Het
evenement werd boven het doopvond
gehouden in 2013 en kreeg de naam ‘ Rasanz rally’. Naar een verhaal van
kroonprins Wilhelm Rasanz, die anno 1907 Dusseldorf bezoekt per automobiel.
Willem, voor
de vrienden, is zoals zijn nonkel ‘Prins Heinrich’ een fervent liefhebber van automobielen en de
autosport, die toen nog in de kinderschoenen stonden. Dit in tegenstelling met
de Keizer zelf welke dacht dat het om een overgaande mode ging.
Destijds had
de toen bekende autocoureur Herman Weingand een Mercedes/ Daimler agentschap in
Dusseldorf. In 1905 behaalde Weingand de 2de plaats in de Herkommer
Konkurrenz rally, in dit blog al enkele keren genoemd. In dat jaar koopt hij ook een 90 PK race auto
voor deelname aan de Gordon Bennet onder startnummer 29, in naam van Willems
vader, keizer Willem II.
Tijdens het
bezoek van Willem leent hij hem een Mercedes 70 pk, en speelt hij zelf voor
chauffeur van de kroonprins. Een andere
autogek, Graaf von Schaesberg, die een
80 tal kilometers van Dusseldorf op kasteel Krickenbeck woont, hoort van het
bezoek van de kroonprins, en plant de 80 kilometer rit van en naar Dusseldorf,
en het is deze rit welke nu frivool herdacht word.
Om voor ons
onbekende organisatorische redenen werd dit jaar het vertrek geplant vanuit het
Nederlandse kasteel Daelenbroek, bij Roermond.
De afstand tot Schloss Dyck blijft daarmee ongeveer dezelfde als anno
1907, en word nu, 100+ jaar later weer eens netjes over gedaan.
Dit jaar
telden we een 35 tal deelnemers, daar waar het er vorig jaar nog 45 waren. Niet
enkel de wagens worden ouder, ook de eigenaars. Life is short, time is fast!
Het oudste vehikel aanwezig een vierzits
peugeot 1899. Deze zagen we voor het
eerst in onze 40 jarige carrière als oldtimerspotter. En dan is al een en ander
de revue gepasseerd.
We hebben
het al een paar keer aangehaald dat het een taaie klus is een rally te
organiseren voor deze voertuigklasse. Als je er dan in slaagt dit pallet vol te
kleuren, dan kan het enkel resulteren in een grandioos schilderij. We zagen deelnemers uit Noorwegen, Zweden,
Zwitserland, en dan natuurlijk Benelux en Duitsland. Van de 35 deelnemers
slechts een 5 tal wagens die we al eerder op een ander treffen zagen.
Een catwalk
tussen de heiligen.
Top of the
bil, een voertuig waarvan we nog nooit gehoord of zelfs gelezen hadden. Echte
‘Mantiek’. Op de radiator stond het opschrift Duhanot ? Waarbij de D de rest van de letters
opslorpte. Ook nog een door 'poetsijver' slecht leesbare tekst in het Frans onder de radiatordop.
Een bouwjaar konden we ook niet onthullen, maar volgens onze bib enkel gemaakt
1907/1908. Jammer genoeg was de wagen er op Zondag niet meer bij, want we
hadden ons een gesprekje met de eigenaar verheugd.
Een andere vreemde eend in de bijt; een Rex
Simplex. Bij deze merknaam ging de bel ook niet echt luiden. Het gaat hier om
een zeer zeldzaam Duits product 1901/1924 uit Ronneburg met Fafnir of de Dion
motoren.
Charron,
kenden we tot nog toe enkel uit de literatuur, en het exemplaar hier aanwezig was een bloedmooi curiosum. Hoewel
de naam Frans klinkt, gaat het hier om een Engels product. Puur cool!
Wat we ook
enkel kenden van het net en de boekjes, een topstuk, de Amerikaanse Mercer
Raceabout. Alleen deze al was de moeite om naar te gaan kijken, en Jongens, wat
een sound ! Dat ding brult Â…Â…Â…. Een
woordenloos schouwspel van vuur en rook. Geen wonder dat al een 10 tal jaar
geleden 800.000 dollars geboden werden op een bekende veiling voor zulk speelgoed.
Cadillac,
een andere Amerikaan was ook goed vertegenwoordigd met 3 exemplaren, een heel
vroege, helemaal uit Noorwegen aangereisd, en dan 2 giganten met bouwjaar 1912
en 1913. Andere amerikanen waren Locomobile, Studebaker, Buick, Dodge , Pierce
Arrow en natuurlijk Ford, hoewel deze laatsten toch slechts 2 exemplaren
stuurden.
Zoals we
verwacht hadden van een Duitse organisatie waren er enkele ‘Heimat’ merken
aanwezig, niet onbekend van naam, maar exemplaren die je in België zelden te
zien krijgt. 4 Opels waaronder ook een ‘spitzkuhler’.
Ook twee Benz van voor 1919 konden bewonderd worden, wij zagen deze nog nooit,
net zoals de eerder genoemde Rex
Simplex.
Dan nog de
Franse en Engelse wagens. Een oogstrelende Rolls Royce Silver Ghost 1914 met
Australische carrosserie en een ander Phantom I model. Dan nog een prachtige
Sunbeam, en aloude Humberette. Frans moest je dan weer spreken tegen Renault,
Daraque en Brassier. De Renault in een prachtige Coupe chauffeur uitvoering,
met een dikke bijna 6 liter motor. De Brassier van 1911, kreeg de naam FIFI
aangemeten, en deed denken aan het stripverhaal van Jommeke waarin de held een
oldtimer in een kasteelschuur ontdekt, en er niet zachtzinnig een toerke mee
gaan uithalen. Fifi was het schoothondje van
Gravin van Stiepelsteen.
Jammer genoeg geen enkele Belgische wagen op appel dit jaar, we hadden graag de Minerva die er vorig jaar bij was ontmoet.
Als bezoeker
waren we op tijd aanwezig om alles op de gevoelige plaat vast te leggen, en mee
te slalommen door het heden, zowel op Zaterdag als op Zondag. Brutaal eerlijk, vond ik dat de route op
zaterdag iets te veel drukke wegen in zich opnam, men ging zelfs over de
autosnelweg. Ik kan me voorstellen dat het hartritme op dat moment even andere proporties
aanneemt dan normaal. In geval je bijvoorbeeld met een klein monstertje op edele
leeftijd rondtuft.
De Rit op Zondag richting Schloss Dyck was
knap ineengeschoven, ging zelfs doorheen
een natuurgebied.(toegelaten) En het zonnetje bleef schijnen tot tijdens de
lunch. Natuurlijk legden we hier weer interessante contacten die het
toelaten weer verdere verhalen te bedenken. Perfect.
De Rasanz
rally staat alleszins weer op de lijst,en we hopen dat ze volgend jaar weer
niet samenvalt met een ander festijn zoals dit jaar de pre1905 rally van rvccb.
Deze laatste was ook de moeite met 18 deelnemers pre 1905. Beelden daarvan op de website van RVCCB. Zeker kijken en op het programma van volgend jaar zetten!