Euphorbiaxml:namespace prefix = o ns = "urn:schemas-microsoft-com:office:office" />
Wolfsmelk
Botanische naam : Euphorbia characias wulfenii
Nederlandse naam : Wolfsmelk
Herkomst :
Bijzonderheden : trekt vlinders aan
Grondsoort : alle, zand
Vochtbehoefte : droog, normaal
Licht : half schaduw, zon
Wind : weinig gevoelig, zeewind bestendig
Gebruik : kust/zeewind, giftig, insecten, rotstuinen
Hoogte : 0.40-0.60 m
Bloeikleur/vorm : geel, scherm
Bloeitijd : juni, juli
Blad : groen
Naamgeving
Volgens Plinius de Oudere is de naam Euphorbia afgeleid van Euphorbos, een geneesheer van koning Juba II van Mauritanië. De Nederlandse naam wolfsmelk wijst op het melksap dat een belangrijk kenmerk van dit geslacht is. Het sap is vaak giftig, gevaarlijk voor huid en ogen, en de 'wolf' in de betekenis van 'duivel' werd gezien als de veroorzaker. De Engelse naam spurge geeft de reinigende (to purge - "louteren") werking aan van een aantal soorten, zoals kruisbladige wolfsmelk.
Standplaats:
De hoge en bossige Euphorbia characias ssp. wulfenii heeft bijna net zo'n lange naam als de duur van zijn bloei.
Euphorbia characias subspecies wulfenii
De bladeren zijn afhangend smal lijnvormig en staan gekransd rondom de stengel. Het is wat je noemt een 'architectonische plant'. Elke stengel met bladeren en bloemen staat apart. Aan de tweejarige stengels komen het ene jaar grijsgroene bladeren en het jaar daarop komen daarbij de bloemen. Deze wolfsmelk wordt wel anderhalve meter hoog en één meter breed. Op een humusrijke grond groeit te plant het beste. Mooie combinaties zijn te maken met Ligularia, Epimedium en hoog groeiende Hosta-soorten.
In het najaar verkleuren het blad en de bloemen naar roestbruin-geel. Ook dan is deze wolfsmelk bijzonder
Kenmerken:
Naast het melksap is de bloeiwijze typerend voor het geslacht. De planten hebben schijnbloemen, cyathia genaamd (enkelvoud cyathium), die omgeven zijn door schutbladen (involucrum). Een cyathium bestaat uit een kopjesvormige bodem, gevormd door twee kelkbladen. Daarbinnen bevindt zich één vrouwelijke bloem, omringd door meerdere mannelijke bloemen die gereduceerd zijn tot één meeldraad. Een aantal honingklieren (gewoonlijk 4-5) omgeeft dit geheel. De vruchten zijn explosieve driekluizige kluisvruchten met één zaad per kluis.
Bloemen
Vanaf mei tot ver in oktober zijn de bloemen zichtbaar. Vroeg in de zomer staat deze wolfsmelk op z'n hoogtepunt van bloei. De lichtgele bloemen zitten geborgen in ronde kleine groene tuilen
Gebruikte delen:
Veel leden van het geslacht worden als sierplant gebruikt, zoals de kerstster of poinsettia. Sommige soorten worden als plaag gezien, bijvoorbeeld heksenmelk, die vanuit Europa geïntroduceerd is op de prairies van de Verenigde Staten. Ook worden actieve ingrediënten gebruikt voor medische doeleinden, zoals braak- en purgeermiddelen
Werkzame bestanddelen:
Giftigheid: zaden en melksap van alle delen bij inname, melksap bij aanraking
Vergiftigingsverschijnselen: braken, maag- en darmstoornissen, buikloop, stuipen bij inname en geëtste huid, blaren, oogbeschadiging bij aanraking
Soorten
In Nederland en België komen de volgende soorten voor:
Amandelwolfsmelk (Euphorbia amygdaloides)
Brede wolfsmelk (Euphorbia platyphyllos)
Cipreswolfsmelk (Euphorbia cyparissias)
Heksenmelk (Euphorbia esula)
Kleine wolfsmelk (Euphorbia exigua)
Kroontjeskruid (Euphorbia helioscopia)
Kruisbladige wolfsmelk (Euphorbia lathyris)
Moeraswolfsmelk (Euphorbia palustris)
Stijve wolfsmelk (Euphorbia stricta)
Tuinwolfsmelk (Euphorbia peplus)
Zandwolfsmelk (Euphorbia seguieriana)
Zeewolfsmelk (Euphorbia paralias)
Zoete wolfsmelk (Euphorbia dulcis - enkel in België)
|