1 kilo bloem; 250 gram suiker; 2 eieren; 2 zakjes bakpoeder; 50 gram verse gist; 2 eetlepels geroosterde sesamzaadjes (in een droge koekenpan omscheppend goudbruin laten roosteren); 2 eetlepels anijszaadjes; een klein beetje Arabische gom; 1 Marokkaans theeglas gesmolten roomboter; 1 Marokkaans theeglas oranjebloesemwater; een beetje zout; lauw water om het deeg te maken.xml:namespace prefix = o ns = "urn:schemas-microsoft-com:office:office" />
Extra: 1 eigeel, losgeklopt; een beetje sesamzaad.
Doe de bloem in een grote kom en maak in het midden een kuiltje. Los de verse gist op in wat lauw water en giet in het kuiltje. Voeg er ook de overige ingrediƫnten aan toe zoals het bakpoeder, het zout, de suiker, het sesamzaad, het anijszaad, de eieren, de gesmolten roomboter, de Arabische gom en het oranjebloesemwater.
Voeg er zoveel lauw water aan toe totdat je na minstens 20 minuten kneden een soepel deeg krijgt.
Maak van het deeg bolletjes ter grootte van een mandarijn en laat die 10 minuten rusten. Druk de bolletjes dan enigszins plat tot een dikte van 1 cm., leg ze op een schone doek en bedek ze met een andere doek. Laat ze ongeveer 2-3 uur rijzen.
Leg de Krachel als ze gerezen zijn, op een ingevette of met bakpapier belegde bakplaat en bestrijk ze met het eigeel. Bestrooi ze met wat sesamzaad en prik er met een vork gaatjes in. Laat de Krachel bakken in een matig warme oven totdat ze goudbruin zijn.
|