Deze (on)regelmatige rubriek, toegeleverd door Freek Neirynck, ambieert geen recensiekolom te zijn, maar zoals de titel het zelf zegt: een seinpaal voor geïnteresseerde en potentiële lezers.xml:namespace prefix = o ns = "urn:schemas-microsoft-com:office:office" />
SNOECKS 2011 : DE HELE BOEKENBEURS IN ÉÈN VOLUME
Er zijn twee zaken waar je elk jaar weer naar uitkijkt : die brief van de belastingen die je vertelt hoeveel je terug krijgt én de artistieke pil Snoecks. De zevenentachtigste editie van die laatste is uit en bewijst alweer de onmisbaarheid van het hebbeding dat er met succes in slaagt om een gecompileerde versie van minstens enkele Playboy jaargangen te zijn.
Waarom gaat de vergelijking met het Amerikaanse mannenblad zo goed op? Omdat niemand je schaamrood bezorgt als je ermee op de trein of op een terrasje betrapt wordt. Niemand weet immers of je het voor de artikels kocht of voor de soft erotische afbeeldingen. Beide expressievormen zijn overigens van een hoogstaande kwaliteit.
De redactie gaat in velerlei opzicht op zoek naar hert exotische. Zo worden de papoeas van Nieuw Guinea in prachtig poëtisch beeld en beschrijvende taal voorgesteld als de laatste echte mannen, niettegenstaande dat ze zich overdanig schminken en vestimentair opdirken met pluimen en kralen.
Vooraleer je aan dit hoofdartikel toe komt, moet je wel eerst door of over de rubrieken :De beste 100 boeken en de necrologie van de in 2010 heengegane literaire figuren. In het eerste overzicht kom je ook enkele Vlaamse publicaties tegen van ondermeer Tom Lanoye, Tom Naegels, Leonard Nolens, Davis Van Reybroeck met zijn veel geprezen Congo Een geschiedenis
tot Peter Verhelst. Bij de overleden scribenten staan dan weer Dolle Mol Herman J. Claeys, Bert De Carte, Christine DHaen
In a nut Shell wordt hun belang voor de Nederlandstalige bellettrie weergegeven. Achteraan in het boek is dan ook nog eens een overzicht van de belangrijkste (breed genomen) literaire prijzen afgedrukt.
Het zou best kunnen dat er net voor de hiervoor beschreven katerns een publiek bestaat dat Snoecks gebruikt as naslagwerk. Diezelfden komen dan ook weer aan hun trekken met de kortverhalen De varkenskoning van Miriam Borgermans en Het wrak van de Beverly B. van T.C. Boyle, twee korte novellen die bijzonder boeien, zowel door hun verhaallijn als hun schrijfstijl.
De plastische kunsten, behalve dan de fotografie, krijgen minder aandacht en bladzijden. Snoecks 2011 profileert de Zwitserse schilder Leopold Rabus in zijn bizarre wereld van gedisproportioneerde mensenlichamen in surrealistische omgevingen. Een welkome introductie voor wie de kunstenaar en zijn werk nog niet kent. Beeldhouwer Javier Marin is het tweede terechte signalement. Zijn hedendaagse monumentale sculpturen hebben reminiscenties naar de klassieke Griekse driedimensionele kunstwerken. Hij bezit duidelijk de ambachtelijkheid van de oude meesters, maar in zijn onderwerpenkeuze plaatst hij zijn koppen en torsen wel in een onverwachte context.
Fotografie is, zoals steeds overigens, de hoofdmoot van de nieuwe editie. Daarvoor werden gerenommeerde en minderbekende topfotografen uitgenodigd. Meestal is het (deels) naakte vrouwelijk lichaam gefocuset. Nergens is er evenwel platheid of vulgariteit te begluren. Het zijn meestal portretten pur sang met één uitzondering misschien: het werk van Ed Fox, dat de redactie in een bui van zelfverontschuldiging betiteld als: Een tikkeltje ranzig.
De uitgever stuurde tenslotte ook zijn zonen en dochters journalisten en (pers)fotografen de wereld rond voor beklijvende reportages uit onder andere de Congostroom, Israël, Liberia, Napels, Venezuela
Snoecks 2011 telt 578 bladzijden en er zijn evenveel redenen om het te kopen ( 14.90)
Freek Neirynck - sienjaleur
Meer info op www.snoecks.be
|