De dagelijkse ups en downs van leven met een depressie.
22-10-2013
Dinsdag 22/10/2013
Vandaag had ik een goede dag. Gisterenavond, na het updaten
van de blog, had ik een afspraak bij de huisarts waar ik erg nerveus om was. In
de wachtkamer was ik erg paniekerig en viel bijna van mijn stoel van het schrikken
wanneer de deur openging. Mijn huisarts vroeg me wat het probleem was en voor
de eerste woorden uit mijn mond waren, begon ik al te huilen. Ik voelde mij
daar erg slecht om omdat ik voelde dat ik zijn tijd aan het verspillen was. Ik
legde hem zo snel en kort als ik kon uit hoe ik me voelde en hij schreef me een
anti-depressiva en een slaappil voor. Ook gaf hij mij het nummer van een
psycholoog bij mij in de buurt.
Vandaag moest ik de medicatie gaan ophalen bij de apotheker.
Ik maakte me zorgen dat de apotheker mij vreemd zou bekijken als ze mijn
voorschrift zag. Ik had zweethanden bij het binnenkomen, maar de dame was erg
vriendelijk. Ze legde mij uit hoe ik de medicatie moest nemen en was erg
behulpzaam. Ik ben met een goed gevoel naar huis kunnen gaan.
Ik was vandaag bang van mezelf. Mijn moeder kwam langs nadat
ze erachter was gekomen dat ik ook vandaag niet naar school ben gegaan. Ze
schreeuwde tegen me, schreeuwde dat ik mij er maar over moet zetten, dat ik gewoon lui
ben, dat ik gewoon verwend ben. En wat ben ik nu eigenlijk eens van plan met
mijn leven? Ja... Goede vraag.
Ik weigerde naar haar geschreeuw te luisteren, ik wou terug naar mijn kamer,
onder mijn dekens, waar ik aan niemand iets hoef te zeggen, waar ik niemand
moet zien. Mijn moeder begon luider te schreeuwen en ik kon er niet meer tegen.
Ik begon terug te schreeuwen, tranen in mijn ogen en kwader dan ik ooit geweest
ben.
Ze verweet me dat ik haar altijd maar wegduw, dat ik niet wil praten met haar
en dat het net is alsof mijn vader en zijn vriendin alleen maar goed doen,
terwijl zij alleen maar slecht doet. Ze schreeuwde dat mijn vader en zijn
vriendin eigenlijk niet om me geven, dat ze me altijd maar alleen laten en niet
naar me luisteren. Ik schreeuwde terug dat zij er uiteindelijk voor gekozen had
om haar eigen familie in de steek te laten om bij die van een ander te kunnen
intrekken. Ze beseft niet dat ze fouten gemaakt heeft en ziet zichzelf als het
slachtoffer. Ze wil niet toegeven dat de fouten die zij gemaakt heeft, kwetsend
waren voor de mensen die achterbleven.
Ik begrijp niet goed hoe ik me voel vandaag. Ik voel me
leeg, alsof niets wat ik doe, er nog echt toe doet. Ik voel me alsof het
eigenlijk allemaal de moeite niet meer waard is, alsof het eigenlijk geen zin
heeft.
Uit bed komen s morgens, mezelf wassen, aankleden, eten... Al die
dingen die zo vanzelfsprekend en gemakkelijk komen voor anderen, al die dingen,
lijken zo moeilijk voor mij. Het is alsof mijn lichaam loodzwaar is. Het voelt
bijna alsof er touwen gebonden zijn rond mijn hoofd, mijn lichaam en al mijn
ledematen die elke beweging die ik wil maken, bijna onmogelijk maken.
Alledaagse dingen zijn zo zwaar, zo moeilijk dat het eindresultaat het gewoon
niet waard lijkt.
Vooral schuld heeft vandaag weer een groot deel van mijn dag ingenomen. Ik voel me schuldig omdat ik op 22-jarige leeftijd nog thuis woon, ik voel dat ik profiteer van mijn vader en zijn vriendin wanneer zij eten voor me maken, kleren voor me kopen, naar me luisteren, met me meevoelen. Ik voel dat ik het geld en de tijd van iemand anders in beslag neem, voor mijn eigen zelfzuchtige redenen, zonder dat ik daar het recht toe heb. Ook voel ik me schuldig tegenover mijn vriend omdat ik hem weer moet belasten met mijn eigen problemen en ik weer niet genoeg kracht heb om mezelf hier doorheen te sleuren.
Ik ben boos op mezelf voor al deze dingen en nog veel meer. Boos omdat ik 's morgens niet uit bed kan, boos omdat ik 's nachts niet kan slapen door al het gepieker, boos omdat ik weer een dag school mis. Boos omdat ik niet gewoon mezelf kan zijn.