 15/08-21/08 2016
  • 08/08-14/08 2016
  • 01/08-07/08 2016
  • 25/07-31/07 2016
  • 18/07-24/07 2016
  • 11/07-17/07 2016
  • 04/07-10/07 2016
  • 27/06-03/07 2016
  • 20/06-26/06 2016
  • 13/06-19/06 2016
  • 06/06-12/06 2016
  • 30/05-05/06 2016
  • 23/05-29/05 2016
  • 16/05-22/05 2016
  • 09/05-15/05 2016
  • 02/05-08/05 2016
  • 25/04-01/05 2016
  • 18/04-24/04 2016
  • 11/04-17/04 2016
  • 04/04-10/04 2016
  • 28/03-03/04 2016
  • 21/03-27/03 2016
  • 14/03-20/03 2016
  • 07/03-13/03 2016
  • 29/02-06/03 2016
  • 22/02-28/02 2016
  • 15/02-21/02 2016
  • 08/02-14/02 2016
  • 01/02-07/02 2016
  • 25/01-31/01 2016
  • 18/01-24/01 2016
  • 11/01-17/01 2016
  • 04/01-10/01 2016
  • 28/12-03/01 2016
  • 21/12-27/12 2015
  • 14/12-20/12 2015
  • 07/12-13/12 2015
  • 30/11-06/12 2015
  • 23/11-29/11 2015
  • 16/11-22/11 2015
  • 09/11-15/11 2015
  • 02/11-08/11 2015
  • 26/10-01/11 2015
  • 19/10-25/10 2015
  • 12/10-18/10 2015
  • 05/10-11/10 2015
  • 28/09-04/10 2015
  • 21/09-27/09 2015
  • 14/09-20/09 2015
  • 07/09-13/09 2015
  • 31/08-06/09 2015
  • 24/08-30/08 2015
  • 17/08-23/08 2015
  • 10/08-16/08 2015
  • 03/08-09/08 2015
  • 27/07-02/08 2015
  • 20/07-26/07 2015
  • 13/07-19/07 2015
  • 06/07-12/07 2015
  • 29/06-05/07 2015
  • 22/06-28/06 2015
  • 15/06-21/06 2015
  • 08/06-14/06 2015
  • 01/06-07/06 2015
  • 25/05-31/05 2015
  • 18/05-24/05 2015
  • 11/05-17/05 2015
  • 04/05-10/05 2015
  • 27/04-03/05 2015
  • 20/04-26/04 2015
  • 13/04-19/04 2015
  • 06/04-12/04 2015
  • 30/03-05/04 2015
  • 23/03-29/03 2015
  • 09/03-15/03 2015
  • 02/03-08/03 2015
  • 23/02-01/03 2015
  • 16/02-22/02 2015
  • 02/02-08/02 2015
  • 26/01-01/02 2015
  • 12/01-18/01 2015
  • 05/01-11/01 2015
  • 30/12-05/01 2014
  • 22/12-28/12 2014
  • 15/12-21/12 2014
  • 01/12-07/12 2014
  • 24/11-30/11 2014
  • 17/11-23/11 2014
  • 10/11-16/11 2014
  • 03/11-09/11 2014
  • 27/10-02/11 2014
  • 20/10-26/10 2014
  • 06/10-12/10 2014
  • 29/09-05/10 2014
  • 22/09-28/09 2014
  • 28/07-03/08 2014
  • 14/07-20/07 2014
  • 30/06-06/07 2014
  • 23/06-29/06 2014
  • 16/06-22/06 2014
  • 09/06-15/06 2014
  • 02/06-08/06 2014
  • 19/05-25/05 2014
  • 05/05-11/05 2014
  • 21/04-27/04 2014
  • 14/04-20/04 2014
  • 07/04-13/04 2014
  • 24/03-30/03 2014
  • 10/03-16/03 2014
  • 03/03-09/03 2014
  • 24/02-02/03 2014
  • 17/02-23/02 2014
  • 10/02-16/02 2014
  • 03/02-09/02 2014
  • 27/01-02/02 2014
  • 20/01-26/01 2014
  • 06/01-12/01 2014

    E-mail mij

    Druk op onderstaande knop om mij te e-mailen.


    Gastenboek

    Druk op onderstaande knop om een berichtje achter te laten in mijn gastenboek


    Blog als favoriet !

    Blog als favoriet !


    Blog tegen de wet? Klik hier.
    Gratis blog op https://www.bloggen.be - Meer blogs