De zon komt op, Zijn dag begint. Hij begint aan zijn dag, al kun je dat eigenlijk geen beginnen noemen. Hij begint nergens aan. En vlieg wordt wakker van de zon, van de opkomende zon, Eén zonnestraaltje is genoeg, hij wrijft zijn ogen uit. Dan stijgt hij op, zoemend, met een graad van vrolijkheid. Misschien was er eerst gezoem en steeg hij daarna pas op. Dat kan best. Hij vliegt en zoemt en ai hij komt een raam tegen, dat had hij niet gezien, met de beste wil van de wereld niet. Zijn val wordt gebroken door een vensterbank. Daarop draait hij eerst paniekerig wat pirouettes, komt dan tot rust, tot bezinning. Dat begon slecht, moet hij haast wel denken. Maar hij leeft nog tenslotte. En hij heeft de hele dag voor zich.
Ieder huisje heeft zijn kruisje overal speelt vreugde en verdriet vaak denk je dat het bij een ander beter is maar daar gebeuren dingen die jij niet ziet mooi kan alles lijken maar dat is de buitenkant leer je ze beter kennen is ook daar iets aan de hand probeer het kruisje van je eigen huis te waarderen en te verstaan dan zal je merken dat je meer geniet en graag naar je eigen huisje terug wil gaan
Tintelende zonnestralen strepen van wit licht prikken door de bomen waar een tak een andere zwicht ze stelen al mijn dromen strelen mijn gezicht met tranen in mijn ogen ben ik ziende blind verloren in dit prachtig licht