De geschiedenis van Dwars door Grijsloke en Loopclub Grijsloke.
Deel 14: Jeugddromen en Levensleed.
Het jaar daarop (1986) stond Nadine Sadones weer op het
hoogste schavotje bij de dames 20 km, maar Joos Casteele moest net als in 1994
zijn meerdere erkennen in een Belgische marathonkampioen: dat jaar was het
Danny Pauwelijn, die eindigde in 2917, een verbetering van het record van
Frans Schiettecatte met éénentwintig seconden. Op het uitslagenblad stond zijn
gemiddelde snelheid: slechts 19.533 km/u. Dat komt omdat het gemiddelde
berekend werd op de werkelijke afstand, die
beduidend onder de 20 km lag.
Niettemin een fenomenale prestatie die nooit meer zou verbeterd worden. Carlo
Desaever en Claudine Baert triomfeerden op de kortste afstand.
In 1987 werd Joos Casteele wél weer winnaar en nu was het Nadine
Sadones die de duimen moest leggen (winnares Andrea Van Bost). De 7 km ging
naar Gerdy Roose en bij de vrouwen viel de grootste eer te beurt aan Mia
Deprez, zijnde het piepjonge nichtje van Gilbert Terras. Gilbert voorspelde
haar een grote loopcarrière
Voor deze zevende editie waren 1908
sportievelingen ingeschreven. Tweeduizend deelnemers? We waren er bijna, maar
nog niet helemaal.
Jeugddromen was de medaille van de 6e DDG:
lopende en spelende kinderen op de weg naar het Bouvelobos. Daar hoorde de
volgende tekst bij: Lopen als fysieke en
mentale ontwikkelingstherapie bij de jeugd, in functie van hun toekomst. Sport
lopen vooral leidt niet alleen naar een betere fysieke conditie, maar heeft
ook een grote positieve invloed op de mentale ontwikkeling. Het is dé weg naar
een aangename en zinvolle levensstijl.
En voor de 7e DDG was er de medaille Levensleed: een jonge knaap en een jong meisje lopen de
steile Bouvelostraat op, naar de kapel van Grijsloke, met op de voorgrond een
door leed getekende moeder die een zwaar kruis torst. De bijhorende tekst: Lopen als revalidatietherapie voor
lichamelijke en geestelijke kwalen zoals oorlog, invaliditeit, ziekte, stress,
wanhoop en ellende.
Parallel met de steile opmars van de loopkoers liep in de
jaren 86 en 87 de groei van de loopclub. In groten getale kwamen ze iedere
zondagmorgen naar Grijsloke afgezakt (of liever: opgeklommen) naar de
Grijslookse heuvelrug voor de wekelijkse looptraining, gevolgd door een
gezellige après-jogging in de kantine. Ze kwamen niet alleen uit de streek
van groot-Anzegem, maar ook uit Wortegem-Petegem, Oudenaarde, Waregem, Ronse,
Kluisbergen, Avelgem, Zwevegem, Kortrijk, Kruishoutem, Deerlijk, Harelbeke,
Kuurne, Wevelgem
Het tweemaandelijks clubblaadje van Loopclub Grijsloke kreeg
zijn definitieve vorm. De samenstelling ervan is tot op de dag van heden min of
meer onveranderd gebleven: dezelfde rubrieken (loopkalender, uitslagen van de
clubleden in de belangrijkste wedstrijden, tips i.v.m. voeding, training,
gezondheid, portret van een jogger, weetjes, nieuwtjes, filosofische
beschouwingen) en dezelfde verantwoordelijk uitgever (Gilbert Terras). Opa
Gilbert, zoals hij zich op heden graag noemt, viel in die jaren de eer te beurt
die hij ruimschoots verdiende vanwege een ruim twintigjarige carrière als
sportmonitor, als voorzitter van de Anzegemse sportraad en als de man die de
sportieve touwtjes van de massaloop Dwars door Grijsloke in handen heeft: in
het Astoria-hotel in Brussel werd hij in 1986, samen met nog enkele anderen,
door de toenmalige minister van cultuur gehuldigd en in Anzegem werd hij
laureaat van de sportverdienste.
In de jaren 86-87 was het stratenlopen in Grijsloke dus in
volle opgang: het was de tijd van de grote persconferenties, de talrijke
krantenartikels, de originele medailles en het druk bijgewoonde avondfeest op
die laatste zaterdag van augustus. Grijsloke had een loopkoers met een
filosofie. De leden van de loopclub namen deel aan loopwedstrijden in alle
uithoeken van het land en ook buiten de landsgrenzen. Om er maar enkele te
noemen: de kerstcorrida van Deerlijk, de internationale veteranenloop in
Brugge, de Gulden Sporen marathon, de Course des Terrils in Noord-Frankrijk,
Dwars door Brugge, de midwintermarathon in Apeldoorn, de Sirenejogging in
Middelkerke
tot het wereldkampioenschap op de weg voor
veteranen in Netanya (Israël!). Hoeveel kilometers Albert Debeurme en ikzelf
niet getraind hebben voor dat wereldkampioenschap, in de Kortrijkse parken (zie
foto uit een krantenknipsel van 9/3/1978 op www.bloggen.be/kris)!
Was Gilbert Terras de sportieve motor van de club, Lucien Van
Lancker, de bedenker van het begrip Levensloop, was het brein van de organisatie. In 1986
verschenen door zijn toedoen in de kranten allerhande artikels over Grijsloke,
zijn geschiedenis en zijn bewoners. Grijsloke stond nu definitief op de kaart
in Vlaanderen. Maar Lucien wilde de faam van Grijsloke en zijn koers (waaraan
in 1987 reeds een paar honderd buitenlanders deelnamen) uitdragen tot ver
buiten de grenzen, met de Europajoggingcup. In 1987 kreeg hij daarvoor de prijs
van de sportverdienste van de stad Anzegem. Over de Europajoggingcup zal ik het
hebben in een volgende aflevering.
Op de folder van 1987: de tweede en de derde medaille van de "Levensloop", met daaronder een verwijzing naar de boeken van "Dwars door Grijsloke" (in 1997 zou nog een derde boek verschijnen, nl. "Grijslokes Olympiade" en in 2000 werden de drie boeken gebundeld tot "Grijsloke 2000").
|